Behoort bij de GOVDSCBE COVRAJXT van ZOXDAG den 29 APRIL 1866 X 426
D STEARINE KAAR8EN
FABBZEE te Schu dam vraagt
MEISJES
die met de werkzaambeden bekend zijn Adres in persoon aan de fabriek
BCRGEilEESTER en WETHOUDERS van NoordIf addiaiteen overwegende dat op 16 19 en 22
dat blijkens nadere aangiften drie runderen op heden daaraan zijn gestorven
Geiet op de schriftelijke verklaringen van den reearts J B Snellen te Moordrecht waaruit blijkt dat van A van Bergen één zwart witkop pink en één wit bont kalf en van D Peters één tweejarige rood bonte os zijn aangetast geweest door de heerschende besmettelijke veetyphus en da iraan geitorven en dat de onteigening van voormelde runderen dringend noodzakeirk is ten einde die ter voorkoming van verdere uitbreiding dier ziekte met de huid te tuuuen begraven
Gezien de artt 69 tot eu met 72 derwet van den 2S
1 Boven omschreven runderen dadelijk te onteigenen en na inkerving der huid met bijvoeging van een genoegzame hoeveelheid ougeblusehte kalk ter behoorlijke diepte te doen begraven en
20 Dit besluit onmiddellijk mede te deeien aan heeren Gedeputeerde Staten der Provincie Zuid Holland af te kondigen binnen de gemeente en te plaatsen in de Goudsclie Conrant
y jord lfaddiHireen 24 April 1S66 Burgenietïter en Wethouders voornoemd De A ethouder V Seer De Burgemeester W BLOK Van DORT KROON
BC KGEMEESTER r s WETHOUDERS van XocrdH addiuj ceeti overn egende dat op Jen 14 en 25 April 11 door den na te noemen Veehouder alhier woonachtig bij den Burgemeester aangifte is gedaan dal tien runderen afgezonderd staande in de bij hunne woning behoorende stalling door ziekte zijn aangetast
dat blijkens nadere aangiften twee runderen op heden daaraan zijn gestorven
Gelet op de schriftelijke verklaringen van den veearts J B Snellen te Moordrecht waaruit blijkt dat van D Peters één vijfjarige zwart bonte koe en ééu iwart bont kalf zijn aangetast geweest door de heei chende besmettelijke veetyphus en daaraan gestorven en dat de onteigening van voormelde runderen dringend noodzakelijk is ten einde die ter voorkoming van verdere uitbreiding dier ziekte met de huid te kunnen begraven
Gezien de artt 69 lot en met 72 derwet ïan den 2S Augustus 1551 staatsblad n 125 Hebben besloten
1 Boven omubreven runderen dadelijk te onteigenen en na inkerving der huid met bijvoeging van eene genoegzame hoeveelheid oagebluschte kalk ter behoorlijke diepte te doen begraven en
2 Dit besluit onmiddellijk mede te deeien aan heeren Gedepateerde Staten der Provincie Zuid Hoiland af te kondigen binnen de Gemeente en te plaatsen in de Goudsche Courant NoordfTaddinxvee den 26 April 1866 Burgemeester en Wethouders voonioemd De Weth 1 Secr De Burgemeester W BLOK Van DORT KROON
J M van MINDEN
TANDMDESTER dn belde buurt te Gouda plaatst KUNSTTANBEN
op Caoutchouc Guttapercha Gond en al andere nieuwe methoden Voor dit alles wordt gegarandeerd Ook repareert hij spoedig stukken van andere meesters en verrigt verder alles wat de tandheelkunde betreft op zeer gemakkelijke wijze Dagelijks te spreken
De Adininiïtfatié dér K K gepriv algem Oostenr GrondCrediet Vereeniging
adverteert dal de Coupons vervallende 1 Mei 1S66 der door haar uitgegeven 5 Pandbrieven in zilver Ismede de op den 1 Februarij 1866 te ffeenen uitgelootte stukken van af dien dag Depaald zullen worden de Coupon groot fl 25 met ƒ 29 37
II II n Vs II 8
tl n Il 5 87
2V3 2 94
aflosb Pandbr groot 100 117 50
200 235
I I n II 300 852 50
1000 1175
ten haren kantore te Amsterdam alsmede
bij hare Agenten de Heeren W KxNOX
DOSTLAND KassiersenMakelaarsteGOTKfa
Raderstoomboot d USSEL
Van Gouda Maandag en Dingsdag 3 morgens 6 uren de overige dagen s morgens 7 uren Zondags s morgens 6l s uur
Van Rotterdam op gelijke dagen s namiddags 2 uren Zondags s avonds 5 uren Dagelijks Setourkaarten UËGEMEESTER WETHOUDERS van Broek overwegende dat op den 18 en 20 pri i 11 door de na te noemen Veehouders bij den Burgemeester aangifte is gedaan dat drie runderen afgezonderd staande in de bij hunne woning behoorende stalling door ziekte zijn aangetast
