78 HERINNERINGEN UIT SCHELTE'S ONEIGENLIJKE EN DUBBELZINNIGE SPREEKWIJZEN. Ligtvaardig Zondag. Hoe kan het Zondag zijn? Daar heeft geen zon geblonken, ’t WasZond-dag, want ik zag elk met zij n zonden pronken Een die ligtvaardig is, schat gij dien goed of boos? Die dra gereed is, goed; den andren, goddeloos. Tijdens het schrikbewind in Frankrijk, speelde een weggeloopen tuchthuisboef den patriotom 'daardoor zijn vorig gedrag te doen vergeten. Hij liep de huizen binnenen keerde er al de schilderijen omop welke leliën waren afgebeeld. Toen hijmet gelijk oogmerk, weder zulk een bezoek bij eenen burger afleide, wien deze handelwijze verdrootvoerde deze hem te gemoet: Als er u zoo veel aan gelegen isdat alle leliën ver dwijnen keer dan ook uwe schouderhuid om.” braakt worden.” Vol afgrijzen en schrik stort de landman uit het bedtrapt de deur open en schreeuwt het gansche huis wakker. De waard snelt toe. Wat scheelt u toch?” vraagt hij den boer. Wat mij scheelt? bij alle duivels! gij laat mij daar slapen met den beul: behandelt men dus fatsoenlijke klanten? De deur opendat ik terstond dit vervl kot verlate Hij vertrekt, en de engelsche Rabelais, over zijne gui- terij in ’t vuistje lagchendesliep zeer gerust een gat in den dag. l 't

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Adresboeken Gouda | 1844 | | pagina 51