i li LAND. I oM mU f'i II it! K r ooiuiiC nng van'fcew- V'TgQ- -Vork I ril dat i»g wel liet (ruig bouw t een Caurt- De ko len worden fcinds drie jaren is men dal ve tl geUjkt <>p nare ingel iverde reke- fr eenigszi i8 oversohre- 'lOO.OOC gulden, eti et/en m tlioen uit j- 11 keingheid, want Ibnur zijn, hebben na- is, reels reparaties r 00e 1 de m iron en duk ll< 11 aaubiuw ie* mil- V' gedurende dat tijd meters dl niet onaan- /i guide Het zou "k der rioeite waard It.idhuis ciu loodtnijn moest sen gebouw, met zooveel toestaat ge us ook zeker ;e vrij kost- gebouw, of- :1 wat hoog. llioen acht- beien. Aan sten, 00 eenvoud Jwondert ren eeni voor dil preed was echter w "rtien m In aan me> bioen gulden bedeed, ft' r departementen van van 1,201),000 gulden een prijz «nswanrdigen Irs aan des dag legde. 1 ;en bonlerd duizend werd to [li door des- uipijten (lechts hoog- lenii guide |t hadden. 1 ,ke regeiring ten ge- xlzaakt zil worden af :t zeker vui, daar men 'ontwaardi, ing wel van P'J '.MBF.B. erabestuur te Schoon- oen aan esteden In t met tore en van eeue Schoonh ven worden tVoensda' 11 Oct. e. Is, he paardtnmarkt, eeue liseeren. Clp de lijsten door d ingezetenen terwgl lie commissie |iji.e som san HU zal en auderjnog niet ge le, ir eisch tp doen plaats (1. li tot deii|geiueenteraad lingen die bok van groot pn incieel tepndersicunen. I? I Sept. s te Ammer- jewoonde huizinge door r.cls is slee lts zeer weinig [nltelijk wifen zij. hoewel 11 brmu.achade verze- ict dorp Aiuinerstol zelf, cc Lek liggende Groot- In. van dei brand is nog eeük K MER. Zitting door den Staal I net vo Id .or ons Igeeili den minister van •rooting voor le neer. (Zij worden op- linister staan |V UI «I.1IO.V. Ijl. tekort t(en met 1870 s7 1 va»,/5,718,240 28, II der dat ti t dusver eenig «orden an de bij de nu, tot 1 estrijding van uit te g( en. 1 liet vo {end jaar niet 1 iidnnnis ratie tot 1S7 l 1,721.«8*| I minister, )m die belaug- lorloopig bleehts in be- der tikorte.il van het staatsbeheer des moederlands, met andere woorden, tot volledige afbetaling der uitgaven voor ons spoor wegnet, dut allengs meer directe en indirecte voor deden voor Nederland zal gaan afwerpen Zal men j de behoafte van Indie aan spoorwegen onbevredigd laten tol dat er hier te lande geen tekorten meer zijn? l)e regeering, Mijne Heeren, beeft, wat haar betreft, geineend die vraag ontkennend te moeten be antwoorden. lie middelen om in die behoefte der Indische ma.tschappy te voorzien, zou men, volgens hare meening, in de eerste plaats uit de beschikbare saldo's der Indische rekeningen kunnen vinden. Doch vuil de, bij de wet aan 's rijks inkomsten toegewezen Indischs bijdragen over 1888 eu 1869 is eeue som vail f 5.497,240.61 onbetau.d gebleven, omdat men bij de onzekerheid der uitkomsten van de Indische mensten over uiu jaren, an vourzici-ig oordeelde.dat bedrag voorloopig niet uit te keeren. Mijn ambtgenoot voor de koloniën vindt er geen bezwaar in, en ik acht hei met hem regelmatig en billijk dat, zoodra tot eeue regeling der bestemming van het saldo der Indische rekeningen over 1867 kan worden overgegaan, die achterstand in de eerste plaats vereffend worde. Daardoor zou het straks door mij met inbegrip van de dienst 1871 berekende tekort van f 9,757,459.04, mitsdien dalen tot 4,260,218.43. Herinnert men zich wat sedert eenige jaren aan groote werken verkregen, en aan elastingen afge schaft ishoe, gelijktijdig, de we' vaart des volks toenam en in vele algemcene behoeften werd voor zien, duo geeft, meen ik, deze uitkomst grond om de toekomst zonder ongerustheid te geuioet te treden. Daarop gaat de minister over tot de begrooting voor 18i2. De regeering heeft gemeend, waar dit zonder schade voor 's lands belang geschieden kon, groote spaar zaamheid te moeten betrachten. Doch zij is tevens niet teruggedeinsd voor het aanvragen van hoogere uitgaven, waar die tot bevordering van stoffelijke weivaart en bescherming van gewichtige volksbelangen, noodig voorkwamen. Het gezamenlijk bedrag der nu voorgedragen uit gaven, waaronder