Zondag, 24 Februari].
51®.
1867.
öuttcnliinö.
eten.
Overzigt.
>/8
v»
t
jgging.
ik mij meer-
werking der
-Bonbons
jeschheid da-
de opvallend
aalische ont-
:horheid, als-
1
s/8
berokkend, en toch
GOUDSCHE COURANT.
Uitgave van A. BRINKMAN.
Lange TiendeicegD. n°. 60.
>gste
era.
7i«
29’/8
527.
57
7,
Vs
Vs
Vs
Vs
77,3/is
767u
16’-S/16
Deze Courant verschijnt des Donderdags en Zondags.
In de Stad geschiedt de uitgave des avonds te voren.
De prijs per drie maanden is 2,franco p. post/2,25
Adverténtien van 16 regels tot des middags ten 12
ure, grootere moeten vóór 10 ure ingezonden zijn.
185’/,
*6’715
9 February.
Gebleven
koers.
5571S
7s
Vs
V«
‘Vis
7.
Vs
ïmawT
De prijs der Advertentien van één tot zes
regels met inbegrip van het zegel is 80 Cent, voor
eiken regel daarboven 10 Cent.
Buitengewone letters worden berekend naar
plaatsruimte.
iger en M. van
1 van Os.
.drianus, ouders
itin en M. de
lip.
iudolf, lm.
L. Warendorf
i Spingelen, 79
Liet genoeg
)ons aan mij
•oedige gene-
len verschaf-
,en, als deze
!U, dat lijders
den opmerk-
voudig mid-
egnemen.
ikl. keizerl.
r-Zanger,
’sche Borst-
pakjes met
steeds voor-
Lpotheker J.
Slaauws ...at;
?F.
bij G. F.
OU DA, met
hoeveelheid
a contant.
VER a 46%
a *7710 °/o
soort (Mout-
B* cents; inl.
per kan 68
sterkte naar
Eindelijk is de discussie over de begrooting begonnen, ein
delijk wordt het v wij gen verbroken en verheffen onze verguisde
vertegenwoordigers hunne stem tegen den smaad en den laster
te lang verdragen. Vrede is liefelijk, maar het was ongerijmd
te willen, dat edele en vrijzinnige mannen zwijgend zoo veel
versmading zouden dulden. Die Mijer beeft bet land veel leed
was het niet moeijeiijk zijne oogmerken te
GOUDA, 23 February.
Het gewijzigde ministerie Ricasoli zal de aangevangen
taak voortzetten indien het volk zijne pogingen bij de
verkiezingen wil bevorderen. Daartoe beeft Ricasoli eene cir
culaire uitgevaardigd, waarin hij verklaart, dat de ontbonden
kamer de elementen niet bezat om te komen tot eene consti
tutionele oplossingmen hoopt nu eene nationale meerderheid
te vormen, die krachtig aaneen gesloten, in staat zal zijn het
gouvernement genoegzaam te steunen. Italië is, zegt hij, de
onvruchtbare discussien, tegen zwakke gouvernementen, moede,
daaruit persoonsverwisselingen, ministeriele wijzigingen en ad
ministratieve verwarring. Hij hoopt verbetering van een nieuw
parlement, van bezuiniging en vafc de reorganisatie van het
belastingstelsel. Ook de vrijheid der kerk behoeft regeling en
hij wil daartoe komen door eene nieuwe breede toepassing van
bet beginsel der vrijheid. Wij hopen het beste voor Italië,
maar wy durven niet vertrouwen dat de goede uitkomst nog
zoo naby is. De zelfstandigheid van Italië eüchte reeds groote
offers van het volk, maar het kostbaar pand der vrijheid is
de grootste waard, en Italië gaat eene schoone toekomst te
gemout.
Voor het noord-duitsche parlement moeten nog een vijftigtal
herkiezingen plaats grijpen. De aanvankelijke uitkomst voldoet
zeer aan de verwachtingen van het pruisiscbe ministerie, omdat
het beginsel der inlijvltfg ï'tëlHg“tfi^"de:±eu7en zegeviert, hoe
wel men niet meenen moet dat diezelfde meerderheid instemt
met de reactionaire politiek van von Bismarck. De Duitschers
zijn nog in het tijdperk van de ontwikkeling van het consti-
tutioaalismezij hebben genoeg voorstudiën gemaakt, maar de
praktijk is nog in de kindschheid. Indien zij slechts tijd heb
ben voor de noodige proefnemingen, zullen zij het ver brengen.
In Oostenrijk schijnt nog eens een beter dag aan te breken.
Het hougaarsche conflict spoedt ten eindede trotsche Magyaren
verkrijgen bet loon hunner volharding; nu is de beurt aan
Bohemen om hetzelfde te verkrijgen. De worsteling tegen het
duitsche element dreigt nog hevig te zullen worden, maar
Oostenrijk, zal het ooit zijne plaats hernemen, kan dat slechts
als bondgenootschappelijke staat, onder het overwigt der mag-
tige slavenstammen. Zoo zal het grooten invloed kunnen uit
oefenen op de eindelijke afdoening van den turkschen inboedel.
Want de zieke man leeft wel lang door de teedere bezorgdheid
der westersche magten, maar nu Rusland mede gaat, moet men
alles duchten. Het woelige Griekenland doet ondeugende din
gen en dreigt een conflict uit te lokken, dat van onbereken
bare gevolgen zou zijn.
