EN Nieuws en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken. 1870. N° 874. BUITENLAND. OOP: loterij. Vrijdag, 1 April. Kennisgeving. „Den Raad van State gehoord Vj en STERKE rONING met [levens daarbij 1 zanten groot gelegen in den chte. Ge- m )NBONS, HBS£9m illes, Rotsbronnen. De inzending van advertontien kan geschieden tot één uur des namiddags op den dag der uitgave. bnnatien te be- fLUIT Hz. te L. SrRUlJT -ASSE begint II870. lie-Lotcnf leid worden. |d Ct. in de door Intoriseerde den 20sten tAARBIJ LOT ON- PRIJS llyende prij- 170,000, IPS,000, 150,000, fOO, 25,000, prijzen a |C06o, 5000, enz. lorden tegen pi van post- i afgelegene leunhouding |n t met de uiten belaste en. fARB, \AMBURG. «*3k>cxx> -a&c>o pi'3«o<5-j QoïWöt. aau- lleeschheid, §|l S Gents ver- $5 .NN HOFF's Harkt bij de fj Gouda bij J. Schouten, §j i Berg. franco. Vn.HELMS Rots- eeren aanbevolen irre, versljjmwg, i lite spjjsvertee- 'ile doos 50 ets., banden te Goiula to Rotterdam ia G0UDSCHE COURANT. De uitgave dezer Courant geschiedt ZONDAG, WOENSDAG en VRIJDAG. In de Stad geschiedt de uitgave in den avond van DINSDAG, DONDERDAG en ZATER DAG. De prijs per drie maanden is 1.75, franco per post 2.— ADVERTENTIEN worden geplaats van 15 regels a 50 Centen; iedere regel meer 10 Centen. GROOTE LETTERS worden berekend naar plaatsruimte. Afzonderlijke Nummers VIJF CENTEN. De BURGEMEESTER 'on Gouda, brengt bij deze ter kennis van de belanghebbenden, dat door den Heer Commissaris des Konings in de Provincie Zuid-Holland op den 22" Maart 1870 is executoir verklaard het Kohier van het pateutregt over het dienstjaar 1869/70 Ij" Kwartaal. Dat voormeld Kohier ter invordering is gesteld in handen van den Heer Ontvanger, dat ieder daarop voorkomende verpligt is, zijnen aanslag, op den by de Wet bepaalden voet te voldoen en dat heden ingaat, de termiju van Drie Maanden, binnen welke de reclames bchooren te worden ingediend. Gouda, den 20" Maart 1870. De Burgemeester voornoemd, Van BERGEN IJZENDOORN. Wanneer grondwets-herziening reeds nu tot de mogelijkheden behoorde, dan zouden we bjj de bespreking van alles, wat in die nieuwe grondwet gemist kon worden, ook niet verzui men dat tweeslachtige, half geheimzinnig en half openbaar staatslichaam te noemen, dat Raad van State heet. Wij hebben niet 't oog op de administratieve rechtspraak, waarmede dat Collegie door de Wet van 1861 is begif tigd en waardoor het als rechter van alle ge schillen van bestuur kennis neemt; deze uit breiding toch der werkzaamheden zou wellicht de eenige aanleiding kunnen zijn om het in stand te houden als een opperste gerechtshof, een Hoogen Raad zoo men wil voor de geschillen der administratie. Maar dat overal voorgeschreven shooren van den Raad van State" zoude gerust kunnen gemist worden. De koning, vertrouwen stellende in zijne ministers (want anders ontslaat hij hen) zal hun raad volgen, ook tl strijdt die met het advies van den Raad van State. Waarborgen, dat 's lands belang beter zal worden bevorderd, wanneer er een collegie bestnat, dr.t in 'tgeheim adviezen geeft, die gehoord, maar niet nagevolgd behoeven te werden, bestaan er om, inziens niet. Doch dit in 't voorbijgaan en bij wijze van inleiding. Zjj zal nog menigmaal in 't Staatsblad te lezen staan, die solemnele formule: »den Raad van State gehoord" en een nieuw lad moet niet over een al te verre toekomst spreken Doch waar de overtuiging bestaat» dat dit oneindige gehoor van den Raad van State reeds belem merend werkt op den algetneenen gang van zaken, daar is 't noodig er op te wijzen, wan neer meeningen worden geuit, waarvan de toe passing slechts meerdere belemmering ten ge volge zou hebben. Een paar weken geleden werd in de tweede kamer een wetje zoodanig geamendeerd, dat vclgpns 't oordeel van velen, in 't nieuwe ont werp 'toude niet meer te herkennen was. Er waren leden der kamer, die de meening voor