Laatste Berichten. Madrid, 17 Aug. De Cortes hebben defiuitief goedgekeurd om 80,000 man als reserve op te roepen. JDe Kermis moet behouden blijven!' dan het rorige jaar. De fi.iancieele toestand vas, tengerolge van de gehouden tentoonstelling vau kulpmiddclen bij het middelb. onderwijs, niet gunstig. De rekening toonde een nadeelig saldo van ƒ281 aan, ongerekend de 200 welke de tciitoonstellingscom- missie te kort kwam. Men heeft besloten, dames leeraresseir en ook leeraren van bijzonder middelbare scholen alt leden toe te laten, en voor de Vereeniging rechtspersoonlijkheid aan te vragen. Si beraadslaging -in de tweede wgaderiig na leeraren over het rapport in zake de eindexamens, heeft niet veel vruchten opgeleverd. Na veel dis cussie heeft men ecne motie aangenomen,, om, na •dankzeggiutt aan de commissie van onderzoek, over te gaan Ibl orde vatf den' 'da|, ten einde te gelêge- nertijd de beraadslaging te hernieuwen. Vervelgees werd behandeld Het koninklijk besluit van 15 Maart 1873* betreffende het m. u. 1. o. te Zait-Bommel. Dr. Zaaijer leidde deze quwstiein en oa eenige discussie werd aangenomen eene motie4 waarbij bedoeld besluit werd betreurd. Ben voorstel van bet Departement Delft, Rotterdam, o. a. om de wenschelijkheid nit te spreken, dat aan de meisjes, die zulks verlangen, gelegenheid worde gsgoven om een diploma te verkrijgen van wel vol- braciite studie aan i$ene hoogere burgerschool, werd aangeuomen, echter ouder verstande, dat men geen sUctsexamen wilde zooalt by de jongens, maar een voudig een diploma van de school zelve. Ten slotte wérd behandeld een vraagpunt, gesteld •door kei dtp. Noordholland, luidende aldus: moet men de Vlugste en vlijtigrte kinderen uit de arbeidende klasse tot het bezoeken der Hoogere burgerschool aansporen ep aanmoedigen? i. Zoo ja, zijn schoolfondsen daartoe gepaste mid delen P c. Zoo ja, dient de opriohting van schoolfondsen van Leeraren der burgerscholen uit te gaan, 't-zij dan van een departement, 't zij van de geheele Vereeni- De eerste vraag werd toestemmend beantwoord. Omtroot de beide andere besloot men, dat het aan wijzen van de beste middelen daartoe niet behoort tot den werkkring der vereeniging. De beide inspecteurs (dr. 8teyn Pafvé en dr. 8al- verda) woonden de vergadering bij en namen deel aan tée discussièu. Ben gezellige maaltijd besloot de bij eenkomst. J. - i: - 'J Door een aantal Burgemeesters in de provincie 'Gverysel, als zoodanig belast met de waarneming van bet Openbaar Ministerie bij de kantongerechten, is -tuft adres aan den Minister van Justitie gericht, waarin stf verklaren zich bezwaard te gevoelen door de ververping ia de Tweede Kamer der Staten-Ge- nereal van het ingediende ontwerp van wet op dé rechterlijke organisatie, omdat door die verwerping «en toestand gehandhaafd wordt, die te hunnen opzichte zeer onbillijk en zelfs onhoudbaar moet genoemd -worden. lj bit I Terwijl toch art. 62 der gemeentewet de betrekkin, van Burgemeester onvereenigbaar verklaart met di| tin ambtenaar van het Openbaar Ministerie, en af' 39b dier wet alleen als overgangsmaatregel en d> tijdelijk de bepaling van art. 45 der vigeerende w« op de rechterlijke organisatie (waarbij de Burgemeest met de waarneming van het Openbaar Ministerie I last worden) gekiend verklaart, zijn nu reeds 2|2 jaren sedert de invoering der Gemeentewet verloopen, en nog altyd is die voorloopige maatregel van kracht en blyven de Burgemeesters, voor zooverre er in de Qemseute geen Commissaris van Politie is, belast met de waarneming dezer functie, in stijd met den geest der wet niet alleen, maar ook in strijd