I
8S64.
Zondag, 17 Julij.
l
v. *40.
eten.
Ovcrzigt.
Buitenland.
7»
7*
>7.
KENNISGEVING.
re-
N. J.
H. Naves,
f
zou
97»/.
7s
1467,
71s/s
831/2
>l/8
48
liberalen en klerikalen.
IINKMAN.
Uitgave van A. BRINKMAN.
Lange TiendewegD. n°. 60.
74
78
447.
467s
koers.
62718
364.
iel eu
19074
587s
487s
46718
28
I
middelbaren
'vptemler bij
a Gezin te
ng, voor-
3goed, op
penden onder
landelaar A.
Deze Courant verschijnt des Donderdags en Zondags.
In de Stad geschiedt de uitgave des avonds te voren.
De prijs per drie maanden is/2,franco p. post ƒ2,25.
De inzending der Advertentien kan geschieden tot des
morgens ten II ure.
174
5716
378
congres was aangenomen- bet»*.
wordt, Verleend
v.uy 400 mil-
Julij. De heer Griffith heeft in het Jirlementge-
lindeboom.
erg. Mar
en J. P. van
tl. Luwes.
nme. Dirk,
Lhonius, ouders
iders E. lauk-
doet over al
pel zijn 4000
Hanover zijn
larck zou zelfs
)e oorlog kost
oen thaler.
hoeve der naar
'74
'’716
‘78
65718
J. Nieuw veld,
11. D. E.
wel woorden van wijsheid in den mond
hunne daden van anderen geest getuigen.
men algemeen tevreden met de beslissing
en bekreunt men zich niet over de afkeu-
Putmann, geb.
itrina de Vast,
Bezuijen, geh.
12 j.
12 Jnlij.
»gste Gebleven
ers.
716
78
'716
De BURGEMEESTER van GOUDA brengt bij deze ter
kennis van belanghebbenden, dat door den Heer Commissaris
des Konings in de Provincie Zuid-Holland, op den 11“ Julij
1864 is executoir verklaard; het kohier van het Patent regt over
het dienstjaar 1864/65 (eerste gedeelte).
Dat voormeld Kohier ter invordering is gesteld in handen
van den Heer Ontvanger; dat ieder daarop voorkomende ver-
pligt is, zijnen aanslag, op den bij de Wet bepaalden voet, te
voldoen en dat heden ingaat, de termijn van DRIE MAAN
DEN, binnen welke de reclames behooren te wordeh ingediend.
GOUDA, den. 16“ Julij 1864.
De Burgemeester voornoemd,
Van BERGEN IJ ZEN DO O RN.
De prijs der Advertentien van één tot zes
regels met inbegrip van het zegel is SO Cent, voor
eiken regel daarboven 10 Cent.
Buitengewone letters worden berekend naar
plaatsruimte.
In Frankrijk heeft het volk geen stem en de dwingende
GOUDA, 16 Julij.
Alles schijnt het nabijzijnd einde der deensche kwestie aan
te kondigen. Men mag zich vleijen met het spoedig herstel
van den vrede. Doch niet als vrucht van wijze raadgevingen
en bemiddeling. Het is de droeve vrucht van het brutaal geweld,
het zwakke Denemarken bezwijkt voor de overmagt. De Ro
lling heeft zich een ander ministerie gekozen en vraagt wapen
stilstand om over den vrede te onderhandelen. Het feit schijnt
niet meer te betwijfelen, maar de bijzonderheden zijn duister,
zoo is de jongste broeder des konings in het belang van den vrede
afgereisd, maar niemand weet waarheen. Zoo vertelt men dat de ko-
ning gezind is met geheel Denemarken in den bond te treden,
en Duitschers van de Denen te maken, die zoolang beproefd
hebben de Sleeswijkers in Duitschers te herscheppen. Het klinkt
verbazend vreemd, maar de geheele zaak is vreemd; Denemar
ken is wel het slagtoffer van eigen koppige verkeerdheid, maar
de pruisische overmoed is ook walgelijk. Men beweert, dat zij
geheel Holstein, Sleesw ijk en Lauenburg vragen, verschrikkelijke
liooge oorlogskosten en eindelijk, als toegift, de deensche vloot.
Et is uit dat alles nog weinig goeds te voorzien, alleen het
ophouden van den oorlog zal ten zegen zijn; dat doellooze vechten
moet eindigen, overigens zal Denemarken meer verliezen dan
de te onregt onderdrukte hertogdommen; het zal zijne inner
lijke constitutionele vrijheid verliezen, daartegen streed von Bis
marck, en men vreest, dat het nieuwe deensche ministerie den
weg der reactie zal opgaan. De Denen zullen nu hieronder
wel niet lijdelijk blijven, maar zij hebben veel kans, dat de
dwang hun met bloedig geweld zal opgelegd worden. De ko-
ning van Denemarken zou altijd gewenscht hebben zijn land
in den bond opgenomen te zien, maar den loop der gebeurte
nissen afgewacht hebben. Al die vermoedens en gissingen
maken hei. onmogelijk den waren stand der zaak te overzien.
Zooveel is waar, dat de Pruisen geheel Jutland bezetten en
Funen ernstig bedreigen.
