DENEN,
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
ATER,
1869.
N? 761.
l.
ONING
ïouwland,
lanus
Zondag, II Juli.
Algemeen Overzicht.
i
'kooping
eerrede.
fiantomelamis
Do inzonding van advertention kan geschieden tot óén uur dos namiddags op den dag der uitgave.
A,
JUSTUS 1869, dos
pcment «de Paacw»
en, 71 ellen
E in de gemeente
■xctk:.
1 Mei en de Lan-
gedeelten van den
n 5 pereent 'sjoars
van het gekochte,
komen ten kantore
IJN DBOOGLEE-
de Ondergeteekende
e in het Magazijn
BEHANGSELPA-
TEENSTUKKEN,
S, KARPETTEN,
7AFELKLEEDEN,
"TEN voor MEU-
i couleurde AGRE-
(tc. tegen Contant
zyn Magazjjn op
devak zeer voor-
Dienaar.
r LAAR Jr.
Tiendeweg D n° 4.
n, die als het eenige
Jezus Christus en
ng van den vierden
11.H. Medewerkers,
els en bij deu uit
een bril te moeten
over den last, het
t artikel en zonde
en te moeten ge-
middel: allen, wier
ten grand zijn ver-
"II worden door het
en zal inen de her
en verzwnkle oogcn
ui vele gevallen de
sggen eer één flacon
I' zij, die jiog geen
dat het middel oin
blijven, by velen,
reeds liet beginsel
zig; men lette maar
ligt is op verderen
dubbel vertooucn,
de oogen beginnen
ruikt
|ier flacon by:
raat, Rotterdam.
R,
traat
trecht.
rijk.
GOUDSCHE COURANT.
De uitgave dezer Courant geschiedt ZONDAG,
WOENSDAG cn VU IJ DAG. In de Stad
geschiedt de uitgave in den avond van
DINSDAG, DONDERDAG en ZATER
DAG. De prjjs per drie maanden is f 1.75,
franco per post 2.
ADVERTENTIEN worden geplaatst
van 1 5 regels ii 50 Centen; iedere regel
meer 10 Centen. GR00TE LETTERS
worden berekend naar plaatsruimte.
Afzonderlijke Nomtuers VIJF CENTEN.
OPPOSITIE.
II.
Hrinkman.
Er moet oppositie zijn, maar niet eene als
die van den Heer Sypesteyn. Hjj heeft van
eene toevallige gebeurtenis gebruik gemaakt om
zegevierend uit te roepenDat komt er van
dat men mijne waarschuwingen heeft in den
wind geslagen! Hoe menigmalen heb ik er
niet op gewezen, dat meerdere macht aan de
kust moest worden ontwikkeld llad men dat
gedaan dan zouden terstond de aanranders
zijn vervolgddan had men terstond de eer van
den nederiandschen vlag kunnen wreekenNu
heeft de regeering zich schuldig gemaakt aan
plichtverzuim. Gesteld ecus dat de re-
geering werkelijk onvoldoende maatregelen had
genomen, zou dan het feit niet geschied zijn?
Voorzeker, maar dan had men terstond krach
tiger kunnen optreden. Men had kunnen lan
den en repressailles nomen. Daardoor zou juist
't leven der govangenen meer iu gevaar zjjn
gebracht en tegelijkertijd dat van vele andere
manschappen der equipage; want de negers
zoudeu eenvoudig op de vlucht gaan en hen
in de bossehon te achtervolgen is niet gera
den. Plichtverzuim kan dus in geen geval
aanleiding tot deze treurige zaak hebben gegeven.
Het is bekend, dat onze Regeoring met tnl-
looze moeilijkheden heeft te kampen om haar
gezag onder de negers van Commcndah te hand-
haveuen het is natuurljjk dat daar zooveel
mogelijk in overleg wordt gehandeld met den
naburigen engelsehen gouverneur (want Com
mcndah behoorde voor 1808 tot Engeland) en
met deskundige personen. Do eerste gat deu
raad een klein .chip te zenden. Ouder de
laatsten behoort voorzeker de konnnandant viui
de Amstelde Heer Nagtglas, die een reeks van
jaren met de negers goed heeft omgegaan, hen
vertrouwen heelt weten in te boezemen, die
bekend is met het land en het volk. Deze
geeft den raad vooreerst den weg des gewelds
nog niet te betreden. Wat zou men vau eene
regeering zeggen die de raadgovingen vau ver
trouwde personen, onder wier oogen als 'tware
do feiten gepleegd zjjn, in den wind sloeg?
Men bad voorzeker recht dit onvoor/.igtig te
noemen. Maar wat moet men dan zeggen vau
de interpellatie Dit, gelooven wjj: met gro-
tighoid is de treurmare aangegrepen om den
Minister aan te vallen: men vond haar een
kostelijk wapen 0111 het Ministerie een stoot
toe to brengen; men begreep wel het daardoor
niet uit den zadel te zullen lichten, maar dat
Kon er toch wel 't gevolg van zijn indertijd.
