Laatste Berichten. Het onderzoek van de werking der wetten op Lager en Middelbaar On derwijs en van haar onderling ver- band, op last van de Maatschappij tot Nut van t Algemeen ingesteld. Vergadering van den Gemeenteraad. INGEZONDEN. LEEUWENHOEK"S JUBILÉ. mogeigk vóór of op den 1""» September aanstaande, en herhaalt in het algemeen hij deze dringend het verzoek, vroeger reeds bij circulaire of in de dag- en andere bladen gedaan, tot toezending van al hetgeen in bedoelden zin in openbare of bij zondere verzamelingen mocht aanwezig zgn, zullende door de Commissie zorg gedragen worden, dat deze voorwerpen, na den afloop der tentoonstelling, ia goede orde teruggezonden worden. Burgerlijke Stand. be<Mi werJ afgeschoten, 's avonds was hij dood. llij was een brave rent, maar natuurlijk kan men er niet lang over treuren. Van de 300 mariniers van mijn detachement zyu er nu na 40 dagen 5 dood. *Ove- rigens zijn wy gezond en wel, vroolijk en opgeruimd, het eten smaakt heerlijk, slapen gaat slecht door de hitte; ons pakje is zeer eenvoudig, een witte broek en hemd, die door den oppasser gewassohen worden, verder een blauw matrozeuhemdop het oogenblik vergaat ik mij op een bierglas met thee, enfin, wat wilt u nog meer? Ik niets, en ik zing schep vreugde in 't leven,* Naar men verneemt zou de Minister van Oorlog voornemens z\jo de- tractementen der adjudanten* onderofficier en sergeants majoor aanzienlijk te verhoo- gen en zou daartoe een bedrag op de nieuwe begrooting zijn juitgetrokkeu. Men schrijft aan het U.2). //Dezer dagen werd ons vau bevoegde zijde de volgende opmerking gemaakt; wanneer een leluite nant, die eeu jaarlijksch tfactement heeft van/ 1200 in een garnizoens-infirmerie ter verpleging wordt op genomen, betaalt hij daarvoor 1 gulden daags; terwyl wanneer een ongehuwd sergeant majoor, die slechts 438 soldij per jasr heeft, in diezelfde inrichting worrit verpleegd, bij daarvoor 1,10 per dag betaalt, en dan bezoeke men eens zoodanig zieken-inrichting om zich te overtuigen, hoe hemelsbreed het verschil is ten opzichte der verzorging, voeding enz. van den officier, een verschil hetwelk zoozeer strekt ten na- deele van laatstgenoemden, dat een en ander meer malen en met recht tot groote ergernis en ontevre denheid heeft geleid. Met nadruk behoort op zoo danige administratieve onjuistheid, welke reeds te lang geduurd heeft, te worden gewezen en van het tegenwoordig hoofd van het Departement van Oor log kan niet anders worden verwacht dan dat hierin spoedig een billyke, gewenschte verandering kome." In htt kiesdistrict Middelburg zijn, ter verkiezing van een lid der Tweede Kamer voor het tydvak toj 20 September a. s., ingeleverd 1495 geldige biljetten O «-kozen is de heer mr. G. A. Fokker, met 1185 stemmen' Naar men ons mededeelt, is de militaire pensioenwet op nieuw naar den Raad van State verzonden en zou tot grondslag voor de berekening - voor zooveel de officieren betreft zijn aangenomen het halve activiteits- iracteTient voor de infanterie vastgesteld. Vad bwhwh - ziju "mgcKumeu twee oe- langrijks wetsontwerpen Het eerste strekt tot wijziging van eenige artikelen der wet Van den 14 September 1866, houdende be- palingen omtrent de inkwartiering. In den tegen woord igen tyd kan er, vóór er een feitelgke oorlogstoestand bestaat, een zamenloop van omstandigheden aanwezig zijn, welke met zoodauigen toestand is gelijk te stellen. Bestaat die, dan moeten de dien overeenkomstig te nemen besluiten niet door wettel yke bepalingen belemmerd wordeo. De art. 31 en volgende der inkwartieringswet en art. 73 3e al. der onteigeningswet kunnen zoodanige