b
BINNENLAND.
Laatsl
JI
h
DÜITSCHLAND.
OOSTENRIJK.
WEKELIJKSCHO V EIIZIC H T
vnn 't behandelde in de Tweede K a m e it der
Slaten-Generattl, 18G91870.
21 Maart.
Florence, 2I
Parijs, 21
Rome, 20
Frankfort,!
Berlijn, 21J
Tours, 21
Weenen,
Parijs, 21 f
Madrid, 3J
Weenen,
Parijs, 21J
Tours,
schaffing «11 art. 67 der constitutie (bo redende de
benoeming der muiree), daarop heeft geantwoord, dat
hij dit niet dadelijk kan neggen, aangezien hg om
trent deze zaak in overleg moet treden met zgne
caflcga's. Aan de regeering moet dientengevolge
eenige tijd gelaten worden. Deze brief heeft tot
gun debat aanleiding gegeven. Geen der senatoren
deed den mond open, zoodat de brief als t ware
ongemerkt ia voorbijgegaan. De heer Rouher en
de commissie weten intusachen zeer goed, dat de
regeering zich bezig houdt met een onderzoek naar
de wijzigingen, die de constitutie verder behoort
te ondergnan, en dat de minister uit dien hoofde nog
niet voor de commissie kan verschijnen. De stap
van de commissie is een nieuw bewijs van de span
ning tu8sclien den senaat en het gouvernement. Hoe
lang zal dit vuur nog onder de asch blijieu smeu
len? Men zou denken, dat het weldra tot eene
uitbarsting moet komen, want de heeren reactionairen
geven zich ontzaohelijk veel moeite, om het kabinet
allerlei hinderpalen in den weg le leggen.
I)e TranqaU is van gevoelen dat de kuiperijen
der reactionaire partij, die ten doe! hebben hel gou
vernement te beletten de ontworpen constitutioneele
wijzigingen tot staud te brengen, verijdeld zijn. liet
blad voegt er bij dat de keizer vast besloten blijft
die liberale wijzigingen ten uitvoer te leggen, die
op voorstel van het kabinet aangenomen zijn.
Van onderscheidene zijdeu wordt in Zuid-Duitsch-
land de verwachting te kennen gegeven, dat de
Beiersche en Wurlembergsclie ministers van oorlog
genoodzaakt zullen worden af le ireden, ten gevolge
van de oppositie iu de kamers van afgevaardigden
tegen het bestaande militair stelsel. Tot nog toe
heeft er zich evenwel niets voorgedaan, op grond
waarvan men dit als juist zou kunnen aannemen.
Van andere zijden worden zelfs hij herhaling verze
kerd, dat al wilden de beide ministers aftreden.de
koningen van Beieren en Wurteraherg daarom toch
niet in hnnne politiek ten opzichte van Prinsen
zouden veranderen, maar dat zij de tractaten met
Pruisen, en dus de tegenwoordige inrichting van
het krijgswezen, zullen blijven handhaven.
Nog altoos blijft liet onzeker of de bclrckking
van rijks-minister van financiën vervuld zal worden
of niet. Men zal zich herinneren, dat zoodanig
minister bjj de tegenwoordige regeling der Oosten-
rijksche en Hongaarschc landen eigenlijk onnoodig
werd geacht, en dat wanneer hij tijdens de zitting
der delegutien wel gemist kan worden, zijne benoe
mt1 g ook voor 'l overig gedeelte des jairs wel
achterwege kan blijven. Naar hetgeen men iluiiis
verneemt, is de regeering evenwel nog niet besloten,
(lien post tijdens de vergadering der delegutien on
bezet te laten. Het schijnt dal zij daarloe nog nlloos
het oog heeft op den Hongaarsehcu minister van
financien, van Loityay, Deze bevond zich thans te
Weenen lot regeling van de zaak der militaire grenzen,
en men verzekert dat hij, zoodra dit is afgeloopeu,
nog slechts naar Pestb zal terugkeeren om zijn de
partement aldaar aan zijn opvolger over le dragen
en als miuister voor de geheele monarchie iu functie
te treden.
Gouda, 22 Maakt.
Vrijdag zijn bij de tweede kamer ingekomen
en naar de commissie voor de verzoekschriften ge
zonden, o. r.
