Advertentieblad
Nieuws- en
Omstreken.
voor Gouda en
:s.
Zondag, 24 Januarij.
Ovcrzigt.
Tecten.
Loterij,
van LEENT
:eloopeu 252K'
trokken de prijs
-de Jong,
mijn Magazijn
ider geannou-
1864.
IV 190.
op N». 12321
15797
1674C
17490
KENNISGEVING.
Uitgave A. BRINKMAN.
i4%
V
tl
II
tl
n
N
2333
H
H
U
I
ringe beteekenis,
>8%
138%
het gerucht meldt dat ipen nogmaals on-
186%
17
PINKM.1N.
20
64%
Lange TiendewegD. n°. 61.
Gebleven
koers.
63%
68%
66%
33%
46%6
46%
101%
'8%
'6%
van V\ erkhooven
■n S. Cats. 17.
Pieternella, ouders
ia, ouders G. van
en C. C. Spamaaij.
de Jong, 78 j.
•4 j. B. Menet,
«el, 52 j. 18.
’57/16
!8%
*1%
il%
'3%
De in art. 1
art. 471, No. 8 van
64I!/h
28%5
81
60»/i«
19 Januarij.
[oogste
koers.
’8’715
14.
ndergeteekende
r MAGAZIJN
saisoen aan te
in het maken
COIFFURES
arm ede ik bij
mes aanbeveel.
Couture, 100
ition francaise.
lerMail864.
t6%
17
)1%
drag, maar tevens om
ga voor
Deze Courant verschijnt des Donderdags en Zondags.
In de Stad geschiedt de uitgave des avonds te voren.
De prijs per drie maanden is ƒ2,franco p. pust 2,25
De inzending der Advertentien kan geschieden tot des
’morgens tpn 11 ure.
ART. 4.
De Agenten der Gemeenten en hunne Adjuncten (thans Bur
gemeesters en Wethouders) zullen, ieder in den zijnen, verpligt
zijn, op de uitvoering dezer Wet toe te zien; zij zijn verant
woordelijk voor het verzuim hetwelk ten dezen mogt worden
ontdekt.
GOUDSCHE COURANT.
i ju,i 1‘ t
lTS-LOTERIJ,
staan den Maan-
anvang neemt,
E N Prijscou-
!°9/16
i5
BURGEMEESTER en WETHOUDERS var» GOUDA,
Gezien dp Circulaire van den Staatsraad Commissaris des
Konings in de Provincie Zuid-Holland, van den 4n Januari]
1854, A. n°. 123 (lc Afd.) Provinciaal blad n°. 3. brengen
ter kennis van de Ingezetenen, de nog van kracht zijnde Wet
van 26 Ventose, IVde Jaar luidende als volgt:
ART. 1.
Binnen de tien dagen, na de afkondiging dezer Wet, zullen alle
Eigenaars, Pachters, Gebruikers of anderen, hunne eigene gron
den of die van anderen bebouwende, elk voor zoo veel hem
aangaat, verpligt zijn, om de boomen op dip gronden staande,
van rupsennesten te zuiveren of te doen zuiveren, op verbeurte
van eene boete van ten minsten drie ent
dagloon.
ART. 2.
Zij zullen op dezelfde straffen, gehouden zijn de rupsennes
ten en ringen van de boomen, hagen of struiken afgenomen,
aanstonds te verbranden, en zulks op zoodanige plaats, waar
dit zonder gevaar van brand aan bosschen, boomen of strui
ken of aan huizen en gebouwen kan geschieden.
ART. 3.
De Bestuurders der Departementen (thans Gedeputeerde Sta-
ten) zullen, binnen hetzelfde tijdstip, de boomen, welke zich
op de onverpachte Nationale Domeinen bevinden, van rupsen
doen zuiveren.
ART. 5.
De Commissarissen van het Uitvoerend Bewind bij de Plaat
selijke Regeringen (thans de Burgemeesters) zijn verpligt, om,
binnen het tweede tiental dagen na de afkondiging dezer Wet,
eene schouwing te doen over alle met boomen, houtgewassen,
hagen of struiken, beplante gronden, ten einde zich te over
tuigen, dat de wering der rupsennesten naar behooren is vol-
bragt, en om daarvan aan den Minister, wien het aangaat, rap
port te doen.
ART. 6.
De wering der rupsennesten zal in de volgende jaren vóór
den Ventose (20 February) moeten geschieden, op straffe
als hiervoren is bepaald.