belemmeringen in den weg léggen. Die voor zooveel de inkwartie- ringswst betreft, weg te nemen, is het doel van het ontwerp. Het goede denkbeeld, hetwelk aan de 2e al. van art. 30 der inkwartieringswet ten grond- s'ag heeft gelegen, moet oók nopens andere onder werpen dan de daar besproken leverantiën gelden. Is de militie buitengewoon bijeengeroepen, dan moet ook alles wat die troepenmacht noodig kan hebben aan zaken bij de bedoelde wet geregeld, kunnen ge schieden. Deze machtsuitbreiding tot het nemen van militaire maatregelen na een buitengewone bijeenroe ping der militie, zal natuurlyk eerst iets beteekeneri wanneer de Wetgevende Macht tot de bijeenroeping zal hebben besloten. De redactie van de Indiër heeft onderstaand tele gram van Samarang in dato 18 Juni, ontmngen: Gisterenavond bekende de Ëuropeesche fusilier La- german, gewezen grenadier bij het leger in Holland, op zyn sterfbed dat hy de moordenaar van Mevrouw van der Kouwen was. v - T Het blad voegt er bij: Wy wachten nadere bij zonderheden, maar kunnen voorhands mededelen, dat de overledene vele aanwijzingen gedaan en on derscheidene opholderingee gegeven heeft. Het Vaderland zegt hier nooh te kunnen bijvoegen, dat genoemde Lagerman zich werkelijk als milicien- plaatsvervanger te 's Hage met groot verlof bevond ten tijde van d*n moord. De man stond wegens plichtverzuim en dronkenschap zeer ongnnstig bekend. Hij heeft, naar men meent, een tijdlang samengewoond met den bekenden de Jong. Welke strekking de aan wijzingen pebben, door hem gedaan, en de onderscheiden ophelderingen, door hem gegeven, waarvan de Jndier spreekt, weet men echter niets. Uit 's Hage schrijft men aan de N. R. Ct. Napr 4« inlichtingen, hier ingewonnen betreffende dc bekentenis door zekeren oud-grenadier te Samarang afgelegd, nopens een moord door hem gepleegd, moet die bekentenis niet slaan op den moord van mevr. van der Kou wen en haar dienstbode, maar op een anderen moord, zoouls men zich herinneren zal, korten tijd daarna bedreven op een dienstmeisje nabjj de Geestbrug. Dit meisje was met eenige kolonialen uit gegaan en gezien en sommigen hunuer zijn destijds met den overledeu grenadier door de Justitie onder vraagd, nadat het lijk, deerlijk verminkt, uit de vaart naby de Geestbrug was opgehaald. Door den kantonrechter te 's Hage werd uit spraak gedaan ia de zaken van de beide paar denspel-directeuren Carré en Blanus, tegen wie. zooals bekend is, tijdens de Jaitate kermis in de resideutie, proces-verbaal was opgemaakt wegens overtreding der wet op den arbeid van kinderen beneden den leef tijd vau lien jnren. Ofschoon, by de behandeling der zaak van Oscar Carrc, door diens advocaat, den heer B. M. Vlielander Hein, o. a. werd beweerd, dat de wet van 1874 op dit geval niet van toepassiug isook omdat de kindereu geen loon genoten en zij hunne toeren met het grootste genoegen uitvoerden, zoo zelts dat zij het als een straf beschouwden wanneer zy niet naar de tent mede mochten had het Openb. Min. eea veroordeeling geeischt, van Carrc in twee geldboeten van 3, en van 3, en van Biauus en zijn mededirecteur Hannida in één geldboete van ge lijk bedrag of subsidiaire gevangenisstraf van 1 dag. Ten aanzien van het eerste den beklaagde, Carré, ten laste gelegde feit het door de kinderen laten verrichten van gymnastische toeren, onder leiding van den gymnasticus Aug. Nagels, overwoog de kanton rechter hoofdzakelijk, op grond van de artt. 1 en 3 der wet van 19 September 1874 (Staatsblad n°. 