met de recht vaardigheid, en dikwijls zeer ten nadeele van <^e waarneming hunner betrekking als hoofd van het plaatselijk bestuur. Bij de voorgestelde rechterlijke organisatie warén die bezwaren opgeheven, maar nu dit wetsontwerp ia verworpen, wenden de adressanten zich tot d^n Minister met het verzoek, zoo spoedig mogelijk bij wyze van partieele herziening aan de wetgevende macht, ten opzichte dezer aangelegenheid die voorstellen te doen, die de Minister noodig acht om te verkrijgen dat dit punt -alsnog geregeld worde, en alzoo de Bur gemeesters van de waarneming van het Openbéar Ministerie bij het Kantongerecht worden ontheven. Onder de steden in Nederland, waar men in de laatste jaren veel voor de openbare gezondheid d<iet, behoord ongetwijfeld Leeuwarden. Uit het versaag van de maatregelen van de oommissie uit het Dage- lijksch bestuur, ter bevordering van de stads reiniging over 1872 blykt o. a. dat met de vermenging der verschillende mestspeciën tot comport op dezelfde wijze als vroeger wordt voortgegaan. Steeds werd nauwlet-l tend zorg gedragen voor de goede hoedanigheid der mestspecie en hare zuivering van alle nadeelige be-| «tanddeelen. Er werd in 't geheel gemaakt 533 ii1/) last van 1770 kilogram. De financieele uitkomsten waren alweder gunstiger dan in 1871. De geheel© ontvangsten bedroegen- 33,023.65, de uitgaven 2^303.76, zoodat het.batig saldo was 9,819.89. Voorts is de toestand van het zoogenaamde aschland zeer verbeterd, dat in stede van een walgelijken poel, afzichtelijk voor het oog en hinderlijk door den rich verspreidenden stauk, thans, na de overdekking der mestvaalten en hpt aanbrengen eencf doelmatige om heining, niet langer den toeging der stad ontsiert en tevens op verre, na niet de vroegere hinderlijke en ongezonde uitwaseming verspreidt. Wat de in richtingen binnen de stad betreft, zoo is volledige uitvoering gegeven aan de indertijd voorgestelde pu blieke pcivateu en urinoirs. De laatste zijn iu drie jaren van 9 tot 60 .geklommen.. Ze zyn nagenoeg alle van reservoirs voorzien. Om zich eenigermate een denkbeeld te vormen van de verontreiuiging, die de bodem en het water door het niet opzamelen der vloeibare stoffen ondergaan, kan dienen, dat weke* lij les gemiddeld 12 en 13,000 liter gier, alleen uit de publieke urinoir», door de stadsreiniging wordt ver gaderd. Er blijft echter veel te doen over. De afvoer van faecale stoffen geschiedt langs riolen in de grachten, iu zinkputten én door middel van tonnen, die gele digd worden. De eerste worden natnurlyk door de commissie afgekeurd. „Moobt hét sommigen toeschij- hen,* zoo eindigt de Commissie haar verslag „dat door de voorgestelde maatregelen de gemeente te veel zorg voor particuliere belangen op zich zou nemen, meu bedenke dat wellicht nergens meer zorgeloosheid en verkeerde begrippen zelfs bij beschaafde roenschen worden aangetroffen, dan waar het de zofg voor ge zondheid betreftdat het overlaten van dit onder* werp aan particuliere inzichten ongetwijfeld aanleiding zou geven tot voortdurende misbruiken, eu het dor- halve meer dan tijd wordt om door krachtige maat/ regelen het onverantwoordelijke bederf van den bo dem, dien wij bewonen, van het water, dat wij ge bruiken, en van de lucht, die wij inademen, tegen te gaan ,u Vrijdagavond, ten ongeveer 9 ure, heeft mejuffrouw T. P., huishoudster bij den heer Lohmann aan de Rijnkade te Arnhem, het ongeluk gehad een brandende petroleumlamp die op een tafeltje voor haar stond, op den groikl te stooten, waardoor het voerklced en een in de nabijheid hangepd gordijn vlam vatten. Aan gezien zij de vlammen