BINNENLAND.
oidfr verklaring dat hij vastberaden en vertrouwend
-de l-em opgelegde taak zal voortzetten.
Te Belhune drukte de uiaire den wensch uit, dat
's presidenten gezag spoedig door constitutioncele wet
ten mocht worden bevestigd. Mac-Mahou dankte
dien spreker en stemde daarmede in.
De reis vau Mac-Mahon naar Lyot» is onbepaald
uitgesteld.
Over de verkjezing in het depart. Maine-et-Loire
kunnen de republikeinen voorloDpig tevreden zijn.
De heer Mnille, de door den hertog de Broglie afge
zette burgemeester van Angers, was de republikeinsche
caudidaat en ontving 36,408 stemmen. Bruas, een
•Orleanist, die niet voor zijn overtuiging uitkomt en
zich voor het Septennium verklaart, ontving 22,212
«temmen, «n Berger, de Bonapartist, verkreeg 19,172
-stemmen.
Wanneer deze cijfers juist blijken, is een herstem
ming noodig, in welk geval Septennium en Keizerrijk
zich ongetwijfeld tegen de republiek zullen verbinden.
Gui/or, een der groote mannen van den ouden
tijd is te Val-Richer overleden.
De JDuitsche Keizer amuseert zich met de mar.oeu-
-vros van de troepen in Hessen en elders wordt hij zoo
wel door de soldaten als door de volksmeuigte overal
met groote geestdrift ontvangen, 't Is het eenige dat
het Duitsche publiek in deze dagen bezig houdt, be
halve natuurlijk de strijd met de ultra in on tanen.
Was het vroeger slechts waarschijnlijk, thans wordt 't
van goed ingelichte zijde als uitgemaakt zeker beschouwd,
dat de Duitsche hegrooting van oorlog voor 1876
-met 14 en die van 1876 met 16 millioeu thaler zal
worden verhoogd. Kaar men verneemt, zoi daarvan
•op de eerstvolgende begrooting 81/* millioen worden
gedekt uit de opbrengst der bjjd ragen der verschil
lende Bondsstaten. Het overige zal worden bestreden
uit batige saldo's der begrooting van 1874. Welke
'middelen de Rijksregeering zal bezigen, om de bui-
teugewone uitgaaf Win 16 millioen thai, op de be
grooting van oorlog te dekken, laat zich bezwaarlijk
voorspellen. Als zeker ac it men bet, dat het batig
saldo, op de aanstaande begrooting verwacht, daartoe
niet groot genoeg zal zijn.
Men zal zich herinneren, dat er onlangs sprake
was van een plan van den Pruisischen Minister van
Eeredienst om het confessioneel godsdienst-onderricht
op de middelbare scholeu en gymnasiën af te schaffen.
De Nordd. A.-Z, heeft het destijds teu stelligste te
gengesproken, doch naar hrtgeen de FossUche Zeitung
thans meldt, was het toch niet zoo ten eenenmale
ongegrond als de Nordd. het liet voorkomen. De
Minister zegt de Fou. Z. is wel voor het behoud
van htt leerstellig godsdienstonderwijs, maar toch le
avens voor de opheffing van bet confessioneel karakter
der middelbare scholen en gyroriasiëu zeireu. Ten
-bewijze ditarvan wordt gemeld, dat hij aan. eenige
genmnten, die voor deze inrichtingen subsidie
uit de Staatskas verlangen, op hare aanvraag de vol-
geude voorwaarden in overweging heeft gegeven: le.
De inrichting verliest haar confessioneel karakter, zoo
dat naar verkiezing Katholieken, Protestanten of Is-
W iel iet en tot leeraars kunnen worden benoemd wordende
he( godsdienst-onderwijs dan aan afzonderlijke leeraars
opgedragen) 2e de directeur en de eerste of hoogsle
leeraar worden door de Begeering benoemd3e. het
leergeld wordt verhoogd. Bij aanneming dezer voor
waarden kan de gemeente op subsidie rekenen.