De romeinsche zaak is zoo stil en kalm, dat sommigen storm
voorspellen. Het prachtige mexicaansche keizerrijk, de parel
aan de kroon van Napoleon, telt zijne dagen. Keizerin Char
lotte is wel hersteld, maar zij kan gerust haar man aan deze
zijde van den oceaan afwachtenhij zal niet lang meer toeven.
De fransche beschermers hebben de stad Mexico verlaten en de
republikeinen zullen hunne plaats innemen.
Mexico dankt zijn behoud aan de vereenigde staten, die
geen keizers en koningen in hunne nabuurschap dulden en die
daarbij genoeg profiteren, als zij bevrijd blijven van de nood
zakelijkheid om hunne beste krachten te verspillen aan een
nutteloos staand leger, en nu gerust de hevigste twisten laten
uitrazen, zonder bekommering voor een militairen coup d’état,
die de vrije burgers in geketende slaven herschept.
86’715
141
doorzien; men had niet noodig te wachten op de bewijzen der
misleiding, die nu te laat openbaar worden. Het ministerie
ver' t eene goede les, en mag voorzigtiger en bedachtzamer
Londen, 20 February. Men berigt uit New-York van
gisteren; Het huis van volksvertegenwoordigers heeft de bill
verworpen, die door den senaat was aangenomen, om het ont
werp van wet te vervangen tot toepassing van het standregt
in de zuidelijke staten.
Juarez rukt op naar Mexico. Keizer Maxim ili aan ver
dedigt de stad met een leger van 30,000 man. Er wordt
vermeld dat de republikeinen overal overwinnaars zijn.
Lord Naas heeft in het lagerhuis medegedeeld, dat hij
heden een bill zal indienen, om de schorsing v„n de Habeas
Corpus Act in Ierland niet een kort tijdvak te verlengen.
21 February. De begroeting voor oorlog voor 1867
1868 werd gisteren openbaar gemaakt. Zij bedraagt in hoofd
som 14.752,200. dat is 412,200 meer dan in het afge-
loopen jaar. De sterkte van het leger bedraagt 13JL]man,
waarvan zich 65,292 in Indie bevinden.
Eergisteren avond werd te Manchester eene jgroote-«eetin’g^\
ha. at en.
Het is nu vooral geen tijd om te twisten onze toekomst
is donker, een zware ramp in ons midden, onzekerheid rondom
ons. Het geschil met Belgie is eene onbegrijpelijke dwaasheid
van beide zijden. Onze natuurlijke bondgenoot, waarmede wij
één belang hebben, hoe kan die op het cugeschikste «ogenblik
vreemden mengen in onze zaken. Al het mogelijke moet be
proefd worden om een einde te maken aan dezen onnatuurlyken
strijd. Het zal, na het eerste verzuim en de opvolgende halve
en half uitgevoerde maatregelen oneindig moeilijker vallen den
binnenlandschen vijand te vernietigen. De omvang der be
smetting en de hevigheid schijnen te groot om te vertrouwen
op de scherpste maai regelen, die bij den verklaarden onwil van
zoo vele belanghebbenden nimmer doel zullen treffen. Domheid
en bijgeloof hebben ons gebragt tot een bijna onoplosbaar di
lemma, en ons zal niet overschieten dan even als de koeijen
zwijgend te berusten.
Het bijgeloof der boeren komt ons duur te staan, maar de
dwaasheid der burgers zal niet goedkooper zijn. Wij zien die
dwaasheid in de krijgshaftige aperij. Wij moeten een leger heb
ben, eene marine niet berekend naar onze krachten, maar a
l’instar der groote mogendheden met naaldgeweren, nieuwe
kanonnen, pantsers en al de weelde meer, die de magtigste
staten te gronde rigten.
Onze vertegenwoordigers zullen een budget aan nemen, dat
in zijne gevolgen onze welvaart ondermijnt. Zijn dan de
Nederlanders zoo krijgshaftig of waren zij bet ooit. Onze
wezenilijke heldendaden zijn verrig; door ongeoefende, wanho
pige burgers door een dwingeland tot verzet gedwongen en in
heilige geestdrift ontvlamd. Overigens waren en zijn wij geene
krijgs- nu.ar kooplieden, die spoedig alles, ja zelfs onze solda
ten kochten. Zou het gezond verstand zoo ver geweken zijn
uit ons midden, dat wij eenig vertrouwen stelden op den
kikker, die zich opblaast tot een os.
Als wij leven moeten door onze krijgshaftigheid, dan zijn
wij reeds meer dan een eeuw dood.
Willen wij onzen grond verdedigen ook tegen overmagt dan
behoeven wij wilskracht en geestdrift. De voorraad daarvan
is niet groot bij zachtaardige kooplieden of overbeschaafde
aanzienlijken, de boeren zijn tegen het afmaken en zeker ook
als het hun zeiven geldt. De maat der nederlandsche geest
drift is gegeven in den ijver voor de hoog opgevijzelde weer
baarheid. Wij schrikken terug bij de gedachte aan het ge
vaar, dat ons land bedreigt, maar wij berusten in de verwachting
dat de naijverige heerschzucht ons zal laten leven tot de dag
der verlossing aanbreekt voor Europa.