130) dat, hoewel de heer Carré de kioderen niet in dienst hnd, toch door hunne werkzaamheden voordeelen ge noot cu bij, daar de werkzaamheden in zyn cirque plaats vonden, deze niet had moeten laten doorgaan, maar ze tegeuhouden. Door dit na te laten, oordeelde de kantonrechter, had de heer Carré de wet tot het tegengaan van overmatigen arbeid en verwaarloozing van kinderen overtreden en veroordeelde hem deswege tot eene geldboete vau 3, Omtrent het tweede feit, het doen figureeren der kinderen in de pantomime „Asschepo tater" besliste de kantonrechter dat bet plaats nemen op eene canapé en het eenige malen rjjden door de manege van het eirque als geen ^overmatigen arbeid" kon worden beschouwd en sprak te dien opzicht* Pnmi -v* V De directeuren »an het Nederlandsch paardenspel Blanus en Sidi Hassan ben Hannida. werden vrijge sproken ran het in dienst hebben rail een zesjarig meisje, het doohtertje tan den tweeden direotuer, daar volgens den kantorechter niet was bewezen dat het meisje in hunne dienst was en arbeid verrichten moest. Het plaats nemen op eene verhevenheid of het dansen op de maat van de muziek om toeschouwers te lokken, kon niet als overmatigen urbeid aangemerkt worden! Betreffende het ongeluk aan een metselaarsgezel te Arnhem overkomen, meldt de Arnh. Ct.: Honder- uen snelden naar de plek, waaronder hij bedolven lag, en al wat maar schop of spade hanteren kon toog aan het werk. Een ijverig inspecteur van politie zorgde, dat geen verwarring of opeorthooping vau mensoheu ontstond, waardoor het mogelijk thans nog te redden leven zeer ze- ker verlorên zou zijn gegaan. Wie moede werd legde de schop neder, om aanstonds door anderen te worden vervangen. Men knu zich den toestand der menigte denkenelk oogenblik, dat meu vroeger of later met den arbeid^ gereed was en den kring van vijf meter tot eene diepte van zes meter had uitgegraven, kon over bet leven van een mensch beslissen en men zeide, dat het drie uren zou worden eer de taak was volbracht. Vooral de zeventigjarige moeder van den metselaar, wier eenige steun hij is, wae wan hopend. Algemeen verwachtte men slechts een lijk of minstens een deerlijk verminkte te voorschijn te zien komen, tot opeens eene hand zichtbaar werd. thans werd dubbele voorzichtigheid vereisebt; behoed zaam werd het puin en zand weggeruimd en Derk Vermegen kwam levend en ongedeerd te voorschijn eene enge ruimte in den grond had hem de. lucht versohaft. die hij behoefde. Een luid gejuich steeg uit de menigte op. De arbeiders wilden hun makker omheleenEn de honderden die zoo straks met sombere, gespannen aandacht het oogenblik verbeid hadden, waarop zij den ongelukkige levenloos zoudeo zien opdelven, waren tbana Uitgelaten vnn vreugde. (Vervolg.) De kennis der natuur is (en zeerste geschikt om het ojirnerkings- en waarnemingsvermogen van den leerling te wekzen, zijn denkvermogen te scherpen hem eenig inzicht in het begrip van verschijnselen' te geven, die hij hetzij dagelijks of alleen nuendau ziet plaats grijpen, hem daardoor te vrijwaren vo„r alle nootlottige gevolgen van onkunde, als bij- en lichtgelovigheid, en hem tot ceu zekere mate van zelfstandigheid in zijn oordeel te brengen. J)e om vang van dit vak voor do Lagere Schoot, kan do Commissie nog niet aanduiden da»r, h. ide metho- de voor dit onderwgs op die school nog niet gevon den is. De belangrijkste voorwerpen uit de dieren, en plaotenwereld, die in de naaste omgeving van het kind gevonden worden, en de meest voorkomende natuurverschgoeelen zjjn dus van dat onderwijs de stof, terwgl de middelen bestaan in aanschouwing en eenvoudige proeven. Naar gelang van plaatselijke omstandigheden, moeten ook zaken van kunstvlgt of van anderen aard, die in de omgeving dei kind's