Twee adressen, houdende bezwaren tegen het
wetsontwerp lot vereemging der gemeenten lteeuwijk
en Sluipwijk, met opheffing der gemeente Slein, van
T. de Groot en andere ingezetenen van Steiu en
T. de Ridder en nudere gemeenteraads'edeu en in
gezetenen derzelfde gemeente
een adres van den raad der gemeente Broek,
houdende bezwaren tegen het wetsontwerp tot ver-
ceuiging van Noord- en Zuid-Waddinxveen, met
opheffing der gemeente Broek.
Een zeer verontrustend gerucht, betreffende
's kouings gezondheid, gisteren ook hier versprei.1,
wordt op grond van reehtstreeksohe berichten uit
Apeldoorn heden steil.g tegengesproken door het
dagblad van Z. H. en 's Gravenhage.
De Bpoorwegwerken der lijn 's Dage—Gouda
naderen hunne voitooijing met rassehc schreden.
Het stationsgebouw ondergaat de laatste versierin
gen. Gisteren is voor liet eerst met zandtreinen de
overgang van den Holl, spoorweg gepasseerd, en
alzoo kan nn vnn liet begin tol het eind-station
-worden doorgereden. Omtrent hetgeen plants heb
ben zou bij de opening der lijn is naar wij met
zekerheid kunnen melden vooreerst nog niets definitief
te bepalen.
Het plan dezer dagen tot rijpheid gekomen
om Nederland door eene geregelde sloomvuart met
Indie iu gemeenschap te brengen, waartoe het thans
geopende Suez-kanaal zoo gereedelijk de gelegenheid
geelt, heeft ongetwijfeld algemeene sympathie ver
worven, en wij gelooven dat de mannen, die, onder
de hoofdleiding van Z. K. 11. prins Hendrik, liet
initiatief hebben genomen om deze zoo belangrijke
ondernemingen tot stand te brengen, den dank der
natie verdienen. Er zal een kapitaal worden ge
vormd van 6 millioen gulden, waarvan dadelijk
IJ'/n millioen wordt uitgegeven. Ter inschrijving
in dat kapitaal zal den 24", 25" cu 26" Maart
algemeen gelegenheid worden opengesteld; de stor
tingen zullen in 4 gelijke dcelen geschieden in ver
loop van 8 maanden tijds, na de kon. bekrachtiging
der statuten. Er zullen vier groote prachtige ijze
ren stoomschepen in de vanrt gebracht worden,
waarin 2300 ton zal kunnen geladen worden, en
plaats zal zijn voor 50 passagiers le kl. a 1000,
25 pass. 2e kl. ii 600, en 25 pass. 3" kl. Tegen
Mei 1871 wil men de dienst aanvangen. De reizen
hoopt men in hoogstens 18 dagen te volbrengen,
hel oponthoud in Port Said of Ismailia medegere-
kend. De schepen zullen dus gezameutiijk negen
reizen 's jnars heen en weder kunnen doen. Volgens
de berekeningen, ivnarin de ondernemers treden,
meenen zij, de uitgaven daarbij niet laag stellende,
op eene winst van 560,000 of 16 pCt. van het
kapitaal van 3,5110,000 te mogen rekenenhunne
berekeningen zijn op eeuen waarlijk matigen grond
slag gebouwd.
„Het oogenblik is gekomen", zeggen hh. ont
werpers iu hun prospectus, „dat Nederland de vruch
ten moei plukken, die de opening van den nieuwen
waterweg voor het wereldverkeer met het Oosteu
aanbiedt. Laat ons zorgen, dat onze naburen ons
ten minste op die baan den loef niet afsteken.
Laat ons tevens van deze gelegenheid gebruik ma
ken, om den directen handel met Egypte en om
liggende landen, tot ivelks vestiging krachtige po
gingen worden aangewend, van een uitnemend
gemeenschapsmiddel te voorzien. De stoomvaart
maatschappij „Nederland" heeft, als zij door vereende
krachten tot stand wordt gebracht, een rijk eu
veelbelovend veld voor zich, en draagt in zich de
kiem van duurzame welvaart en groole ontwikkeling."
Men sohrijft uit den Alblasserivaard Niette
genstaande liet koude we ter den veldarbeid w einig
begunstigd heeft, zet msn dezen in deze streken
met kracht voort. Een groot deel der bouwnkkers
is reeds gespit en hier en daar zijn vroege nardap-
pelen gelegd. Behalve het leggen vart erwten, groote
boouen en het zaaien van enkele vroege moesgroen-
ten wordt er nog weinig nan den tuinnrbeid gedaan,
De wei- en hooilanden liggen overheerlijk dioog
eu de strenge vorst heeft, vele schadelijke insecten-
larven doen verdwijnen. Voor de bouwlanden is
de sterke vorst zeer weldadig, daar sedert het hooge
water in de laatste jaren de grond nog niet zoo
doorvroren is geworden, als iu dezen winter. De
grond 18 dan ook bij uitnemendheid geschikt om
spoedig bezaaid te kunnen worden. Allerwege is
in de knoppen der boomen en in hel gras de werkzaam
heid der groeikracht reeds duidelijk zichtbaar.
