No. 117 11 MEI 1945 OFFICIEEL MBDEDEELINGENBLAD VOOR GOUDA EN OMGEVING UITGAVE VAM DE SAMENWERKENDE „ILLEGALE" BLADEN STADS NIEUWS HET SLOT DER FEESTDAGEN. Geestdriftige huldiging van het Militair Gezag. Van de slavernij verlost. BUREAU MARKT 9 - GOUDA Eén ia wederopbouw. Een dienende taak. DE TOEKOMST VAN ONZE vSTAD. Wij zullen moeten werken tot het uiterste. Uit de rede, die burgemeester K. F. O. James in de herdenkingsbij- DE V Een grootschen Intocht van gealiieeide strijdkrachten heeft Gouda niet mogen aan schouwen, doch in ieder geval is er gister avond een défilé geweest. Een zeer bescheiden défflé overigens. Het vormde met de ont vangst ten stadhutze van het Militair Ge tag het einde van de „feestelijkheden'' bij ge legenheid van onze bevrijding. De belangstelling op de Markt was enorm groot. Rijen dik stonden de mecschen te wachten op de komende dingen. Dat wachten duurde nogal lang, maar de radto-geiuids installatie zorgde voor pittige muziek. Om kwart voor negen ving het détile aan. Voorop marcheerde de muziekvereeniging D.K.Al van de Korte Akkeren, dan kwamen enkele auto's met het Militair Gezag, de motor-compagnie van de B.S., een aantal trommelslagers van de Verkenners en .en slotte een lange stoet van Binnenlandsche Strijdkrachten. Zij trokken langs hetachter- balcon van het stadhuis, waar burgemeester ]ames met zijn echtgenooje, de Staf van de B. S., vertegenwoordigers van L.O. enN.S.F. de wethouders C. H. Koemans, mr. H. de Witt Wijnen, E. A. Polet en mevr. van Dantzig-Melles, alsmede leden van den voormallgen gemeenteraad zich hadden op gesteld. Toen het Militair Gezng, van geallieerde zijde vertegenwoordigd door Major R.T. Hills en Captain A. C. Griffiths en van Nederl. zijde door Majoor J. A. Hagedoorn en Kapitein J. Vriesendorp, met nog eenige andere militairen in de raadzaal ge arriveerd was, heeft burgemeester dr. K. F. O. ]ames, eerst in het Engelsch en daarna in het Nederlandsch een welkomstwoord gesproken. Naar het moment van Uw komst, zeide de burgemeester, hebben wij met verlangen uitgezien. Gij hebt Europa verlost van de slavernij, welke de nazi's ons hadden op gelegd. Wij danken U uit het diepst ven ons hart. Wij beschouwen U als vrienden en wij weten, dat deze vriendschap weder- kcerig is en zal voortduren. Gij zijt ver wonderd in een stad, waar gi) verwachtte, dat de honger overheerschte, zoo'n laaiend enthousiasme te ontmoeten. In het algemeen had onze stad het hard te verantwoorden in deze jaren. De sterfte b.v. is verdriedubbeld. Maar het nieuws van onze bevrijding gaf j ons nieuwe krachten en bracht aan de oppervlakte alle reserves van zielen lichaam. Wij hebben de vreugde hoog doen oplaaien. Doch aan alle goede dingen komt een eind, zoo ook aan ons feestbetoon om de herwon nen vrede. 10 Mei 59lO, zwarte dng van verschrikking 10 Mei 1945 blijde dag van vreugde, uw zon neigt ter kimme. Maloor R. J. T. Hills beantwoordde de toespraak van den burgemeester. In al de jaren, die ik in het leger heb doorgebracht, heb ik menigen gelukkigen dag gekend, doch een van de gelukkigste dagen van mijn gehele leven was wel mijn aan komst in Gouda, vooral, omdat deze samen viel met V-dag, het einde van den oorlog. Wij hadden nergens V-dag beter kunnen vieren dan in Gouda. Hoewel wij onze aan komst nooit in Uw stad geweest zijn, weten wij er toch veel van. Alles