gevonden worden, als sluizen, gierpantea, poldermo lens, verlaten, enz. het onderwerp van de lea in natuur kennis uitmaken. De Commissie acht het wtnecbelijk dat de onderwgzer zieh bg dit rak in' de eerete drie jaren bepale, tot voorwerpen uit de dieren- en plantenwereld en eerst met het vierdejaar hot gebied der eigenlijke natuufwereld betrede. Het doel van het teekenonderwgs op de Lagere School is oefening van het oog in het juist zien, en van de hand in het vaardig teruggeven van wut het oog heeft waargenomen, waarbg levens de ont wikkeling van het schoonheidsgevoel beoogd wordt. Het teekenen naar voorwerpen staat dus in de Lagere School op den voorgrond, doch men dient zieh hierbij tot het zeer eenvoudigo te bepalen. Als uiterste grens zou men in de hoogste afdeeling het teruggeven van de werking van licht en schaduw in aanmerking kunnen nemen. Behalve bevordering van een opgewekten geest op school, vorming vanden smaak, eu ontwikkeling van het zedelijkheidsgevoel, kan men aan het zangonderwijs op de Lagere School als doel stellen, de leerlingen lust te doen krijgen in het zingen. Daarvoor ia het noodig dat zij bedrevenheid in het lezen van eenvoudige notenschriften, eenige kenuie van loop afstand bezitten, en in staat zga eenvoudige melodien voor te dragen. Hiermede is tevens de omvaug van het onderwgs in het zingen bepaald. Het onderwgs in de gymnastiek moet strekken cm de lichamelgken ontwikkeling der leerlingen te bevor deren opdat een gezonde geest een gezond lichaam ter woonplaats vindc. Hierbij treden vooral de ■""-o'iijo ueremngcu op den voorgrond, dia het best geschikt zyn om den welstand van bet lichaam te bevorderen. Met vermijding van alle gevaarlijke toeren, moeten marebeeren, loopen, sprin- gen, klimmen, naast de verschillende vrije oefeningen hierbij op den voorgrond staan. De handwerken moeten op de Lagere School aan de meisjes worden onderwezen, om te beletten dat deze schade lijden in het aanleeren van datgene, wat later voor elke vrouw een noodzakelijk vereisckte is Op de school bchooren <lus vooral de nuttige handwerken, benevens enkele van de zoogenaamde fraaie handwerken onderwezen te worden. Voor dit onderwgs vestigt de Commissie ten zeerste de aandacht op de aan sommige scholen genomen en welgeslaagde proef om het onderwgs in handwerken classicaal te geven, d. w. z. dat alle meisjes met hetzelfde werk bezig zijn, liet voorafgaande is gegeven als de eisch voor elk vak in de eigenijjke Lagere School, dus voor leerlingen tot hun 12de jaar, omtrent de uitbrei ding, die de vakken in den voortgezetten cursus dienen te ondergaan, maakt de commissie de vol gende opmerkingen Het lezen wordt in de door ons aangeduide rich ting voortgezet; alleen de leesstofkan vat zwaarder genomen worden. Het rekenen breidt zieh nu ook uit tot het practisoh meetkunstig rekenen en de kennia der teikunde voor zoover die daarbij onmisbaar is. De cigenlgke spraakkunst wordt niet uitgebreid, maar aan de oefeningen in het mondeling en schrif telijk uitdrukken der gedachten wordt een grootere plaats ingeraimd. Bij de aardrijkskunde worden Europa en de an dere werelddeelen meer uitvoerig behandeld, en enkele hoofdzaken op het gebied van wiskunstige aardrijks kunde opgenomen. De geschiedenis strekke zich uit over het geheel van die van ons vaderland, en over de belangt yleste feiten der algemeene geschiedenis. Een goed inzicht in den ontwikkelingegang der geschiedenis, mo< t steeds hoofdzaak zijn. Het vak natuurkennis wordt nu uitgebreid, ook met het bespreken van algemsene scheikundige be- giippen, die meu op geheel practisehe wg'ze uit een