Overigens vreest
GOUDSCHE COURANT.
gering hult zich in een ondoordringbaar duister.
Zoo gaat Europa van de eeue verwikkeling tot de andere
over, en dit duurt zoo lang toi dat de een of andere gering-
schijnende omstandigheid de aanleiding geeft tot het ontvlam
men der brandstof, die zoo algemeen opeengehoopt ligt.
Overigens vreest men altijd de zamenspanning der twee
keizers en den wet verkrachtenden koning tegen de liberale be
ginselen, waartegen men slechts flaauwe hoop stelt in het zich
onthoudende Engeland en in de gevreesde hulp van het dub
belhartige Frankrijk. Het wordt meer en meer tijd dat ook
de volken zich weder ecus doen gelden, mogi dit geschieden
op waardige wijze in het vol bewustzijn hunner onwederstaan-
bare kracht. Maar de uitzigten zijn somber en de rampzalige
toestand van de heerschappij des gewelds zal nog lang voort
duren, omdat en vorsten en volken het beginsel des verderfs
huldigen, en wel woorden van wijsheid in den mond voeren
maar in 1
In Engeland is
van het lagerhuis
ring der pairs.
In Belgie zal net volk geroepen worden uitspraak te doen
over den strijd van liberalen en klerikalen.
Londen. 12 Julij. De koningin heeft gisteren door lord
Probij in het lagerhuis op het adres betreffende de deensche
aangelegenheden geantwoord: /zIk heb uw adres ontvangen,
waarin mij dank wordt ge/egd voor het overleggen aan het
parlement van de correspondentie belreffcnde de duiisch-deensche
kwestie, alsmede van de protocollen der conferentie die te
Londen gehouden is. Het doet mij, even als 11, innig leed
dat de conferentie uiteen is gegaan, zonder in Lei doel, naar
toe zij was bijeen gekomen, geslaagd te zijn. Ik acht mij
gelukkig de verzekering te ontvangen, dat gij voldaan zijt
over het gedrag, dat ik mij tot pligt gerekend heb in deze
verwikkelingen te volgen, een gedrag waarbij ik vermeden
heb mij in eene gewapende interventie te wikkelen ter zake van
den oorlog tusschen Denemarken en de duitsche mogendheden.”
De kanaalvloot, welke nog voor Spithead ten an kei ligt,
zal morgen van daar vertrekken, om een kruistogt tc on r-
nemen. Naar men verneemt zal zij Bristol, Pembroke en Cork
bezoeken en daar eenigen tij 1 blijven.
Volgens den Morning Star heeft de zending van den
hertog van Glucksburg ten doel, om Pruisen aan te biedende
aanhechting van Holstein en van dat gedeelte van Slees wijk,
gelegen ten zuiden van de Schlei. Het overige leelte van
Slceswijk zou aan Denemarken blijven. Het blad v. -kert, dat
dit voorstel aan het kabinet van Berlijn is gedaan.
Met de stoomboot Ethiop, dezer dagen van d westkust
van Afrika aangekomen, is hier het berigt ontvangt n, dat de
bekende leen wen jager Jules Gérard het regensaizoen te K o ti
ran ki zou doorbrengen. Hij genoot de beste gezondheid en
had weder verscheidene leeu ven gedood. In gevolge z jne be
lofte aan de Geographical Society van Londen, zou hij zoo
spoedig doenlijk op weg gaan ter opsporing van de bronnen
van den Niger.
Volgens de hier ontvangen berigten uit Britsch-Indie, dd.
8 Junij, had de indische regering besloten wra.ik te nemen over
de beleediging eu mishandeling, het britsche gezantsch tp in
Bhootan aangedaan, maar zonder een krijgstogt te ondernemen
naar dat schier ontoegankelijke bergland. Men denkt Bhootan
spoedig te dwingen tot het geven van voldoening door de vol
gende maatregelen: Het afsnijden aan de bevolking van Bhoo-
than van den toevoer uit Britsch-Indie, waaraan die bevolking
groote behoefte heeft; het ontnemen en inlijven bij her britsche
grondgebied van de vruchtbare vlakten op de uidelijke afhel
ling van het gebergte, dat zij bewoont, en het intrekken van
de jaarlijksche toelage van 10,000 ropijen, welke aan een deel
der bevolking uit de indische schatkist werd betaald.
Te New-York was het gerucht in omloop, dat de rege
ring, wegens de’ verliezen welke het leger had geleden, spoe
dig tot eene nieuwe ligting zou moeten overgaan. De minister
van oorlog had voorgesteid de intrekking van de wet, waarbij
vrijheid wordt verleend tot afkoop der verpligte krijgsdienst,
maar het congres had zijne toestemming daartoe geweigerd.
Bij den senaat was in gekomen eene mededeel in g van den
president Lincoln, waarin hij ontkent dat door het bewind
magtiging is verleend tot het werven van vrijwilligers voor de
land- of zeemagt in Ierland, Canada of eenig ander vreemd
land.
In de beide huizen van h t
wetsontwerp waarbij aan de regering magtiging
tot het opnemen in het dienstjaar 18C41865
lioen dollars, tegen 6 pCt. rente, bet.udbaar in g/ud.
15 T..1.4 t^ö knar U