Laatste Berichten.
Het onderzoek van de werking der
wetten op Lager en Middelbaar On
derwijs en van haar onderling ver-
band, op last van de Maatschappij tot
Nut van t Algemeen ingesteld.
Vergadering van den Gemeenteraad.
INGEZONDEN.
LEEUWENHOEK"S JUBILÉ.
mogeigk vóór of op den 1""» September
aanstaande, en herhaalt in het algemeen hij deze
dringend het verzoek, vroeger reeds bij circulaire of
in de dag- en andere bladen gedaan, tot toezending
van al hetgeen in bedoelden zin in openbare of bij
zondere verzamelingen mocht aanwezig zgn, zullende
door de Commissie zorg gedragen worden, dat deze
voorwerpen, na den afloop der tentoonstelling, ia
goede orde teruggezonden worden.
Burgerlijke Stand.
be<Mi werJ afgeschoten, 's avonds was hij dood. llij
was een brave rent, maar natuurlijk kan men er niet
lang over treuren. Van de 300 mariniers van mijn
detachement zyu er nu na 40 dagen 5 dood. *Ove-
rigens zijn wy gezond en wel, vroolijk en opgeruimd,
het eten smaakt heerlijk, slapen gaat slecht door de
hitte; ons pakje is zeer eenvoudig, een witte broek
en hemd, die door den oppasser gewassohen worden,
verder een blauw matrozeuhemdop het oogenblik
vergaat ik mij op een bierglas met thee, enfin, wat
wilt u nog meer? Ik niets, en ik zing schep vreugde
in 't leven,*
Naar men verneemt zou de Minister van Oorlog
voornemens z\jo de- tractementen der adjudanten*
onderofficier en sergeants majoor aanzienlijk te verhoo-
gen en zou daartoe een bedrag op de nieuwe begrooting
zijn juitgetrokkeu.
Men schrijft aan het U.2).
//Dezer dagen werd ons vau bevoegde zijde de
volgende opmerking gemaakt; wanneer een leluite
nant, die eeu jaarlijksch tfactement heeft van/ 1200
in een garnizoens-infirmerie ter verpleging wordt op
genomen, betaalt hij daarvoor 1 gulden daags; terwyl
wanneer een ongehuwd sergeant majoor, die slechts
438 soldij per jasr heeft, in diezelfde inrichting
worrit verpleegd, bij daarvoor 1,10 per dag betaalt,
en dan bezoeke men eens zoodanig zieken-inrichting
om zich te overtuigen, hoe hemelsbreed het verschil
is ten opzichte der verzorging, voeding enz. van den
officier, een verschil hetwelk zoozeer strekt ten na-
deele van laatstgenoemden, dat een en ander meer
malen en met recht tot groote ergernis en ontevre
denheid heeft geleid. Met nadruk behoort op zoo
danige administratieve onjuistheid, welke reeds te
lang geduurd heeft, te worden gewezen en van het
tegenwoordig hoofd van het Departement van Oor
log kan niet anders worden verwacht dan dat hierin
spoedig een billyke, gewenschte verandering kome."
In htt kiesdistrict Middelburg zijn, ter verkiezing
van een lid der Tweede Kamer voor het tydvak toj
20 September a. s., ingeleverd 1495 geldige biljetten
O «-kozen is de heer mr. G. A. Fokker, met 1185 stemmen'
Naar men ons mededeelt, is de militaire pensioenwet
op nieuw naar den Raad van State verzonden en zou
tot grondslag voor de berekening - voor zooveel de
officieren betreft zijn aangenomen het halve activiteits-
iracteTient voor de infanterie vastgesteld. Vad
bwhwh - ziju "mgcKumeu twee oe-
langrijks wetsontwerpen
Het eerste strekt tot wijziging van eenige artikelen
der wet Van den 14 September 1866, houdende be-
palingen omtrent de inkwartiering.
In den tegen woord igen tyd kan er, vóór er een
feitelgke oorlogstoestand bestaat, een zamenloop van
omstandigheden aanwezig zijn, welke met zoodauigen
toestand is gelijk te stellen. Bestaat die, dan moeten
de dien overeenkomstig te nemen besluiten niet door
wettel yke bepalingen belemmerd wordeo. De art. 31
en volgende der inkwartieringswet en art. 73 3e al.
der onteigeningswet kunnen zoodanige belemmeringen
in den weg léggen. Die voor zooveel de inkwartie-
ringswst betreft, weg te nemen, is het doel van het
ontwerp. Het goede denkbeeld, hetwelk aan de
2e al. van art. 30 der inkwartieringswet ten grond-
s'ag heeft gelegen, moet oók nopens andere onder
werpen dan de daar besproken leverantiën gelden.