voudige proeven nfleidt en verklaart, zonder het onderwijs in wetenschappelijke vormen te hullen. Ook hierbij lette men zooveel mogelijk op de om- gering der leerlingen als punt van uitgang zonder echter de algemeenheid der kennia daaronder te mr te doen lijden. Volkshuishoii.lkiinle komt als nieuw vak in den roartgezetteu cursus voor. Het doel daarvan moet zijn alle burgers bekend te maken met de wetten waar door de volkswelvaart bsbeerscht wordt, liet on derwijs in dit vak bepaalt zich tot de verklaring der nlge'meen aangenomen ocoanomisebe waarbeden, wier kennis voor ieder behoefte kan geacht worden. Ook staatsinrichting is een nieuw vak. liet doel van het onderwgs hierin moet zgn den leerling een denkbeeld te geven van het raderwerk van het staats bestuur hem de plaats ta doen kennen die hij in het geheel ienoemt, en hem op de hoogte te brengen van da rechten die hg als lid van den staat kan doen gelden, en van dc plichten jegens het geheel die op hem rusten. Daarom is het noodzakelijk dat aan de leerlingen een duidelijk be- grip gegeven wordt van de inrichting van het ge meentelijke, provinciale en algemeene bestuur in ons land, van de wijze waarop bg de drie genoemde takken van bestuur gecontroleerd wordt door de wetgevende, en hoe ieder die aan zekere eischeu voldoen kan om kiezer te zijn, kan medewerken om aan het bestuur dc richting ta helpen geven die hem de meest ge wenschte loeaohgut. Ook met betrekking tot de rechtspraak mag de onderwijzer niet geheel zwijgen, opdat de leerlingen de overtuiging verkrggen van rechtszekerheid en van gelgkheid voor de wet. Voor vergelijking van do tegenwoordige toestanden met vroegere bestaat gelegenheid bij het ouderwijs in de geschiedenis. P. Bijzonder Onderwijs. Even krachtig als de commissie Neutraliteit van het openbaar onderwijs weuscht, even nadrukkelijk weneebt zg vrijheid van het bijzonder onderwijs. De eenige beperking vloeit voort nit da verplichting van den staat om voor de degelijke ontwikkeling zijner leden te zorgen. Deze plicht zal in de eerste plaats ten gevolge hebbes dat het toezicht op de bekwaamheid en zedelijkheid der bijzondere onderwijzers, de acboollokalen, enz. van staaswege worden geoefend. Eeu tweede uitvloeisel van dien plicht des Staats is dat deze zorge voor de stipte opvolging van de bepalingen voor den leerplicht.' Indien toch deze bepalingen ook niet op bijzondere scholen toepasselijk werden verklaard, dan zou de geheels leerplicht ern hersenschim bljjken te zijn. Wanneer dus vrijbei.d van het bijzondere on derwijs gehandhaafd blijft, dan kan wel elke bijzon dere school ingericht worden naar het goedvinden van hen die aau haar hoofd staan, maar alleen de scholen vos bjjsonder onderwijs die ingericht zijn volgaas 4e regelen, hi.i de wal mor opsubare scho len vastgesteld, zullen geacht kunnen worden met de apenbare gelijk Ie etaaa. Zg die tut hun 15de jaar den volledigcn cursus ssn deze scholen hebben iloorlunpen, moeten geacht worden aan de bepaliugeu v.in den Icerplicltt voldaan te hebben. De leerlingi u «an zoodanige bijzondere «obolen, die, hetzij in leerplan, hetzij In aantal Onderwijzers, of ill eenig ander opzicht beneden de eischen der wet blgveri, zouden onderworpen moeten worden aan een ouderzoek van staatswege ten einde daardoor te ko men lot eea oordeel over de waarde ran het op die scliolcu gegeven ouderwijs. Zoodanig onderzoek behoort te worden ingesteld door den districts schoolopzieoer, bijgestaan door een commissie van deskundigen, door don Minister aan te wjjzen. Leidt dit onderzoek tot de overtuiging dat de resultaten van het onderwgs in spijt