DDEL
öuttcnlanö.
Inschrijving voor de
Nationale Militie.
1S6S. Donderdag, 24 December. 1703.
OOND
TWEEDE KENNISGEVING.
tuinende
heden.
irpen van
en borst-
67
1 IJ s
Uitgave van A. BRINKMAN.
Voor ingezeten wordt gehouden:
O
wde Bont «cf.
den burger-
van
een
BRINKMAN.
zwakheid dn
3.
JERMAN.
KOSTER.
'F en ZOON.
ING.
»E.
E.
Lange TiendewegD. n°. 60.
I
MEDAILLE. H
rxssEsssaal
volgende
Wet: Art. 15. Jaarlijks werden
die
het jaar hun Ï9de jaar waren in-
peze Courant verschijnt des Donderdags en Zondags.
In de Stad geschiedt de uitgave des avonds te voren.
Pc prijs per drie maanden is/ 2,franco p. post 2,25
Advertentien van 16 regels tot des middags ten 12
ure, grootare moeten vóór 10 ure ingezonden zijn.
De prijs der Advertenties van één tot
regels met inbegrip van het zegel is 80 Cent, voor
eiken regel daarboven 10 Cent.
Buitengewone letters worden berekend naar
plaatsruimte.
5- A
Burgemeester en Wethouders voornoemd, roepen dien ten ge-
ic-n i
•an den Hof- 1
Joh. Hoff
heimstrasse 1,
-Uw bier dat
resheer is ver-
de treffendste
Ondanks alle
ezigheden, ge-
an de smarte-
en, die njij zoo-
bevrijd tevens
A1.Oj.le,
rasse 11 12.*
'ralde a. d. O.
//Minzaam ver-
- bezending van
lade-Poeder te
gravin von
Flemming.
Cenlraal-Dépot
uoet eikennen,
ker en verster-
19 Nov. 1808,
re Ameshoff. -
Bloemmarkt bij
te Amsterdam.
la bij J. C. v.
2 Woerden bij
BERG,
BUBGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente Gouda,
gezien de wet van den 19den Augustus 1861 (Staatsblad n°.
72),betrekkelijk de Nationale Militie, herinneren bij deze alle
belanghebbenden aan hunne verpligting tot het doen van aan
gifte ter inschrijving voor de Nationale Militie in de maand
Januarij 1869, en brengen ter hunner kennis de
bepalingen der genoemde
voor de Militie ingeschreven alle mannelijke ingezetenen,
op den Isten Januarij van u~ inJ_ 7".
getreden.
1°. Hij, wiens vader, of is deze overleden, wiens moeder,
of, zijn beiden overleden, wiens voogd ingezeten is volgens
Anti-Rheu-
Olie a 35 en
ft opgeleverd,
ïn de bijzon-
ten der deug-
om beroemde
imiddel tegen
Londen, 20 Dec. De Times, het groote orgaan der volks-
meening in Engeland, begint insgelijks te begrijpen, dat het
verspreiden van het evangelie, onder de bescherming van ka
nonnen en achterladers, niet zeer wenschelijk is. Het blad
zegt, dat Engeland verantwoordelijk is voor den tegen woo rd igen
onaangenamen toestand in China. De zendelingen weten, dat
zij beschermd worden door eene magtige natie en vallen het
nationale geloof en de meest geliefde overtuiging der Chine
zen, op de marktpleinen, op zeer ruwe wijze aan. Hunne woor
den zijn even zoo vele beleedigingen voor het volkzij ver
wekken altijd e'n woedenden haat en eindelijk een oorlog.
De Times acht de zendelingen, door Engeland naar China
en elders gezonden, over het algemeen geheel ongeschikt voor
het grootsche werk, dat hun wacht en evenveel tact als fijn
gevoel vereischt. Het zijn bijna altijd mannen met een geves
tigd vooroordeel tegen elke overlevering, tegen elke philoso
phic en elke leerstelling, welke met hunne beginselen in strijd
is. De Times herinnert dezen zendelingen, dat de eerste pre
dikers van het evangelie eene oneindig moeijelijker taak hadden
te vervullen. Zij hadden te prediken voor afgodendienaars,
wijsgeeren en barbaren, eL echter kan men in hunne woorden
nooit iets vinden, hetwelk niet eerbiedig, minzaam en beschei
den is. Zij beginnen niet met elk geloof als valsch en slecht
te veroordeelen, maar zij trachten het oude geloof te gebrui
ken als het fondement van hunne betere en heiliger leer. Zij
begonnen niet met beleedigingen, onder de bescherming van
getrokken kanonnen.
