Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
T,
IN,"
1875.
MID
1875.
N° 1669.
BINNENLAND.
BUITENLAND.
Zondag 9 Mei.
er.
nentaal
A.
M K.
Kiezen
'I, dan de
irts dr. J.
die ieder
:an leggen
kiezen en
rdere ver-
a.
iter
Kennisgeving.
Bultcnlandscli Overzicht.
sta
kennisgeving.
per flacon
f
GOUDSCHE COURANT.
en strekt
laken, om
sndvleesch
sche tand
hel Und-
linderf de
ie landen
in, terwijl
nadeelige
ie aanga,
een kort
komt.
door het
onlijk zoo
ir ook het
ter wordt.
winkelier
am by F.
eijn k C*,
f. L. F. C.
te Utrecht
ran Wind-
by T. J-
Wolff.
BELGIË.
Het tweede antwoord ran België is nu bekend.
De Belgische minister ran builenlaodscbe taken deelde
het gisteren mede in de sitting der Kamer en wy
hebben thans den vollediger tekst. In verband met
hetgeen in de twsede Duitsche nota staat omtrent
hol leedwezen, waarmede de Duitsche kanselier da
weigering der Belgische regeering heeft vernomen,
zegt do Belgische minster, dal deze gevolgtrekking
meer behelst, dan uit de bewoordingen der eerste
Belgische nota kon worden afgeleid. Immers, de
regeering hoeft verklaard, dat België het vraagstuk
zou hebben te onderzoeken en vermoedelyk het door
andere Staten gegeven voorbeeld zou volgen, indien
andere mogendheden de strafwetgeving zoodanig
wijzigden, dat het bloots voornemen, of do niet
aangenomen voorslag strafbaar wierd gesteld.
De Minister deelt verder mede, dat de instructie
in de saak van Duchesne ijverig wordt voortgezet,
maar nog niet ie afgeloopeu, en wat dit betreft,
herhaalt hy de verzekeringen der eerste nota.
Verder wordt gesproken van het plan van den
Duitschen kanselier, om in het Duitsche strafrecht
de leemten te doen aanvullen, die daar zyn ontdekt
en overeenkomen met de leemten in hei Belgische
strafrecht. „Zoodra de Belgische regeering de schikkin
gen zal hebben vernomen, welke in Duitschland en
elders worden getroffen zal zij nagaan in welk verband
zjj staan, zoowel tot de Belgische zeden en gewoonten,
als met de constitutioneele uyheden en by dit on
derzoek zal zy worden geleid door den oprechten
wensch, om by te dragen tot het behoud van goede
internationale betrekkingen.”
De nota eindigt aldus
„De ondergeteekende heeft zich gehaast te voldoen
aan den wensch van den Kanselier, om uit de nota
den Heer
Leden der
ne Dames
99.
z Uur
ing
Gonna, 8 Mn.
De volgende regeeringstelegram uit Atcbin, dd.
30 April, is aangekomen. Deo 25sten April zyn de
vyandelyke stellingen in Lohang (tusschen Mandara
poeti en Longbatta) door ons genomen met verlies
van 1 gesneuvelde en 12 gewonden. Gezondheidstoe
stand bevredigend sterfte gering. Soengei Raya, op
de Oostkust, heeft de Nederlandsche vlag geheschen
Wy vernemen met genoegen dat de onlangs op
gerichte afdeeling Gouda van de Vereeniging .Volks
onderwijs" teekenen van leven geeft.
Woensdag a. s. zal een vergadering worden gehouden,
waarin gesproken zal worden over een zaak het
onderwijs betreffende, die bij uitstek belangryk mag
heeten voor deze gemeente.
Wy twyfelen niet of velen, waaronder ook van
diegenen, die tot heden nog geen lid waren van
.Volksonderwijs” zullen deze vergadering bywoneu.
Gisterenmiddag is op de haren alhier bij het uit
gaan der scholen een kind in het water gevallen,
doch gelukkig spoedig gered.
Woensdagavond bad eene vergadering plaats van
de Kiesvereeniging «Gemeentebelang.*
Na de ballotage van eenige nieuwe leden werd
verslag en rekening gedaan over het afgeloopen jaar,
welke laatste door de vergadering werd goedgekeurd.
Daarop werden de altredende bestuursleden Dr. W.
Julius, T. Draijer en F. C. van Zeylen herkozen,
waarna de contributie over 1875 werd vastgesteld.
Ten slotte werd door het bestuur een voorstel
gedaan, dat niet van gewicht ontbloot is, waarom
wy het iets uitvoeriger zullen vermelden.
