Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
IN1NG
N? 1320.
1873.
BUITENLAND.
SEAS,
IB,
lende Koken
Zondag 9 Februari.
s
VGEN,
necrd.)
'Nautisch
Bieren
LEIN.
Bultenlandsch Overzicht.
1
f
H
a.
I
I
IJ
301.
.ENTEN.
H il'H
GOUDSCHE COURANT.
andere leden der linkerzijde
quaestie moet laten rusten,
litL LA LJ
f|
J
h beleefdeljjk
i en verdere
bovenstaande
JEER,
C n». 44a.
MAK EB,
ERHUISD
de Hooge
nd dat hij
na onzicht-
jjm koude,
1 Mei a. s,
im, eene
Adres met
of in per-
■Bureau van
Rotterdam.
derhouden
IENBARGEN,
rbest
iwland,
den Zuidplas-
^evenhuüen, op
tU 1873, des
Herberg „hit
or den Heer
Idaar.
s information
N. MOLE-
de la Meurtie et de» Votget als zeker meldt dat,
ten gevolge van de vervroegde kwijting van het
vierde milliard, het Dnitsche garnizoen reeds in de
maand April Epinal verlaten zal en aldaar niet door
een ander vervangen zal worden. De stortingen voor
de groote leening hebben bovendien geregeld plaats,
hetgeen zonder twijfel ook voor een groot gedeelte
aan Thiers, al is het dan ook indirect, aan den gun-
stigen invloed van zijn bestuur mag worden toege-
schreven. Volgens la National is op het vijfde mil
liard reeds 360 mtllioen door de inschrijvers gestort
en worden maandelijks ougevter 160 a 170 milhoen
op de leening betaald, zoodat de regeering het vijlde
milliard waarschijnlijk in baar geld zal kunnen vol
doen zonder haar toevlucht tot bjjzondere waarbor
gen te moeten nemen.
De meerderheid der Pruisische kamer ia, zooals
trouwens te verwachten was, niet van meemng ver
anderd ten aanzien van de wijziging der grondwets
artikelen, die noodzakelyk geworden was door de
indiening der kerkelijk-staatkundige wetten van den
minister Palk. Met 264 tegen 110 stemmen ver-
eenigde de kamer zich met hét voorstel der commis
sie. Zoo spoedig mogeiijk na de hervatting zijner
zittingen zal bet boerenhuis zich met de behandeling
van dit voorstel bezig honden. Naar het schijnt,
wordt door de kerkelijk-polilieke partijen onder de
leden van dit regeeringsliehaam (jverig propanganda
gemaakt om eene meerderheid legen dit voorstel te
vormen. Wel ontkennen de oCciense bladen niet
dat de elementen in het boerenhuis voldoende aan
wezig zjjn om zulk eene meerderheid tot stand te
brengen, doch zij betwijfelen het dat de oppositie na
de les, die zich met de Kreisordnung ontving, het
op nieuw wagen zal der regeering den voet dwars
te zetten. Dia opinie wordt in enkele bladen op zulk
oen toon uitgesproken dat af-wMmaakt mat oen be
dreiging gelijk staat. Intimidatie is trouwens in Prui
sen een zeer gebruikelijk regeeringsmiddd.
De Proe. C'orr. bevat een artikel, tot opschrift voe
rende: .Ultraaionlaansche bedreigingen.» Daarin keest
men o. a. het volgendeIndieo de kerkelijke overheid
haie tegenwoordige bedreigingen ten uitvoer legt, dan
voedt de regeering de hoop, dat elke poging tot ver
zet legen de wetten van den staat, op het gezond
verstand des volks en op de kracht der staatsinstel
lingen zal schipbreuk lijden. De regeeiing ontveinst
zich niet, dat het volbrengen van hare tegenwoordige
taak niet zonder strijd en hart tocht zal kunnen ge
schieden, doch zij weet tevens dat ijj, nadat de voor
gestelde ontwerpen tot wel zullen zjjn verheven, een
veel vasteren grondslag zal hebben tot handhaving
van haar gezag een feit hetwelk ook de bisschoppen
en ultramontaanse!» woordvoerders bij nadere over
weging niet zullen kunnen ontkennen, zoodat de
tegenwoordige uitingen geen absoluten maatstaf zijn
voor later te nemen besluiten. De tegenwoordige
arbeid zal in dm geest der regeering en der lands-
vertegenwoordiging, een werk des vredes voor de
toekomst zyn. Dat deze uitkomst zal worden ver
kregen, hoopt de regeering te moer, daar zy meer
dan ooit vasthoudt aan het beginsel, dat de vervul
ling der zedelijke plichten van den staat ia het
nauwste verband staat met die, welke der kerk zijn
opgelegd.