21 Dec. Volgens berigten, met de kaapsche mail ont
vangen, van 9 november, heeft er langs de zuid-afrikaansche
kust zeer onstuimig weder geheersent. Tien koopvaardij-sche
pen zijn in de haven van Kaapstad met averij binnen geloopen
en vele anderen zijn totaal wrak geslagen. De handel verkeerde
in flaauwe stemming. De president Brandt van den Oraoje-
Vrijstaat is herkozen. In den staat der Basuto-kwestie is geen
verandering gekomen.
rOUDSCHE COURANT.
volge de ingezetenen, die in het jaar 1850 zijn geboren, en
overeenkomstig het vorenstaande in deze Gemeente tot aangifte,
verpligt zijn, op, om zich op de vo’gende dagen en in de daar
bij vermelde orde, te doen inschrijven, te welen
die woonachtig zijn in de wijken A,B,C, D,E,F, G,H
op Maandag den 4den Januarij 1869, en
die, wonende in de wijken K, L, M, Nj O, P, Q en B, op
Diogsdag den 5 den Januarij 1869.
Voorts strekt tot informatie van de Belanghebbenden:
dat het register van inschrijving op den 3Isten Januarij, des
namiddags ten vier ure, voorloopig wordt gesloten en zij, die
alsdan verzuimd hebben de voorschreven aangifte te doen, in
gevolge art. 183 der Wet, vervallen in eene boete van 25.-
tot ƒ100.-. dat ieder, die voor de Miiitie moet worden inge
schreven, zich behoort te voorzien van een extract uit het
geboorte register, hetwelk bij de aangifte moet worden mede-
gebragt; dat dit extract aan hen, die binnen deze Gemeente
zijn geboren op hunne aanvrage, op het Bureau van den burger
lijken stand gratis zal worden uitgereikt, terwijl zij, die
elders geboren zijn, zich ter Gemeente-Secretarie kunnen aanmelden,
ten einde genoemd extract van het Gemeentebestuur hunner ge
boorte plaats te doen aanvragen, en dat een ieder gehouden
is, te zorgen, dat hij bij de inschrijving Wijk en Nommer
zyser woning juist kan opgeven.
Goüda, den 22° December 1868.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Secretaris, De Burgemeester,
DROOGLEEVER FORTUIJN. v. BERGEN IJZENDOORN.
de Wet van 28 sten Julij 1850 (Staatsblad u«. 44);
,2°. Hij, die, geen ouders of voogd hebbende, gedurende
dé'laatste, aan het in de eerste zinsnede van dit artikel ver
meide tijdstip voorafgaande, achttien maanden in Nederland
verblijf hield;
3°. Hij, van wiens ouders de langstlevende ingezeten wus,
al. is zijn voogd geen ingezeten, mits hij binnen het rijk ver-
ölijf houdt- Voor ingezeten wordt niet gehouden de vreemde
ling, behoorende tet eenen staat, waar de Nederlander niet
aan de verpligte krijgdienst is onderworpen, of waar ten aan
zien der uienstpligtigheid het beginsel van wederkeerigheid is
aangenomen.
Art. 16 De inschrijving geschiedt:
1°. Van een ongehuwde in de Gemeente, waar de vader, of,
is deze overleden, de moeder, of, zijn beiden overleden, de
voogd woont;
2°. Van een gehuwde en van een weduwenaar in de Ge
meente waar hij woont
3°. Van hem, die geen vader, moeder of voogd heeft of
door deze is achtergelaten, of wiens voogd buiten ’s lands ge-
vesrigd is, in de Gemeente, waar hij woont
4°. Van den buiten ’s lands wonenden zoon van een Neder
lander, die ter zake van ’s lands dienst in een vreemd land woont,
in de Gemeente, waar zijn vader of voogd het laatst in Ne
derland gewoond heeft.
Art. 17. Voor de Militie wordt niet ingeschreven
1°. De in een vreemd Rijk achtergebleven zoon van
ingezeten, die geen Nederlander is;
2°. De in een vreemd Rijk verblijfhoudende ouderlooze zoon
van een vreemdeling, al is zjjn voogd ingezeten
3°. De zoon van den Nederlander, die ter zake van ’s lands
dienst in ’s Rijks overzeesche bezittingen of koloniën woont.
Art. 18. Elk die vjlgens art. 15 behoort te worden ingeschre
ven, is verpligt zich daartoe bij Burgemeester en Wethouders
aan te geven tusschen den Isten en 3Isten Januarij.
Bij ongesteldheid, afwezigheid of onstentenis, is zijn vader of,
is deze overleden, zijne moeder, of, zijn beiden overleden, zijn
voogd tot het doen van die aangifte verpligt.
De wijze, waarop van het doen van de aangifte blijken moet,
wordt door Ons bepaald.
Art. 20. Hij, die eerst na bet intreden van zijn 19de jaar,
doch vóór het volbrengen van zijn 20ste, ingezeten wordt, is
verpligt zich, zoodra dit plaats heeft, ter inschrijving aan te
geven bij Burgemeester en Wethouders der Gemeente, waar de
inschrijving, volgens art. 16, moet geschieden.
Daarbij gelden de bepalingen der 2e en 3e zinsnede van art. 18.
Zijne inschrijving geschiedt in het register
van
herkozen,
en I