Kantongerecht te Gouda^
Het onderzoek van de werking der
wetten op Lager en Middelbaar On
derwijs en van baar onderling ver-
band, op last van de Maatschappij tot
Nut van *t Algemeen ingesteld.
mogelgk vóór of op den 1'September
aanstaande, en herhaalt in het algemeen bij deze
dringend het verzoek, rroeger reeds bij cirotilJire of
in de dag- en andere bladen gedaan, tot toezending
van ai hetgeen in bedoelden-zin iu openbare of bij-
rondere verzamelingen mocht aanwezig zijn, róllende
door de Commisaie zorg gedrageu worden, flat deze
voorwerpen, na den afloop der tentoonstelling, in
goede orde teruggezonden worden.
JP O I. I T I E.
mark tberichten.
Burgerlijke Stand.
vaardiging van coiimissien naar den Haag te onder
steunen. Het is'toch een feit, dat van de 36 millioen,
aan de volksvertegenwoordiging uit 's lands schatkist
aangevraagd tot aanleg tan staatswege van 6 nieuwe
spoorlijnen, Drenthe niets genieten zal. Deze pro
viuoie, dia de elementen bevat om productiever, ook
ten bate fan den staat, te kannen worden, die van
alle^uster-proviooieo de. meest dringende behoefte
heeft aan krachtige hulp van den staat, om ook tot
meer bloei en welvaart te geraken, wordt weer be
handeld alsof z$ niet tot de kaart des lands be
hoorde. Tech zyn spoorwegen daar geen attkeicn
van weelde, daar nog een ruim veld ter ontginning
voor landbouw en industrie braak ligt.
Heden middag is op den Pluweelen Singel een
scharenslijper bijua overreden door een boerenwagen.
Da man riskte tasscben zijn toestel en de muur be
klemd, zoodat bij try ernstig bezeerd is.
Men schrijft als volgt aan de Leid. Cl
Hei is nog geen drie weken geleden dat ieder
regenbuitje den boeren welkom was, omdat het gras
begon op te korten. Die aan den hooibouw deden,
hadden echter liever maar geen regen, tot zy binnen
waren. Toep scheen het of natuur zich schikte naar
de gras weuschende landlieden, er kwam regen en
op den 20sten 11. viel er zóóveel dat iedereen zich
voldaan rekende. Maar op dien 20stcu was bet
Sinte Margriet, een kwade dag, waut ais het dan
regent, regent het doorgaans zes weken. Die leer
ts 'den meeaten landlieden niet uit het hoofd te
pmten. Op een anderen dag zou men zich waar
schijnlijk meer dan voldaan hebben beloond, thans
schroomden velen voor de gevolgen. Poldermeesters
in de meeste polders gaven dan ook lust om uit te
«alenliet woei eeue frissche kofi en zoo was in
korten Hjd het «overvloedige" water uit de polders
gemalen en in den boezem ontlast, die daardoor
heel \tat rees en versch water verkreeg. Sedert dien
dag heeft het uiet meer geregend, maar sterk ge
droogd, zoodat de meeste weilanden van gras ont
bloot geraken. Ten gevolge daarvan wenscbéh nu
wéér de boeren naar regen, ook met inbegrip van
de toen booibouwendeu, daar meest overal het hooi
is binnengehaald. De weersgesteldheid moet bijzonder
vochtig zijn, om by den hoogen zonnestand van om
streeks half Juli zich beducht te maken voor over-
Jast van water.
De Commissie voor de Historische tentoonstelling
«SMin Amalerdam liypft geliik rawla ilnnr «imwioH
couranten voor eemgeu tijd werd medegedeeld, beslo
ten, de voorgenomen tentoonstelling eerst in bet
voorjaar van 1876 te doen plaats hebben. Niet
omdat zij van zienswijze is veranderd omtrent de
•beleekenis van bet document van 27 Oct. 1276,
wélks 600 jarig bestaan in den aanstaanden herfst
rul wordpn herdacht, maar opdat de zoinermaandeu
in die gemeente de samenwerking ran vele medeburgers,
deze onmisbare voorwaarde van haar we slagen, on
mogelijk maken, besloot zij tot uitstel. Zal nu de
tentoonstelling zelve al eenige maanden later worden
geopend, de commissie blijft toch in de herdenking
van het verleenen van den giftbrief de aanleiding,
de rechtvaardiging en de kans vau welslagen harer
tentoonstelling vinden.