De Italiaansche Miuisiere ziju het eindelijk eens
geworden over de maatregelen, die op Sicilië zullen
wordt n genomen, om daar weder ©en geregelde* toe
stand te verkrijgen. Het eiland zal gesteld worden
•onder een soort van militaire dictatuur; de militaire
bevelhebber van bet eiland zal namelijk in overleg
met de politie alle maatregelen leiden; het korps
Carabinieri wordt met 1600 man vermeerderd; verder
zul de Minister van Justitie een circulaire richten
tot de rechtbanken derhalve geen krijgsraden,
terwijl de Minister van Financiën £00000 lire be-
sohiköaar zaI stellen voor de buitengewone uitgaven,
die door een en ander noodzakelijk worden. In de
hoop, dat men langs dezen weg zal slagen, zijn stren
gere maatregelen -verdaagd.
De President-Minister Minghetti is naar het Na-
pelsche vertrokken om de landskassen na te zien.
Het volgende Deeusche bericht is ontleend aan
den Engelschen Standard. Opmerking verdient, dat
dit blad, bij gebrek aan nieuws wel eens sensatie-
berichten verzint. Wij geven dus het bericht, zon
der er vooralsnog veel aan te hechten. Hei luidt
aldusDe Sleeswijksche quaestie neemt een ernstigen
keer. De dagelijksche uitzettingen van personen ge
voegd bij de artikelen der Duitsche pers, duiden een
algeheele miskenning aan van de bestaande ver
dragen en maken het behoud van den tegenwoordi-
gen toestand tot eene onmogelijkheid. Onder den
druk der openbare meening zal de Regeering zich
geuoodzaakt zien om te Berlijn te protesteeren en
misschien om, als maatregel van wederwraak, Duitsche
onderdanen uit het land te zetten.
De Oosten rij ksche bladen zyn opgevuld met ver
slagen van de reis vau den Keizer naar Bohemen.
Hel blijkt meer en meer dat de Czechische demon
stratie te Praag geheel in 't waler gevallen is Op
gemerkt is vooral het antwoord dat de Keizer aan
den Prager Gemeenteraad heeft gegeven bij het over-
hnndigen vnu het bekende ad<es de Keizer zeide,
dal de Gemeenteraad het welzijn van de gemeente
niet beter kon bevorderen dan door „opvolging van
de wetten en de door den Keizer gegeven instellingen.*
Men zegt, dat Puycerda, pns van leeftocht voor
zien, weder door Saballs zal worden ingesloten en
beschoten.
De telegraaf heeft eergistereu bericht, dat de Moreau,
een drogist te St.-Denis, door de jury schuldig is
verklaard aan vergiftiging, zoude!* aanneming van ver
zachtende omstandigheden, en dat hij mitsdien ter
dood is veroordeeld. Dat deze veroordeeling het on
derwerp van een depecbe uitmaakt, bewijst reeds, hoe
zeer die zaak het Fransche pubuek bezig heeft ge
houden, eu inderdaad behoort zij tot de gruwelijkste
roisdryveu die ooit gepleegd zijn. Wij hebben reeds
voor eenige ma.indeu, loen Moreau gevangen werd
genomen, eenige by zonderheden over de zaak mede
gedeeld, Toen wist men alleen, dat de eerste vrouw
van Moreau in 1873, de tweede in Mei 1874 onder
gelijksoortige verschijnselen aareu gestorven, en dat
bij onderz m-Jc gebleken zou ztfu, dat de lijken groote
koeveelheden vergif bevatten.
Bij de instructie bleek, dat Moreau in 1870 voor
het eerst gehuwd was en dat zyne eerste vrouw in
Aug. 1873 na een korte ongesteldheid wns overleden.
Moreau maakte zelf de geneesmiddelen en het weinige
voedsel gereed, dat zijn zieke vrouw gebruikte en gaf
zeer niteenloopende antwoorden wanneer hem naar
den aard der ziekte gevraagd werd. De geneesheer
beschouwde deze ak een maagongesteldkeul, ofschoon
hy geen verklaring kon vinden voor de aanhoudende
brakiugen, die er by voorkwamen, Kort vóór haren
dood vermaakte de vrouw aan haren man het vrucht
gebruik van al hare goederen1. Weinig tijd na de
begrafenis kuoopte M. ongeoorloofde betrekkingen
aan met een getrouwde vrouw, die voortduurden tot
dat hij in April van dit jaar ten tweeden male in
den echt trad met een vrouw, wier verleden niet on
berispelijk was, maar die hem 25000 fr§. ten huwe
lijk aanbracht. Reeds na een maand werd de vrouw,
die een zeer sterk 'gestel had, ziek, braakte aauhou-
dend en overleed den 28n Mei, na hevig geleden
te hebben- Ook haar diende de man steeds de spijzen
eo geneesmiddelen t»e, en ook omtrent ha.ir ziekté
gafhjj uiteenloopënde mededeelingen. De geneesheer,
die haar bijstond een ander dan de dokter, die de
eerste vrouw behandeld had hield de ziekte voor
angina, maar kou evenzeer de brakingen niet begrijpen.