vnn de gebrekkige inrichting der school vol doende sijn, dan wordt zoodanige school, voor 6én jesr, met de openbare geljjk gesteld. Blijkt echter het tegendeel, dan sal de school naar de regelen der Wet moeten ingericht worden om dia gelgkatelling ta verkrggen. Bij weigering hieraan gevolg te geven, moet zulk ern bijzondere school in het publiek als onvoldoende worden bekend gemaakt, terwijl haar leerlingen, zoodra zg den leeftijd v.n twaalf jaar bereikt hebben, aan een examen worden onderworpen, en bg onvoldoende ontwikkeling en vorderingen ver plicht worden of een openbare, bf eene goed inge richte bijzondere school te bezoeken gedurende zooveel tijd als de commissie van onderzoek noodig tal oor- deelen. De scSool-autoriteiten bekooren toegang te hebben tot do bijzondere scholen, én de onderwijzers zijn vorp'ioht hun alle gevraagde mondelinge en schrifte lijke inlichtingen le geven die noodig zjjn voor een juiste beoordeeling van den toestand en de inlichting hunner scnolen. De van gemeentewege gesubsidieerde bijzondere scbolen komen bij deze regeling te ver vallen. <2- Schoolhyoiene. De intellectueele enmoreele ontwikkeling zal eenzijdig zjjn, indien ook de liohame üjke niet tot haar recht komt. Hetgeen voor deze laatste noodig is omvat de oommiesie onder het woord school hygiene. Ten deele ia de zorg voor de gezondheid der leerlingen behandeld bg het gymnastiek-onderwijs, ten deele bij hel bepalen van 't maximum der school- Igden, zoodot thans slechts behoeft vermeld te wor- den, wat bij de inriehtinf der schoolgebouwen dient ut acht genomen. De wet van 1857 bevat hier- omtrent generlei roorscliriften. Alleen heeft zg dea schooiop/riner de macht toegekend een school lokaal af te keuren en te doen sluiten. De toestand laat nog reel te wenscher. over. De wetenschap der hygiene is betrekkelijk nieuw; Zij heejt haar laatste woord nog niet gesprokenen heerscht bij de geleerden nog veel verschil van opinevooral wat de middelen betreft. De wetenschap kan dan nog niet met kracht spre ken; ï!j koestert nog twijfel. Daarom hecht de groote menigte oog geen waarde aan wat zij reeds boren twijfel heeft rastgesteld. Gemeente bouwmeesters achten het dan ook in 't algemeen beneden hun waardigheid deskundigen te raadplegen. Veelal woraen de plannen voor nieuwe lokalen noch aan onderwijzer, noch aan inspecteur ran hel geneeskun dig staatstoezicht, noch aan andere deskundigeu ter be oordeeling ingezonden. Toch is er rooruitgang. Kr begiot zich een publieke opinie te vormen, dank zij de onrermoeide pogingen ran buitenlandscke en Nederlandsche geleerden. De Gedeputeerde Staten ran enkele prorinciën hebben zich de zaak aangetrokken; onderwijsbladen, gezondheids commissiëu, hebben ze besproken; de lucht der schoollokalen is scheikundig onderzochtreeds worden ir. enkele gemeenten plannen voor nieuwe schoolgebouwen aan deskuodige beoor deeling onderworpen er is rooruitgangmaar deze is oog niet groot genoeg, nog niet algemeen genoeg. Daarom heeft de commissie dit onderwerp bin nen hare bcsohotnvingen getrokken en geeft zij als resultaat eeoer belangrijke gedacbtenwisseling, de narolger.de punten aan, die bij een herziening der wet, zouden moeten worden riatgesteld. 1Regelen of roorscbriften voor den bonw en de inwendige inrichting der school, uit het oogpunt der hygiene, worden rastgesteld bij algemeenen maatregel ran inwendig bestuur én om de 10 jaren herzien. 