wilde statten, deelden dezo zich aan hare kleederen mede en stond zij in een oogwenk in lichtelaaie vlam. In de hoop bij "de dienstboden, die in de^keuken waren, hulp te krijgen is zy tot deze gegaan, «Welke echter dermate ontstelden dat zij daartoe niet in staat waren. Hierop ii ge noemde juffrouw, wier kleedercn reeds bijua geheel verbrand waren, naar buiten geloopen om iu den Rijn te springen en werd zij gegrepen door eenen schipper, die in de nabybeid was, welke schipper haar geheel onder water dompelde en vervolgens weder op den kant gebracht beeft. Nadat men de juffrouw ten huize van dè heeren Baudet en de Regt gebracht had en haar de eerste geneeskundige hulp was verleend door den chirurgijn van der Linden, is zij ten on geveer 1 uur des nachts naar het stadsziekenhuis overgebracht. Het slachtoffer van dit yngeval heeft aan hare armen, beenen en in het aangezicht zulke ernstige wonden bekomen, dat er maanden zullen verloopen eer zij geheel hersteld zal zijn. Men vreest echter dat hare handen, die het meest geleden hebben, stijf., zullen blijven. Haarlems Nieuwsblad deelt nieuwe bijzonderheden mede met betrekking tot het door de Ncderl. familie de Bourbon aanhangig gemaakte proces om haar aan spraken te doen gelden als afstammelingen van Ko ning Lodewijk XVI. Het blad zegt ten slotte „Het bericht uit Weenen, dat de Graaf van Cham- bord den titel van Koning beeft ingenomen, is een dadelijke bedreiging der Republiek; zy zal de repu blikeinen te meer aansporen, om de aanspraken der familie de Bourbon te ondersteunen, daar deze niet verder gaat dan de erkenning hare burgerlijke rechten, en dit dus de Republiek zou verlossen van den Pre tendent met zijn op lengen en misdaad gegrondveste aanspraken. „Het belangryk proces dat gevoerd wordt zal daar omtrent veel opheldereft en nu de republikeinen de hand' reiken aan de verongelukte Familie, als repre saille tegen de beschuldiging der Legitimisten, dat zij de oorzaak zijn der rampen van Lodewijk XVII eu zijn Familie, terwijl de geschiedenis zal oantoonen dat des Konings (Lodewyk XVI) Broeders zijn grootste vijanden en Irerraders waren, nu een gevoel van recht vaardigheid tegenover het verraad en het bedrog der Koningen Lodewijk XVIII en Karei X, waarvan zoo wel de Kerk als het Koningschap de slachtoffers wa ren, de kerkelijke partij afkeerig maakt van den Graaf met het witte vaandel, nu kunnen wij merkwaardige debatten verwachten en mogen wij onderstellen, dat de vele pogingen, die door de partij van den Graaf van Chambord worden aangewend om de schandalen der Restauratie niet te openbaren, zullen afstuiten op den beleed-gden trots der republikeinen, die steeds zijn genoemd als de beulen van den oqgelukkigen kleinen Lodewijk, zoowel als op het gevoel van recht vaardigheid der waardige mannen in de Katholieke Kerk, die zonder vrees voor den steed? gewetten dolk pf den gerecdstaaud$n giftbeker der vakc£%restauratie, 'niet hebben geschroomd om door de linië^ran Frohs- v •Horf heen te breken en hun beklag in te dienen tot in de gehoorzalen van het Ypticatn.* Hieruit blykt alzoo, dat dft proces, waarin gelijk men Weet Jules Favre de advocaat der eischers zal zijn, door de Franscho republikeinen reeds geëxploi teerd wordt en ongetwijfeld ook nader zal geëxploi teerd vaagden als een wapéu tea finite der Republiek. 