Buitenland.
Binnenland.
Gemengde Berigten.
Ingezonden.
Londen, 27 Junij. In het huis der gemeenten heeft lord
John Russell gisteren verklaard, dat bij de regering geene
nieuwe uitnoodiging van Frankrijk was ontvangen wat betreft
eene tusschenkomst in Amerika of de erkenning der zuidelijke
staten. De britsche regering bleef volharden bij haar stelsel
van non-interventie.
Parijs, 25 Junij. In afwachting van het oogenbiik, waar
op men Rusland's antwoord op de nota's der drie mogendhe
den zal kennen, wordt hier zeer veel van dat antwoord ge
sproken. De beweriugen daaromtrent loopen zeer uiteen, hetgeen
daaraan moet worden toegeschreven, dat daarvan tot heden niets
zelfs bij ons gouvernement bekend is^
Men meldt uit Petersburg dat de wreede maatregelen,
waarmede men den poolschen opstand nu tracht te onderdruk
ten, overal een zeer slechten indruk maken. De russische re
dering spreekt daarom heden alles tegen, wat omtrent generaal
Murawieff is gezegd. Rusland moet echter al zeer naïf wezen,
wanneer het meent, dat Europa deze logenstraffingen, die zoo
weinig kosten en een *an de gewone hulpmiddelen van de
russische regering zijn, voor goede munt zal aannemen. Alle
particuliere berigten bevestigen dan ook tot nog toe die wreed
heden, en de openbare meening in verontwaardiging ontstoken,
kan ze niet vergeten.
De Pays bevat een nieuw artikel, geteekend door den
secretaris der redactie, waarin wederom wordt betoogd, dat de
poolsche kwestie eene europesche is, dat Frankrijk in deze
bouwt op de verstandhouding met andere mogendheden, en
derhalve persoonlijk niets zal ondernemen.
Het Memorial diplomatique zegt te kunnen verkondigen,
da* de aanneming van de voorloopige grondslagen der nota's
van de drie mogendheden, door Rusland, zeker schijnt, hoewel
het kabinet van Petersburg zich het regt voorbehoudt, om in
eene gemotiveerde nota, eeuige wijzigingen te verlangen in het
collective voorstel dier mogendheden. Rusland zoude wenschen,
dat Pt tersburg als zetei der te houden conferentien werd ge
kozen. Hetzelfde blad voegt er bij, dat de drie mogendheden
zijn overeengekomen, om Brussel voor die conferentien aan te
bevelen. Men houdt het er voor, dat Rusland hiermede ge
noegen zal nemen.
29 Junij. Volgens de Patrie zal het besluit van 22 junij
(bet^etfeude de ministeriele wijziging) met 1 september 1863
een nieuw tijdvak openen voor de vrijheid van handel en van
de parijsche broodbakkerijen. Met dat tijdstip zal het aantal
bakkers onbeperkt en alle beperkingen afgeschaft zijn, terwijl
eene voldoende controle zal ingevoerd worden ter verzekering
dat het brood, hetwelk verkocht wordt, gezond is en dat eer
lijkheid bij den verkoop daarvan zal voorzitten.
Het poolsche commité te Parijs heeft een manifest open
baar gemaakt, waarin gezegd wordt, dat Polen zijn godsdienstig
geloof en zijne haardsteden verdedigt; dat het zijne vrijheid
en onafhankelijkheid terug eischt en niet ophouden zal te strij
den voor het zijne grenzen van 1772 op zijn verdrakker zal
heroverd hebben. Het manifest herinnert tevens aan de verkla
ring van het nationaal bestuur, dat Polen iedere transactie
verwerpt als een zelfmoord, als een verraad en dat de geheele
bevolking van de Weichsel tot aan den Dnieper de gelofte
heeft gedaan van liever te zullen sterven, dau een verdrag
aan te gaan met de vreemde overheerschers.
Weenen, 25 Junij. In het huis der heeren is het adres
aan den keizer, in antwoord op de troonrede, aangenomen,
700 als het door de commissie van het huis was ontworpen.
Slechts drie leden verklaarden er zich tegen.
l)e regering heeft thans uitgevaardigd het sedert gerui-
men tijd in de pen gebleven keizerlijk besluit, waarbij inge
steld wordt ecu dusgenaamde raad van onderwijs. Ditligchaam,
tot welks voorzuier benoemd is de ridder von Hasner, tevens
voorzitter van de tweede kamer, is besterad om lp '-ereischte
eenheid te brengen in het stauts-ouderwijs binnen de gion-ui
der oostenrijksche m narchie, over hare geheele uitgestrektheid
en met inbegrip van alle kroonlanden. Tot hiertoe bestaat de
bedoelde raad, met uitzondering van den persoon des voor
zitters, nog slechts alleen op liet papier, en de Ost-Deutsche
Post merkt op, dat het in leze zaak minder aankomt op de
ietter der bepalingen, vervat in het keizerlijk besluit, dan wel
op de personen tan wie de taak zal opgedragen worden.