Aan den aandrang van zijn vrouw om hurer familie
kennis te geven van bare ziekte, voldeed M. eerst
een paar dagen vóór haren dood, zoodat de moeder
en zuster, te St.-Denis komende, slechts een lijk von
den. De ongelukkige vrouw heeft op haar sterfbed
aan haar nicht het vermoeden te kennen gegeten,
dat zy door haar man vergiftigd was.
De beide lijken werden opgegraven en bij het schei
kundig onderzoek werd een aanzienlijke hoeveelheid
koper ontdekt. Ouder de boeken van 'Moreau vond
men een handboek over de geneesmiddelen, dat op
de plaats, die over tulphas cupri handelt, openviel,
eoodat blykbaar dat gedeelte voel gelezen was; er
lag op die plaats ook een papier, met het beeld der
Heilige Maagd, als jtuqu^ici. In bet lichaam van de
tweede vrouw werden niet minder dan 516 gram
koperzout gevonden. De deskundigen verklaarden on
der eede, dat de beide vrouwen, die in korten tijd
onder gelijksoortige omstandigheden overleden waren,
niet door natuurlijke oorzaken waren gestorven; dat
de eerste niet aan een maagziekte, de tweede niet
aan angina geleden had, maar dat de versehynselen
de grootste overeenkomst hebben met kopervergifti-
gingen, zooals die in de beste werken worden om
schreven. j;
Moreau ontkende alles, maar kon geenerlei ver
klaring geven van het feit, dat zooveel koper ge*on-
den was by de vTonwen, aan wie hij alleen tijdens
hare ziekte geneesmiddelen en spijzen had toegediend.
Het O. M. eischte de schuldigverklaring en veroor
deeling tot de doodstraf. In een uitstekend pleidooi,
dat drie uren duurde, trachtte de verdediger ook op
chemische gronden zijn eliëut te redden. Maar dg.
jury bleek niet overtuigd te zijn; want na eeitJköfte
beraadslaging sprak zy het schuldig uit; waarop de
veroordeeling lot de straffe des doods wegens ver
giftiging volgde. De beschuldigde was gedurende den
geheelen dnnr der terechtzitting, die twee dagen in
beslag nam, uiterst kalm en verloor die 'kalmte ook
niet na het vonuis, dat hem ter dood doemde.
AMEBIKA.
Nog ruim twee jaren moeten verloopen, eer de
kiezers van de republiek der Vereenigde Suten van
Noord-Amerika zullen worden opgeroepen om eeo presi
dent te varkiezen, en toch ontstaat thnns reeds een
groote beweging onder de partijen, ten einde zich
voor te bereiden op den grooteu strijd die aanstaande
is. Geen der partijen wil voor de andere in verkie-
zingsijver onderdoen en nog vóór het derde jaar tan
de tweede regeeringsperiode van Ulysses Grant ver
streken is, wordt in dagbladen en tijdschriften in
vereeuigingen en meetings besproken wie op den 3a
Nov. 1876 het witte huis te Washington zal be
trekken.