Ingenomenheid met haar streven viel haar nu reeds
te beurt. Een aantal barer medeburgers, uitgenoodigd
zich bij haar aan te sluiten en meer on middel ijk
hunne medewerking te «erieenen, verklaarden zich
daartoe met de meeste welwillendheid bereid. Aldus
werd het mogelijk voor iedere rubriek der tentoon
stelling eene afzonderlijke subcommissie te vormen,
die zich onledig zal houdeo met het opsporen van
voorwerpen voot hare meest getrouwe afbeelding
van het grootste belang.
De Middelb. Cf. deelt naar ainleiding van de be
kende circulaire des Ministers Heemskerk in zake de
verkiezingen o. a. 't volgende mede
«Wat wy over de oude kwestie aan te voeren
hebben is niet nieuw. Maar het is een woord
van waardig en krachtig verzet, jaren geleden reeds
gesproken door een man, wiens naam eenig g<zag
bezit. Men vindt bet in hel weekblad de Gemeen-
te item van Maandag 7 Januari 1867, onderteekend
door mr. J. P. Amersfoordt, destijds burgemeester
van Haarlemmermear. Dat weekblad is niet zoo al
gemeen verspreid en gebeurtenissen en geschrifien
van dat jaar liggen niet meer zoo versch in het
geheugen, of eene herinnering er aan kan misschien
niet overbodig geacht worden.
Thorbecke had in zijne «vertrouwelijke" aanschrij
ving van Augustus 1864 zijne meening uitgedrukt
dat burgemeesters zich behooren te onthouden van
het bijwonen van kiezersvergaderingen en dat aan
beveling van candidaten van hunne zijde afkeuring
verdient, ofschoon by hun recht als staatsburger,
om hunne stem oit te brengen op wien zij verkozen,
niet ontkende.
De heer Heemskerk voegde, omstreeks denzelfden
tijd waarin^ befaamd» proclamatie mot da driekleurige
randjes verscheen, by deze aanschrijving van zyn
voorganger de mededeeliog dat de regeeriAg «niet
beaoelde invloed oit te oefenen op de verkiezingen, en
d*t geeu ambteuaar van zyn betrekking misbruikbehoor
de te makpn tot het uitoefenen vau zoodaoigen invloed."
4 De héér Amersfoordt toont aan dat, wanneer men
Mn deze leer vasthoudt, het getal kiezers, dat nu
reeds beperkt is, nog verminderd zal worden met
hen «die door bunnen rang of stand in de maat
schappij het meest in staat zyn regeeringshandelingen
te leerea kennen ea te beoordeelen."
«Als gij sohryft hij uit het publiek ten
platten lande wegneemt den burgemeester, den rijks
ontvanger, den controleur, den postmeester, den
luitenant der maréohaussée, den dijkgraaf, den no
taris, den officier der genie (den ouderwijzer voegen
wij er by) dan blijft er aldaar vau meusohen, die
reden van hunne verkiezingen weten te geven, niet
veel andera over dan de predikant en de pastoor.
«Deze beiden heeft de wet geweerd als leden van
den gemeenteraad enz. en dagelyks wordt beweerd'
dat keik en staat gescheiden moeten zijn, zoodat bet
verkeerd is maatregelen te nemen, die bewerken dat
by uitsluiting de invloed der predikautea en geeste
lijken de verkiezingen regelc.
«Door ambtenaren te weren zal dit echter
steeds gebeuren, zoolang men echter niet op terugkomt."
De heer Amersfoordt vermeldt, als bewijs hiervan,
het vporbeeld eener kiesvergaderiug in syue, eigen
gemeente, gehouden in een wynhuisonder voor
zitterschap van een slijter in sterken drank en ouder
secretariaat van een herbergier. Daar werd het woord
gevoerd door een predikant, door een katholiek gees-
telyke eu door den oudstuu wethouder, welke laatste
een kerk der afgescheidene gemeente op zijn goed
had en,zeil daarin predicatiën hield.