Wanneer wc den Heer Bichon gelooven moeten
dan heeft Dordt wel iets van een snoek, die 't vischje
Dubbeldnm op wil peuzelen, en gelooven we den
heer Blussé dan heeft Dordt meer van den groot
moedigen leeuw, die 't muisje Dubbeldam wel in
't leven wil laten, ja het zelfs meer levensvatbaar
heid wil schenken, wanneer het hem eerst maar uit
't net heeft verlosl. De kamer gaf den lnatsten ge
lijk door met 35 tegen 17 stemmen het ontwerp
tot grensverandering dier beide gemeenten ann te
nemen. We laten 't nu nan de Dorcltennren en
Dubbeldammers over om 't nu verder maar uit Ie
maken, maar dit is zeker, dat de heer Biciion er
kende dat Dordt in 't net zat, want dat die gemeente
groote behoefte had aan uitbreiding harer grenzen,
maar 't gat dat gemaakt werd, kwam hem veel té
groot voor; en daarop volgde de zeer gegronde op
merk, ng: loon dan aan op welke wijze de muis
't moet aanleggen, doch dit geschiedde niet. -
lreuriger figuur dun de minister van justitie
Maandag en Dinsdag mekte, zal zelden worden
aangetroffen in de parlementaire geschiedenis van
cenig land.
Het ccrsle wetje dat werd behandeld, gold de af
schaffing vuil do openlijke tentoonstelling en van de
lijfstraf in de gevallen waarin deze straffen nog ziju
bedreigd. De titel is zeer algemeen, maar t ecnig
art. der wet nocint twee gevallen, waarin die straf
fen worden bedreigd, en welke twee gevallen zij
dus afschaft. De heer SaNdbekö wenschle het art.
algemeeuer le hebben, cn die straffen afschaffen in
al de gevallen waarin zij nog zijn bedreigd. Vriend
schappelijk lachende over een jeugdigen afgevaar
digde met geringe prak lijk, meende de minister dat
't er niets toe deed, want dat hij zeker wist dat dit
de twee eenige gevallen waren, waarin tc pronk
zeilen en geeselen nog werden bedreigd, terwijl om
alle lijfstraffen 't art. nog algemeeuer moest zijn,
want cr waren, helaasnog andere. Zooveel woorden
zooveel.... onjuistheden. De derde lijfstraf; brand
merken, werd iu 1854 onbepaald afgeschaft wist
de minister dut niet? en dat er nog meer wetten
van kracht zijn, waarin lijfstraffen bedreigd worden,
toonde de heer Heemskerk Az. aan, die er een
noemde. Toen nam de minister 't amendement
over, en daarop werd de wet aangenomen met 39
legen 16 stemmen. De heer Heemskerk Az. stemde
er tegen, omdat hij nu niet wist hoever de afschaf
fing zich uilstrekken zal. Zou hij dan nog in som
mige, of in een enkel geval voor de toepnssuig dier
straffen zijn?
Het tweede wetje kwnm er nog gekker nf; het
had tot doelaanvulling en uitbreiding van art. 437
van 't wetboek vnn strafrecht, door strengere straffen
te bedreigen tegen het opzettelijk doen zinken vnn
schepen.
Dit wetje is ook gezonken nis een baksteen, nadat
't eigenlijk een geheel ander wetje tvns geworden,
want een amendement van den beer up. Lange,
waardoor 't geheel omgewerkt werd en o. a. da
drie artiKelen ineensmolten, werd met 27 tegen
25 stemmen aangenomenook zijne verbetering van
de beweegredenen der wet werd met 35 tegen 17
stemmen goedgekeurd en eindelijk werd dit aldus
verbeterde wetje afgestemd met eene meerderheid
vnn 4 stemmen. Vele tegenstemmers hadden echter
geen bezwaar tegen de wet, maar wel tegen ge
deeltelijke herziening van 't wetboek van strafrecht,
onverstandig vergelende dat wie 't meerdere niet
krijgen kan, zich met 't mindere moet vergenoegen.