Men wilde ook hierdoor den gercgeldcn gang
van zaken verstorenook hierdoor den val
van dit ministerie voorbereiden.
Dit nu is eene verkeerde oppositie. Eene
oppositie die opponeert, omdat zij niet regeert;
die niets goed vindt, omdat het van de regee
ring komt; die alleen heil voor t land moge
lijk acht door bestendiging, van regeoring, wan
neer zij zelve die regeering is; zulk eene oppo
sitie, welke het niet te doen is om hot goede,
maar oin op het kussen te komen: zulk eone
oppositie werkt ten nadoele van 't land, onder
welke partij zjj ook gevonden wordt.
Hoe moet dan eene goede oppositie zijn? Zij
moet niet gericht zijn tegen de personen, maar
tegen de zaken. Zij moet niet afkeuren om
dat deze regeering voorstelt, besluit, handelt,
maar omdat het voorgestelde, het beslotene, het
gedane afkeurenswaardig is. Zjj moet niet
mei, groote woorden zeggen, dat de Regeering
zoo slecht regeert, en dut zij zelve veel boter
zou regecren, maar zij moet ook aantoonen,
waarin de Regeering te kort schiet.
Juist in denzelfden tpd dat de Heer v. Sy
pesteyn interpelleerde, gaven andore loden der
tweede kamer bet voorbeeld eener goede oppo
sitie. De wot tot regeling van 't onderwijs
bij de Koninklijke Militaire Academie was in
behandeling Dp een groot aantal artikelen
waren amendementen voorgesteld, vooral door
deu Heei de Roo van AlderwerelL Dit lid
voerde gedurende de gehcelo behandeling van
dit ontwerp oppositie tegen den Minister van
Oorlog; hjj stemde tegen liet ontwerp. Toch
behoort hjj tot degenen, die deze regeering zoo
veel mogeljjk willen steunen. Waarom dan
dezo oppositie Omdat de afgevaardigde in
dat ontwerp beginselen zag vastgesteld, waar
mede hjj zich niet kon vercenigen. Met vol
hardenden jjver stelde hij amendementen voor
en toen het mccrendeel daarvan niet in de wet
kwam, stemde hjj tegen, maar niet zonder nog
kort, de beweegrodencn vau zijn stem open te
leggen: »oradat in het wetsontwerp, naar nijjii
inzien, geene voldoende waarborgen gelegen
zijn voor eene behoorlijke vorming der jonge
lieden, die voor den officiersstand worden op
geleid." - Zulk eene oppositie, zelfs tegen geest
verwanten, is waardig. Daarin toch is de beste
waarborg gelegen voor eene regeling en afdoe
ning der staatsaangelegenheden, zoo goed als
men die wenschcn lean.
Gouda, 10 Juli.
De ftlgemeene toestand van Europa is minst
genomen eene onzekere. Sedert de korte oor
log iu 1800 is alles in onrust geblevende
quaestien zijn gewijzigd, maar niet opgelost.
Pruisen is wel genaderd, maar niet gekomen
tot zjju doel, eene inniger vereeniging met de
Zuid-duitsche staten wordt steeds voorbereid
en v. Bismarck, die toch nimmer met do prui-
sische liberalen instemmen zal, wil voortaan
al zijne krachten wijden aan de bevestiging en
uitbreiding van het noorddnitsch verbond.
Oostenrijk kan zich weinig inlaten met bui-
tenlandsche bemoeiingenhet heeft de handen
vol met binnenlandse he bezwaren. De Hon
garen, wien zooveel is toegegeven, zijn woelig
en veeleischcnd, zjj voeren een hoogeu tooncn
zullen hunnen invloed op alles doen gelden.
Bohnme is niet te bevredigen, het wil ge
lijk gesteld worden mot Hongarjje. Dit zon
leiden tot de geheclu ontbinding van Oosten
rijk, en hoogstens een bondgenootschappelijk
rijk overlaten.
Voor Italië is geen rust denkbaar, zoolang
Roiue, door Frankrijk opgehouden, weerstand
biedt aan de italiaansche begeerlijkheden.
Engeland zou zich buiten al die woelingen
kunnen houden; het huldigt in de laatste ja
ren eene wijze staatkunde van onthouding. De
ware vrijheid is verdraagzaam en vcroonleolt
dwang en geweld. Maar Engeland wordt sterk
bedreigd door eene inwendige crisis. Men ver
wachtte de vreedzame hervorming vau den ou-
houdbaren toestand der iersche staatskerk. Het
voik hoeft beslist, maar de aristocratie kan
hare vonroordeeleu niet verloochenen en werpt
een gevaarlijk conflict op, eerst door het aan
nemen van verschillende met den geest der
«f J
4
R.