2. De keuze ran het emplacement en het plan eener nieuw te bouwen openbare school, of rerbe- teringen in een bestaande school aan te brengen, met nauwkeurige opgare ran in- eu uitwendige inrichting, moeten door den districtsschoolopziener goedgekeurd worden, róórdat tot het bouwen of verbeteren orer- gegaau wordt, 3. Aan bestaande scholen die door den districts schoolopziener niet geheel onroidoeude gekeurd wor den, kan een termijn ran 13 jaren gesteld worden tot rerbetering. 4. Na de herziening ran de rerordening onder I vermeld, wordt aan alle schplen die aan de nieuw gestelde eischen niet voldoen, «ró. termijn ran Lr—3 jaren gesteld, binnen welken daaraan zooveel mogelijk moet voldaan zijn. 5. Van elke afkeuring eener school door den districts schoolopziener bestaat beroep op den inspec teur en van dezen op den miuister. 6. De schoolopziener roept de hulp van het ge neeskundig staatstoezicht in, waar hij die noodig acht bij de beoordeeling rati den hygiénischen toe stand eener school. De rerordering op den bouw en de inrichting der openbare lagere scholen zou de volgende punten moeten bevatten. I. Bouwkundige inrichting in het algemeen: a. Plaats en inrichting; b Grondslag; c. Buitenmurend. Kap; e. Portalent gangen, trappen; f. Gemeenschap; g. Verdiepingen. II. Inwendige inrichting der schoollokalen: a. Afmetingen; b. Grondslag; c. Vloeren; d. Zoldering; e. Afscheiding der vertrekken g. Verlichting; h Verwarming, Lucht- rerrersching; k. Schoolbanken; lMeubelen. III. Speelplaats. IV. Bergplaats roor overkleed eren en Hoofddeksels. V. Drink- en waschinricbting. VI. Gemakken en waterplaatsen. VIL Plannen van schoolgebouwen. VIII. Verplichting der hoofdonderwijzers. De regeling, zooals die door de oommissie wordt gewenscht, is elders b. v. iu Ncder^Oosteririjk reeds tot werkelijkheid geworden. Vrijdag 6 Augustus. Tegenwoordig de hb. ran Bergen IJzendoorn, voorzViroly, Reray, Jjnijten, Prince, Messemakcr, Drooglaever, van Straaten, Post Drost, Semsom, en Straver. Nu de opening wordt de heer P. Gocdewaagcn door den Secretaris binnengeleid, die in haudeu van den Voorzitter de gevorderde ecden nilegt en na door den Voorzitter geluk te zijn gewenscht, zitting neemt. De notulen der vorige vergadering worden gelezen en ge arresteerd. Ingekomen zijn eene missive vin den Schuttersraad, da.rbij inzendende de begrooting orcr 1876, die wordt gesteld in bonden van de hh. Lnyten, Mtsscinaker en Straver. eene missive van burgemeester en Wethouders van Reeuwyk, inzendende dc rekening over hun gehouden beheer in zaken het armbestuur van dc voormalige gemeente Stcin, deze is door B. >cn W. nagezien en aceoord bevonden, wordt ter visie gelegd; een adres van Oosterbeek cn andero melkverkoopers, ver zoekende wijziging in de politie-vcrordcning, om met'hunna melkwagens te mogen rijden over de voetpaden, dit wordt gesteld in handen van do Commissie over de verordeningen; eene missive van de Commissie van Toezicht over de' Stads-Muriekschool, inzendende eene memorie van toelichting op het vroeger door haar gedane voorstel tot ontslag van den heer Joh. W. Wensiuk, na voorlezing wordt dit ter visie gelegd. Aan de orde is bet verzoet via den Heer B. H. vin de Werve e. e. tot vernieuwing en verlaging van de brug over het water van de Zengstraat achter de Stoofsteeg, de voorzitter herin nert dat door B. en W. in de vorige vergadering is voor gesteld, hierop afwijzend te beschikken, dit voorstel wordt aangenomen met algemeene stemmen de adressen van verschillende personen tot bet aan hen in gebruik afstaan van gerioleerden of gedempten grond, de voorz. brengt in herinnering het in de vorige vergadering medegedeelde, de heer Messemakcr vraagt inlichting omtrent het willekeurig over of bebouwen van gerioleerden grond, in verband met het vroeger medegedeelde omtrent