In onze financiële kringen vertoont meu elkander brieven,
die* gezegd worden van goederhand te komen en volgens
welke lord Palmerston besloten zou hebben, in tegenspraak
«et de door lord Russell en door hem zei ven gedane verkla-
ijjigea^tot eene beslissende handeling ten opzigte van Polen
Van Londen zou het voorstel zijn uitgegaan, dat
j£i> béiie we*tersciie mogendheden commissarissen inogten be
noemen, die zich naar het tooncel des oorlogs zullen begeven
en zich ook roet de poolsche nationale regering in regtsireekscli
verband stellen.
Berlijn, 27 Junij. De Kreuzzeitung beweert, dat de
krachtige tusschenkomst van het koninklijk gezag, in de te
genwoordige staatkundige verwikkelingen, de zegenrijkste ge
volgen heeft g< -d; het blad begroet met vreugde deze ken-
teekenen van een ommekeer der gemoederen, welke door de
kunstgrepen der liberalen op het dwaalspoor waren gebragt!
Niettegenstaande deze heugelijke verschijnselen, verklaren toch
alle feudale dagbladen zich tegen de ontbinding van de ka
mer der afgevaardigden.
Frankfort, 26 Junij. In de zitting, gisteren door de
bondsvergadering gehouden, werden door onderscheidene staten
de namen opgegeven der generaals, welke met de aanstaande
inspectie van de contingenten van het bondsleger zullen wor
den belast. Overigens kwamen geene onderwerpen van eenig
belang in behandeling,
De zoogenaamde Groot-Duitsehe her"ormingsvereeniging,
welke thans reeds meer dan 2400 leden, meestal uit de voor
naamste standen, telt, heeft den 23stea eene algemeene verga
dering gehouden, waarin met opzigt tot de Slees wij k-Holsteinsche
kwestie, de verklaring is afgelegd, dat Duitschland door alle
aan hetzelve ten dienste staande middelen, de regten en de
zelfstandigheid van Sleeswijk behoort te handhaven.
Gouda, 30 Junij. Van goeder hand veineemt men, dat
op heden door de directie der gasfabriek alhio.rten adres is
ingediend aan den raad der gemeente, houdende eene aanbie
ding tot prijsvermindering van het gas, en wel tot op 17 ets.
per kub. el, bij eene verlenging der concessie omtrent de sted.
verlichting, met 10 jaren, of tot op 15 ets. per Lub. el, bij
eene verlenging met 15 jaren.
Door den min. van binnenl. zaken zijn bij de dienst van
den rijks-telegraaf o. a. benoemd tot telegraph0*''" °e klasse,
de telegraphist en 3e kl. A. Schuilenburg en G. Weiter.
In de zitting der eerste kamer van gister heeft de heer Yiruly
in substantie het volgende gesproken. ZEd. begon met de me-
dedeeling der redenen wa.irom hij tegen de begrooting van
den minister Uhlenbeck gestemd heeft. Ware hij vroeger
lid geweest, hij had voor de begrooting van den minister
Loudon gestemd. Hij ziet ook geen groot verschil tusschen
dien en den tegenwoordigen minister. Wel wil deze vaststel
ling der koloniale begrooting bij de wet, maar ook spr. is
daarvoor. Hij wijst er op, dat een der eerste daden van dezen
minister was intrekking der cultuurwet, terwijl hij in de tweede
kamer zijne denkbeelden heeft geopenbaard omtrent het cultuur
stelsel en de particuliere industrie, waarbij het contracteren met
de hoofden zal verboden worden, om de bevolking te vrijwa
ren tegen knevelarij en misleiding, en waardoor ook zal te
gengegaan wonlen de vermomde vrij-arbeid. Deze min. wil ook
uitbreiding van de cultures, wat de suiker betreft. Men behoeft
dus geen vrees te hebben, dat het batig slot zal verminderen, dat
wij ook noodig hebben, maar dat men niet doe* alle middelen
moet willen behouden. Z. i., en de min. meent dit ook, kan
dit behoud gepaard gaan met ontwikkeling der cultures en
wegneming van gebreken, in het belaug der bevolking. Spr.
is een bewonderaar van het consignatie-stelsel, maar hij gelooft
niet, dat het. de bedoeling van den oprigter was, dat het ten
eeuwigen dage zou blijven bestaan. Nu heeft de minister ia
de andere kamer zich zeer voorzigtig uitgelaten en spreker heeft
dus daaromtrent geen vrees.
