Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken. eld, mendaal, n dat bjj hem de de Win- 1874. N° 1598. SCH BUITENLAND. i ch, Zondag 22 November. Ichttscli, Ir p M Ilion libles. BuMandscli Overzicht. w. •i De inzending van advertenttön kan geschieden tot één uur des namiddags van den dag der uitgave. iderwjjzer. S’ fl GOUDSCHE COURANT. gend vordert, dat zg zich met de regeering ver staat en alzoo gezamenlijk flinke hervormende maatregelen neemt, kortom, iets goed tot stand brengt Later tallen wij bespreken in hoeverre de oppositie aan onze verwachtingen heeft beant woord. worden berekend naar plaatsruimte. Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN. TZ. de schrjjven ■Tandarts te en 55 Cents ede BEST De uitgave dezer Conrant geschiedt ZONDAG, WOENSDAG en VRIJDAG. In de Stad geschiedt de uitgave in den avond van DINSDAG, DONDERDAG en ZATER DAG. De prys per drie maanden is 1.75, franco per post 2.— mk, winkelier lerdam by F. •peieijn C*., >y J. L. F. C. ijkte Utrecht F. ven Wind- iter bij T. 1, A. Wolff. ADVERTENTIÊN worden geplaatst van 15 regels a 50 Centen; iedere regel meer 10 Centen. GROOTE LETTERS htende, als- a 60 Cents jKERT. iheGROEN- s Pois Fins, :he Julienne, 1ROENTEN )INES merk SKA, versche t Perdreaur, Potage a la 1CTORALE, PATE ns fAFEL-RO- ivervalschste rvallen, welkt id had, motht ER mij daar- den verstrs- leer gevoeld. Ut frater he- vhoone witte r gezond. ANATHE- tan te beve el berustende regtvaardigd •even, is een e versterken-, den haarboIJJ Ie haren zich” is het hoofd ie voorbijge it verouderde dk haarmid- is ten eenen- luizenden bjj zulk een ver- om de haren e haren vuil ofd zacht en ichteloosheid namen plicht :tor, mjjuea Prof. Pergret iken, hetwelk [esteld bjj rouda. erdam. Alles blyft in Frankrijk even onzeker en onbeslist. Beter overzicht van den toestand dan in ons vorig nummer ouder Frankrijk op bet voetspoor vso den Parijschen correspondent der Times gege-en is, blyft voor bet oogenblik ondoenlijk en alleen de naderende publieke handelingen van de kamer kannen meer licht verschaffen. Verschillende berichten zijn ingekomen omtrent de aanstaande boodschap van Mae-Mahon, doch zij wer den even spoedig van regeeringswege tegengesproken. De bladen hebben het druk over een nieuwen brief van de hand des heeren Christophle, den gewezen voorzitter van het linkercentrum. Deze komt, zonder nieuwe gronden aan te voeren, terug op het bekende plan tot vereeniging der beide centrums om gezamen lijk de definitieve republiek te stichten. Men zegt, dat een deel der tegenwoordige bewindslieden met den hertog Decazes aan het hoofd in dien geest werk- zaatn is en dat d<>or hun toedoen ondèrhaiidelingen hangende zijn tnssclien de beide centrums om bet eens te worden omtrent een verzoenend programma. Een ander deel der regeeringsmanuen moet meer heil zien in een herleving van de Broglie’s strijdlustigs ministerie, dewijl aan het tegenwoordig kabinet de. grond onder de voeten wegzinkt. Welke strooming zal de sterkste blijken? Bij de bektnde sympathie van Mac-Mahon voor de Broglie en zijn even bekende antipathie voor den republikeinsoheu regeeringsvorm is het te vreezen, dat zijn steun aan de tweede tractie zijner volgelingen ten deel zal vallen, te meer daar bij niet schroomt zyn gewicht in de schaal te leggen. De Duitsche rijksdag hield Woensdag een geani meerde zitting. De baukwet werd naar eene com missie verzonden, maar daar de vergadering naar aanleiding van Leaker’s voorstel om de commissie bepaald in last te geven eene rijksbank in de wet op te nemen, eene andere opvatting van het regle ment van orde had dan de voorzitter, achtte de heer Forckenbeck zich verplicht onmiddollyk zyn ontslag als voorzitter in te dienen. In de volgende zittiug is de heer Foickenbeck bij acclamatie tot voorzitter herkozen, zeker om te doen blijken, dat een verschil van opvatting van het re glement >an orde dtn voorzitter niet het vertrouweu der leden doet verliezen. De heer Forckenbeck was afwezig. Do hoop op een spoedige beslissing in de zaak van den beer von Arnim is weder veryddd, daar een telegram, uit Berlijn meldt, dat zy niet vóór 9 Dec. bij de rechtbank te Beiiyn ia behandeling zal komen en alsdan verscheidene zittingen in beslag zal nemen. Dat de oppositie dan ook medewerke om iets goeds, iets heilzaams voor het land te doen is de wenseh aller