Het zal moeilijk zijn alle woningzoekenden tehelpen, mede gelet op de
vooruitzichten op woningbouw-gebied.
Garantieverlening.
Bij raadsbesluit van 14 mei 1981 is een fonds ingesteld voor het opvangen van
verliezen bij gedwongen verkopen van woningen, waarbij de gemeente zich garant
heeft gesteld voor de betaling van rente en aflossing van aangegane hypothecaire
verplichtingen.
In verband met de toename van het totaal der garanties, wordt voorgesteld de
hoogte van deze reserve te verhogen met 10% van de reeds aanwezige reserve
(toename 37.000,-).
Gemeentelijke woningen.
Voor wat betreft de 12 woningen aan de Burgemeester Klinkhamerweg, zal het
nodig zijn, dat extra onderhoud aan de vloeren in deze woningen wordt uitgevoerd.
Gefaseerd over een 4-tal jaren betekent dit jaarlijks 2.500,-.
Ook is het wenselijk de ambtswoning Leliestraat 1, alsmede de dienstwoning
Burgemeester Klinkhamerweg 24 een schilderbeurt te geven,
kosten hiervan worden geraamd op 17.000,-
Naast schilderwerk dienen, gelet op de onderhoudstoestand, de kozijnen in de
genoemde woning Burgemeester Klinkhamerweg 24 te worden vernieuwd.
De kosten hiervan bedragen 7.000,-.
Ruimtelijke Ordening.
Algemeen.
Door de veelheid van plannen is de overzichtelijkheid verloren gegaan. Dit geldt
met name voor het landelijk gebied en voor het dorp.
Het voornemen bestaat in eerste instantie voor wat betreft'het landelijk gebied dat
aan een 7e herziening toe is, een aanvang te nemen met de voorbereidende werk
zaamheden voor een nieuw bestemmingsplan.
Ten aanzien van de diverse plannen is het volgende op te merken:
1. Streekplan Zuid-Holland Oost.
Van het in 1978 door Provinciale Staten van Zuid-Holland vastgestelde streek
plan, dat als basis wordt gezien van de gemeentelijke bestemmingsplannen, is
inmiddels een ontwerp van een evaluatienota verschenen.
Mede op advies van de commissie Financiën c.a. is Gedeputeerde Staten van
Zuid-Holland gewezen op de continuering van de woningbouw in tertiaire kernen
zoals Zevenhuizen.
2. Bestemmingsplan "Landelijk Gebied".
a. basisplan.
Bij Koninklijk Besluit van 11 september 1979 is dit plan gedeeltelijk goed
gekeurd. In de 7e herziening zijn de gevolgen van deze gedeeltelijke goed
keuring verwerkt.
b. 1e herziening (niet doorgegaan).
c. 2e herziening.
Deze in 1977 door Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland goedgekeurde
wijziging omvat een uitbreiding van de tuibouwbestemming aan de Bredeweg.
Een nadere uitwerking zou vervat worden in de 4e herziening.
d. 3e herziening
Deze herziening door de raad vastgesteld op 26 juni 1980, houdt verband met
de ontwikkeling van een volkstuinencomplex nabij de Wollefoppenweg.
Daaraan werd door Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland op 12 mei 1981
goedkeuring verleend.
e. 4e herziening.
Deze door de raad op 18 december 1980 vastgestelde herziening, die omvatte
een nieuw wegtracé nabij de Rottekade en nadere uitwerking van de tuinbouw-
bestemming, kon niet de goedkeuring van Gedeputeerde Staten van Zuid-
Holland verkrijgen. In onderzoek is nog in hoeverre wijziging van het wegtracé
nog noodzakelijk is.
Voor wat betreft de tuinbouwbestemming, zal aandacht besteed worden in de
7e herziening.
f. 5e herziening.
Deze herziening, vastgesteld op 18 december 1980 en op 3 maart 1982 door
Gedeputeerde Staten goedgekeurd, heeft betrekking op de reconstructie van
de Noordelijke Dwarsweg en de aanleg van een fietspad langs die weg.
g. 6e herziening.
Aan deze bij raadsbesluit van 19 maart 1981 vastgestelde herziening, die
beoogde een "open" houden van het gebied om en nabij de Knibbelweg en de
Bierhoogtweg, is door Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland gedeeltelijk
goedkeuring onthouden bij besluit van 12 mei 1982.
Bij raadsbesluit van 7 juli 1982 heeft de raad hiertegen beroep ingesteld bij de
Kroon. Blijkens verstrekte informatie hebben ook anderen tegen deze
beslissing beroep aangetekend.
h. 7e herziening.
In deze herziening zijn verwerkt de nog resterende opmerkingen van de Kroon-
uitspraak alsmede diverse knelpunten waaromtrent van gedachten is
gewisseld in de vergadering van de commissie Financiën c.a. d.d. 25 januari 1982.
Het vooroverleg is inmiddels afgerond en het college verwacht dan ook binnen
kort het definitieve ontwerp ter inzage te leggen.
3. Bestemmingsplan "Zevenhuizerplas".
Basis.