Reeds vroeger had „Gemeentebelang* de wensche-
De BURGEMEESTER der Gemeente Gouda,
brengt ter algemeene kennis, dat de Commissie van
herziening lier gebouwde eigendommen, bedoeld by
de wet ran den 22n July 1873 (StaatMad no. 116),
op MAANDAG den lOn Mei aanstaande, des
voor middags van 10 tot des namiddags 1 ure, op
het Raadhuis zitting zal houden, ten einde inlich
tingen te geven betrekkelyk de gedane herzieningen
der kadastrale section O. en D.
Gouda, den 7 Mei 1875.
De Burgemeester voornoemd,
VAN BERGEN IJZENDOORN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van de
Gemeente Gouda, gezien Art. 228 dor Wet van den
29stea Jenij 1851 (SlaalMad no. 85), regelende
de samenstelling, inrigting en bevoegdheid der Ge
meentebesturen,
Brengen ter kennis van do Ingezetenen, dat de
termijnen voor de vorderingen ten laste van het Ryk,
by de wet bepaald ol te bepalen, op die ten laste
der gemeente van toepassing zijn en dat mitsdien
alle zoodanige vorderingen orer de Dienst van 1874,
vdór of uiterlyk op den 30sten Juny aanstaande
beboeren te worden in gediend.
Gouda, den 7* Mei 1875.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Secretaris, De Burgemeester,
DUOOOLÏBVBUFOUTUWN. VAN BbRGBNIJzENDOOBN.
Dufaure beeft zyne ontwerpen gereed, die bestemd
zyn om de nieuwe constitutie aan te vullen. De voor
naamste daarin voorkomende bepalingen zijn de vol
gende: de Gemeenteraad zal bij de beraadslaging over
de verkiezing van een afgevaardigde voor den Senaat
worden gepresideerd door den tnaire De kiezers voor
den Senaat kunnen te gelykertyd zij tl Afgevaardigden,
leden van den Algemeenen Baad of Anondissements
raad en afgevaardigden van den Gemeenteraad, maar
zij zullen in elk geval niet meer dan éen stem heb
ben. In de gemeenten, waar de verkozen Gemeente
raad vervangen is door een geneenteoommissie, zal
de afgevaardigde voor de senaatsverkiezing worden
aangewezen by algemeen stemrecht van de gemeen-
tokiezers. De afgevaardigden voor de senaatsrerkie
zing zullen recht hebben op Vergoeding van reiskosten.
De senatoren zullen dezelfde schadeloosstelling ont
vangen als de afgevaardigden.
De vergadering van gedelegeerden uit de fraction
in het Pruisische Huis van Afgevaardigden (uitge
zonderd het centrum) zyn overeengekomen, de wet
betreffende de orden en congregatiën, onveranderd
aan te nemen. Het ontwerp zou gisteren in behan
deling komen by eerste en tweede lezing.
De Róclu-Anróger deelt een keizerlijk besluit
mode, krachtens hetwelk de Bondsraad togen 10 dezer
wordt bijeengeroepen.
Te Keulen houdt do Gemeenteraad zich thans
bezig met oen zeer gewichtige quaestie, namelijk
met de reorganisatie van het lager onderwijs. In
de zitting, door den Raad op 29 jl. gehouden, is
mot groots meerderheid, na langdurige beraad
slagingen, het volgende besluit genomenin de
plaats van het thans gevolgde beginsel der confessi
oneels scholen zal treden dat des neutrale school.
Van goed onderriohte zijde wordt verzekerd, zegt
de Hordt. Ally. Zót., dat tegen het einde van Sep
tember e. k. te Fulda een conferentie zal gehouden
worden door de „Duitsche* bisschoppen. De aarts
bisschoppen van Keulen en Munchen-Freising zyn
deswege reeds met elkander in overleg getreden.
Naar men verzekert, zal weldra een uitnoodiging
tot bywoning dier conferentie worden gezonden aan
de verschillende leden van het Duitsche episcopaat.
Het onderwerp, dat ter beraadslaging aan de leden
der conferentie zal worden voorgelegd, zal zijn: het
stellen van een rapport orer den tegenwoordigeu
toestand der Katholieke kerk in Duitschland.
De Dinsdag gehouden zitting van de Belgische
Kamer heeft niet aan de verwachting beantwoord;
immers, wel heeft de Minister ran Buitenlandsche
Zaken de Duitsche nota van II April en het ant
woord van België dd. 30 April meegedeeld, maar
er was daarover reeds zooveel uitgelekt, dat de
nieuwsgierigheid meer uitsluitend was gespannen op
de discussie, die naar aanleiding van deze stukken
zou volgen, en deze is uitgesteld tot gisteren; de
gemoederen zullen dan kalm genoeg geworden zijn om
de zaak voorgoed te begraven, voor, den eersten
tijd althans. Wij deelen hieronder nadere bijzon
derheden meê.