Is de militie buitengewoon bijeengeroepen, dan moet
ook alles wat die troepenmacht noodig kan hebben
aan zaken bij de bedoelde wet geregeld, kunnen ge
schieden. Deze machtsuitbreiding tot het nemen van
militaire maatregelen na een buitengewone bijeenroe
ping der militie, zal natuurlyk eerst iets beteekeneri
wanneer de Wetgevende Macht tot de bijeenroeping
zal hebben besloten.
De redactie van de Indiër heeft onderstaand tele
gram van Samarang in dato 18 Juni, ontmngen:
Gisterenavond bekende de Ëuropeesche fusilier La-
german, gewezen grenadier bij het leger in Holland,
op zyn sterfbed dat hy de moordenaar van Mevrouw
van der Kouwen was. v - T
Het blad voegt er bij: Wy wachten nadere bij
zonderheden, maar kunnen voorhands mededelen,
dat de overledene vele aanwijzingen gedaan en on
derscheidene opholderingee gegeven heeft.
Het Vaderland zegt hier nooh te kunnen bijvoegen,
dat genoemde Lagerman zich werkelijk als milicien-
plaatsvervanger te 's Hage met groot verlof bevond
ten tijde van d*n moord. De man stond wegens
plichtverzuim en dronkenschap zeer ongnnstig bekend.
Hij heeft, naar men meent, een tijdlang samengewoond
met den bekenden de Jong. Welke strekking de aan
wijzingen pebben, door hem gedaan, en de onderscheiden
ophelderingen, door hem gegeven, waarvan de Jndier
spreekt, weet men echter niets.
Uit 's Hage schrijft men aan de N. R. Ct.
Napr 4« inlichtingen, hier ingewonnen betreffende
dc bekentenis door zekeren oud-grenadier te Samarang
afgelegd, nopens een moord door hem gepleegd, moet
die bekentenis niet slaan op den moord van mevr.
van der Kou wen en haar dienstbode, maar op een
anderen moord, zoouls men zich herinneren zal, korten
tijd daarna bedreven op een dienstmeisje nabjj de
Geestbrug. Dit meisje was met eenige kolonialen uit
gegaan en gezien en sommigen hunuer zijn destijds
met den overledeu grenadier door de Justitie onder
vraagd, nadat het lijk, deerlijk verminkt, uit de vaart
naby de Geestbrug was opgehaald.
Door den kantonrechter te 's Hage werd uit
spraak gedaan ia de zaken van de beide paar
denspel-directeuren Carré en Blanus, tegen wie. zooals
bekend is, tijdens de Jaitate kermis in de resideutie,
proces-verbaal was opgemaakt wegens overtreding der
wet op den arbeid van kinderen beneden den leef tijd
vau lien jnren. Ofschoon, by de behandeling der zaak
van Oscar Carrc, door diens advocaat, den heer B.
M. Vlielander Hein, o. a. werd beweerd, dat de wet
van 1874 op dit geval niet van toepassiug isook
omdat de kindereu geen loon genoten en zij hunne
toeren met het grootste genoegen uitvoerden, zoo zelts
dat zij het als een straf beschouwden wanneer zy
niet naar de tent mede mochten had het Openb.
Min. eea veroordeeling geeischt, van Carrc in twee
geldboeten van 3, en van 3, en van Biauus en
zijn mededirecteur Hannida in één geldboete van ge
lijk bedrag of subsidiaire gevangenisstraf van 1 dag.