Dit in 1975 vastgestelde plan verkreeg de gedeeltelijke Koninklijke goedkeuring
in 1979.
Wijziging zal nog noodzakelijk zijn in verband met:
a. de wijziging van de gemeentegrens in 1978;
b. de ontsluiting van de Zevenhuizerplas.
In voorbereiding is een 1e wijziging teneinde het mogelijk te maken dat een voor
ziening (tennisbanen) aan de westzijde van genoemd plan gerealiseerd kan
worden.
4. Bestemmingsplan "De Bonk".
In de raadsvergadering van 18 november 1982 heeft de raad besloten tot vast
stelling van dit plan ter vervanging van het in 1943 vastgestelde plan.
5. Bestemmingsplan "Bermweg".
a. Basis.
Dit bij raadsbesluit van 12 april 1973 vastgestelde plan is in 1974 door
Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland goedgekeurd.
b. 1e herziening.
Deze bij raadsbesluit van 29 januari 1981 vastgestelde en door Gedeputeerde
Staten van Zuid-Holland op 2 december 1981 goedgekeurde wijziging beoogt
het treffen van een definitieve regeling ten behoeve van tuinhuisjes.
6. Bestemmingsplan "Noordeinde-Bredeweg".
a. Basis.
Bij raadsbesluit van 12 april 1973 is dit plan vastgesteld en door Gedeputeerde
Staten van Zuid-Holland goedgekeurd in 1974.
b. 1e herziening.
In de vergadering van 7 oktober 1982 heeft de raad genoemde herziening, die
beoogt een zoveel mogelijk tegemoetkomen aan wensen en verlangens van
diverse belanghebbenden, aldaar, vastgesteld.
Na tervisielegging zal zij ter goedkeuring aan Gedeputeerde Staten worden
voorgedragen.
7. Bestemmingsplan "Sportvelden".
Dit bij raadsbesluit van 12 april 1973 vastgestelde plan is in 1974 door
Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland goedgekeurd en inmiddels vigerend.
8. a. Bestemmingsplan "Dorp".
b. 1e herziening (plan Zuidpias).
c. 2e herziening (plan West).
d. 3e herziening (uitbreiding Nijverheidscentrum).
e. 4e herziening (oprit Kratonlaan).
Het oorspronkelijke plan dateert van 1970 en is in 1974 Koninklijk goedgekeurd.
De wijzigingen van respectievelijk 197.6, 1976, 1979 en 1981 hebben de goed
keuring van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland verkregen in respectievelijk
1977, 1977, 1980 en 1981.
Ter uitvoering van de 2e herziening zijn een tweetal uitwerkingsplannen vast
gesteld, te weten in 1979 en 1981, die de goedkeuring van Gedeputeerde Staten
van Zuid-Holland hebben verkregen in respectievelijk 1980 en 1981.
Een eerste wijziging, die verband hield met de realisering van premie-A- in plaats
van vrije-sectorwoningen, is in 1981 vastgesteld en inmiddels door Gedeputeerde
Staten goedgekeurd.
Voor wat betreft de eigendomssituatie in een der uitwerkingsplannen, zal binnen
kort de in procedure gebrachte onteigening afgewikkeld zijn.
Het college acht het wenselijk mede in verband met de onoverzichtelijkheid een
nieuw plan voor het dorp in voorbereiding te nemen.
9. Bestemmingsplan "Dorpsstraat".
Bij raadsbesluit van 30 juni 1977 is dit plan vastgesteld en in 1978 door
Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland goedgekeurd.
10. Bestemmingsplan "Dorpscentrum".
Mede naar aanleiding van het door de betreffende commissie uitgebrachte
advies omtrent een vanwege het college ontworpen plan voor het centrum van de
gemeente, is inmiddels het vooroverleg als bedoeld in artikel 8 van het Besluit op
de Ruimtelijke Ordening aangevangen.
Zeer binnenkort zal een nadere gedachtenwisseling plaatsvinden over de verdere
uitwerking en de financiële consequenties.
11. Bestemmingsplan "Swanla".
Een eerste gedachtenwisseling omtrent dit plan heeft op 7december 1981 plaats
gevonden in de commissie Financiën c.a.. Bij besluit van 17 december 1981 heeft
de raad gelden gevoteerd voor een nadere uitwerking van een schetsplan.
Dit plan is inmiddels gereed en momenteel is in voorbereiding de financiële
onderbouwing.
Zodra het college daartoe in de gelegenheid is, zal het hieromtrent nader met de j
raad van gedachten wisselen.
Openbare werken.
Personeel.
Het komende jaar is geen uitbreiding te verwachten van het personeelsbestand. Wel
zal er een mutatie optreden in verband met (vervroegde) pensionering van een j
medewerker.
Daarnaast is het mogelijk dat confrontatie plaats vindt met het feit, dat in verband
met vervroegde pensionering van een medewerker die een dienstverband heeft via
de W.S.W.-regeling, opvolging dient plaats te vinden door een personeelslid in
dienst van de gemeente en geheel ten laste van de gemeente.
Dit zal een extra uitgave betekenen van 40.000,- per jaar.
Hiermede zal in de begroting rekening moeten worden gehouden.