'In de legerplaats by Milligen had op 15 dezer, bij de afzonderlijke oefening der cavalerie, het vol gende ongeluk plaatsBy een snelle beweging en met getrokken sabel, zyn een ofl|cier en een huzaar tegen elkander gereden, waarbij cfe punt der sabel den huzaar in de borst trof, en Wel zóó, dat hij den volgenden dag aan de gevqlgen is overleden. l)e officier was op het oogeublik dat dit ongeluk plaats had, zóódanig ontsteld, dat hij achterover van zyn paard stortte. Hij bevindt zich in de ambu lance en, yaar hetgeen gezegd worut, moet zijn toe- staud ernstig wezen. r~'f ~T~ .L, Verleden week zouden vier knapen qp de „heide* onder 8urhuiaterveen „ophangertje* spelen, door zich aan een strop eenigen tijd te laten hangen. Drie hunner ging dit goed af, doch vierde bleef zoo lang hangen dat b& het met den dood moest betalen. De ontstel tenis uer moeder, die afwezig was eu haar kiud uls een lyk vond, is niet te beschrijven. In de nabijheid van Pitsburg in Pensylvauië. is een kolossale circus, terwijl roim 5000 personen aan wezig waren, door een plotseling opgekomen storm vernield. De stangen, waaraan de zeilen, die het dak vormden, bevestigd waren, werden uit den grond gerukt en met fladderende Jappen doek heinde en ver geslingerd. Bij den eersten windschok reeds, stortten de petroleum-lampen haar vloeiend vuur over vele toeschouwers uit, wier kleederen daardoor in brand geraakten de brnndend.e personen verbreidden het vuur en de doodschrik tevens. Het was een tooneel van onbeschrijfelijke verwarring, nog, zoo mo gelijk, vergroot door het angstig rondspringen der losgebroken paarden en de woede van een ver schrikte olifant. jbén 5den dezer is te Weenen het öerste blinden- congres gehouden. De eerste zitting had een talryk publiek tlocn samenkomen. De blinden der Oude en Nieuwe wereld hadden aan de uitnoodiging gevolg gegeven. Blinde onderwijzers uit Oostenrijk, Duitsch- land, Engeland, België/Ita ir, Spai je, Zweden, De nemarken, Rusland en Amerika kebbeu deelg nomen aan de beraadslagingen. De opstandelingen iu Karthagena hebben het bagno geopena eu 1500 misdadigers gewapend. Volgens offibieele documenten hebben de Carlisten thans 26,000 man infanterie, 450 cavaleristen en 17 kanonnen ter beschikking. Konstautinopel, 17 Aug. De Sehncb van Perzië is beden middag alhier aangekomen. By den tocht over de Durdanellcu woei K*t stefk, maar de zee bleef tamelijk kalm. l)e scliach heeft geeue on gemakken door dc reis ondervonden. Perpignan, 18 Aug. De carlisten hebben bij Balserny de nederlaag geledenzij gaven hunne positiën voor Berga op en rukten op naar Suria. De internationale heeft biljetten doen aanplakken betreffende de brandstichtingen te Alcoy. Daarin wordt beweerd dat de werklieden 't niet noodig achten, de fabrieken in brand te steken, wel wetende dat de fabrieken hun eenmaal zullen toebehooren. Parijs, 18 Aug. In de gevechten te Bilbao heb ben de kogels der Carlisten de Fransclie en Engelsche schepen bereikt. Dientengevolge hébben de bevel hebbers der Frausche en Engelsche eskaders bij ge- raeenscbappclyk overleg aan de Carlisten formeel verzocht, dc vlaggen te eerbiedigen. Dit verzoek moet niet worden beschouwd als eene erkenning der Carlisten als oorlogvoerende partij. Het rechtvaardigt dus ook niet de klachten van eenige Spaansche dag bladen ten opzichte van het Fransch Gouvernement. De Spaansche Regeering heeft altoos erkend, dat het Fransch Gouvernement jegen9 haar steeds en in al les de gedragslijn van een bevriend nabuur heeft ge volgd. Het bericht dat er in den boezem der internatio nale Commissie voor de handelstractaten oneeniglieid zou zyn ontstaan, is onjuist. Die. Commissie heeft j houden met-jht ;qn«öftie over de PÓ .daarpver giachil on tstond, zou hterlijke uitspraak aan Nederlaud wor de)) opgedragen. I J i. -/> T Xonstantinopel, 18 Aug. De Schach van Perzié is aangekomen eu door den Sultan