Gehoorzaam aan de outvangeue aanschrijving, ont
hield de heer Amersfoordt zich bij de verkiezing
van alle inmengingtlc eerste maal stemde hij zelfs
niet mede, de tweede keer nam bij geen zitting in
het slem bureau.
«l)e wethouder echter, - zoo gaat hij voort, - die
wegens mijne verhindering mijne plaats bij het stem
bureau vervulde heeft my beriuuerd dat hij als wet
houder alles inocht doen wat my als burgemeester
verboden was dat hy onalzetbaar was; dat bij ry-
tuigen inocht laten ryden om kiezers naar de stem
bus te lateu brengen enz. Mij heeft bet geer-
gerd, aldus door een wi thouder daden te zien
verrichten, aan een burgemeester verboden.
#iiw» vcrWuu, gekomen van twee kanten, zoo van
de liberale ais van dp conservatieve zijde, heeft mij
daarom te meer bevreemd, omdat ik toch niet denken
kan dat de miuister ded burgemees tersstand zoo gering
schat dat hy dien in Btaat acht om op kommandoóf
de partij Thorbecke, óf de partij Heemskerk aan te
bevelen Ik verklaar dat ik over staatszaken mijn
eigen denkbeelden heb, die het gevolg zijn van jaren
studie en herhaalde overdenkingen. Ik verouder die
op bevel van niemand* noch op dat vau myn ouden
leermeester Thorbecke, noch op dat vao myn ouden
medeleerling Heemskerk, mannen voor wie beiden
ik booge achting koester, maar door wier bevelen ik
my nimmer blindelings hoop te laten leiden waar het
de eer en het belaog des vaderlands geldt.
«Het valt mij hard, nu ik meester in de rechten
eu doctor in de letteren ben, de «enige in my'ne
gemeente, nu ik jaren laug staatsrecht en
staathuishoudkunde met zorg eu vlijt bestudeerd
heb, tweemalen door een peuues reek des ministers
te zijn verhinderd over de keuze van ledeo van de
Stateu-Generaal een woord te uiten."
(Vervolg.)
Voor de zelfstandige werkzaamheid der vrouw is
het noodig dat haar eischen worden *£&|teld met be
trekking tot haar bevoegdheid. Het bezit van akte A
acht de commissie niet voldoende. Er wordt voor het
voorbereidend onderwya meer vereischt dan allien
wetenschappelijke keofiia. Er is toch tussohen voorbe
reidend en eigenlijk Lager Onderwijs een groot verschil
het eerste vertischt een eigenaardigen tact en kennis
van veel zaken die niet in het programma van 't
Lager Onderwijs kunnen opgenomen worden.
Daarom weuscht de commissie niet alleen afzon-
dedyke gelegenheden ter opleiding-van onderwijzeressen,
maar ook een afzonderlyke akte, terwijl men van haar
die aan het hoofd eener geheel afzonderlyke school
van voorbereidend onder wys mochten geplaatst
worden, bovendien het bezit van akte A behoort te
eischen. De opleidiogsklasse zou aan de kweekscholen
kunufn verbonden worden eu de akte voor voorbe
reidend onderwijs zou gevoegelyk op löjarigen leeftijd
verleend kunnen worden.
9' INWENDIGE ÏKAICHTIKG DER SCHOOL. De liOofd-
onderwijzer ii rerant woordelijk roor zyn ichoo», aoowel
wat bek onderwij. al. de ontering der-wetleKike eer-
ordeningen betreft, in zoorerre alkhana de zorg roor
deze lnakske niek eau anderen ia opgedragen Maar
hem beboork dan ook nyhaid gnkaten ke wórden in
de keuzo ren de middelen «nardoor bij zi* ran die
reiaakwoordelfjkbeid meenk ke kunoan-ksijken, In allea
du. wak de aekbode, dn keinze £r
m woord het geherte onda^JSPw^
ook de onderwgzer binnen de perken der wet. en onder
bet toezicht ran den soboolopzieoer, geheel rrn zijn
De gemeentebesturen moeten aioh daarmede niet
inlotenalleen hebben zij hek reekt, in orerleg met
den hoofdonderwijzer een begrooting raat te .tellen
waarbij roor de reraohillende behoeften bepaalde
sommen worden aangewezen als aUxims üin de hoofd-
onderwgzer niet mag orerscbrgden. Mocht zich bierorer
rarsebtl tusiohen het geaeentebeetuiir eu den hoofd
onderwijzer openbaren, dan beslist de schoolopziener.
