Nationale Militie i brieven Courant. De inzending van advertentien kan geschieden tot één uur des namiddags op den dag der uitgave. :mer, Iakïtrïj, paid van pijkiiide- p! Heor j-Militie- i Neder- De uitgave dezer Courant geschiedt ZONDAG, WOENSDAG en VRIJDAG. In de Stad. geschiedt de uitgave in den avond van DINSDAG, DONDERDAG en ZATER DAG. De prjjs per drie maanden is 1.75, franco per post 2. ADVERT.ENTIEN worden geplaatst van 1—5 regels ii 50 Centen; iedere regel meer 10 Centen. GROOTE LETTERS worden berekend naar plaatsruimte. Afzonderlijke Nommers "VIJF CENTEN. behoort. Oppervlakkig beschouwd zou men dit ontkennend kunnen beantwoorden en zoowel kerkeraden als maatschappijen van. kunsten en wetenschappen, onbevoegd kunnen verklaren om zich in zake de diodstrnf te mlresseereu, maar nagaande dat die kerkeraden geroepen «jjn tot wachters over het huis en de star! Gods en om acht te hebben op de onderhouding van do zuiverheid der leere en vroomigheid des levens kan deze zaak zeer goed tot hun bevoegdheid gebracht worden. Zij toch kunnen overtuigd zijn dat het oude »oog om oog en tand om tand" een openbaring Gods is en krachtens hun ambt verzoeken zjj hun medeburgers die open baring Gods niet in den wind te slaan, of wel zij vreezen do kudde aan hun zorg toevertrouwd, niet zonder galg of beul in bedwang te kunnen houden, en vragen dus dt handhaving der inid- deleeuwsche dwangmiddelen. Hoe teergevoelig dan ook onze wetgeving is om andersdenkenden niet te kwetsen, bij de af schaffing der doodstraf zal dit weer het geval zijn, en men kan het die andersdenkenden dan toch niet ten kwade duiden dat zij hun bezwa ren daartegen indienen. Wat eenvoudig een zaak schijnt tot het straf recht belioorende, is voor velen een zaak van godsdienstige overtuiging. Ook hier wordt strijd gevoerd tussehon oud en nieuw, tusschen de oude leer en de moderne begrippen, en wie zoude wel meer gerechtigd zijn om daarin mede te spreken dan de voorgangers en vertegen woordigers der kerkelijke gemeenten? Vreemd is het van liberale zijde de gebruik making van het recht van petitie te zien be strijden, veeleer zoude men verwachten dat zij bij misbruik van dat recht verzachtende omstan digheden zonden pleiten, want wolk kwaad kan het toch als men zijn wenschen kenbaar maakt aan de gestolde machten? Moet men het niet veeleer een verblijdend verschijnsel achten, dat de burgers meer en meer belang ge an stellen in den gang van zaken en dat langzamerhand de onverschilligheid plaats maakt voor belangstelling? Door de petitiën, van wie ook afkomstig, worden de vertegenwoordigers des volks of de regeering ingelicht omtrent do wenschen vau een gedeelte des volks. Zij moeten beoordeelon of de vervulling dier anderen, hetzjj de adressen gelezen oi ter zjjde gelegd worden. Een kiesvereeniging mag zich niet, zegt men, als lichaam tot de wetgevende macht wenden over onderwerpen "an algemeen belang; toch zijn in de tweede kamer adressen van kiesver- eenigingen, aanneming van het wetsontwerp tot afschaffing van het dagbladzegel verzoekende, naar de commissie voor de verzoekschriften verzonden. Er schijnt dus verschil van opvatting te be staan omtr it het recht van petitie. Wat, zegt de grondwet Art. 9 luidt: Ieder iagSzeten heeft het recht om verzoeken aan de bevoegde m icht schrifte lijk in te dienen, mits die persoonljjk en niet uit naam van meer worden onderteckend, welk laatste alleen kan geschieden door of van wege lichamen, wettelijk samengesteld of als zooda nig erkend, en in dit geval niet anders dan over onderwerpen, tot hun bepaalde werkzaamheid behoorende. Art. 134 luidt: De staten kunnen de