ontvangen. INGEZONDEN. Mijhht'fY ie lledadeurt Toen ïtptoodag voor 8 dëftg de krant in de hand nam, laa ik diMh DM stukje" ran B. Ouder het lezen dacht ik zoo bij me zeltren„dat ding ii zeker ran een ttOia- baas,« want het zag er "zoo huurceelaohtig uit, maar ik gooide dat nu weg, de huisbazen weten toch ook wel wharom de huizea op de Markt en Zeugstraat zooveephnur doen, maai:wie kan het dan zijn? een winkelier, neen, een stalhouder? neen, een logement houder? neen, Dakkeiv,Wachter, ambachtsman, pak jesdrager, wijukooper, kommissionair ook niet en een schoéu makel f zeker ook- niet. Baden kan, ik hei niet en dtw ik gaf het opmaar ran morgen vroeg ik het aau mijn'hans eu die reidet Teun, be grijp je dat niet? dip ii»is een groot geleerde, die heeft tijdens de kermis berd gestudeerd in de proef ondervindelijke wijsbegeêfte eu gevueft zich daardpor wat onplezierig. Nu dat begrijpt Teun, maar daar Teun bij toeval niet impleiziertg is, kijkt hij door pen anderen bril en daarom heeft Teun pret gehad. Vraagt men nu, ben je* dan zoo aan den gang ge weest och neen, ik heb meest staan kykeu, maar Teun had pret omdat W ander pret had; zeer ge achte heer B. dat begrijp je zoo niet I toch in het begin wilde het niet recht vlotten en ik zef eerlijk opbiechten waarom. Hm eerste waar ik aanlandde, was bij r. d. Bint; daar stond een meisje te zingen en ik dacht zoo bij me zeiven „dat ia maar een kbr- ntismeid"nauwelijks was ik daar of er kouit een spulleuiau en vraagt aan dat met%e om —u rijks daalder eu ik dacht zoo„soort zoekt soort" en daar ik niet erg verlegen ben zoo zeide ik tegen dien spulientan„ik geloof dat zij altyd noch wijzer deed Spanjaarden voor haar geld te koopen alt het aan jou tc geven," eu wat Vretg ik ten antwoord wel mannetje f dan heb jij a| een pngsiiikkig geloof en daar ik kwaad werd, vertelde ik hem dat bet mijne toch veel beter was als het ayne of van dia Ma dam. „Zeo.v zeide hij „deuk je dat, dan «al ik je1 maar eens pit den droom helpen, dat meisje is d tfii,i i.„, hti iu..i o een eerlijk, braaf meisje, d,ede keVmissen bereiid en L L 2 Le T' nüe vermoeienissen doir.tnat om hare dudera te ou- 'kU d,kke dk»e<Ui dersteunen, die te midden der verleiding haar iet weet te bewaren- en voor ons een' hulp iu nood ia, gy weten waarom Ik zal het zeggen. Jn het naar huis gaan, kwam ik tegen acht menschen of beter jgez^gd vier paren, waarvan onze aohoolmeester zoude zeggen: „zij zijn de eerste lente dealevens voorbij» en dat hinderde met, tiaar vfhl wel hinderde waren de duiten, zoo ik begreep/hjflden zij met hagr allen 25 cents en om daar kermis mee te honden was vrij Bun ;manr cr kwam Jtooh eindelek uitkomst. Iemand die noelt' al lust in 'j leien achoen te hebben, sprak hun 'aan en Uei bij met- de nood en bekend gemaikt werd, tutte hy iq den zak en zeide^daar arme blik- aems heitje ma ^todapldkr-'-Teun .schrok van dien vloek, maar toch op het laatst dacht hy zoo.- „vloekten alle mebaehen maat zoo van daag! maar geachte B. dat merk je zoo niet. Teun ja eindelijk gaan eten, en heeft zoo als myn oude schoolmeester dat uit drukte, zijn vermoeide leden aitgestrekt op de donze peluw om nieuwe krachten te vergaderen en die aan te winden tot nat der tueusoikeid ta ik mag hem dat gerust ia zeggen, want hij voerde niet veel uit eu ik voer niet veel pit zeg e.t .m B.js dat werk woord goed? en na nientre krachten Vergaderd te hebben gordde ik my aan tot den arbeid, dat wil zeg gen om naar de komedie të gaan en Teun heeft ze ge» op zijn werk gehad, want het ia hem daur goed be.allen; om je dat duidelijk te maken moet ik een jaar teruggaanik