De rerboudmg tasscben den hoofdonderwijzer en dó
hulponderwijzers, zon zoo sis rroeger bet geril
wee beter geregeld kannen zgn. Men zon daarbij
"""l Iet.ten kobben op twee enken i de rerant-
woordelijkheid eau den hoofdonderwijzer roor bet
geheel, en de zelfstandigheid der ouderwijzere in zoorerre
die met de verantwoordelijkheid des eersten bestaan
baar is. De school toeh snoet één organisch geheel
zijn, bezield door één geest, bestuurd door tón
leidende gedachte. Die geest, die leidende gedachte
moeten rnn tón verantwoordelijk persoon, d. i. den
hoofdonderwijzer, nitgaaan. Daarom behoort dazen ook
de noodige macht bjj de wet toegekend te worden
alle werkkracht in de echool dienstbaar te maken aan
de bevordering tan dien geest, ensiles te weren wat
in slrgd ia met de leidende gedaobte die aan de school
haar richting geeft. Aan de onderwijzers wordt
damnereoa de verplichting opgelegd rekenschap ta
houden met de aanwijzingen door den hoofdonderwijzer
gegeren, de wensehen door dezen genit, de richtiug
door hem aangegeven. Maar met deze verplichting
behooren ook de onderwijzers zelfstandig ts kunnen
arbeiden, eu moeten zij al de handelingen kunnen
verrichten waardoor z|j meenen het best bet doel
der school, ontwikkeling, te kpnnen bereiken. Door
den grootereu invloed der hoofdonderwijzers b|j dn
benoemingen, zou veel worden bijgedragen tol bevor
dering van erne goede verhouding.
Ook l>ij de regeliug en inrichting van het leerplan
moet de hoofdonderwijzer zoo min aogrljjk worden
gebonden, Maar zal meu dit geheel aan hem kunnen over
laten, dan moet men de zekerheid hebben dat bjj een
volkomen voorstelling bezit rnn hel doel der school,
van den weg waarlangs men dat doel kan bereiken,
en van de snelheid waarmede men de verschillende
deelen van dieu weg kan doorloopen. Deze zekerheid
kan men verkrijgen wanneer men den boofd-jn Ier-
wyzer de verpliohting oplegt, bjj het begin van elk
nieuw schooljaar aan den sohoolopziener ter goedkeu
ring ra te zenden, niet alleen een rooater van weke-
lijksche werkzaamheden, maar ook aen volledig uit-
gewerkt programma, ongeveer in den geeat ais dia
welke bjj de Middelbare 8chool uitgegeven worden,
waarin voor elke nfdeeiing ie aangewezen het gedeelte
ran een onder wjjavak, dat in die nfdeeiing zal be-
haudeld worden. De geiamenljjke dceleu voor de ver
schillende afdevltngen vormen dan het geheel van het
op die school gegeven onderwjja, en moeten dus om
sen samenhangend geheel vitte maken, in behoorlijk
onderling verband staan.
Bjj het opmaken van zulk een programma n» moet
de omvsng van elk vak op de Lagere 8chool nauw
keurig omscbreveu zijn, hetwelk niet mogelgk ui zgn
zonder dat men van het doel dat m«n met het 'onder-
wjji ia elk vtk beoogt, eeo duideljjke roorstelling hebbe.
Het doel van hel letsonderwjjs is kinderen te leerea
lezen. Dit wil niet zeggen, dat tie leerlingen alleen
moeten geoefend worden verbindingen van letiers en
lettergrepen vlug op het eerste gezicht dit te spreken,
d. i. werktuigeljjk tè loeren lezen, maar zjj moeten
ook het gelezeue leereu verstaan. Dit onderwg. muet
dienstbaar gemaakt worden aan het bjjbjeugen van
woorden- en zaakkennis.
Wordt het leesonderwijs vrjj algemeen in dien zin
gegeren, toeh meent de oommiuie voor het een en
ander te moeten waarschuwen.
1*. Het orerdrevcn gebruik van loc.leerboeken.