weder 8,000,000 voor den aan leg van staatsspoorwegen, is/ 97,215,882.79; dat der hoofdstukken van de begrooting voor 1871 beloopt 96,206,720.78, zood.it nu meer wordt aangevraagd 1,008,662.01. Hiertoe droegen voornamelijk bij: de kosten eeuer missie in China/21,000.00, hoogere uit gaven vo' r het gevangeniswezen, ongeveer/70,000.00, verbetering der groote rivieren 228,000.11(1, idein van den Hotterdamschen waterweg en van dien van Zwolle naar zee 2U8.000.00, idem van de haven te Harlingen 462,000.00, verbetering van kanalen J 84,000.00, hoogere uitgaven voor het loodswezen, de betoiiniiig, bebakeniiig en verlichting, ongeveer 100.000.00, amortisatie volgens art. 9 der wet van 27 Septemher 1841 (Staatsllad n°. 35)/53,000.00, hoogere uitkeering aan de gemeenten wegens Int 4/5 dev rijksbelasting op het personeel J 37,000.00, ver betering en uitbreiding .11 postwezen en telegrnphie, 181,000.00; terwijl deze posten gezamenlijk reeds 1,444,000.00 bedragen, zou ik die nog met een aantal andere, meer of min belangrijke, kunnen ver meerderen. Doch zij ov(rtretfen het verschil tusscheu de beide begrootingen reeds in voldoende mate, om de overtuiging tc verschaffen, dat deze uitkomst niet zou verkregen zijn, zoo de regeering zich niet in menig opzicht met kracht tegen den veelzijdigen aandrang tot uitzetting der staatsuitgaven verzet hndde. Voor oorlog wordt slechts 37,500 meer nange vrangd, doch de regeering is van plan om ter zake van de buitengewone uitgaven, die nog gevorderd kunnen worden voor eeue meer krachtige opvatting onzer verdedigingstaak, eerlang een volledig en plan matig ontwerp van «et aan uwe beoordeeling te on derwerpen, waarbij dan tevens bepaald zou kunnen worden, hoeveel voor die onderwerpen jaarlijks op de begrooting ie aan te wijzen. De middelen worden geraamd op 88,231,573.50 zoodat er voor den dienst van 1872 eeu tekort bestaat van 8,933,809.29, waarvan 7,700,000.— wordt veroorzaakt door den aanleg van spoorwegen, zoodat op de gewone middelen een tekort blijft van1,233,809.29 terwijl dan daarenboven aan vermeerelering van uit gaven, tot betere verzekering van 's lands weerbaar heid, moet geacht worden, at zullen die uitgaven zich misschien voordoen in den vorm van rentebetaling eu aflossing eener later te sluiten geldleening, waarin dan ook, zoo noodig, het ongedekt bedrag der uit gaven voor de voltooiing van de staatsspoorwegen begrepen zou kunueh wordeu. Onder deze omstandigheden mocht, nanr het inzien der regeering, met het doen van voorstellen tot ver meerdering van de gewone rijksinkomsten niet wor den gedraald. Verhooging van belastingen, ook dit besefte zij. moist echter gepaard gaan met maatregelen om die meer gelijkmatig te doen drukken. I'e keuze der middelen om tot dit een en ander te geraken, kon, naar de uiecning der regeering, niet moeielijk zijnAan de eeue zijde, invoering eener algemcene belasting op de inkomsten, in beginsel voorzeker de gelijkmatigst werkende van allo belastingenaan de andere, nfschnffing van het verouderde recht van pa tent, dat inzonderheid en dan nog zeer ongelijk op de volksheilrgvigheid drukt. Ik ontveinsde mij echter niet dat, hoe evenredig eeue inkomstenbelasting mocht kunnen werken, die belasting, ook bij het toelaten van verminderingen voor de laagste klassen, toch het meest zou worden gevoeld door hen die, tot den slechts matig gegoeden middenstand behoorende, tal rijke gezinnen te verzorgen hebben, en weinig of niets van hunne inkomsten kunnen overleggen. Dit bezwaar 1111 zou grootendeels zijn weg te nemen door gelijk tijdige afschaffing der belasting op het geslacht, welke juist het zwaarst op de bedoelde klasse van ingeze tenen schijnt te drukken. z.ei. eisontwcrp -ui. hea.ug ."not beir.