zat toen in „Ona Genoegen" maar wat lij daar "vertelden, begreep ik zoo oietik nam daarom de vryheitl aan myn buurman réchts te vragen waar of ze bet over haddeuach! zeide hij die vrouw vaagt aan haar nrna om éen kindje, daarop ging ik naar buurman links eu dis zode aobde kei zerin van Frankryk neemt afscheid van haar man en weet je wat Teiiu dacht t ach wy begrijpen het zoo niet, maar nu wat het anders. Niet alleen dat wij het begrepcu, maar de vertooners begrepen het ook en.verleden jaar merkte men dat zbó met. Menige onschuldige grap werd et verkocht, de deugd werd beloond, laagheid en miadaad weid gestraft en men deed zijn best het pafaiiek genoegen te geven en ach liefje wat. .tril je noch meer, maar het' meeste pret had Teun toen Judels het publiek verzocht mee te ziugen. De jonge dametjes zongen zoo gulhartig mee inaar ze begrepen het zoo niet; maar daar was er een die hdd iemand bij zich en nr zy begon te zingen, pakte ze hem eerst met beide armen goad vast en toen stemde zij laide in O Modderdie zeeman, by duet me de dood weer an I Mijnheer de ltedacteur, Teun hëëft Je vrijheid ge nomen in deze brief ook een woordje te zetten aar, den heer B., vergeef hem dat, daar gij zijn adres weet en Teun niet. Eu gelodf dat ik blijve: V Ed. Dienaar, TEUN BLAUW. zooals je nu gezien hebt en wat mij aangaat, ik zai liever drie dagen honger lijden als haar eeu cent outrooven en zeg me nn eens maunetje wat is nu jou geloof?" Mynheer de lledacteur 1 mannetje zeide niets maar weet gij pat mannetje dacht „zrér Eer zame Teun, je bent een groote ezel!" en gij znlt me toestemmen dit als meu tot zoodiotge zelf kennis gekomen is, de lust tot pret wei eenige graden zakt, lJ.us ging Teun in een vrij miserabele stemming naar „Uns Genoegeo.' Daar aangekomen liep ik den tuin eens door eu van den tuin in de zaal, maar och arme! in die zaal was niets te zien en of ik al tegen my zeiven zeide t „buiten is de muziek", het hielp niet, Te nn miste iets, maar wat ja, dat begreep Teun zoo niet; daar was echter niets aan te doen en dus ik ging in den tuin zitten en omdat ik al bum zat, ging ik aan het overdenken wat is muziek? en het antwoord was, de muziek is de afspiegeling, van de hartsioohtea der mensolten. Hier het lied der onschuld, daar het bruischen van booze harts tochten, hier het lied des vredes, daar de krijgt- tonen, met al hare ellenden, hier de tonen van berouw en-boete, daar de kreeten van wraakzucht en haat; maar als dat waar is, dan is het niet genoeg, dat wit werkelijk de muziek beschavend op ons werken men eenige muzikanten bijeenverzamelt die ons op eenige stukjes onthalen; neen, dan hebben wy Iteh noodig, die bij grapte oefening een juiste opvatting hebben, die zoo op zyn burgermaus uitgedrukt, niet alleen kunnen lezen maar het ook verstaan en daar voor gevoel hebben want het is vrij lastig om iets voor te dragen dat Sneu zelf niet begrypt en bij goede instrumentale kennis een groote eenheid bezitten en op het eind begreep ik dat ik beter defd te luisteren uls te zitten suffen en ik heb geluisterd ca. dan moet ik zeggen i „een burgefinan hoort het hier alle dag zoo niet." B. is er zeker niet geweest of anders begrypt hij 'tzoo niet, maar ik Teun Blouw neem er myn pet voor af en met' de pet af, ver zoekt hy aan de heehen, diódaar baas zijn om ons wat meer zoo te trakteeren en nu moet Teun weer biechten, toen hy daar zoo zat heeft hy gemerkt dat er vrouwenhoedjes waren en onder die hoedjes ge zichtjes en heeft ïtij de vrijheid genomen zoo maar eens even to kjjken en Teun dacht om het vroegere moois in de zaal in het geheel niet