De landrente. Als het mogelijk is individuele heffing der
landrente in te voeren, spreker gelooft dat dit goed zou we;-
ken; maar dit punt acht hij van zooveel belang, dat hij den
ernstigen wensch uitdrukt, dat op dit punt regeling bij de
wet zal plaats hebben. Ten slotte vraagt spreker of des mi
nisters plannen nopens de opleiding vau oost-indische ambte
naren reeds tot rijpheid zijn gekomen. Hij zou hem en de
vergadering zeker verpliglen, dienaangaande eeuige inlichtingen
te geven. Hij zal denkelijk stemmen voor de begrooting als
hij niet, door den loop der discussie, van opinie mogt ver-
andereu.
's Gravenhage, 29 Junij. In de zitting der tweede
kamer, van heden is 1°. beraadslaagd over het wetsontwerp
tot goedkeuring van het met Belgie gesloten verdrag tot af
koop van den scheldetol. De heer van Goltstein was ei-
gentlijk de eeuige spreker over dat verdrag. Uit een geldelijk
oogpunt vond hij het minder voordeelig; maar uithoofde van
het handelsbelang en de goede betrekkingen met Belgie was
hij er voor. Intusschen heeft er eene langdurige discussie
plaats gehad, doordien de heer Godefroi de verdediging op
zich nam vau de handelingen van het vorig kabinet, dat geen
11 of 13, maar 15 millioen zou hebben gevorderd, en tevens
de kapitalisatie van de f 400,000 onvervreemdbare rente ten
laste van Belgie zou hebben beoogd. De min. v. bnitenl.
zaken en v. financiën hebben het ontwerp verdedigd en daarbij
verscheidene officiële stukken voorgelezen, om de beweringen
vau den. heer Godefroi te wederleggen. Deze heeft echter vol
gehouden dat er geene vordering van 11 of 13 millioen was
gedaan. De min. v. financiën heeft voorts in antwoord op
den heer v. Goltstein het verdrag uit het geldelijk oogpunt
verdedigd. Dat verdrag is ten slotte met algemeene stemmen
aangenomen.
II. Is evenzeer, maar zonder discussie, met algemeene st.
aangenomen het verdrag van handel en scheepvaart met Belgie
gesloten.
III. Is door de min. v. buitenl. zaken en van financien
ingetrokken het wetsontwerp tot goedkeuring van het verdrag
met de Hawaii-eilanden; en
IV. Is beraadslaagd over het wetsontwerp tot verhooging
van hoofdst. V (binnenl. zaken) der staatsbegrooting voor 1563.
Art. 1 (scheepvaart-kanalen in Groningen) is zonder discussie
goedgekeurd. Art. 2 (calamiteuse polders iu Zeeland) werd,
na eenige discussie, met 45 tegen 8 stemmen goedgekeurd.
Art. 3 (haven te Middelharnis) gaf ook tot eenige discussien
aanleiding, maar werd met algemeene stemmen goedgekeurd.
Het geheele wetsontwerp werd met algemeene stemmen aan
genomen.
Na verwerping van een voorstel van den heer de Poorter
tot het houden eener avondzitting, is de voortzetting der be
raadslaging op morgen bepaald.
De discussie in de eerste kamer over de begrooting v. kolo
niën wekt zeker groote belangstelling. Zij is nog niet afge-
loopen. De heeren Sehimmelpenninck v. d. Oije, van Nispen
van Pannerden, Hartsen en Boreel hebben verklaard tegen de
begrootiug te zullen stemmen op grond van de koloniale rig-
ting ook van dezen minister, terwijl de herren Blankenheijm,
van Rhemen tot Rhemeushuizen en iruly geen reden zien om
dezen minister een votum van wantrouwen te geven. Op
velerlei punten zijn zij gerust gesteld; op anderen zullen zij
nadere inlichtingen of wetsvoorstellen afwachten. Eene ver
werping der b^grooting zou tot een schromelijk conflict tus
schen de beide takken der volksvertegenwoordiging leiden,
terwijl er juist behoefte was aan regeling en aan beëindiging
der onzekerheid omtrent het koloniaal regeringsbeleid.