den Schaar ran Oudyk, de voorzitter beantwoordt den heer Mcsswnaker, die vraagt of er in deze tot procedeerep overgegaan wordt, hetgeen be vestigend wordt beantwoordt. Daarna wordt met algemeen» stemmen op die adressen afwijzend beschikt, terwijl de voorge stelde in gebruikgeving van grond aan C. van Eeuwen, G. C. van der Want, L. G. van Telzen, H. van Vliet en A. Suelleman tegen 5 centen de centiare algemeen wordt goed gekeurd het verzoek van HH. Libryemeesters betrekkelijk het beheer der renten, vsn het ten name der Librye op het grootboek der Nationale Schold ingeschreven kapitaal, na eenige disenssiën wordt op voorstel van den heer Prince deze zaak aangehouden, tot bij de behandeling der begrooting voor 1876, «et 7 tegen 6 stemmen. Tegen stemden de heereu Vjruly, Re my, Droogleever, Post Drost en de Voorzitter. No wordt in stemming gebracht het voorstel van een der raadsleden om alvorens den heer Wmnink als stads-mnziek- meester te ontslaan, aan Bargemeester en Wethouders op te dragen het instellen van een nader onderzoek betrekkelyk deze zaak, over welk voorstel dc stemmen hebben gestaakt en thans verworpen wordt met 7 tegen 5 stemmen, die van de hecren Straver, Mesaemaker, Samsom, van Straaten ca Luijten. In aanmerking genomen de verwerping tot het instellen van een nader onderzoek verklaart de heer Messemakcr na voor het voorstel van 11. cn W, tot ontslag te zullen stem men, de heer Luijten in tegenovefgestelden geest, is tegen ontslag, de heer van Straaten eveneens als den vorigeu spreker, de heer Samsom wil eene schorsing van 3 maanden, dit genoegzaam ondersteand wordt in stemming gebracht eu afgewezen 'met 9 tegen 3 st. die van de hh Samsom, vau Straaten en Straver, wsarna het voorstel van B. en W. tot ontslag met 8 tegen 4 st die van de heeren Luijten, Sam som, van Straaten en Straver, wordt aangenomen. Tot hulponderwijzeres aan de openbare burgerschool voor. meisjes, wordt benoemd mej. P. P. Wynrozs te Breda en aan de tweede armenschool mcj. A. Schouten alhier tot on derwijzeressen in de vrouwelijke handwerken aan de laatst genoemde school, mej. Zoet—-Berlijn en mej. KWrca—van der Klein. Na machtiging om aan de genomen besluiten uitvoering tc geren zonder resnmptie eindigt de vergadering. De Subcommissie foor de te houden Tentoonstelling san voorwerpen bij gelegenheid van het 200 jarig Mile' der ontdekking van de microscopische icesens door ANTONY VAN LEE O fVENUOEK, welke gehouden zsl worden te Deljt op den 8,tH1 September e. k., verzoekt, dat de reeds toegezegde microscopen, manuscripten, boeken, brochures en andere op Leeu wenhoek betrekking hebbende voorwerpen, worden toegezonden aan den laatst ondergeteekende, zoo De Snbcommissie voornoemd, Mr. i. SOÜTENDAM, Secretaris der gemeente Delft. Dr. C. K. HOFFMANN, Hoogleeraar te Leiden. P. J. HAAXMAN, Apotheker te Rotterdam. Dublin, 6 Ang. Het eeuwfeest van O' Cornell*» geboorte is heden aangevangen met het vieren van een groote mis in de hoofdkerk. De plechtigheid was indrukwekkend j 4 aartsbisschoppen, 40 bisschop pen en 500 priesters waren er bg- tegenwoordig, behalve een groot aantal leeken. De aartsbisschop van Cashel hield een lofrede op O' Connell. Kar dinaal Oullen leidde de pleolitigheid. Parijs, 6 Aug. Het Bonapartistisch blad le Jour nal des Pyrenees Orientates is voor twee maanden ge schorst, wegens het honen van de Nationale Verga dering. Geboren: 4 Aug. Picternells, ouders A. Rietveld en P. Verby. Johannes, onders J. de Vrind en W. C. Tijgcmna. Willem, ouders W. van Leeuwen en A. M. Monné.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1875 | | pagina 2