De Tinne t geeft het volgende overzicht van de troon
rede, waarmede de zitting van het parlement zal wor
den geopend. De regeering heeft van alle mogend
heden betuigingen van vriendschap en welwillendheid
ontvangen, en de vrede van Groot-Brittannic met de
verschillende mogendheden ie niet gestoord. De re
geering heeft de toezegging tot medewerking ontvan
gen in hare pogingen tot afschaffing van den slaven
handel op Africa’s oostkust. Met opzicht tot hrt bezoek
van grftlil Schouvaloff en de sedert driejaren gevoerde
onderhandelingen met Rusland over de wederzjjdsche
verhoudingen van beide mogendheden in Azië, wordt
gezegd, dat do koningin de verzekering heeft ontvan
gen van de vriendschappelijke gezindheid van den
czaar jegens (iroot-Britlnnnie. Het handelsverdrag
met Fraukryk zal bijdragen tot de handhaving der
vriendschappelijke betrekkingen tusschen beide landen.
Thiers heeft er in loegestemd om als scheidsrechter
op te treden tusschen Portugal en Engeland, ter re
geling der grensscheiding van de wederzijdse!» be-
Woensdag is in de bijeenkomst ran de Fransche
regeering met de Dufaure-commissie vooral de na*
druk gelegd op hetgeen deze heeren wilden ontdui
ken de instelling eener tweede kamer en de ver
kiezing eener nieuwe vergadering. Wij meenen dat
het verhandelde het best blijkt uit het uitvoerige
telegram, dat van die vergadering verslag geeft. Het
luidt aldusDe heer Thiers heeft in de ^commia-
sion des Tredte" zijne meening ontvouwd over de
wijze van samenstelling der tweede kamer en over
de kieswet. Wat de tweede kamer betreft, heeft hij
zich voor eene verkiezing harer leden door middel
van het algemeen stemrecht verklaard, met aanwij
zing van verkiesbare categorieën. Met opzicht tot
de kieswet heeft hij te kennen gegeven, dat men,
naar zijne meening, om in eene plaats het kiesrecht
te kunnen uitoefenen, aldaar minstens een jaar ver-
blyf heeft moeten houden.
De minister Dufaure heeft voorgesteld de volgende
gewijzigde redactie van art. 4 van het bekende ont
werp, zooals die redactie in den ministerraad vast
gesteld t
^Binnen een kort tijdsverloop zullen wettelijke be
palingen worden vnstgesteld 1°. nopens de samen
stelling en wijze van verkiezing der nat. vergadering,
welke de tegenwoordige vergadering zal vervangen;
2°. nopens de samenstelling, de wyze van verkiezing
en de attributen eener eerste kamer; 3°. nopens de
organisatie van het uitvoerend gezag en hettydaver-
loop tusachen de ontbinding van de tegenwoordigs
vergadering en dp instelling van de twee ménwe ka
mers, welke haar zullen opvolgen.*
De minister licht de verschillende paragrafen dezer
voordracht toe.
De heer Thiers geeft, op eene vraag van den heer
Delacombe, ala zijne meening te kennen dat, om het
kiesrecht te kunnen uitoefenen, men meer dan één
jaar in eene gemeente moet gevestigd zyn, maar dat
dit vraagpunt nog niet in den ministerraad is onder
zocht. Op eene nndere vraag antwoordt de heer
Thiers, Jat bij het tegenwoordige stelsel men de
waarborgen mist voor de identiteit én de moraliteit
der kiezers. Een domicilie van drie jaren zou het
maximum moeten zyn. Men zou ook een onderscheid
kunnen maken tusschen de groote steden en de klei
nere gemeenten, waar de identiteit der kiezers gemak-
kelijk bewezen kan worden.
De heer Ricard en
zeiden, dat men deze
totdat de ministerraad er rypelijk over beeft beraad
slaagd.
De beer Thiers gaf, in antwoord op eene vraag
van den heer Lacazr, te kennen, dat, naar zijne mee
ning, de oyderdom, die tegenwoordig vrreisebt wordt
om kiezer te zyn, behouden moet worden. Hy ge
loofde, dat Eet ontwerp der commissie tot herziening
der kieswet tot leiddraad bij de nieuwe voordracht
zou kunnen dienen. Hy achtte het voorts niet over
eenkomstig zyne waardigheid, om zelf een ontwerp
in te dienen betreffende den duur der volmacht van
het uitvoerend gezag. De commissie en de kamer
zullen in dat opzicht wel weten te doen^ wat nuttig
voor bet land is.
De herren Thiers en Dufaure gaven ten slotte op
eene vraag van den heer Fournier te kennen, dat
de eerste kamer naar hunne zienswyze eerst in wer
king diende te komen na de ontbinding der tegen
woordige kamer.