Het leeronderwjje mag niet ontaarden in een our-
■atje over eenig vak. De wetea.obappeüjke-kennis,
op de lagere school te verkrjjgen, behoort, vooral
door de mondelinge voordracht van don ouderwijzer
bijgebracht te worden. Alleen aan de meest gevor
derden zon een leesleerboek kunnen gegeren, om
hun de weg te leeren kennen, waarop zy vit boe
ken kennis kannen verkrijgen.
2°. De meeste leesboeken zy'n te fragmentarisch.
De leerlingen moeten gewend worden een werk ven
zekeren omvang, niet oputteljjk voor kinderen ge
schreven, uit te lezen, en zich rekenschap ta geren
van het geheel, dat zy in verschillende achtereen
volgende leasen doorioopeu hebben.
3°. Er wordt niet genoeg werk gemaakt van de
-vrjje vnovdfltcljl» Men Int, ja, de leerlingen kleine
verzen ran buKen- lyepeD, Omar iwati het teruggeven
of het opzeggen daarvan aangaat, dit laat rael te
«enacheu over. In voel, om niet te uggen de meeste
.scholen, heeracht hij het opzeggen of lezen van poëzie
,,,een echooldrepn, dje achadelyk ie. voor den indruk
ven het gedicht en nadeelig werkt op de eorming
-van den smaak, terwjjl een flinke voordracht zooveel
aan kannen bijdragen tot dn onlwikkeliog van het
schoonheidsgevoel. Bovendien zal bij behogüuke oefe
ning in dezen tevens-véél vaé-het onbeholpens en
beschroomde in houding en bewegingen, waarmede
.fhaiis het meerendeel der Nederlandaehe schooljeugd
behebt is, verdwijnen, zonder dat meu bjj goede
leiding behoeft te vreezen voor pedanterie of aan
matiging.
4°. De lee.les moet leesles zyn en blijven. Woord
verklaring is noodig, msar de leesles moet. niet
on teerden in een cursus van Nederlatidsobe spraakkunst.
AUeeu in zooverre verklaring van taalvormen noodig
ia voor een reobtbegrip van den leesstof, mag het
gebied der taalkunde betreden worden bjj het tezen.
Het doel ran het schrjjfonderwjjs ia bet aitJruk-
keu zjjner gedachten in zichtbare teekena op het
papier. Het zai er miuder op aaakomen de leer
lingen tot schoonschrijvers te .vormen, dan wel hen
te leeren vlug eu duideiyk ia ioopeud schrift te
sclirjjvea. Vooral ook verzuime mvu niet aan het
schrijfonderwijs oefeningen te'verbinden in het mskea
van korte oanteekeningea over een .gehoorde voordracht,
om die aanteekeningen Inter door de leerlingen te
doen nitwerken.
Behalve de ontwikkelende strekking van het reken
onderwijs kan men alt doel daarbjj stellen de leer
lingen bekwaam ta maken tot het vaardig oplossen
van alle rekenkanstige vragen, die zich in het dage-
lijksch leven kannen voordoen. Hoe het best een
ontwikkelende kracht aan hel rekenonderwijs te geven
is een qnaestie ven methode. Voor bet andere doet
is het voldoende, dat bel rekenen sieb niistrekke lot
de kennis eu bet gebruik tier zoogenaamde hoofdregels,
toegepast op gebre'e enkelvoudige en samengestelde
benoem Ie getallen, de gewone en tieudrelige breuken,
en de verschillende in ons laud gebruikte maten. De
vraagstukken, die tot oefening in date toepassing
gegeven worden, moeten zooveel m rgelyk aan bet
dagcljjkeche leven ontleend zjjn en uit bet boofd op
gelost worden, in zooverre althans de getallen daarvoor
niet te groot zjjn.