wat wij in boeken en geschriften over Gouda konden vinden, hebben wij verzameld, omdat wij wisten, dat het onze standplaats zou worden. Ik was zoo vervolgde Major Hllls bij de luchtlandingstroepen, die op 17 September bij Nijmegen landden. Was deze operatie gelukt, dan zou de oorlog een ander ver loop hebben gehad en voor U eerder afge- loopen geweest zijn. Het heeft helaas niet zoo mogen zijn. Nu is de oorlog voor ons allen voorbij, maar er Staan ons nog zeer veel moeilijk heden te wachten, die alleen door goeden wil en hard werken overwonnen kunnen worden. Wij zijn vereenigd geweest in den strijd, laten wij ook vereenigd blijven, bij den wederopbouw van ons leven, van onze huizen van de geheele wereld. Een geweldige taak staat ons te wachten. Burgemeester, ik dank U voor het wel komstwoord. dat U mij en mijn officieren hebt toegesproken. Het spijt mi), dat ik U dit alles niet in het Nederlandsch hebkunnen zeggen, maar Ik kan gelukkig eindigen met de Nederlandsche woorden: Leve de Koningin Oranje boven! Hierna begroette burgemeester ]ames de Commissaris en Officieren van het Nederl. Militaire Gezag, dat hij als een tusschen- schakel zag tusschen de geall.legereenheden en de burgerij. De burgemeester zegde den Heeren alle mogelijke medewerking toe bi) de uitoefening van hun taak. Wij moesten er nog even aan wennen goed Nederlandsche gezichten en vertrouwde Nederlandsche stem men te vernemen van in Britsche uniformen gehulde militairen. Wij zijn er reeds aange wend en wij zijn er trotsch op, op deze uni formen onze Nederlandsche leeuwen te zien klauwen, ons Oranje te zien prijken en onze eigen officieren-distinctieven terug te vinden. Spreker voerde de gedachten terug naar den lOen Mei van vijf jaar geleden, toen de he mel ook blauw was en de zon ook galden scheen, maar toch zulk een zwarte dag, het begin van wellicht het zwartste tijdvak onzer geschiedenis. De tragische cirkel is gesloten, de verstoorde vrede is hersteld. Maar Europa is voor een groot deel één ruïne. Met stroo men jeugdig bloed is de aardbodem gedrenkt. Deze bodem, zal zij thans e"n Qoeden oogst dragon Het zal onder Gods zegen van onzen eigen goeden wil, van onzen arbeid afhangen. Laten wij aan het werk gaan met het gelaat gekeerd naar een lichter horizon, bouwend ieder aan eigen huis, tezamen aan het oede vaderland. Ten slofte voerde het woord Majoor J. A. Hagedoorn, die verklaarde, dat het Militair Gezag een dienende taak heeft. Hoe eerder het echter verdwenen is, hoe beter het is. De nood, waarin Holland verkeert, is aan Engeland en Amerika bekend. Beide landen zullen alles doen om Nederland op de been te helpen Eigen hulp is echter de beste hulp. Daarom dienen de handen uit de mouwen te worden gestoken en dient men zelf aan te pakken. Na de toespraken be: af het gezelschap zich naar het acliterba'con $an het stadhuis. Opnieuw werd er gedefileerd en het Militair Gezag had een hartelijke, enthousiaste hulde van de burgerij in ontvangst te nemen. Het publiek zong het Wilhelmus en vervolgens het Engelsche volkslied en het juichte de militaire auioriteiten langdurig toe. Dezen waren voor de hulde zeer erkentelijk en had den cr veel plezier van, dat men haBst van geen ophouden wist. Het wps opnieuw een uiting van de groote erken'.e'ijkheid, welke er om onze bevrijding heerscht.

De Vrije Pers | 1945 | | pagina 1