Da$ aanleiding tot deze vroegtijlige beweging it
door Grant zeiven gegeven. Hij heeft besloten zich
ten derde male candidaat te stellen voor'den presi-
dentsretel. De eenvoudige soldaat, die uit den veld
tocht trgen de ifuideJijke opstandelingen nog met bijna
Spartaausche gewoonten terugkeerde, gevoelt zich op
het booge standpunt dat hij sedert heeft ingenomen
zeer op zijn gemak. Zoolang echter de vlag der ster
ren eu strepen hare banen in den Mississipi spiegelt,
is het nooit gebeurd dat dezelfde burger driemalen
achtereen als hoofd van den staat optrad. Washing-
ton, wien men een derde regeeringsperiode aanbood,
wees die onvoorwaardelijk van de hand. Hij wilde'
geen gevaarlijk voorbeeld geven; en het kan voor
eene republiek altijd gevaarlijk worden, wanneer een
generaal, wiens overwinningen hem met lauweien
hebben gekroond, te lnng aan haar hoofd blyft. l)e
menscli gewent zich spoedig aan het regecren en
eindelijk krijgt hij de zware taak der regeering zóó
lief, dat hij niet meer kan besluiten een eenvoudig
burger te worden. De tweede eandidatnnr van Grant
verschrikte reeda de waakzaamste patriotten en ver
vulde hen met vrees, en zij verklaren ten stelligste,
dat «1 ar are de regeering van Grant ook de besteen
voortreffelijkste geweest, al kon men hem ook gceu
enkele fout verwyten, zy hem ten derde male hunne
steiameu niet zouden geven, omdat het beginsel hua
meer waard is dan de persoon.
De republikeinsche bijeenkomst, die onlangs ia
Pennsylvanië werd gehouden met het doel om over
de houding bii de aanstaande verkiezing te spreke»,
werd door zulke beginselen geleid, toen zy deu gou
verneur Hartrauft als eandidaat voorstelde. Men zou
zich echter vergissen en Grant al te veel eer a.m-
doen, indien men meende, dat alleen republikeinsche
vrees voor de ontaarding der presidentieele waardig
heid in een levenslange dietatunr, de eenige oorzaak
is voor den tegenstand, dien het verlangen van Graat
ondervindt om tot 1880 president te blijven. Daar
voor zyn andere en meer gewichtige gronden.
Er knn wel geen twyfel ann zyn, of Graut dankt
zyne waardigheid ulleen aan de veldslagen die hy
iu den burgeroorlog heeft gewonnen. Als politiek
man heeft hij weinig verdienste; zijne stilzwijgend
heid reeds zou een hinderpaal zijn om oen openbare
rol te spelen, en alleen door ziju overwinningen ver
overde hij zich een plaats in de harten van zyne
medeburgers. Toeu de republikeinsche conventie vau
Chicago hem den 21n M$i 1868 als eandidaat vopr
het presidentschap op het schild plaatste, gold dpze
onderscheiding eigenlyk uitsluitend den gelukkigen
generaal, die de opstandelingen getuchtigd en de Unie
gered hadf Tevens was zijne verkiezing eene ver
maning door het Noordeu tot de slavenhouders ge
richt, een politiek middel evenals tot de toekenning
van het kiesreehl aan de negers der Zuidelijke staten,
terwijl zes of zeven noordelijken weigerdeu kleurliu-
geu aan de stembus te dulden. Grant heeft eehter
■n deu eersten tijd van zijn tweede presidentschap
jegens het Zuiden een io het oog vallende welwil
lendheid getoond, en getracht vrienden te maken
onder hen, die hij zoo kraehtig heeft bestreden Men
verneemt dan ook thans, dat de Zuidelijke staten
voornemens zijn, de derde candidatuur van Grant te
ondersteunen. Hierbij moet in het oog worden ge
houden, dot de stemmen van de negers een zwaar
gewieht in de schaal leggen en dat deze onvoor
waardelijk voor Graat stemmen, gedeeltelijk uit dank-
buarheid voor huK bevryder, gedeeltelijk uit vrees,
dat zij door een pbrsoousverwisseliug in het Witte
Huis aan de wraak van hun voormalige meesters
zullen worden prijs gegeven. Daarenboven verklaren
ook zeer invloedrijke woordvoerders vaa de voorma
lige slavenpartij zich vóór Grant, en dit alles ergert
de repub ikèinen in de hoogste mate.
Men vraqgt zich voorts af, of de president ook
medeplichtig is aan de allergevaarlijkste desorganisatie
die onder Grant's bestuur in de administratie zoo
ontzettend is toegenomen, dat de schandelijkste han
delingen worden gepleegd. Grant's persoonlijke eer
lijkheid is wel boven iederen twyfel verheven, maar
niet minder zeker is het ook, dat hij tegenover vrien
den en getrouwe dienaren een groote zwakheid toont
en het door de vingers ziet, als deze beeren oneerlijke
handelingen plegen. Nooit was de jacht naar aiqbten
en posten, bet nepotisme en de verduistering van
gelden in de Vereenigde staten zóó erg en werd
zy zóó schaamteloos gpdreven als in de laatste jaren.