Gelieele verbetering, zelfs tolale verandering van
ons strafwetboek is sedert de invoering daarvan in
1810 gewenschtomdat nu nog niemand gevonden
is die de tnak aandurft, zou men gedeeltelijke ver
beteringen en aanvullingen achterwege moeten laten?
wie geen geld heeft voor een nieuwe jas, zal die
de oude niet laten opknappen
En deze geringschatting van den ministerleeleii
arbeid-was nog niet genoeg. De heer van Kerk
wijk vroeg en kreeg verlof om den miuister te
interpclleereu over onrecht, gepleegd in naam der
justitie. „Eenigen tijd geleden zijn lieden ii, Zeeland
lot gevangenisstraf en boete veroordeeld en hebben
zij van de gevangenisstraf gratie van den koning
gekregen. Niettegenstaande dit, heeft de justitie
die lieden gevangen gezet." Zoo luidt 't tot een-
toonigheid toe eenvoudige verhanl van den heer
van Kerkwijk, dat door den minister moest worden
erkend. Het was een vergissing van een ambtenaar
bij 't openbaar ministerie van een klein kantonge
recht, doch zoodra zijn dwaling bekend werd, is
alles in 't werk gesteld om de Heurige gevolgen
weg te nemen. De ambtenaar had de onwettig ge
vangen gehouden personen ruimschoots schadeloos
gesteld en dat kwam den minister voldoende voor.
Sommige leden der kamer meenden dat dit niet
voldoende was, want (lat een dergelijke dwaling
wel afzetting van den ambtenaar mocht ten ge
volge hebben. Dwalen is menschelijk, maar er zijn
ook onmenschelijke dwalingen en daartoe behoort
voorzeker die, welke tot deze interpellatie aanlei
ding gaf.
De behandeling van 't wetsontwerp lot intrekking
van nrtt. 2 en 4 der wet houdende verbod van
vreemde ett particuliere loterijen werd aangevangen,
doch geschorst toen de heer Eokker een paar amen
dementen voorstelde, die men liever eerst in de
afdeelingeu onderzocht.
I en slotte vermelden we nog dat de heer v.
Goltstein den minister van koloniën interpelleerde
over de suikertvet. Die afgevaarde schijnt zich erg
ongerust te maken over de mogelijkheid dat de zoo
genaamde suikerwet nog gewijzigd zal worden. Dit
zal zeker zijn, omdat hij -urne er ttoor wilde stem
men eit vreest door de wijzigingen daarin verhin
derd te zijn; want zoo hij lege» de wet is, dan
moest elke wijziging hem genoegen doen. Nu, dat
zal later blijken, voorloopig kan hij in zijn schik
zijn met I antwoord dat hij kreeg, want daaruit
bleek dat geen nadere wijzigingen, ook ten gevolge
van de aanneming der agrarische wet, in de suiker
lief te verwachten zijn.
digden heeft he|
stelling vnn den
gel, met 164 lej
de leden vnn l.efl
aanzien van het
gelegenheden.
is nog niet verzl
lerwijl uit in cel
heid getuigt omj
concilie toe te laf
wijze van Frattkf
in alle opzichten!
rijksdag is bij
op de uitgifte
wordt opgeheven!
biljetten kunnen f
meerdering der
ingstrokken.
heeft heden zijne
groot aantal ctvf
gerechtszaal aan/
van Victor Notr|
gezworen waren
iligde (prins Biel
in de zaal gebra
kapitein der geil
den eed afgelegq
digden heeft hef
dering bij de 2.
beraadslagingen
daarna geopend.I
de Poolsche afg|
hebben, dat huu|
rechtelijke qun-s
temin voor het I
hebben eene sol
hoofdstukken hf
rijksraad ziju vel
morgen eene kei
worden betreffen!
van de uuionislf
gediend.
De Corresfoni
den regent w ad
achen de unioiti|
bericht dat del
Inndsche zaken
diend, dat ook
dere ministers
De heer Giskral
het kabinet' de|
zittingjaar wil
heeft de heer
over de voord
der toekenning
kamer.
De heer Stee|
circulaire aan
aangeschreven
kommandementl
Over den staatk|
te doen tockou
De minister
dat dc procure!
vangen, om enl|
te zenden.
Vervolgens
vraagd, wat zijl
besluit betrellel
werken. De nf
antwoord, dat
schaffing de
kamer heeft da|
voorstel van
der doodstraf,
missie is voorf
het hof van
E resident tot dl
erinnereu nauf
de ncte vnn b|
den de getuig
vraagd, herhuaf
iu de acte vil