Het doel van het onderwijs in de taalkunde ia da
taal in haar verschillende vormen ta doen verstaan
en ze zooveel mogelgk zuiver te doen sehrjjvaa. Voor
dit tweeledig doëi is geen voUndige spraakkunst
noodig. Het eerste deel vnn dit doel wordt reeds
zondsr opzettelijks oefeningen in ds spraakkunst be
reikt door goed leesonderwijs. Voor het tweede be
hoort het onderwjjs in de moedertaal te bestaan uit,
en sieb te bepalen tot een reeks reu practisehe oefe
ningen in bet znieer schrjjven der ceel, waarbij de
eigeuljjke spraakkunstige regels en de logische analyse
alleen in zooserie behaudeld wordeu als 'zjj kunnen
dienen om dat zoiver schrijven te bevordereu en het
gelezeue te doen begrijpen. Als zeer belnngrjjk deel
van bet taalonderwijs in de Lagere Sohool ia nog
te beschouwen bet maken van schriftelijke opstellen,
d. i. het geregeld voorstellen vnn eigen gedachten,
waarbjj echter te waken is legen het uaaobrjjven nit
het geheagen van een vooraf van buiten geleerd le-je.
Het doel vno het onderwijs in de aardrijkskunde
is de leerlingen bekend te maken met de narde als
woonplaat! van den m iisch, doch niet met nlle dee
len in dezelfde mate. Het Spreekt van zelf dot de
nazste omgeving bet eerst eu bet uitvoerigst dient
gekend te worden. Maar van die naaste omgetiug
uitgaande, breide man de kring telkens verder uit,
tot eindeljjk een algemeen overzicht van de gebeele
aardoppervlakte verkregen ie. Nederland en zgn
overzeesehe bezittingen behooren nataurljjk het uit
voerigst behandeld te worden, doch even natuurlijk
is het dat men geen saivere voorstelling kau ver-
krjjgen vnn onze koloniën, zonder tevens een algemeen
denkbeeld te hebben vnn Azm.en Amerika. Uit-
sluitend topografische kennis Moet onvoldoende ge
acht warden. Geen dorre opsomgping dus van namen,
maar reeds aanstonds voor zooveel het met de vat
baarheid der leerlingen strookt, een motiveering vnn
den tegenwoordigen toestand. Verder lette men
vooral op ligging, grondsgesteldheid, klimaat, voort
brengselen, 'middelen vnn bestaan en verkeer, en
wyte het verband dat tussohen een en ander
bestaat, aan.
Het doel dor geschiedenis op de Lagere School
is voornamelijk da leerlingen bekend te maken met
de wyzn waarop oni volk tot zjjn tegeuwoordigen
toestand is gekomen, zoowel uit een staatkundig als
maatschappelijk oogpont. Het is buiten eenigen twijfel
dat de laatste vier eeuwen pp de ontwikkeling van
den tegenwoordigen toestand den grootsten invloed
gebod hebben, derhalve dient ook dit Sjjdvak hoofd
zakelijk in aanmerking te komen, en de ouderwijzer
tal vooral bij die feiten behooren stil te stuan, welke
om zoo te zeggen de schakels in den ontwikkelings-
i gang uitmaken. Doch hij -Zal ale 't were door de
ieerlmgen -zelf gedrongen worden ook enkele lessen
te wjjden aan den rroegrrea toestand van ons land.
Indien toch het onderwijl in da geschiedenis op de
rechte wjjze eu naar eeu goede methode (Ageren
wordt, dan zal de leerling moeten komen lot het
inzicht, dal het heden ligt in 't verleden en dat het
tegenwoordige de kiem der toekomst in zich bevat.
Als .van zelf tallen dan de vragen van zijn lippen
vloeieo, die 'den onderwijzer in teruggaande beweging
voeren van de zestiende eenw naar de aerate bewo
ners ran ona land, zood >t een vluchtig overzit ht van
de eerste tgden uiet wel gemist kan worden. Ook
ter verklaring vnn den tegenwoordigen aardrijkskun
digen toestand van ons land, kan u t de eerste eeuwen
met rrueht het een en ander behandeld wordi-n. De
algemeen? gesebie lenis worde echter in den vijfjarigen
corses not afzonderlijk behandeld, dan in zooverre
de Ncderlaoden met het buiteuhrad in aai raking
komen.
Het beginsel tier neutraliteit eischt niet dat over
vnstatannile historische feiten gezwegen wordt op de
openbare school.
(Wordt txrtnljd).
I N G E Z O NeTeiT
LEEUWENHOEKS JUBILÉ.