belan gen van hunne provinciën en van hare ingeze tenen bjj den koning en bij de staten-generaal voorstaan. Art. 144 eindeljjk geeft dezelfde bevoegdheid aan de gemeentebesturen. Zijn de aangehaalde adressen in strjjd met de grondwet? De staten kunnen de belangen van de ingezetenen bjj den koning voorstaan. Deden de Groninger staten iets anders toen zjj vermindering der krjjgs-uitgaven verzochten? Drukken die uitgaven niet op de inwoners dei- provincie Groningen Men zal zeggen die druk is algemeen. Het geheele land ondervindt de bezwaren dier uitgaven, maar daaruit kan niet volgen dat de staten hun bevoegdheid zijn te buiten gegaan. Veeleer zou daaruit volgen dat de staten der andere provinciën de belangen der ingezetenen niet hebben willen voorstaan en ck;s in hun verpachtingen zijn to kort ge schoten. Wettelijk samengestelde lichamen kun nen, zich, met verzoeken, richten tot de bevoegde macht over onderwerpen tot hun bepaalde werk- zn imheid behoorende, zegt art. 9. Niemand zal ontkennen dat kerkernden wet telijk samengestelde lichamen zjjn. Doquiestio kan dus hier alleen zijn of de bescherming vau do doodstraf tot hun bepaalde werkzaamheid KENNISGEVING. BURGEMEESTER ca WETHOUDERS van Gouda gelet op art. 150 der Wet op de Nationale Militie »an den 19" Augustus 1861, (Staa.sblad n°. 72); noodigen de lotelingen, die verlangen bjj de ZEE MILITIE te dienen, uit, om zich daartoe, voor den 1" April aanstaande, ter l'lautseljjke Secretarie aan te melden. Gouda, den 1" Maart 1870. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Secretaris, De Burgemeester, DROOGLKEVER ÏORTUUX. van BEUGES 1JZENDOORN. >M MISSIE misse, dat 1870, in- tr de Kin- [gd aan de Ie Holland- i die voor vermogende •schooi, be verbonden In de najaarsvergadering van de provinciale staten van Groningen werd voorgesteld, dat die staten zich tot den koning zouden wenden om vermindering der krijgsuitgaven te verzoeken. Na belangrijke discussiëu is een adres in dien geest aangenomen en door vele dergelijke adres sen uit alle oorden des lands gevolgd. Veel is over dit adres geredetwist, niet over den inhoud, evenwel de hooge krijgsuitgaven toch vinden weinig of geen verdedigers, en meer en meer wint de overtuiging veld, dat vermindering dringend noodzakelijk is. De be strijding gold liet adres zelf. De staten waren niet bevoegd zulk een adres vast te stellen, de staten van Groningen zjjn hun bevoegdheid te buiten gegaan, over de krijgsuitgaven mogen geen provinciale staten oordeelen, het recht van petitie was door dit adres misbruikt. In den laatsten tijd zjjn tal van adressen van kerkeraden van christeljjke afgescheiden ge meenten bij de wetgevende macht ingekomen, allen het verzoek bevattende om het wetsont werp tot afschaffing der doodstraf, niet aan te nemen. Ook de bevoeg Ihcid dier kerkeraden, om ten dergelijk adres in te dienen, is bestre den o. a. in het Vaderland; ook die kerkeraden zegt men, hebben het recht van petitie mis bruikt. Zullen deze verzoekschriften dan door de tweede kamer ter zjjde gelegd worden V Het zoude w lig >A.ien; door die adressen is het feit geconstateerd, dat een gedeelte der bevol king op godsdienstige gronden nog zeer inge nomen is met de doodstraf, en dit zal uietver- renschool en jongens zal die Scholen, inghebbende o wieling, de ideren wordt hinderen of imen aan de ïgd eenever- ijkmeesters, dbeicl verkee- deren aan de te zien,wor- I de bewijzen g ontvangen, wn geene be- I Scholen op- Ist ter Schole, l wel afgeloo- rziekte. potig gemaakt, i wieren op de wgelaten vóór •Commissie, Sevretarie.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1870 | | pagina 1