meer, hij. was.geheel genezen eu Teun ging naar huis om te eten, maar Teun kreeg noch niet gauw eten grilt me spedt, verleden jaar Was er toeb een die ik van aangezicht kon, M was Griet van het hoofd te Schiedam, bijgenaamd de laataarupaal en dusdtkwaa ze in het geheel niet, toety is bet wel mogelijk dat eenige jongelui het betreuren dat zy haar aanvallig aanzijn moeten derven, maar liet is laat en Ténn gaat slapen tot de kinderkermis. Ën nu de ^kinderkennis, toen ik daar kwam, dacht ik zoo bij my zelren, dat de leden bovenmate geze gend waren met kindertjes, want'bij mjjn Eerbaar heid I ik wist niet dat ér zooreel op de wereld warejn en toen ik aan hét hek stond begreep ik er nog min der iels van, daar k wam een eerwaardig grijsaard bin nen met tien zegge tien lieve kindertjes en ik weet zeker dat er van die rijke zegen bij den Burgerlijken Stand niets bekend ia en of ze die kinderen gehtjurd of geleend hebben dat weet ik ook niet, maar dat weet ik, dat ze allen veel pret gehad hebbenmallemolen, spelletjes kijken en wat voor hnn maag goed was, het koeksiaan ik dacht zoo bij me zeiven, dat, als een- groot hjensch zioh noch eens herinnert kind ge weest te zyn het toch altijd noch hier of dattr goed voor isverbeeldje die 'groot* kinderen dapper aan bet slaan eu de kleinen dapper aan het eten, de ge leende net zoo goed als de anderen en dan bet dansen nm die aardige krullebollen, neen, Tetm kon het niet uithouden. Tenn ging Mie billen ea toen zomen in de mallemolen en werkelijk Teun verbeeldde zich ook weür kind te zijn, het eerste wat hij deed was te zoeken near een emmer met witter en een meid met nette geschuurde klompjes. Tenn zocht te vergeefe, anders geloof ik niet dat allen droogvoets 't huis zouden gekomen zijn, das de kleinen hebben pleizier gehad en de grooten die toch op de kleinen moesten passefi ookzeg er is B. ik geloof dat het christe lijker is groot ea klein genoegen te geven en een- drachtig vreugde te maken als. op je dooie gemak te gaan zitten mopperen, En nu zeer geachte heer B. UEd. wil met een lijst rond gnau om dc kermis te begraven en ik om gelifén op te zamelen om je bij de aanstaande kermis eeu heerlijke serenade-te bezorgen van alle draaiorgels die ik machtjg kan werden, gij zult wel zeggén dat hindert niet, want daar komen geen valsehe orgels- meer en dat is tvaarmaar ije zal ze allen tegelijk op een aangename wijs ieder een apart deuntje laten spelen en als je dan de poort niet uitloopt, (jan zai je toch voor je straf wel doof worden en als je nu lust heb, dan wil ik met je wedden wie de meeste intee- kenaren krygt, al «as het om twee bordjes broedertjes. Neen, Irneh I gy «hief met spelt,i of liever met een gevuld glas. Waarmee dat glas gevuld was op toogeablik dat gij nw toaat sloeg! tot behoud of liever tot terugkeer der kermis, wil ik ia 't midden Uteu omdat ik het'niet weet. Maar dit weet ik, dat het ingezonden stak van B, die het zeer wen- schei ijk acht dat de kermis niet terugkomt, met geen toasten te weerleggen i,. wat moeten de ters der Ooudtcke Courant wel denken ran D, die zooveel vreemde talen spreekt en vhn de redactie, dié al dat spnl onvertaald laat, ofschoon zij geacht mag worden hare lezers te kennen (i> Als ge dat gedaan hebt, om mij en een ander te laten rondloopen met een papiertje in den zak (ik versta geen ttugelsch) hier dn daar vragendeWat ia dit en dat in hét Hollandsch dan zyt gy da oorzaak, dat myn middagmaal gisteren kond is geworden, omdat ik het weten wilde, eer-ik guig eten. De Apostel zou van, U zeggen Profeteer Ueoer dun dat gij vreemde talen epreekt. Daarom schrijf voortaan