dat blijkens nadere aangiften die runderen op heden daaraan zijn gestorven
Gelet op de scbriftelijke verklaringen van den veearts E Overbosch te Gouda waaruit blijkt dat ïan G Spruijt Az te Noord Waddiniveen één driejarige zwart bonte en één zevenjarige wit bonte koe en van K Jonkheid alhier één zwart bonte pink zijn aangetast geweest door de hserèehende besmettelijke veetyphus en daaraan gestorven en dat de onteigening van voormelde runderen dringend noodzakelijk is ten einde die ter voorkoming van verdere uitbreiding dier ziekte met de huid te kunnen begraven
Gezien de artt 69 lot en met 72 der wet van den 28n Augustus 1851 staatsblad a 125 Hebben besloten
1 Boven omschreven runderen dadelijk te onteigenen en na inkerving der huid met bijvoeging van eene geuoegzame hoeveelheid ongebluschta kalk ter behoorlijke diepte te doen begraven en
2 Dit besluit onmiddellijk mede te deeien aan heeren Gedepoteerde Staten der rovincie ZuidHolland af te kondigen innen de Gemeente en te plaatsen in de Goudsche Courant
Bkoek den 24 April 1866 Burgemeester en Wethouders voornoemd De Wethoader 1 Secr De Burgemeester I J JONKHEID Van DOBT KSOON
De commissie ter bereiding en uitdeeling van Soep alhier geeft bij deze kennis dat door haar in het afgeloopen wintersaizoen zijn uitgcU eld 29640 portièn soep zij brengt haren da ik aan allen die door bijdragen haar daartoe in staat stelden en berigt tevens dat de rekening en verantwoording van af heden gedurende acht dagen ter inzage ligt ten huize van den Secretaris
W J FoBTüiiN Dboogleeveb Vaorz
A SCHOONKVELD V D CLOET SeCT
Gouda April 1866
Yrij van Zegel ea Kegistratie regten ingevolge het K besluit vaa den 6 Seyt 1865 no 52
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Gouda overwegende dat volgens de verklaring van den Rijks Veearts E Overbosch alhier door de besmettelijke Veeziekte is aangetast en daaraan gestorven een zwart bont kalf oud vier weken toebehoorende aan Jan de Vries
Overwegende dat volgens die verklariug de onteigening van genoemd rund noodzakelijk is ten einde het ter voorkoming van verdere uitbreiding dier ziekte met de huid te kunner begraven Besluiten
Boven omschreven rund te onteigenenen na inkerving der huid met bijvoegingvan eene genoegzame hoeveelheid ongebluschte kalk ter behoorlijke diepte tedoen begraven en dit besluit te doenplaatsen in de Goudsche Courant GocDA den 23 April 1866 Burgemeester en Wethouders voornoemd De Burgemeester Van bergen IJZENDOOEN De Secretaris DROOGL EEVER FORTUIJN
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Beeuiffijk overwegende dat volgens de verklaring van den deskundige E Overbosch rijksveearts te Gouda door de besmettelijke veeziekte is aangetast en daaraan gestorven van Jan Hooftman Janz te Reeuviijk een zwart bont rund oud vier jaren
overwegende dat volgens die verklaring de onteigening van genoemd rund noodzakelijk is ten einde het Ier voorkoming van verdere uitbreiding dier ziekte met de huid te kunnen begraven
Gelet op de artt 69 tot en met 72 der wet van den 28 Augustus ISól staatsblad n 125 Hebben besloten
1 Boven omschreven rund dadelijk te onteigenen en na inkerving der hnid met bijvoeging van een genoegzame boeveelheid ongebluschte kalk ter behoorlijke diepte te doen begraven en
20 Dit besluit onmiddellijk mede te deeien aan heeren Gedeputeerde Staten der Provincie ZuidHolland af te kondigen binnen de Gemeente en te plaatsen in de Gondsche Courant
Beeumjk den 24o April 1866 Burgemeester en Wethouders voornoemd
De 1 Secretaris De Burgemeester P DE WILDE weth C BRACK
Prijs van het gedestilleerd bij G F van de VELDE te GOUDA met inbegrip van Rijks en Gemeente accijns bij eene hoeveelheid van minstens tien kan
contant
Zuiver overgehaalde JENEVERa 46 io per kan 64 cents Jenever 2 soort Moutwijn a 46 o o per kan 83 cents inl BRANDEWIJN 46 io pe k 67 cents Meerdere of mindere sterkte naar evenredigheid