30 Junij. Bij de beraadslaging van heden in de eerste
kamer hebben de hh. v. d. Ileim en Iiuydecoper de voordragt
van de begrooting voor koloniën bestreden eu heeft de minis
ter die breedvoerig verdedigd.
In de bijepukorast van de tweede kamer van heden zijn
al de aan de orde gestelde ontwerpen aangenomen, en daaron
der dat tot aflossing van de 4 pCt O. I. losrenten; de voor
dragt tot ruiling van grondbezit in Amsterdam en de ontei
gening ter verbreeding van de Muntsluis. Na eenige woor
denwisseling is het adres van eenige Nederlanders in Rusland
tegen de gedragslijn der regering in de poolsche aangelegen
heden ingevolge het voorstel der commissie voor de verzoek-
sc In if ten ter zijde gelegd met 25 tegen 12 stemmen. Daarna
is de kamer tot nadere bijeenroeping gescheiden.
Gorinchem, 26 Junij. De groote vraag naar jonge kaas
is aan het bedaren, zelfs hebben onderscheidene commissie-
koopers eene daling der koopprijzen aangekondigd. Door som
migen is reeds minder besteed en men betaalt thans, of wel
men biedt 21,75 tot 22 de 50 N.
Volgens berigten zoude de bekende aardappelziekte zich in
het loof van eeuige vroege soorten geopenbaard hebben. Ver
moedelijk hebben de broeijende dagen van 24 en 25 dezer
daaraan toegebragt. Opmerkelijk althans is het, dat vóór die
dagen daarvan niets bespeurd werd. De prijzen der beste aard
appelen zijn f 3,50 4 het mud. Allerwege echter wordt
nog meestal met de kleine maat verkocht. Men meent, dat
daling, ook in dei prijs der aardappelen, voor de hand staat.
Nabij Brighton ziju drie personen iD een rijtuig gezeten door den blik-
*em gedood. In bet Yorarlgebergte en op de zwitsersche Alpen is veel
«neeuw gevallen, iu dit gedeelte des jaars een ongewoon versehijusel.
Om te Bordeaur. eene meerderheid van 40 stemmen voor den regerings
kandidaat te beko ien heeft men zelfs dooden hunne stem doen uitbrengen.
Te Helder heeft de directie der gasfabriek den prijs van 21 c. op
18 vermiuderd, doch men wil volstrekt met meer dan 15 geven.
De Duitschers willen de regten en de zelfstandigheid van Sleeswijk in
alle manieren nandbavtn. Ook iu Groningen zijn geringe sporen der
gewone aardappelziekte ontdekt. Elf bloedige gevechten hebben in den
Caucasus plaats gehad. Te Deventer ia üe prijs van het gas per ku
bieke el gesteld op 12 c. en bij een verbruik van 400Ö el op 10 c. en
de meterhuur met 25 jCt. verminderd. Gustaaf Struve is dezer dagen
nit N. Amerika in Baden terug gekeerd. De fransche regering neigt
sterk tot de erkenning der zuidelijke staten. Men wil een spoorweg
maken van Alkmaar naar Leeuwarden -met eene stoomvaart vaa Enkhui-
zea naar Stavoren. De rijkskweekschool voor. onderwijzers brengt t»
Haarlem f 26,000 in omloop, in het vervolg misschien nog meer geld
en andere resultaten. Van de 13 commissarissen van politie te War
schau ziju er 10 om pligtverzuim afgezet. In Italië begint men ern
stig werk te maken van het uitroeijen der roevers. In. Napels neemt
de runderpest schrikbarend toe eD het gebruik van het vleesch der be
smette beesten veroorzaakt ziekteverschijnselen gelijk aan die van do
chclera. Te Greenock is eene groote suikerfabriek afgebrand. De dooi
assurantie gedekte schade bedraagt f 360,000. De opbrengst der spoor
wegen bedroeg nu onlangs in eene week in Engelaud ruim zeven millioen
gulden. Iu het belgische stadje Florennes zijn 38 huizen verbrand; da
schade wordt geschat op 150 duizend frs. ln het noordwest, gedeelte
van Worcestershire loopen 10 a 12 duizend spijkermakers ledig, die over
het dagloon geschil hebben. Te Weenen is het staatslomein, de heer
lijkheid Pardnbitz verkocht voor 4,151,000 fl. Te Londen is by een
brand in de Unionstreet een persoon in de vlammen omgekomen. Te
TreDte viert meu het zesde jubilé vau het concilie. De Japacezen heb
ben huu nationaal kostunm uitgetrokken en vallen zeer in den smaak der
Hagenaren. De keizer zal, voor dat hij naar V'ichy vertrekt, Cherbourg
bezoeken, om zijne 37 gepantserde schepen te bezigtigen. Op den dag
der uitgave zijn elf duizend exemplaren verkocht van het leven van Jezus
door Ernest Reuan. Ja de spaansche provincie Almeria heeft men van
13 tot 23 junij vele schokken van aardbeving gevoeld De italiaansehe
koorddanser Valeria is door het breken van het koperdraad op het bed
van eer gesneuveld. Lamartina heeft zijne 18 deelen gedenkschriften
verkocht voor 350,000 frs. In den gemeenteraad te Rotterdam w*t
niet meer dan ééne stem voor het voorstel ter afsehaffiag vau de kermis.