-iing it: inkomsten, ook bestemd lot vervanging der belastin gen op de patenten en op het geslacht zal spoedig worden ingediend. Hij aanneming van dat ontwerp berekent (1e minis ter iets meer te zullen overhouden dan het te kort op de gewone middelen bedraagt. De minister acht 't daarom niet noodig thans reeds een voorstel toi dekking van dat tekort te doen. liet wordt gedekt door de aanneming van liet wets ontwerp. Doch dit is niet het geval met de f 7,700,009. die voor dea aanleg van spoorwegen ontbreekt. Daar voor vraagt (1e minister op nieuw bevoegdheid, om in afwachting van latere wettelijke bepalingen, in dit tekort door uitgifte of bcleening van scliatkistbilletten te kunnen voorzieu. De minister eindigde aldus lk hoop u de overtuiging te hebben geschonken, dat, al sluit de begrooting met een gering tekort, de toekomst ons daarom niet met bezorgdheid behoeft te vervullen. Dat tekort toch houdt verband met aan vragen, bestemd oin beter in verschillende algeineeue bi langen te kunnen voorzien. De toenemende op brengst van onderscheidene belastingen getuigt van de welvaart des lands. Verzekering en vermeerdering dier welvaart is gestadig het onderwerp onzer gemeen schappelijke zorg. .Schromen wij aan de eeue zijde niet, daartoe onze slnntsuitga(en uit te breiden, dan kan ook geen billijk bezwaar bestaan tegen het opleggen van eenige hoogere lasten, inzonderheid niet waaneer men daarbij op meer billijke verdeeling van den druk bedacht is. De begrooting is verzonden naar de Atdeelingen. De cijfers der verschillende hoofdstukken zijn I. Huis des konings II. llooge colleges III, liuiteiilniidsche zaken IV. Justitie V. llmiienl. zaken (waaronder voor spoor iv.8,000,000,— VI. Marine 750,000.— 59,1,022.— 524,065. 3,335,710.— 20,030,533.65 8,999,127.52 28,1 19,970.36 VII..-/Nationale schuld VII. if Financiën„18,472,910.43 VIII. Oorlog14,051,900.— IX. Koloniën1,685,113.83 X. Onvoorziene uitgaven 50,000.— 7. De aangekondigde voordrachten betreffende liet rechtswezen en de herziening on/er finiincieele wetgeving zullen wij met nauwgezetheid onderzoeken. 8. De mededeeiingen, die ons den toestand van de koloniën en bezittingen van het Kijk als over het algemeen bevredigend schetsen, stellen wg op prijs eu niet te vergeefs wordt voor de voorziening, aldaar door gewichtige belangen gevorderd, op onze ijverige medewerking gerekend. 9. Met die gevoelens bezield aanvaarden wij, Sire, onze werkznarahedeti in het vertrouwen, dat zij onder Hooger zegen vruchtbaar zgn zullen voor het heil des volks. llij de beraadslaging is ook do minister van bin- nenlattdsche zaken tegenwoordig. Over de aigemecne strekking van het adres voerden ..oord hit. 97,215,382.79 Zitting van 25 September. Aan de orde is de behandeling van het adres van antwoord op de troonrede, luidende 81 HEI I. Het rerblijdde de tweede kamer der staten- generaal van Uwe Majesteit te vernemen, dat de toe stand van het vaderland gunstig mag heeten en de betrekking met al.e mogendheden op den meest gc- weuschten voet bleef. 2. De hartelijke deelneming van een naburig land in de plechtige hulde aan voor Nederland roem rijk gevallen strijders bewezen, beeft ook ons met gevoelens van erkentelijkheid vervuld. 3. Voor de zee- en landmacht, zoo in het moe derland als in de Over/eesche bezittingen, en evenzeer voor de ambtenaren van den waterstaat, zat de loffe lijke vermelding, die hun te beurt viel, voorzeker een nieuwe spoorslag tot voortdurende plichtsbetrachting zijn. 4. Voorstellen 0111 's lands weerbaarheid op vol doenden grondslag te ve-tigen, zien wij met belang stelling te gemoet. 5. Met genoegen ontvingen wij de verzekering (lat, ofschoon onze instellingen van onderwijs over het algemeen aan het duel beantwoorden, aanvulling of nieuwe regeling van sommige deelen voorbereid wordt. Die toezegging opent het uitzicht, dat (le gewensehte hervorming van het hooger onderwijs geen vertraging te duchten heeft. 