Er zijn zulke schandelijke en vuile geschiedeaissen
aan den dag gekomen, dat men ze veeleer in de
gedenkboeken van een hoveling van het bas-empire
dan in de geschiedenis van een jonge, zich krachtig
ontwikkelende republiek zou verwachten. Wellicht
bemerkte Grunt die officieele laagheden niet, maar
lij hebben toch den glans van zijn lauweren zeer
verdoofd.
Indien het vooruitzicht bestond, d.»t binnen korten
tijd een nieuwe opstand moest worden onderdrukt, zou
men bet eenigszins wenscbelijk kunnen aehten om
nog langer een geuer.ial aau het roer van den staat
te laten. Het voorbeeld .van deu ouvergeteiyken Lin
coln heeft wel getoond, dat de hoogste politieke moed
en een ijzereu volharding geen militaire uniform noo
dig hebben, maar aan deu «ooravond vau een oorlog
zou men to h Graut's herkiezing kunnen billijken.
Aan een opstand der Zuidelijke staten valt echter
niet te denken zij trachten integendeel langs wettigen
weg, evenals onder Buchanan, de miebt weder iu
handen te krygeu en Grant schijnt bun man te
zyn, die uit toegevendheid of ten gevolge va» ver
keerde politieke inzichten een achterdeur voor ben
wil openhouden. Zijne houding jegens de Zuidelijke
staten getuigt dus niet voor, maar tegen hem.
Wilde Grant een waarlijk populair eu bemind man
blijveu, dan moest hij zeif erkennen, dat de bezwa
ren tegen zyne herkiezing zeer gewichtig zijn eu deze
niet verlangen. Niemand zal zyn groote verdieusieu
jegens het vaderland betwisten en ook als privaat-
persoon zal hij een van de meest geachte eu gevierde
burgers van Amerika zijn. Hij moest echter begrij
pen, dat een republiek niet altijd haar helden met
do hoogste plaats in den staat beloonen kan. Niet
hij alleen, ook Farragut, Sherman, Sheridan en an-
<lereu hebben groote dadeu verricht, en wat heeft
bet vaderland hun daarvoor gegeven? Hy alleen was
.Be gelukkige, wien het dankbare volk verhoogde, en
aij moest republikein genoeg zijn om zieh met acht
jaren presidentschap te vergenoegen, eu de Unie het
onaangename dilemma besparen om óf een goede en
gezoude overlevering ontrouw te worden, óf den over
winnaar van Kicbiuoud bij de verkiezing te lalen
vallen.
Gouda, 15 September.
De vorstelyke personen, die Zaterdagmorgen io onze
gemeente hebben vertoefd, zijn des middags, na Bergam
backt en Haastrecht bezocht te hebben (zie onderstaande
correspondentie) deze gemeente weder gepasseerd.
Da burgemeester vau Bergambacht, de beer P. J.
Smits vergezelde hen en aan bet station alhier was
weder de burgemeester van Gouda benevens eenige
andere autoriteiten aanwezig om de doorluchtige gasten
uitgeleide te doeu.
H. M. de Koningin betuigde een zeer genoegelijken
dag te hebben doorgebracht en zoowel H. M. als
Z. K. H. Prn.s Fredrik onderhielden zich nog eenige
oogeublikken allerminzaamst met genoemde autori
teiten.
De dag van Zaterdag zal voorzeker nog lang in
herinnering blijven by de Goudsche ingezetenen, daar
zij toen iu de gelegeuheid waren persoonlijk hunne
gehechtheid te botuigeu aan ons geliefd Vorstenhuis.
Naar wy vernemen zal, in het laatst der volgende
week, in de Reraonstranlsche kerk alhier, eene open
bare samenkomst gehoudeu worden van de afdeeling
„Gouda" der Nederl. Gustaaf-Adolf-Vereeniging.
Als sprekers zullen optreden de bh.: Ds. Ltturil-
lard uit Amsterdam ca Ds. Craaudyk uit Rotterdam.