Door plaatsgebrek zijn vij verpligt eenige Adverteniien tot een volgend A U te stellen
Boekdrulkerij van A BRINKMAN
AFKONDIGING
BURGEMEESTER en WETHOUDERS vnn Gouda ontvangen hfbliriide een besluit van tleu Heer Commissaris des Koniiigs in de Provincie Zuid Holland houdende eenige bepalingen ten aanzien der beschrijving voor het Patentregt over 186 dat is van den 1 Mei JSüti tot den 30 April 1867 brengen ter kennis van de Ingezetenen
1 Dat op den 1 Mei aanstaande een aanvang zal worden gemaakt met de beschrijving der patentpligtigen Tabel i + u 37 tot 40j zijnde de slijters tappers koffijhuis kroeghouders enz en met het rondbrengen aan de huizen van de deelaratoiren die na verloop van drie dagen van wege den ontvanger der Directe Belastingen weder zullen worden afgehaald waarbij gemelde patentpligtigen worden herinnerd aan de bepalingen van art 2 der wet van den 24 ipril 1 43 Staatsblad n 16 dat zij hun beroep niet mogen uitoefenen dan nadat zij de helft van hunnen aanslag over liet dienstjaar 1866 hebben voldaan eu nadat het verschuldigde over het voorgaande jaar ten volle zal zijn aangezuiverd waarvan zal moeten blijken alvorens de patent acten aan hen zullen kunnen worden afgegeven Dat zoo spoedig mogelijk hunne aanslagbiljetten zullen worden bezorgd de patent acten in gereedheid gebragt en het tijdstip bekend gemaakt waarop die zullen worden uitgereikt
2 Dat met de beschrijving van de gewone patentpligtigen Cc den jare 1866 begonnen zal worden den 8 Mei aanstaande CU dat de verklaringen aan de huizen der ingezetenen zullen rondgebragt worden terwijl de weder inzameling dier verklaringen op den achtsten dag nadat zij zijn uitgegeven behoort plaats te hebben op welke verklaring die kooplieden of winkeliers welke buskruid iUen veikoopen of vuurnerken maken zulks zullen moeten vermelden ten einde dit op hun patent uitgedrukt worde hen hierbij herinnerende aan art 21 der Wet van den 26 lanuarij 1S15 Staatsblad n 7j luidende Kooplieden of winkeliers in steden plaatsen of ten platten lande welke buskruid willen verkoopen of vuurwerken maken zullen deze nering niet vermogen te doet noch dit beroep uitoefenen zonder dat zulks in hun patent worde uitgedrukt op de boete van ƒ 500 enz Ook zulieii dipfxenen welke hunne goederen of v aren tevens op de lijze der kramers verkoopen gehouden zijn op hunne verklaringen daarvan melding te maken en zich deswege aan te geven onverschillig of dit alleen in de gemeente hunner woning don elders plaats heeft
3 Dat de registers der patentpligtigen zullen worden gesloten den 31 Mei aanstaande wordende wijders de belanghebbenden vernezen naar de bepalingen van artt 18 en 37 der wet van den 21 Met 1819 Staatsblad n 34 handelende zoo van de verpligting van hen welke bij de algemeene beschrijving zijn overgeslagen als van de boeten tegen het verzuim van en gebreken in de aangifte zelve te verbeuren
4 Dat de eigenaars vaste huurders of andere vaste gebruikers van binnen vaartuigen zich ter bekoming van PATENT zullen moeten aangeven op het Raadheid dezer Gemeente ten bureele van H H Zetters medebrengende hunnen meetbrief en hun patent van het vorige jaar eu zulks van den 1 tot den 15 Mei 1866 de zon en teestdagen uitgezonderd
5 Dat de kramers alhier niet gedomicilieerde ondernemers van vermakelijkheden en debilanten van loterijbriefjes die beroepen niet vermogen uit te oefenen alvorens het verschuldigde patentregt te hebben voldaan zij zullen zich tot het doen hunner aangifte almede ten bureele van H H Zetters moeten vervoegen wordende de kermis en marktbezoekende patentpligtigen herinnerd dat de Marktmeester hen niet vermag toe te laten hetzij met of zonder loodsen tenten kramen of stallen wanneer zij niet van patent acten voorzien zijn GOUDA den 20 Apjil 1866
Burgemeester en Wethouders voornoemd De Secretaris De Burganeester
DROOGLEEVER FOKTUIJN v BERGEN IJZENDOORN
AFKONDIGING