6. Warme belangstelling in den bloei der ver schillende takken van ons volksbestaan doet ons den ijver te meer wanreleeven, waarmede van overheidswege en door bijzondere krachten gezorgd wordt voor den aanleg en de voltooiing van werken en het behartigen van ondernemingen die de algemcene welvaart bevor deren. - jen .af. f.g..olt en van £in- nicq Hergmatiu. De eerste was van meening dat in het adres de strekking lag opgesloten (le regeering te steunen of daarop te prejudiciëren. De tweede gaf cene critiek der troonrede hetgeen daarin voorkwam waren stereotype uitdrukkingen en over veel was daarentegen het stilzwijgen bewaard. Mij klaagde dnt er invloed wordt uitgeoefend op verkiezingen door bedreiging van 11 iet-plaatsing of I indeeling van ambtenaren en o.er iiiet-nnlrving der grondwet, die zich verzet tegen uitsluiting en bedieningen van eenig Nederlander, uithoofde van geloofsbelijdenis. De heer Kappeyne verdedigde het adres tegen den heer van Zuylen en verklaarde dat de commissie zich geheel op het neutraal standpunt had geplaatst. Zij had juist uitdrukkingen gekozen die niets prejudiceerden. De minister van biuneul. zaken kwam op tegen de beweringeu van den heer Bergnmnn. Over hetgeen al oi 11 et in de roonrede was bespreken, zou hij niet spreken. Dat kou by de begrooting of bij andere ge.cgeuhedei behandeld worden. De lieer Bergmann meende echter dat de vrijheid der verkiezingen niet door de regeering gecerbiedigd werden, en tot stading daarvan bracht hij bij dat door vrienden dor re geering bedreigingen zouden zijn gedaan. Hij moest verklaren dat voor dergelijke uitingen zeker zgn ad vies niet wus gevraigd. ledereen wist of kon het witi'U dat waar eene poging werd beproefd om door ambtenaren invloed op de verkiezingen uit te oefenen, llij die aanstonds heelt tegengehouden. Zij die zoo handelden waren de regte vrienden van het minis terie n et. Voorts was bij de voordracht door den heer Bergman» bedoeld geen sprake geweest van ka tholiek of protestant, maar op die voordracht was, als partijdig, geen acht geslagen. Nadat nog de mi nister van justitie den heer Bergmann had beantwoord en de laatste had geiep.ceerd, werden de algemeene beraadslagingen gesloten. Bij de behandeling der verschillende paragrafen werd weinig discussie gevoerd, uitgezonderd bij 5, waarop door den lieer van Loon het volgende amen dement werd voorgesteld „Zonder in onze instellin gen van ouderwijs het goede te miskennen, mogen wij niet verzwijgen, dat de noodzakelijkheid eener herziening van de wet op het Inger onderwijs, in Imre begunstiging vnn de gemengde staatsschool, bij toeneming onloochenbaar wordt. De t .ezegging, dnt aanvulling of nieuwe regeling van sommige leden van het ouderwijs voorbereid wordt, opent het uitzicht, dat ook de getveusclite hervorming van het hooger onderwijs geene vertraging te duchten heeft." Dit amendement, dour den heer van Loon verdedigd, werd do r den heer dc Brut 11 Kops bestreden. Het werd verworpen met 63 tegen 5 stemmen, door onder scheiden leden op grond dut (le algemeene strekking van het adres was een neutrale weerklank op de troonrede, door anderen, omdat het tijdstip iiu nog niet geschikt was. Nog werd door den he;r Gratama voorgesteld de laatste zinsnede deze weg te laten, als in strijd met de algemeene strekking aan 't adres. Ook dit werd verworpen met 50 tegen 20 stemmen. Het geheele adres wordt ten, slotte aangenomen met 65 tegen 4 stemmen, (de hh. Vader, van Loon, van Wassenaar en Hoffman). In den loop der zitting is 't bericht ingekomen dat het 111 de vorige zitting door de staten-geiierual aangenomen wetsontwerp, betreffende den spoorweg Simarnng-Vorstenlanden door den koning niet is bekrachtigd. De directie der Hoogere Burgerschool te Zalt-Bom- mel is bij ininistericele aanschrijving gemachtigd, meisjes als leerlingen toe tc laten. Deze machtiging werd eerst verleend, nadat (le Minister van den di recteur de verzekering bekomen had, dat er volgens zijn inzien geene locale bezwaren tegen het toelaten van meisjes bestonden. Tevens heeft de Minister den directeur verzocht zich weder tot Z. E. te wen den, indien ter eeniger tijd (le aangifte van meisjes grooter mocht worden dan hem wenschelijk schijnt, Er zijn te (Soes weder twee vrouwelijke leerlingen en een mannelijke voor de hoogere burgersoliool aan gegeven en geplaatst, zoodat het getal meisjes nu (Bi 1 11

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1871 | | pagina 3