Terwijl de Fransche kamer en de door haar be
noemde commissiën zich gedragen alsof het nationaal
belang vóór alles gebaat ware door partijtwisten en
onvruchtbare recriminatiën, en daardoor de regeering
de vervulling van haar mandaat moeilijk maken,
schijnt Thiers er niettemiu uitstekend in te slagen
om niet slechts Frankrijk’s krediet staande te hou
den, maar zelfs de volledige kwijting der milliarden
binnen den by overeenkomst va«tgesteiden termijn
te verzekeren. De betaling van het vierde milliard
wordt geregeld voortgezet, zoo zelfs dat de Monileur
zittingen op de noordkust van Afrika. Vervolgens
worden de wetsontwerpen opgegomd, welke zullen
worden aangeboden; daaronder is er een tot wijzi
ging van het stelsel van hooger onderwijs in Ierland.
Terwijl Zaterdag in den kantonalen raad van Ge
nève de discussiën zijn aangevangen over bet wets
ontwerp op de inrichting en uitoefening van den
katholieken eeredienst in dit kanton, heeft de geeste
lijkheid Zondag het bewijs geleverd dat zij van haren
kant den strijd niet schuwt en den handschoen op
neemt dien, volgens haar beweren althans, de staat
haar toewerpt. In strijd met de wet, die de af
kondiging eener pauselijke breve zonder voorafgaande
goedkeuring der regeering verbeidt, is Zondag mor
gen in alle katholieke kerken van het diocese de brève
van 13 Jan. voorgelezen, waarbij het kanton Genève
afgescheiden wordt van het diocees Freiburg en
msgr. Mermillod benoemd wordt tot apostolisch vi
caris van het nieuwe bisdom. In zulk een ongelij-
ken strijd moet schijnbaar de sterkere staat over de
zwakkere kerk zegevieren; maar zal die overwinning
inderdaad beslissend en afdoend zijn? Wij betwijfe
len het.
De zitting der Belgische kamer van Dinsdag ken
merkte zich door een eigenaardig incident. De heer
Jacobs toch nam den handschoen op voor den heer
Anspaeh tegen den heer Kervyn de Lettenhove. In
een vorige zitting had de heer Anspach den heer
Coomans beschuldigd, dat hij de burgerwacht had
belasterd. Daarop kwam de heer Coomans thaaa
terug en ontkende dat halsstarrig. *t Baatte weinig»
en de heer Anspach ging voort de burgerwacht met
kracht van taal te veidedigen. Vooral legde hy
nadruk op de groote diensten, die de burgerwacht
van Brussel in 1871 aan het geheele land heeft be
wezen, door de gewelddadige bedoelingen vau zekere
personen ie onderdrukken. Die uitdrukking waa niet
naar den zin van den heer Kervyn de Lettenhove,
die als oud-mimster van binnenlaudsche zaken be
weerde, dat het ciericale kabinet, welks sieraad hy
was, volstrekt geen gewelddadige bedoelingen bad
gehad. Doch de heer Anspaeh weet beter en brengt
bewyzeo bij, bewijzen echter die door den heer Ker
ry n kortweg voor valsch werden verklaard. Die
verklaring werd door den heer Jacoba ten sterkste
tegengesproken. En de beer Kerryn zweeg stil, en
men ging met de behandeling der begroeting voort,
eerst landbouw, daarna buurtwegen, welke begroeting
met 119,600 francs werd vermeerderd.
BELGIË.
De Middelb. Ct. bevat in een Brusselsche corres
pondentie o. a. de volgende karakterschets van den
Belgischen eersten minister:
De heer Jules Malou, de chef van ons kabinet,
is wel de eigenaardigste type der moderne staatslie
den. Ik zie er geen onder zyne collega's en tijd-
genooten die men met hem vergelijken kan. Hij is
het mensch gewordene proza. Aan verstand ontbreekt
het hem waariyk net, maar aan bezieling; alles wat
hy ter hand neemt wordt klein, omdat hy het steeds
van de, nietigste zijde aanvat. Niettemin in zijne
wijze van de zaken te behandelen en te begrijpen
legt hij een zeldzame scherpzinnigheid, een bedriegelijke
bonhomie een volleerde geslepenheid aan den dag, welke
den heer Malou tot een der geduchtste tegenstanders
maakt.
Zijn gemaakte eenvoudigheid, zijn helder maar
kleurloos woord, de kleine, vaak bijna platte boert,
waarvan hij bijzonder houdt, steekt wanneer men
wil af, indien de heer Malou b. v. spreekt na den
heer Frère-Orban, die in zijne gewone welsprekend
heid soms een schoone periode en een breeden atyl
niet versmaadt; maar langzamerhand dwingt juist
die eenvoudigheid, die helderheid tot aandacht, de
toehoorders wordeh medegesleept en zij zyn vaak ge
neigd gelijk te geven aan hem, die van geen orato
rische wendingen of bestudeerde periodes gebruik
maakt om zyne meening te doen bovendryven.
De beer Malou is, niettegenstaande hij chef ia
van een clericaal kabinet, scepticus in den volsten
zin van bet woord, zeer godsdienstig, zelfs devoot
op zijn tyd en wanneer het irioet, want familie oblige
was zijn broeder niet bisschop van Brugge?