De Subcommissie voor de te houden Tentoonstelling
vnn voorwerpen bij gelegenheid van het 20U jarig
Mild der ontdekking van de microKopuche tceren»
door ANTONY VAN LEEUWENI10EK, welke
gehonden zal worden te Deljt op den SepUmbtr
e. k., verzoekt, dat de reeds toegezegde microscopen,
manuscripten, boeken, brochures eu andere op Lkbi:-
wen ut) ek betrekking hebbende roorwerpen. worden
toegezonden aan den laitst ondergeteeken le[, zoo
De Suigpmtnutie voornoetid,
Mr. SOUT EN DAM,
Secretarii der gemeente Delft.
Dr. C. HOFFMANN, I
Hoogleeraar te Leiden.
P. J. HAAXMAN,
Apotheker te Rotterdam.
Aan het Bureau ran Politie is roorhandeu een in
deze gemeente gevonden Gouden BROCHE.
Op de TerecliUittiug van 14 Juli 1875 zijn de na
volgende personen veroordeeld
A. IC. en VV. K. Ieder tot een gelduoete van
/3.of subsidiaire gevangenisstraf vat één dag «oor
ieder, eu verbeurdverklaring der gevangen visch
met bevel tot dezeiver uitlevering of voldoeuiug der
gesohatte waarde nd 60 cents en uiet bepaliug dat
hij gebreke van hieraan te voldoeu, binneu twee
maauden na aanmaning zulks zal worden vervangen
door een dag gevniigrnissiraf voor ieder wegens
het iu vereeniging eu gelijktydig vissckeu iu eens
anders vischwuter, zouder voorzien te ay« van een
Mbrifteiijk be wys vau vergunning van den eigeuear
of recbthèbbende op dat »iiuhwater.
J. v. d. W. Tot twee geldboeten ieder van/6.
of tuba. gevaugeuisstraf vnn drie dagen voor elke
boete, verbeurdverklaring per in beslag genomen drie
schakels en der niet iu brslag genomen gevangen
visch, met bevel tot uitlevcriug van die-visch of
voldoening der geschatte waarde ad. 5 cis. en met
bepaling dat bij gebreke van hieraan te voldoen
binnen twee maanden na aanmaning, zuilys zal wor
den vervangen door gevangenisstraf van één dag
wegeus het visschen in eens anders visohwatsr.
1°. lil gesloten visebtyd eu
2°. Zonder voorzien te zyn van ern schriftelijk
bewijs van vergunning van deu eigenaar of recht
hebbende op dat vischwater en zulks na binueu de
laatste 12 maanden aan de overtreding voorafgegaan
wegeus overtreding der verordeningen op de Jagi
en Vischery te tyu veroordeeld.
M. S. Tot eeue geldboete van f 3.of subs,
gevangenisstraf van één dag, wegeus het vervoeren
van visch ingesloten vischlijJ en later dau veertien
dagen na de sluiting daarvan.
M. K. Tot eeue geldboete van f 8.-— of sube.
gevangenisstraf van een dag, met verbeurdverklaring
der in beslag geoomeu zes stekkeu, wegens het vis-
sohen in gesloten vischtijd.
M. d. J. Tot 'eene geldboete van/S.ofs-ibs.
gevangenisstraf van één dag, met verbeurd »rr-
klaring der in beèlag genomen gebben en bevel dat
die zal worden vernield, wegens het viecheu met eeu
gébbe, geoorloofd ivischtuig, waarvan de mazen niet
hadden de bij het Reglement op de Jagt en Vis-
«cherij iu de provincie Zuid Holland overschreden
grootte.
D. v. L. Tot (twee geldboeten elk van ƒ6.— of
subs, gevaugenisstj-af vau drie dagen voor elke boete,
verbeurdverklaring j der twintig stekken, met bevel
tot dereelver uitleveriug of voldoening der geschatte
waarde ad. 25 ctsi. en met bepaling dat b\),gebreke
van hieraan te voldoeu binnen twee maanden ua
aaanmauing, zulks zal worden vervangen door ge
vangenisstraf van één dag, wegens het vieseheu iu
eens anders vischwater.
1°. In gesloten vischtyd, en
2°. Zonder vobrzieu te zijn van een schriftelijk
bewijs van verguhuing van den eigenaar of rec.t-
hebbende op dat |isohwater en zulks na binneu de
laatste twaalf maanden, aan de oveitrediug vooraf-
gegaan, wegens overtreding der verordeningen op de
Jagt en Visscherij] te zyn veroordeeld.