burgers, van welke richting dan ook. En dit is alleen mogeljjk als zjj niet alle grieven, die zjj heeft, of meent te hebben, oppert, doch soberheid en zelfbeheersching in acht neemt. Niet alleen moet dit geschieden om de bij zondere omstandigheden, waaronder deze regee ring optrad, maar ook omdat het reeds laat in den tijd is. De behandeling der staatsbegroo- ting begon in vroegere jaren meestal eerder, zoodat de oppositie werkeljjk weinig tjjd heeft om veel te praten, wil ajj vóór Kerstmis de begroeting ten einde brengen. In allen geval zal de oppositie, naar wij ho pen, zich spiegelen aan 't afschrikwekkend voor beeld haar gegeven door hen, wier party thans de teugels van het bewind in handen heeft, en die vroeger een soort van oppositie vormden, die als 't toppunt van onedele, door ieder welden kende afgekeurde, oppositie beschouwd moet worden. Wjj zullen niet in bijzonderheden be hoeven te treden om ieder de toen gevoerde te- I genkanting in alle zaken uitgaande van het, een tegenovergesteld gevoelen toegedaan, mi nisterie te doen heritineren en halen als voor beeld alleen aan, dat toen een lid der vertegen woordiging opstond om den dapperen strijders in Atchin, de land- en zeemacht hulde toe te bren gen uit naam van de vertegenwoordiging, dat er zelfs toen, bjj een dergelijk vaderlandslievend voorstel leden der oppositie werden gevonden die het waagden hunne stem daartegen te ver heffen. Iets dergeljjks had natunrljjk unaniem, met geestdrift, zonder eenige discussie moeten worden aangenomen en er had geen oppositie moeten worden getoond. Doch dit was niet het geval. Dat ééne voorval kenmerkt de op positie, toen gemaakt, stelt haar ten toon en doet ons met goede verwachting aan de tegen woordige oppositie uitroepen: „Wacht u voor een dergelyke oppositie!” Wjj verwachten dus dat de oppositie slechts gewichtige grieven ter berde brengt, dat geene kleingeestigheden het aanstaande debat ontsie ren, dat niet ieder lid der oppositie ook het zjjne wil zeggen, zoo dat reeds in anderen vorm door anderen gezegd is, wjj hopen dat men in 't oog zal houden dat het belang des lands drin- Was by het optreden van het tegenwoordige ministerie, het hoofd waarvan antecedenten had, die menigeen bevreesd naar de toekomst deden zien, meer dan ooit de vraag gewettigd„welke gedragslijn zal het ministerie volgen?” niet minder natuurlijk is het dat menig staatsburger zich afvraagt „welke houding zal de oppositie aannemen?” Vooral op dit oogenblik, nu binnen weinige dagen de behandeling der staatsbegrooting voor 1875 zal aanvangen, komt het ons wenschelyk voor een enkel woord over die houding der op positie in het midden ie brengen. Bjj gelegenheid van deze Behandeling toch doet de oppositie zich gewoonljjk in hare ware gedaante kennen, en ieder lid, die tot de op positie behoort, is gewoon zyn aan- en opmer kingen der regeering by die gelegenheid mede te deelen. Hetzjj dan de grieven in fluweel-zachte bewoordingen worden geuit, hetzy zy geopperd worden met zekere ruwe rondborstigheid, hetzjj de regeering overstelpt worde met een regen van schrik-aanbrengende kogels, 'tzy slechts kleine, doch niettemin zeer scherpe speldenprik ken worden toegebracht, in ieder geval worden in dit gedeelte van het jaar, aan de regeering de wenschen der oppositie, op wat wyze dan ook, kenbaar gemaakt. Hoe zal de oppositie zich houden? Men mag verwachten, alles in aanmerking nemende wat vooraf is gegaan, de krachteloos heid der liberale party om te regeeren.de wei nige eensgezindheid in het liberale kamp en het gemis aan een uitgewerkt programma by de anti-revolutionairen dat de honding der op positie zeer bescheiden zal zyn. Dit is wen scheljjk, omdat werkeljjk van dit ministerie, naar onze meening, wel nuttige hervormingen zyn te verwachten en omdat de Nederlandsche burgers vóór alles recht hebben, dat er iets gedaan wordt. Te lang reeds werd er in’s lands vertegenwoordiging gepraat, te lang reeds ver gat men door gezamenlijke krachten iets te doen. Voorzeker schoone redevoeringen werden ge houden, die door niet minder schoone redevoe ringen werden beantwoord, doch de discussie werd langwjjlig en daardoor is de overtuiging gevestigd dit is uit vele omstandigheden gebleken dat de natie uitziet niet naar woorden, maar naar daden.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1874 | | pagina 1