Uit Berg-Ambacht meldt men ons dd. 12 Sept
„Ons stille dorp genoot heden de hooge eer H. M.
de Koningin en Z. K. H. Prins Frederik te ontvau-
gen. Het 'dorp prijkte huis aau buis met nation de
vlaggen, terwijl de woningen van den burgemeester,
den notaris (het slot) en den hoofdonderwijzer bene
vens de 3 eerepoorten ook met Wurtembergsche
vlaggen of wimpels wareu versierd. Ten half 2 ure
werden de vorstelyke personen aan deu Viersproug
opgewacht door een eerewacht te paard, van 72
man, de kapel der Goudsche schutterij en deu bur
gemeester 1'. J. Smiis, die een hartelijken welkomst
groet uitsprak, Na den rit door het dorp, dat
«tamprol was, werd het eerst de kerk der Herv.
gem. bezocht. Hier hadden zich bet gemeentebestuur
en de kerkbesturen, benevens de hoofdonderwijzer
vereeuigd. Met veel belangstelling beschouwden H.
M. en Z. K. H. de. wapenborden der Ambachtsheer-
lyke familie van Hardenbroek. Daarna reed de stoet
naar* het slot 's Heeraartsberg, dat met zijne lanen
prachtig gedecoreerd was. Dit slot, behooreude aan
den Ambachtsheer, baron van Hardenbroek, te 's Hage,
wordt thans bewoond door den notaris Mahlstede,
wiens oudste zoontje, by de intrede op het slot,
aan H. M. een boeket overhandigde, evenals dejon-
gejufvrouw J. C. van Roggen, bij de iutrede, van
het kerkgebouw. Op het slot werd een dejeuner di
natoire gebruikt, waaraan behalve de vorstelijke per
sonen met hun gevolg, deelnamen baron en baronesse
van Hardenbroek en de heeren Smits en Mahlstede.
len 3 ure «eriicteu 11. M. en Z. K. H. onder een
luid gejuich, de gemeeute, om zich naar Haastrecht
te begeven.''
Tot lid van deu gemeenteraad te Nieuwerkerk a/d
IJsel, iu plaats van den heer J. Sauerbier, is geko
zen de heer E. Hugeudijk Az., aldaar.
Uit Oadewater schrijft men aan iet Faderland:
Ten einde in de vermeerderende uitgaven te kun
nen voorzien besloot de Raad de/er gemeente, een
paar jaar geledeu, de inkomsten het Inllijkst te kun
nen vermeerderen door verhooging vau de opcenteu
op de hoofdsom van 's Ryks personele belasting,
die als toeu van 40 op 70 opcenten werden georacht,
uitgaande van het denkbeeld, dat door deze verhoo-
ging van opcenten juist diegeuen zouden worden ge-
trotfeu, die, als gevolg van een meer weelderige wijze
van leven enz., het hoogst in die beiast ng wareu
aangeslagen en dus hoofdzakelijk daarin zou wordeu
bijge.irageu door hen, die als de meest weigestelden
in de gemeente waien te beschouwen.
Dat echter dit denkbeeld niet juist was, heeft een
nader nauwkeurig iugesteld onderzoek al spoedig
doen zien, daar niet door de meest gegoeden het
grootste aandeel in die verhoogiug werd gedragen,
maar integendeel de handel of nyverheid, of zij, die
door uitoefening van eenig vak of beroep in die ter
men vallen, htt meest werden getroffen, tu dus die
heffing geen billijke verhouding in het dragen der
lasten daarstelt, juist in strijd met bet doel dier be
lasting-heffing.
In de laatstgehouden raadsvergadering is dan ook
op voorstel van een der leden, roet bijna algemeene
stemmen, de heffing dier verhoogde 30 opcenten we
der iugetrokkeu, om de daardoor verminderde in
komsten door een verhoogden, bóofdelijken omslag
te kunnen vinden.
Aan de te gelijker tijd te kennen gegeven wen-
schelykheid om, met het oog op de nog te blijven
heffen 40 opcenten, welke eveneens een onbillijke
verdeeliug vun la-ten daarstelt, tot een geheele af
schaffing van heffing van opcenten op de personeele
belasting te besluiten, kon echter vooralsnog, de
daardoor te veroorzaken tijdelijke geldelijke verlegen
heid der geineeuiek .s in aanmerking nemende, geen
gevolg worden gegeven.