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Gocda gelet op art 30 § 1 en 3 der Wet van den 29 Maart 1833 Staatsblad n 4 op het Personeel houdende
Art 30 § 1 Voor ieder dienstjaar te beginnen met 1 33 zullen de ontvangers der directe bekistingen ieder iu zijne Gemeente en ouder toezigt des controleurs dier belastingen aan de woningen van alle ingezetenen in persoon bezorgen of door eenen geu agtigde doen bezorgen een beschrijvingsbiljet bevattende eene bekuopte opgave van de voornaamste bep lin gen der tvet en der door haar aan de belastingschuldigen op gelcgde verpligtingen en geschikt tot aangifte bij wïjze van antwoord op de vragen daarbij overeenkomstig het achter deze wet gevoegde formulier voorgesteld bijzonderlijk van het bedrag der huurwaarde het aantal deuren en vensters en haardsteden mitsgaders vau hun verlangen om de waarde vnn hun mobilair bepaald te zien op den voet des tariefs bij art 28 § 3 vastgesteld of te wel tot het vragen van schat ting eu telling dier voorwerpen op den voet als bij $ 2 en 3 van art 2S bepaald van het aantal ea de klasse der in dienst of in gebruik gehoudene dienst eu werkboden en paarden alles voor zoo verre negens ieder dier voorwerpen de belasting op 1 Mei des jaars was verschuldigd en met aanwijzing van alle zooii inige verdere bijzonderheden als waar van de kennis volgens de bepalingen dezer wet wordt ver eiseht tot regeling der verschuldigde belasting
ii 2 De tijd der uitreiking van de beschrijvingsbilletten zal door het gemeentebestuur vooraf worden bekend gemaakt en verblijft tie beschikking deswege aan lederen Commissaris des Konings in zijne provincie
Gelijktijdig met voorschrevene bekendmaking zal het Ge meenlebestuur de Iiigezeteneu verwittigen van denamen der personen welke ingevolge art 29 § 2 door hetzelve als te genschatters zijn benoemd
Maken bij deie aan de inwoners dezer fie neentc bekend
Dat de ontvanger der directe belastingen voornoemd aan hunne woningen op den S Mei aanstaande en volgende dagen zal doen bezorgen een beashrijviiigsbiljet hetwelk inlioudt eene I korte scliets van de grondslagen der voornoemde bekisting zijude 1 De Hiuirwa irde 2 Deuren eii Vensters 3 De Haardsteden 4 Het Mobilair 5 De Dieustborlen o De Paarden bij welk biljet waarin de verpligting jfgens s Rijks schatkist in betrekking tot de belasting wordt opgegeven aan lederen ingezeten de noudiire vragen dienaang u nde ter beantwoording zullen ijn voorge teld ten einde luj hetzelve met de meeste na iuwkeurigheiJ invulle
Dal acht dagen na de uitreiking van voormelde biljetten zij ingevuld van de woningen der ingezetenen door of van wege den Ontvanger zullen worden afgehaald staande het echter een ieder vrij de invulling te doen verrigten eu het biljet zijnentwege te doen ouderieekenen door den Ontvanger of zijnen gemagtigde
Dat de ingezeteuen welke bij de lieschrnviug geen biljetzullen he n ontvangen gehouden zijn om de vereischte enbehoorlij vulde verklaringen vóór of uiterlijk op den 31
Mei in tt dienen ten kantore des Ontvangers alwaar de Biljetten ter invulling steeds verkrijgbaar zullen zijn
Dat do nalatigheid onnaauwkeurigheid of valschheid in de iuvuUing der beschrijvingsbiljetten ten gevolge zullen hebben de toepassing der boete en poenaliteiten bij art 35 § 1 tot 7 der Wet vastgesteld
Terwijl eindelijk tot narigt der Ingezetenen met betrekking tot hunnen aanslag aan hen wordt kenbaar gemaakt dat de bevolking van de kom dezer jemeente bedraagt een aantal van 13397 zielen en tevens dat tot tegenschatters zijn benoemd
W VAN BEMMEL
A OUDIJK
B W IVIARKENSTEIJX en A VAN GENT
W ordende een iegelijk mits deze aangemaand zich ten stipste naar de bovenstaande bepalingen te gedragen ten einde zooveel hem betreft de orde en naauwkeurigheid in de beschrijving van voormelde belasting te bevorderen en zich voor schade te wachten
GOUDA den 20 April 1866
BcFGEMEESTEK en Wethocdebs voomoemd
De Secretaris De Burgmiieester
DROOGLEEVER FORTUIJN v BERGEN IJZENDOORN
Boekdrukkerij ran A Brinkman te Govda