1864.
Zondag, 8 Mei.
öuitenlanii.
Effecten.
Overzigt.
KENNISGEVING.
JT.
C’Vs
jen bestrate
^plantingen,
rdam naar
t en de Mat
tel 1864, en
Uitgave van A. BRINKMAN.
42V4
li. 1864.
Te Home alleen zegt
sen, Oostenrijk
1461/8
G6%
45%
i
62%
5SP/8
58!/4
'cht, Nieuwerkerk
dam in het Xe-
en het JIer thuis,
echt, en bij den
loemd,
tter.
Secretaris.
1 April,
mers, 7 m.
837s
83%
188%
58?/8
29%
80
643/,
96%
97’/4
59%
42
lage geweldenarijen
karakter vertoonen.
vechten ten einde
nu ten
oostenrijksche vloot is in aantogt
«g-
et Raadhuis der
Vermeulen, haisrr
van Gent, 6 j.
i. I.afeber, 9 m. -
45%
46%0
96%
97%
il onder nadere
van de Hojlaan
ORDRECHT
Déze Courant verschijnt des Donderdags en Zondags.
In de Stad geschiedt de uitgave des avonds te voren.
Dc prijs per drie maanden is/ 2,franco p. post 2,25.
De inzending der Advertentiën kan geschieden tot des
morgens ten 11 ure.
Lange Tiend&cegD. n°. 61.
6
an Busselen jd. 20 j.
83%
83%6
188%
68'716
29%
79%
64H/16
De prijs der Advertentien van één tot «es
regels met inbegrip van het zegel is 80 Cent, voor
eiken regel daarboven 10 Cent.
Buitengewone letters worden berekend naar
plaatsruimte.
60
A. BRINKMAN.
G0UDSCHE COURANT.
Te Rome alleen zegt men Rusland de waarheid, de gezant
heeft opheldering gevraagd, waarom niet liever dienst met we
derdienst vergolden en aan Rome de waarheid gezegd. De stof
zou niet ontbreken.
Tunis en Algiers wekken bij de europesche verwikkelingen
sl -hts geringe belangstelling. De Frmschen mishandelen in
hunnen overmoed de onverzoenlijke Arabieren, of er meer ach
ter schuilt en verband bestaat met de dreigende omwenteling
in Tunis is onzeker doch niet geheel onwaarschijnlijk.
Met gespannen verwachting ziet men ongeduldig uit naar
het besluit van het bedaarde engelsche gouvernement; heeft het
zich tot nu onderscheiden door wijze onthouding; de tijd van
handelen komt eens; de maat is vol, de overmoed van Pruisen
moet beteugeld worden of de gevolgen zijn onafzienbaar.
gsdag 3 Mei.
I Hoogste Gebleveu
koers.
62"/ls
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van de Gemeente
GO UDA,
Gezien Art. 228 der Wet van den 29ate" Junij 1851 {Staats
blad n°. 85), regelende de zamenstelling, inrigting en bevoegd
heid der Gemeeme-besturen,
Brengen ter kennis van de Ingezetenen, dat de termijnen
voor de vorderingen ten laste van het Rijk, bij de Wet be
paald of te bepalen, op die ten laste der Gemeente van toe
passing zijn en dat mitsdien alle zoodanige vorderingen over
de Dienst van 1863, vóór of uiterlijk op den 3O’te'1 Junij
aanstaande behooren te worden ingediend.
GOUDA, den 6” Mei 1864.
Bubgemeesteb es Wethouders voornoemd,
De Secretaris, De Burgemeester,
DROOGLEEVER FORTUIJN. IJZENDOORN.
koers.
62’716
75
987.
Londen, 4 Mei. In de heden gehouden zitting der con
ferentie, is het voorstel betreffende den wapenstilstand niet
aangenomen. Maandag houdt de conferentie weder eene zitting.
Uit New-York wordt van den 23° april gemeld.- Het
gouvernement heeft verboden berigten naar Virginie over te
brengen. Het corps van Lee is voor 10 dagen geproviandeerd;
men zegt, dat het eene voorwaartsche beweging zal doen. Een
geblindeerd fregat der zuidelijken heeft drie kanonneerbooten
A der noordelijken te Plymouth in den grond geboord.
Eeu briefschrijver in The Daily News hangt een treurig
tafereel op van den financielen toestand in New-York; veroor
zaakt door een plotselingen val van 8 a 10 pCt. in het goud
en van bijna alle koopwaren. Verschillende firma’s zijn dien
ten gevolge gefailleerd met enorme deficitten. sommigen zelfs
met een te kort van 25,000,000 dollars.
De regering of liever de keizer heeft reeds van den
franschen gezant te Londen een zeer uitvoerig rapport van het
voorgevallene in de jongste zitting der conferentie ontvangen.
Nopens den inhoud van dat stuk is nog niets uitgelekt; naar
men algemeen verzekert, zal echter het sluiten van den wa
penstilstand zich niet lang meer doen wachten. Daarentegen
is men op meer stellige wijze nopens een niet onbelangrijk
onderdeel der tegenwoordige onderhandel ingen ingelicht. Prui
sen, Oostenrijk en de duitsche bond zullen namelijk eene scha
deloosstelling voor de duitsche schepeu vragen, die door de
deensche kruisers zijn opgebragt.
