61
ZONDERLING GEBED.
DE GROOTMOEDIGE MARKIEZIN.
DE WARE MENSCHENVRIEND D'APCHON.
Een anders zeer bekwaam chirurgijn te Parijs was
zoo ongelukkig dat hij der markiezin van Villacerf
eene slagader doorsneed. Daar er koudvuur bij de
wond kwam, moest de arm afgezet worden. Maar
ook deze operatie liep ongelukkig af. Een ander
zoude in dezen toestand op den wondheeler verbitterd
zijn geweest doch dit was geenszins het geval met
de stervende markiezin van Villacerf. Zij was eene
christin en liet met de reinste oogmerken in haar
testament de volgende woorden plaatsen:
Ik vermaak aan den ongelukkigen heelmeester
zoolang hij leeft eene jaarwedde van duizend
guldendewijl ik vooruitzie dat de arme man van
nu af aan alle praktijk zal verliezen, en bijgevolg
eene prooi der armoede zou worden.
In het jaar 1781 ontstond er brand te Audi, eene
stad van het voormalig Gascogne in Frankrijk.
De aartsbisschop d’Apchon ijlt er heen, om door
zijne tegenwoordigheid het blusschen te bespoedigen.
In een brandend huis waren twee kinderen in de
verwarring achtergebleven. De moeder schreeuwde
Vóór den beroemden slag bij Murten eene stad
in het kanton Freiburg alwaar in Junij 1476 het
kleine leger der zwitsersche eedgenooten tegen over
40,000 Öostenrijkers stond deed de aanvoerder der
Zwitsers het volgend gebed op zijne knieën. Lieve
God Hebben wij gelijk, help ons-, hebben onze vijan
den gelijk, help hen-, hebben wij beide gelijk, zie
dan enkel toehoe dapper wij ons zullen weren.
doorziet en die al de voorvallen dezer wereld vol
gens heilige en wijze bedoelingen leidtindien Gij
ziet, dat mijne regering uwen roem en het welzijn
van uw volk zal bevorderenindien Gij weetdat ik
geene andere eerzucht heb dan ter eere van uwen
heiligen iiaam en tot welzijn van dezen staat iets
bij te dragenbegunstig dano groote Godde
geregtigheid mijner wapenen, en beweeg alle aan
voerders dat zij hem erkennendie hun door uwe
heilige besluiten en de regtmatige troonsopvolging
tot vorst wordt gegeven. Maar zoo het U heeft
behaagd het anders te verordenen of zoo Gij ziet
dat ik van het getal dier koningen zal zijn die
Gij in uwen toorn aan de volkeren geeftontneem
mij dan met de kroon ook het leven. Laat mij
dan heden nog vallen als het offer van uwen heili
gen naam.»
Dit gebed ontvonkte zijn leger dermate, dat het
met de grootste vervoering uitriep: De koning leve!»
Nadat hij zijnen helm had opgezet waarop een bos
van drie witte vederen omhoog rees sprak hij het
escadron dat hij-zelf aanvoerdemet de volgende
woorden aan Mijne wapenbroeders zoo gij he
den uw leven voor mij waagt, ik waag ook het
mijne voor uik wil overwinnen of met u sterven.
Ik bid u, handhaaft dapper uwe stelling, en als de
hitte van den strijd u er uit mogt dringen zoo
herzamelt u ten spoedigstewant daarvan hangt het
gelukkig gevolg van den slag geheel af. Uw veree-
nigingspunt zij de plaats tusschen de drie hoornen,
welke gij daarboven ter regterhand ziet, en mogt gij
uwe vanen en standaards verliezen verliest slechts
mijn’ witten vederbos niet uit het gezigtgij zult
dien bestendig op den weg der eer en der over
winning vinden.
Met deze christelijke gezindheden trok Hendrik zij
ne vijanden te gemoeten zijne zegepraal kon niet
volkomener zijn.
60