stonden, dat, waar een amendement zóó diep ingreep in een wetsontwerp, dat daar dit laatste aan den Raad van State- óp nieuw moest worden toegezonden, om er op te worden ge hoord. Deze meening in de karner geuit en door een liberaal blad (zoo we ons niet be driegen de N. Rott. Ct.) beaamd, deelen wij niet. Wanneer zij ingang rond, zouden we de centralisatie, die toch reeds zoo hortend en stoo- tend zich beweegt, meer uitgebreid en dus nog meer hortend en stootend in hare bewegingen achten en dus nog meer belemmerend, dan zij nu reeds is. Maar er is meer. De rechten van amendement en initiatief, aan onze tweede ka mer geschonken, zouden door de toepassing dier meening een groot gedeelte hunner belang rijkheid verliezen. Het recht van initiatief wellicht, een uitbreiding van't recht van amen dement te noemen kunnen we gerust ter zijde laten: een verstandige regeering zal'tge bruik daarvan onnoodig maken. Maar 't recht van amendementdat te reclit als 't schoonste voorrecht van dit deel der Staten-Generaal w ordt geroemd, zou niet tot in de fijnste nuances kunnen worden uitgeoefend, wanneer van elk voorstel daartoe betrekkelijk onmiddellijk het gevolg wasschorsing der discussie en verzen ding uaar den Raad van State. In den loop dei beraadslagingen toch worden de meeste amendementen, groote en kleine, geboren en menig afgevaardigde die, niet uit partijbelang of nis lid van de broederschap met 'tdoel»om iets iet te doen", maar werkelijk, ten einde 'sintels belang te bevorderen door voorte stel len wat in zijn oog een verbetering zou zjjn, menig dergelijk lid zou afgeschrikt door de stremming, d e zijn voorstel veroorzaken zou zwijgen. We voorzien de tegenwerping, dat die stremming alleen veroorzaakt zou worden door diep ingrijpende amendementen, maar we zonden daarop de vraag doenhoe diep moet 't amendement dan in 't beginsel der wet grij pen om naar den Raad van State teruggezon den te worden? en we gelooven, dat daarover theoretisch zeer aardig te praten zou zijn, maar niet dat alle gevallen zich in 't keurslijf eener wet zouden laten prangen. Naar onze meening is de zaak zeer eenvou dig. »De Koning brengt ter overweging bjj den Raad van State alle voorstellen, door hem aan de Staten-Generaal te doen, of door deze aan hem gedaan Zoo begint art. 72 dei grond wet. Op alle amendementen nu, die door de tweede kamer in de wet zijn opgenomen, zal, evenals op de voorstellen van wet door die ka mer zelf ontworpen, de Raad van State eerst worden gehoord, wanneer ook de eerste kamer zich met die voorstellen heeft vereenigd. Niet toch voor dat dit het geval is, zal men kunnen spreken van voorstellen, door de Staten-Gene raal aan den Koning gedaan. Het eenig ver schil dus tusschen de voorstellen, die van den Koning en die, welke v in de Staten-Generaal komen, is dus hierin gelegen, dat de eerste bjj de kamers komen, nadat de Raad van State is gehoord, terwijl de laatste (onverschillig of 't amendementen of nieuwe voorstellen zijn) eerst door de kamers worden beoordeeld en daarna aan den Raad van State 1 -men. Deze uitlegging, naar onze overtuiging over eenkomstig met de letter der grondwet, strijdt ook niet met haar geest. Het »hooren" van den Rn ad van State beeft dan toch geen min der gevolg dan bij de voorstellen des Konings, want hem is vrijheid gelaten om 't aangenomen wetsvoorste' al of niet met zijne koninklijke goedkeuring te bekrachtigeneven als hem vrijheid is gelaten om de adviezen van den Raad van State al of niet te volgen. ENGELAND. De neger-senator Hevels heeft de reioluti" van den staat Mississippi, waarbij aigetneene an nestie en op heffing der uitzonderingen voor de voornaamste hoof den van den opstand wordt verzocht, hij den senaat ingediend. De arme man ondervindt, dat alle lus ten ook huiue lusten hebben, wuiu hij wordt zoo-

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1870 | | pagina 1