In n°. 129 komt een stukje voor dat de strekking heeft
de opmerkzaamheid te vestigen op een voorstel van het de
partement All maar ter algemeene vergadering der Ma^.t-
sch. tot Nut van 'i Algemeen ten behoeve der wettelijke af
schaffing van de doodstraf. Het stukje gaat blijkbaar uit van
de onderstelling dat het bij alle verlichte en beschaafde men-
schen eene afgedane zaak is; dat de doodstraf tot een ver
leden tijdperk behoort en dat men zich Diet genoeg haasten
kan om die overtuiging kenbaar te maken en in toepassing
te brengen; dat de schrijver geen regtsgeleerde is, blijkt uit
zijne theorie der straf als middel ter verbetering en dat hy
geene hooge eischen doet, volgt uit zijn beweren, dat de af
schaffing der doodstraf ons strafwetboek christelijk zoude ma
ken; doch dit doet wreinig ter zake, daar hij slechts bedoelde
de ondersteuning van het alkmaarsche voorstel.
Doch nu treedt in n°. 130 een kampioen voor de doodstraf
op; een wonder verschijnsel; die nog zeldzamer de kwestie
als afgedaan beschouwt eu wel in den zin van het behoud der
doodstraf. Dit nu komt mij geheel onbegrijpelijk voor. Se
dert ruim eene eeuw is de vraag over en weder behandeld
en in onze dagen begint men de toepassing der meer en meer
zich vestigende overtuiging in te roepen, zoo onlangs neg las
men in de dagbladen de gunstige beslissing eener commissie
van de portugesche vertegenwoordigers, men handelt er over
in Baden en elders.
De zaak is afgedaan bij het publiek, dat voor de afschaffing
is; de zaak is afgedaan bij de reactionaire aanbidders der tra
ditie, die steunen op het regt der wedervergelding, maar in
dien men geen slaaf is der letter en in menschelijke ontwik
keling gelooft, dan ziet men het tijdperk naderen dat allen
zullen instemmen met de uitspraak: dat de doodstraf noch
noodig noch nuttig is, een overblijfsel van vroegere ruwheid
en eene miskenning van 'smenschen waarde.
Het is eene treurige dwaling door de ondervinding weer
sproken, dat zij zou afschrikken van het kwaad; daar zij in
tegendeel de ruwe onbeschaifdheid bevordert en de mensche
lijke beginselen onzer tegenwoordige ontwikkeling belemmert.
De rampzalige teregtstelliiig, die hier voor drie jaren plaats
greep, heeft niet anders dan een gevoel van afschuw nagelaten,
en al wat men var dien decraiswaardigen Pijnakker vernam,
doet ons gelooven. dat hij niet veel hooger stond dan een rede
loos wezen, en daarom beschouwen wij zijne teregtstelling gelijk
aan de vonnissen in de middeleeuwen geveld over katten, var
kens en andere dieren, die irstinktmatig een kind gedood hadden.
Is de doodstraf een goed regt der maatschappij, dan is het
volbrengen daarvan eene pligtmatige en eervolle daad. In de
oudheid onteerde het dooden van den misdadiger niemand,
zoo is het nog heden bij de wilden, maar de vrucht der aan-,
vankebjke christelijke beschaving is onze afschuw van den
beul; en waar het oud vooroordet-l ons dan nog beweegt de
daad goed te keuren, waar wij den dader verfoeijen, zal deze
inconsequentie welhaast plaats maken voor gezonder en ver
lichter zin in dagen als de onze die het wijken van de heer
schappij des gezags en des vooroordeels ?oo veelzins aankondigen.
Iemand dié in deze tijden de doodstraf wil verdedigen, moet
goed beslagen op het ijs komen, want hij kan er zeker van
wezen dat zijne verdediging zeer naauwkeurig fsl worden ma-.