In de/e fde vergadering werd insgelijks met bijna
algemeene stemmen besloten om het onderwijzend
personeel nen de openbare school uit te breiden door
met Jan. c. k. ecu derden hulponderwijzer aan te
stellen.
By kon. besluit zijn goedgekeurd o. a de besluiten
der Staten van de prov. Zujd-Holland van 14 Juli
jl-. houdendewijziging vau het byzouder regle
ment voor den polder Laag Boskoop (gemeente
Boskoop)
De St.-Ct. deelt het programma mede voor de
opening vau de Vergadering der Staten-Geueraal, te
's-Gra»enliage, op Maandag 21 September.
De miliciens der verschillende lichtingen, die deu
12 den der vorige maand tot deelneming aun de
oefeningen in de legerplaats te Millingrn bij hunne
korpsen in activiteit zijn opgetreden, zullen den 17den
dezer weder in het genot van onbepaald verlof wor
deu hersteld.
Zondag 20 dezer zal door het Comité ter bespre
king der sociale quaeshe een comité-vergadering wor
den gehoudeu in het gebouw voor Kunsten eo Weten
schappen ie Utrecht De te behandelen onderwerpen
zullen vijti1. Gedachttpwis-eling over de nieuwere
richting der staulhuishoadkuude in verband met even
tueel programma. 2. De behoefte aan goede arbeideis-
wouingeu.
Aan het besluit wn den gemeenteraad te s'Gra-
venhrage om, nlvorei^definitief te vergunnen de oprich
ting op de Plaats vim een standbeeld voor Thorbecke,
door het stellen vanVeen mal te onderzoeken in hoe
ver die oprichting balemmering voor de passage zon
opleveren, is Zaterdag uitvoering gegeven.
In de Gemeenteraadszitting te 's Hage van heden
is o. a. aan de orde gesteld de beraadslaging over
de plaats, waar het standbeeld van wijlen mr. J. R.
Thorbecke zal worden opgericht.
Morgen ^n Donderdag zullen langs den Centraal-
spoorweg in verschillende extra-treinen de iufantcrie-
troepen, die in de legerplaats by Millingen kampeeren,
te Utrecht aankomen, om vervolgens naar hunne gar-
nizoeus terug te keeren.
Het U. D. waarschuwt de gemeentepolitie om
strefog toezioht uit te oefenen op het varkensvleesch,
daar de varkensziekte voortdurend vele offers eischt
en enkele eigenaars de dieren slachten als zij zien
dal deze sterveu zullen, om zoodoende het spek nog
te kunnen verkoopen.
Naar men verneemt, zal met het volgende jaar
eene groote garnizoens-verwisseJing plaats hebben.
Vermoedelijk zal de klasse van discipline naar 's Her
togen bosch worden overgebracht.
Men schrijft aan de Leidscie Ct.Ten gevolge van
veelvuldige donderbuien is de luchtgesteldheid ont
stemd, zoodat zware regenvlagcu en wind nu met den
zomer, die fraai geweest is, schijnen af te rekenen.
Donderdag nacht heeft het, bij een hooge temperatuur,
geweldig gestormd. Er is hier en daar schade ge
waaid, vooral zijn er eene menigte vruchten van de
boomt-n gesliugerd. Het is dan ook met sommige
tuingewassen, zooais de snijboonen, gedaan. De pol-
(lermolcus malen nu eeuig overtollig water uit, doch
de weilanden zijn overal nog goed in het gras gekomen.
De zeevL-scherij treft het ook nu sedert een paar
weken slecht. Behalve dat i9 de vangst van steurha-
ring ongunstig. Het is bijna niets dan pekelharing
wat de eigenlijk te lang in zee verbleven schuiten
vau boord afzetten. Van daar is dan ook de ver
koop van „nieuwe haring" aan de orde van den dhg.
De heer P. F. L. Waldeck, secretar.s van de Holl.
