89
Verordening van Policie,
Uitoefenen
nimmer binnen den afstand
Geen vuurwerk mag worden vervaardigd
van sommige Beroepen
en Bedrijven.
Niemand mag meer dan een vat, hetzij
vol of ledig, te gelijk over de straat voortrollen, en
is de vervoerder verpligt, bij het afkomen van eene
brug of eenige andere hoogte, zich vóór het af te
rollen vat te plaatsen, ten einde het tegen te hou
den en te besturen.
Art. 11. Zonder vergunning van Burgemeester
en Wethouders mag niemand koestallen daarstellen
of de bestaande vergroolen.
Art. 12. Het is verboden zonder toestemming
van Burgemeester en Wethouders in huizen, stallen
of eenig ander gebouw, op binnenplaatsen of erven
te bergen of te bewaren mestspeciën, dierlijk of
plantaardig afval, bedorven vleesch, visch of andere
aan bederf onderhevige voorwerpen, dooi welke
stank of onreinheid wordt verspreid ook zal nie
mand in voorschreven plaatsen leder, beenderen of
in kamers of vertrekken, waar vuur of licht aan
wezig is of tabak gerookt wordt.
Art. 7. Het is verboden, tabak te rooken bij
hel laden, lossen of verwerken van ligt ontvlambare
goederen; in de werkplaatsen van schrijnwerkers,
timmerlieden, kuipers, blokmakers, wagenmakers,
stoeledraaijers, klompernakers, zeilmakers en van
soortgelijke handwerken uitoefenende personen, als
mede in zaagmolens en op scheepmakerijen.
Art. 8. Tusschen zonsonder- en zonsopgang is
hel verboden touwwerk te lanen of te teren, kalk
te blusschen of te lesschen, lood, smeer, vel, zwa
vel, pik of leer te smelten of vernis te koken.
Art. 9. Het verbranden van stroo, ruigte of
vuilnis zal geen plaats mogen hebben tusschen
zonsonder- en zonsopgang, altijd moeten geschieden
in het open veld, en nimmer binnen den afstand
van twintig ellen van den openbaren weg, de straal
of het vaarwater.
Art. 10.
Art. 1. Den loodgieters en leidekkers is het ver
boden, lood of soldeer ergens anders te smelten dan
in de open lucht, of ouder schoorsteenen in keu
kens, snuivers of andere werkplaatsen.
Art. 2. Zij zullen geene heele bouten mogen
nederleggen in kamers, op zolders, daken of goten.
Art. 5. Elk, die vuurwerken wil vervaardigen,
schietkatoen, buskruid of vuurwerk verkoopen of
meer dan vijf pond buskruid in een huis of ge
bouw bergen, moet zijn voornemen daartoe schrif
telijk aan Burgemeesters en Wethouders acht dagen
te voren kenbaar maken, met bepaalde aanwijzing
van de plaats waar, of hel huis of gebouw waarin
hij zulks verlangt te doen. Zij die dit beroep,
tijdens het in werking komen dezer Verordening
uitoefenen, zijn verpligt. binnen acht dagen na
hare afkondiging, daarvan aangifte te doen aan het
bureau van den Commissaris van policie.
Art. 4. Indien het geldt de voortdurende uit
oefening van het beroep van vuurwerkmaker of den
handel in schietkatoen, buskruid of vuurwerken,
zal de belanghebbende geen gevolg geven aan zijn
voornemen, dan nadat de door Burgemeester en
Wethouders noodig geoordeelde voorbehoedmiddelen,
onder toezigt van Booimeesters, zijn gemaakt.
Art. o. Tusschen zonsonder- en zonsopgang mag
geen buskruid, schietkatoen of vuurwerk worden
verkocht.
Art. 6.
OP HET
Vastgesteld 36 Jan narij 1855.