Het Hongaarsche Hoogerhuia heeft het ontwerp
betreffende eene reorganisatie van de gerechtshoven
met eene kleine meerderheid verworpen, nadat de
voorzitter ran het Huis, graaf Mailatb verklaard had,
dat uit het ontwerp geen financieels bezuinigingen
zullen voortvloeien en dat hal nadeelig zal zijn voor
de onafhankelijkheid der rechterlijke macht.
De confeuioneete Commissie uit de Hongaarsche
Kamer heeft rapport uiigebracht omtrent de wetten,
welke noodig geacht moeten worden tot de regeling
der vethouding tusschen Staat en Kerk. Zij is van
oordeel dat ééne wet daartoe onvoldoende is, en voor
elk onderdeel speciale wetten vereisclil worden. In
de eerste plaats behoort oen wet op het huwelijk
te worden uitgevaardigd welke het familierecht tegen
over den Staat regelt; vervolgens eene wet, welke
aan alle godsdienstige genootschappen gelijke vrijheid
van geloof en aan elk burger vryheid ran geweten
waarborgt, terwyl een derde wet bepalen moet op
welke wyze het toezicht door den Staat zal worden
uitgeoefend, ten einde maohts-orersohrijdiog van gees
telijken en inbreuk op de rechten van den Staat te
voorkomen. Het verschil tusschen ervende en niet-
erkende gezindten behoort te worden opgeheven;
eenvoudige aangifte bij de Regeering behoort voldoende
te zyn om op.wettige wijze een godsdienstig genoot
schap te kunnen constiiueerén. Het godsdienstig
leven ligt geheel buiten hrt bereik van den Staat,
maar geloofs- of gemoedsbezwaren kunnen aan den
anderen kant geen borger ontheffen van zijne plichten
jegens den Staat.
van 15 April de zinsneden betreffende de vrijheid van
drukpers te brengen ter kennis van de wetgevende macht
«België is bepaald voornemens zyne plichten, als
onzydige staat na te leven in vriendschappelijken geest
en in den uitgebreidsten zin van het internationale recht.
„Onnoodig is bet te zeggen, dat de regeering van
Z. M. nooit getwijfeld heeft aan de goede Woelingen,
die het kabinet van Berlijn hebben geleid bij zijne
mededeelingen aan de andere waarborgende mogend
heden. Zijnerzijds zou de ondergeteekende niet de
tolk zijn van de gevoelens der natie, Indies hij niet
nogmaals te kennen gaf, welk groot gewicht België
hechtte aan de uitmuntende betrekkingen, die het
voortdurend met Duitschland onderhield en dat het
oprechtelqk gezind is, al het mogelyke te doen, om
die in wezen te houden.”
Over deze stukken zou nu gisteren in de
Belgische Kamer worden gehandeld. De vraag zal
wel ryzen, waarom niet de regeering thans, uit eigen
beweging, doet, wat zij belooft te zullen doen, nadat
anderen zyn voorgegaan. Erkend wordt, dat in de
Belgische strafwetgeving leemten zyn, gelijk die trou-
weus op dit stuk in de meeste wetgevingen worden
gevonden; in België zelfs is door juristen aangetoond,
dat die leemten gemakkelyk kunnen worden verholpen,
zonder eenigen inbreuk te maken op de constituti
oneele vrijheden, daar men slechts tot eenige andere
gevallen behoeft uit te breiden, wat voor sommige
gevallen reeds is bepaald. Eu nu schijnt bet toch
waardiger te wezen, indien de Belgische wetgeving
dit uit eigen beweging doet, in slede van anderen
na te volgen. De mogelijkheid echter bestaat, dat
hetgeen in andere staten behandeld wordt nog nieuwe
gezichtspunten oplevert. Daarop zou men dan kunnen
wachten, zoodai alles in eene moeite zou doorgaan.
De tweede Belgische nota is kalmer dan de eerste.
Op den toon der eerste was in België zelve reeds
aanmerking gemaakt door een militair tijdschrift (La
Belgique militaire). Hooghartige nota’s te schrijven
(meende dit tijdschrift) heeft stellig iets verheffends,
maar het zon nog verheffender zijn, indien die ge
paard gingen met ernstige maatregelen voor ’s lands
weerbaarheid, zoodat België eindelijk eens in staat
wierd gesteld, op afdoende wijze zijne onzijdigheid
te handhaven.