Maatschappij van Landbouw en afgevaardigde van de
Maatschappij naar de internationale tentoonstelling
van landbouw, gehouden van 13—21 Juni 1874 te
Bremen, heeft een dezer dagen uitgekomen nitgebreid
verslag vau deze tentoonstelling gegeven. Daaruit blijkt,
dat de tentoonstelling op eeu zeer groote schaal is
ondernomen. Het beschikbare terrein besloeg 500
hectaren. Een gedeelte daarvan was bestemd voor
proefveld oor landbouwwerktuigen, als stoomploegen
enz.; een ander deel gaf gelegenheid om piarden te
tuigen en te mon&icreu. Voor paarden, rundvee,
schapen, varkens, pluimvee enz wareu groote stallen
en hokken opgesteldook voor akkerbouw, bosch wezen,
voor werktuigen waren verschillende gebouwen inge
richt. Ten gerieve van de inzenders was eene spoorbaan
aangelegd. Een en ander verdient te meer de aandacht,
waoneer men in het oog houdt, dat de tentoonstelling
door particulieren voor eigene rekening werd ge
houden.
De inzendingen waren talryk. Onder de paarden
trof men zeldzaam schoone exemplaren aan rundvee
was flink vertegenwoordigd, daarbij 57 stuks van
Nederlandsche rassen (maar door Duitschers ingezon
den); wolvee was in aanzienlijk getal aanwezig; de
afdeeling varkens omvatte 142 nommers /an den
catalogus, enz. De inzendingen betreffende Kschwezen
eu jacht, land- en tuinbouw, bloemkweekerij, heesters
enz., vertegenwoordigden deze takken van nijverheid
tot in de kleinste bijzonderheden; zeer talrijk waren
de inzendingen van lan lbouwwerktuigen eu gereed
schappen. Voor de beschrijving van de inrichting
der gebouwen, »au de wijze van beproeving der land
bouwwerktuigen, het tentoonstellen van paarden en
vee, de vermelding van nieuwe vindingen, aldaar voor
het eerst ter bezichtiging gesteld, raadplege men het
verslag zelf, dat iu den handel verkrijgbaar is gesteld
en door den heer H. A. M. Roelauts te Scciedam
wordt uitgegeveu.
Uit een brief uit Atchin wordt aan het ütrechtsch
Dagblad welwillend 't volgende medegedeeld
Met de Atchineesche zakeu gaat het iets voor
uit; de kustlanfijes beginnen zoowat allen, door
de bemoeiingen van de daar gestationeerde oorlog
schepen, de Hollan Ische vlag te hijschen. Meest
allen krijgen een cadeau in geld of andere zaken, die
de vorstjes kouditioneeren, en dan wordt op een goe
den dag de vlag gelieeschen en gesalueerd door het
stationseaip; heel »eel beteekent die geschiedenis nog
niet, want iu verscheiden van die staatjes waarschuwt
de vorst, om niet aau den wal te komen, daar men
waarschijnlijk door de bevolking vermoord zou worden.
Op papier staat de vl.ig-hijsching heel aardig, maar
de buiteuwereld weet niet hoe de zaken zyn. Mis
schien komt de boel echter op die manier langzamer
hand in orde, want die plaatsen mogen dan dadeliik
handel drijven over zee, terwijl de rest van de kust
steeds geblokkeerd biyit.
Op Groot-Atchin wordt vau^tyd tot tijd nog ge
vochten; een tiental dagen geleden nog hebben we,
Z)oal8 ge zeker weet, een bentinggenomen: 68 kerels
daar binnen wildon zich niet otergeien en moestea
tot dtn laatste worden neergeschoten de toeuadering
wordt dus niet grooler. Ecu derde expeditie zal
niet gezouden wordeu, maar alleen meer troepen waar
schijnlijk tegen Oktober en die moeten dan een eind
aan de zauk maken. Generaal van Swieteu heef idee
dat de Aichineezen langzamerhand zullen bijkomen,
als ze zien dut we geen plan hebben meer weg te
gaau dat is te hopen! De troepen in Kotta-Radja
(den kraton) zijn iu veel betere koudities dan een
paar maanden geledeu het logies is veel verbeterd,
de aanvoer van levensmiddelen gaat geregeld langs
een goeden weg van het strand, meer westwaarts dan
de kali (rivier), die nu met harden wind niet meer -
te genaken is, door de hevige branding aan den ingang
of mondingde gezondheidstoestand is veel ver
beterd.