ART. 7.
Ingeval eenige eigenaars of Pachters tegen het gezegde tijd
stip hebben nagelaten zulks te doen, zullen de Agenten en
hunne Adjuncten (Burgemeesters en Wethouders) het door arbei
ders, ter hunner keuze, ten kosten der nalatigen laten verrig-
ten. De op die Eigenaars en Pachters invorderbaar verklaarde
staat van kosten wordt aan hen, op vertoon der quitantie van
de arbeiders, door den Vrederegter (Kantonregter) afgegeven,
zonder dat de betaling daarvan van de boete ontheft.
en 2 bedreigde straffen zijn door het later ingevoerde
het Strafwetboek gewijzigd.
ART. 8.
De tegenwoordige Wet zal, op den l’teu Pluviose (22 Ja
nuary) van elk jaar, op uitnoodiging van den Commissaris
van het Uitvoerend Bewind (thans Burgemeester), door de zorg
van de Agenign der Gemeenten (thans Burgemeesters en Wet
houders) worden afgekondigd.
En noodigen de Ingezetenen uit, om, zoo wel in hun eigen
belang als in dat hunner naburen, zorg te dragen dat de by
hen in gebruik zijnde hoornen, struiken en hagen van de daarin
aanwezige rupsennesten worden gezuiverd, ten einde zich te
vrijwaren voor boeten en kosten, die, in verband met de bepa
ling van Art. 471, N°. 8 van het Wetboek van Strafregt zul
len worden toegepast op hen, welke bij de Schouwingen,
zuiveren, op verbeurte^, die deswege tusschen den 21n February en den lCa Maart
ten hoogste tien dagen zullen worden gedaan, blijken zullen daarin nalatig te zijn geweest.
GOUDA, den 22n Januarij 1864.
Burgemeester en Wethouders voorn oemd.
De Secretaris, De Burgemeester,
DROOGLEEVER FORTUIJN. IJZEN DOORN
De prijs der Advertentien van één tot zes
regels met inbegrip van het zegel is 80 Cent, voor
I eiken regel daarboven 10 Cent.
I Buitengewone letters worden berekend naar
I plaatsruimte.
GOUDA, 23 Januarij.
Oostenrijksche en pruisische troepen rukken op om Sleewijk
te bezetten tot dat de koning van Denemarken torgegezal
hebben aan de eischen ter vervulling van het londensche ver
te voorkomen, dit het heru gdom.
Denemarken en in handen vake van
‘j "i en de
Denemarken heeft den schijn a.nge-
ongezind tot toegeven, geweld i.. t
Een strijd
zou kunnen zijn in
niet verloren
hertog Frederik, die steun vindt bij het duitsche volk
overige duitsche vorsten. n--’"'<v
nomen, als of het geheel
geweld wil keeren en het uiterste wagen. Een strijd van ge
ringe beteekenis, maar die overrijk zou kunnen zijn in biltere
gevolgen. Toch is de hoop op vreedzame schikking niet ge
heel opgegeven en het gerucht meldt dat ipen nogmaals on-
derhandelingen wil beproeven. De Denen zijn bereid zich elke
opoffering te getroosten en Zweden staat gereed zijn nabuur
te helpen. Oostenrijk en Pruisen bandelen op zich zelyen.
afgescheiden en in weerwil van de meerderheid van den bond,
waardoor in Duitschland eene gevaarlijke spanning ontstaat.
Oostenrijk nog onlangs zoo tegen Pruisen gekeerd speelt eene
vreemde rol en verkeert in eenen staatkundigen en financielen toe
stand, die het terughouden moest van avontuurlijke onderne
mingen. Ook is men nog altijd niet vrij van beduchtheid dat
de tegenwoordige omstandigheden leiden konden tot binnen-
landsche maatregelen, die niet in het voordeel zouden uitkropen
van de bestaande constitutionele instellingen.
De fransche politiek is dubbelzinnig. De keizer onaangenaam
getroffen door de verwerping van zijn congres, neemt eene
afwachtende houdii.g aan en zal zeker de eerste gelegenheid
aangrijpen om zich krachtig te doen gelden en z ij n^^e tg^êi^
maar vermoede bedoelingen te bereiken. Dey^stan^hed*'
dringen ook hem; de oppositie in het weggevend Hgcha,
die in het verleden jaar vijf stemmee telde, |s aan gegroeid tot
62 stemmen, terwijl twee van de drie nieuw| verkiezingen we