Hollsndsoh. Ik heb iemand gekend die alleen ttaa Fransoh sprak, als hy een stokje té veel had gedronken. De menschen mOgfen eens den- ken, dat gy ook tot die familie, behoort. Ba dat zou mij spyten. Gy zondt daardoor een kwaden naam krijgen, ea gy weet toch wie het gezegd heeft: Ben goede ennrn ie beter dan goed» olie. -- - - Gij tyt-blykbaar jong en bezit een goed hart. Ik heb U lief gekregen, toen gij op zoo prettige wyze uwe stadgenoot™ opwekte tot belangstelling in die moeder en hare drielingen. Ik vond dat heel aardig, ofschoon ik tang werk had, even als nn, om te vinden, waarover gij het eigenlijk hadt. En daarom ben ik begonnen om eens een degelijk stuk te schrijven tot behoud der kermis. Wil ik U iets daarvan me- dedeelen Ik geloof, dat als gy bij het lezen een paar glazen minder gedronken hebt, dan tydens het slaan van uw toast (ik wil nn maar eens aannemen dat ge gewonen Wyn drinkt) mijn betoog U wel zal bevallen. Vooreerst dan moet de kermis behouden blijven omidat zij spaarzaamheid teert. Men apaart weken, maanden achtereen, zoodat men met kermis genoee heeft om te verteer», fiat meet dan op en dat gaat dan ook op, oau t eindt der kermis heeft men laege beursen eeu bemold kookt, maar.... men hééft dan toch sparen geleerdgeleerd ook, waartoe het sparen den measoh brengen kan. Br bestaat dus bane, dat als men met de jaren wijzer wordt, men dan gaat sparen londer het te .verteeren. Zoo ia het my ook gegaan. Gespaard voér de karmis keb ik nooit dat behoefde nietik had altyd geld, omdat ik Steeds zotjdq, minder nil te geven dan iktonteam. Dsarby hield ik nauwkeurig aanteekening van waar het geld kwam en waar het bleet Ëo toen ik eens na afloop der kermis in myn boekje van ontvang en uitgaaf opschreef, wat ik in die week uitgevoerd, had en ik vergeleek het sommetje, aan kenhiséetttlak besteed, met hetgeen ik in de kerk aan de armén had geschonken, toen riep ik nit„Neen I Dat kan toch niet langer zoo blijven." En sedert dien tüd ik zai niet zeggen dat de armen veel meer krijgen! maar de kermis krijgt bepaald veel muider. Ik' ben spaarzamer geworden dat heb ik aan de kermis ta danken. Moet dus de kermis niet behouden'blyren Tot zoo ver had ik geschreven, toe» ik het antwoord van B. las, hetwelk mij deed besluiten om af te wachten of en zoo ja, nat gij daarop zondt ant woorden. Nu heb ikooknw antwoord gelezen. Maar het wordt er, wat degelykheid betreft, by U niet beter op. Ik vrees, dat de lezers der Ooudtcbe Cou rant zullen zeggen, dat, riekte uw vorig stak naar genrigen wyn en liederen van Lyons zangeressen, (i propos, zijn die liederen daar nog «I onschuldig en kleeden die zangeressen zich nog al welroegelyk uw laatste artikel veel overeenkomst heeft met een half gare koebebak. Ik pryshetin U, dat gy voor het opkomend geslacht partij trekt, dat geroepen is, de kermis in stand te honden, ten voordeele van hen die daarvan iveten'te profiteeren maar overigens zit er volstrekt geen ergst in uw schryven. Dat srnjt mij voor U, want die Mijnheer B. is niet met praatjes nit het veld te slaan, en als ge zoo voortgéaf, dan zyt ge het bepaald kwyt. Daarom raad ik U, mijn betoog verder fit'vervolgen en ala ge 't goed vindt, te bewijzen hetgeen ik voornemens was tot behoud der kermis te doen (1) (Wy geven de ingezonden stukken, zooals zyonswor- dsn gegeven. Verkiest een inzender te schrijven in een tsal, die een gedeelte der lezers niet verstaat, dan ia dat zijn zaak* Wy beoordeelen de waarde der ingezonden stokken, doch be lasten ons niet me't de vertaling). Dr: Rkd.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1873 | | pagina 2