6 Mei. In het lagerhuis heeft de minister sir G. Grey,
in antwoord op eene interpellatie van den heer Newdegate
gezegd dat hij hoopte dat eene wapenschorsing het eerste resu
taat der conferentie zou zijn. De regering zal, in overlez met
andere mogendheden, voortgaan met het nemen van maatre
gelen om den oorlog te doen eindigen en eene bevredigende
schikking tot stand te brengen tusschen Denemarken en Duitsch-
land.
Vervolgens deden eenige leden uitkomen dat, als een vreemd
eskader op de kust gaat kruisen van een land, waar Engeland
handelsbelangen heeft, de regering alsdan gewoon lijk ook der
waarts schepen zendt tot bescherming dier belangen. En daar
het nu bewezen is dat het oostenrijksch fregat Aurora, hetwelk
in de Noordzee kruiste, reeds voor Helgoland verschenen is,
zoo wenschte men te dien aanzien opheldering van de regering
1e ontvangen. Lord Paget heeft in antwoord hierop verklaard
hetgeen hij reeds vroeger gezegd heeft, namelijk dat Oostenrijk
stellig verzekerd heeft, dat het zijn eskader niet naar de Oost
zee zal zenden.
Parijs, 4 Mei. Ten aanzien der buitenlandsche politiek ver
neemt men niets dan dat het bezoek van lord Clarendon in
deze hoofdstad, niet die vruchten gedragen heeft, welke men
zich er destijds van voorstelde. Het schijnt toch dat de verkoe
ling tusschen Engeland en Frankrijk meer en meer toeneemt,
omdat de britsche regering het ons gouvernement maar niet
vergeven kan dat het zoo kalm en rustig blijft en maar niet
GOUDA, 7 Mei.
Eene nieuwe bijeenkomst der conferentie heeft tot geene uit
komst geleid. De diplomatie gaat haren gewonen langzaraen,
kronkelenden gang; niemand stelt vertrouwen in de goede ge
zindheid der onderhandelaars en de verwikkeling wordt steeds
dreigender voor het behoud des vrede». Rusland leent te Lon
den eu Amsterdam, de voorwaarden zijn voordtelig, dit alleen
is genoeg om in groote ruimte het verlangde te bekomen.
Weinigen vragen naar de soliditeit van den onvermoeiden lee-
ner, niemand vraagt: wat zal hij er mee doen? De leeningen
hebben altijd gediend om het oorb gvoeren mogelijk te maken;
welnu, daartoe strekt zeker ook de nieuw opeugestelde nosten-
rijksche leen 3. Dat makkelijk verkregen geld wordt, haastig
verspild en de volken blijven gedrukt door belastingen die de
welvaart en de ontwikkeling beletten.
De Denen hebben Fredericia moeten ontruimen, en geheel
Jutland wordt nu door de edele Pruisen bezet, die zich door
en schromelijke afpersingen iu hun waar
Alsen blijft nu nog te nemen, dan is het
en blijft slechts het uitplunderen over. Tot
minste zijn de Denen ter zee de sterkste; maar de
_1 at hoewel het in het duis
tere ligt hoever zij gaan zal, is het ergste te vreezen, iudien
de mogendheden werkeloos blijven toezien. Zoo zou het arme
Denemarken geheel de prooi kunnen worden van de ouverza-
delijke roofzucht der brutale aanranders.
Engeland is gereed, doch blijft onbewegelijk; de geheele loop
der zaak is iti diepe duisternis gehuld; eerst later zal men
komen tot de kennis der beweegredenen van deze onverklaar
bare onverschilligheid en waaruit de mogelijkheid geboren is
dat deze verfoeijelijke oorlog zoo straffeloos gevoerd kon worden.
Uit Amerika zijn ook treurige berigten; de zuidelijken ma
ken zich schuldig aan afgrijselijke wreedheden; waarschijnlijk
is het de bloeddorst der wanhoop en het besef dat het einde
van den opstand nadert; enkele bijzondere voordeelen kunnen
de verloren zaak niet redden; het verschrikkelijk pleit is be
slist, de slavernij wordt vernietigd, dit groote feit is de eenige
troost voor het rampz.alig verderf door den vreeselijken bur
geroorlog over de grootste en gezegendste republiek gebragt.
In Frankrijk regelt men alles meer en meer om elke schaduw
van vrijheid te voorkomen, een wet ter voorkoming van ver-
eenigingen der werklieden is aangenomen, de avond-moniteur
zal zulk en zooveel nieuws brengen als men zonder hinder
Verduwen kan en de prijs is met zware opoffering zoo laag
gesteld dat elke concurrentie onmogelijk wordt. Frankrijk
gaat met rassche schreden een ongestoorde rust te gemoet of
een plotseling ontwaken. Hoe dikwerf zal die vertooning van
slaafsche onderwerping of van losbandige vrijheid nog her
haald worden.