J. M., J. v. L., J. v. L. De eerste twee be-
klaagdeu ieder tot twee geldboeten elk van 40.
of ieder tot een subs, gevangenisstraf van zas dagen
voor elke boete en de Uerde beklaagde tot twee
guidboeten elk vaij 2Q.-~ of subs, gevangenisstraf
van vïer dagen voor elke botte, verbeurt verklaring
der drie iu beslag genomen schakels waarvan de
mazen te klein ^ijn, met bevel tot derzei ver ver
nieling, alsmede dé twee andere schakels die uiet in
fces.ig genomen zijp en de gevangen visch, met lg»
vel tut derzelver uitlevering of betaling der geeehatte
waarde ad. ƒ1.76 voor de twee sobakela en ad.
ƒ0.80 voor de vis^h en met bepaling dat hy-gebreke
van hieraan te voldoen biuuen twee maanden ua de
aanmaning, zulks zjal worden vervangen door gevan
genisstraf van ééii dag voor elke niet-uiÜ«vering
voor ieder der beklaagden, wegens het in vereenigiug
en gelijktijdig visachen in eens andere visohwoter,
met scbakeis, zonder voorzien te zyo van eene daartoe
betrekkelijke akte Jn van een schriftelyk bewys vau
vergunning van tijen eigenaar of rechthebbende op
dat vischwater, terwyl de mazen van drie dier-icha-
kels, nai gemeten, uiet de by bet Regie nent op de
Jacht eu Visscheijy in de provincie Ziid Holland
voorgeschreven grootte hadden. En zu ks met de
verzwareude omstandigheid vau het tydeus de bekew-
ring plegen vau feitelijke wederstand tegen de be
voegde beambte, l«o opzichte van de twee eerste
beklaagden, bovendien uog met opgave van een
valschen naam.
K. d J.f J. J. D. en H. v. D. De eerste eu
tweede beklaagde ieder tot eeoe geldboete vaa ƒ10.—
of subs, gevangenisstraf van twee dagen roor ieder
cn de 3e beklaagde tot eene geldboete van ƒ20.
oi subs, gevangenisstraf van vierdagen, wegens het in
vereeniging en gelyktydig jagen op waterwild in.eens
anders jachtwater, zonder voorzien te zyn van eeu
sclri'telyk bewys van vergunning vap den eigenaar
of rechthebbeude, eu zulks wat de de 8e bhkt.mgde
betreft na binnen de laatste 12 maandeu. aan de
orertreding voorafgegaan, wegens overtreding der
verordeningen op de Jacht ea Visscherij te ziju
veroordeeld.
En allen in de kosten desnoods invorderbaar by
lyfsdwang.
Gouda, 29 Juli. Poldertarwe puike/9.50/10.25
Mindere/8.5üa/9.25. puike ruode li. a 11.25.
Rogge puike 7,75. a 825. minder 72ó a
7 50 Voer f 6.75 a-7 00. Gerat puike .675 a
7 50. Mindere 6.00 a 6.50. Haver zware 5.50
a 6.25. Lichte 4. a 6. Koolzaad/ 11 a 12.
De veemarkt met wenig aanvoer do haw dol iets
vlugger, schapen traag, varkeus voor Londm vau
22 a 25 cents per half kilovarkens en biggeu
vlug verkocht.
Aangevoerd 150 ptriyen kaas van 26 «2.—
met vluggen handel.
Goeboier 1.50 a 1.60.
Weiboter 1.20 h 1.80.
gr 18 Augustus KAASMARKT.
üfcBOBKN: 2 Aug. Johanna Gerard*, ouders P. J. bel 1 ml
en G. J. kortenoever. 3. Cornelia Heudrica, ouders P.
J. Verbras en C. Maatje.
OvkBLfcDkN: 4 Ang. G. M. Limacher, 1 j. 6 m. I>.
Stolwyk, 39 j. 41. Sterkeuburg, 11 j. 9 m.*» W. va»
kersbergen, 65 j. 5. J. Boers 3 in.
Glhukdj 4 Aug. T. 'vaa Gent en L. C. va» Ksote».
W. «en Leeuwen en G. Breedyk.