Ten aanzien van het eerste den beklaagde, Carré,
ten laste gelegde feit het door de kinderen laten
verrichten van gymnastische toeren, onder leiding van
den gymnasticus Aug. Nagels, overwoog de kanton
rechter hoofdzakelijk, op grond van de artt. 1 en
3 der wet van 19 September 1874 (Staatsblad n°. 130)
dat, hoewel de heer Carré de kioderen niet in dienst
hnd, toch door hunne werkzaamheden voordeelen ge
noot cu bij, daar de werkzaamheden in zyn cirque
plaats vonden, deze niet had moeten laten doorgaan,
maar ze tegeuhouden. Door dit na te laten, oordeelde
de kantonrechter, had de heer Carré de wet tot het
tegengaan van overmatigen arbeid en verwaarloozing
van kinderen overtreden en veroordeelde hem deswege
tot eene geldboete vau 3,
Omtrent het tweede feit, het doen figureeren der
kinderen in de pantomime „Asschepo tater" besliste
de kantonrechter dat bet plaats nemen op eene canapé
en het eenige malen rjjden door de manege van het
eirque als geen ^overmatigen arbeid" kon worden
beschouwd en sprak te dien opzicht* Pnmi
-v* V
De directeuren »an het Nederlandsch paardenspel
Blanus en Sidi Hassan ben Hannida. werden vrijge
sproken ran het in dienst hebben rail een zesjarig
meisje, het doohtertje tan den tweeden direotuer, daar
volgens den kantorechter niet was bewezen dat het
meisje in hunne dienst was en arbeid verrichten moest.
Het plaats nemen op eene verhevenheid of het dansen
op de maat van de muziek om toeschouwers te lokken,
kon niet als overmatigen urbeid aangemerkt worden!
Betreffende het ongeluk aan een metselaarsgezel te
Arnhem overkomen, meldt de Arnh. Ct.: Honder-
uen snelden naar de plek, waaronder hij bedolven lag, en
al wat maar schop of spade hanteren kon toog aan het
werk. Een ijverig inspecteur van politie zorgde, dat geen
verwarring of opeorthooping vau mensoheu ontstond,
waardoor het mogelijk thans nog te redden leven zeer ze-
ker verlorên zou zijn gegaan. Wie moede werd legde de
schop neder, om aanstonds door anderen te worden
vervangen. Men knu zich den toestand der menigte
denkenelk oogenblik, dat meu vroeger of later met
den arbeid^ gereed was en den kring van vijf meter
tot eene diepte van zes meter had uitgegraven, kon
over bet leven van een mensch beslissen en men
zeide, dat het drie uren zou worden eer de taak
was volbracht. Vooral de zeventigjarige moeder van
den metselaar, wier eenige steun hij is, wae wan
hopend. Algemeen verwachtte men slechts een lijk
of minstens een deerlijk verminkte te voorschijn te
zien komen, tot opeens eene hand zichtbaar werd.
thans werd dubbele voorzichtigheid vereisebt; behoed
zaam werd het puin en zand weggeruimd en Derk
Vermegen kwam levend en ongedeerd te voorschijn
eene enge ruimte in den grond had hem de. lucht
versohaft. die hij behoefde. Een luid gejuich steeg
uit de menigte op. De arbeiders wilden hun makker
omheleenEn de honderden die zoo straks met
sombere, gespannen aandacht het oogenblik verbeid
hadden, waarop zij den ongelukkige levenloos zoudeo
zien opdelven, waren tbana Uitgelaten vnn vreugde.
(Vervolg.)
De kennis der natuur is (en zeerste geschikt om
het ojirnerkings- en waarnemingsvermogen van den
leerling te wekzen, zijn denkvermogen te scherpen
hem eenig inzicht in het begrip van verschijnselen'
te geven, die hij hetzij dagelijks of alleen nuendau
ziet plaats grijpen, hem daardoor te vrijwaren vo„r
alle nootlottige gevolgen van onkunde, als bij- en
lichtgelovigheid, en hem tot ceu zekere mate van
zelfstandigheid in zijn oordeel te brengen. J)e om
vang van dit vak voor do Lagere Schoot, kan do
Commissie nog niet aanduiden da»r, h. ide metho-
de voor dit onderwgs op die school nog niet gevon
den is. De belangrijkste voorwerpen uit de dieren,
en plaotenwereld, die in de naaste omgeving van het
kind gevonden worden, en de meest voorkomende
natuurverschgoeelen zjjn dus van dat onderwijs de
stof, terwgl de middelen bestaan in aanschouwing en
eenvoudige proeven. Naar gelang van plaatselijke
omstandigheden, moeten ook zaken van kunstvlgt
of van anderen aard, die in de omgeving dei kind's
gevonden worden, als sluizen, gierpantea, poldermo
lens, verlaten, enz. het onderwerp van de lea in natuur
kennis uitmaken. De Commissie acht het wtnecbelijk
dat de onderwgzer zieh bg dit rak in' de eerete
drie jaren bepale, tot voorwerpen uit de dieren- en
plantenwereld en eerst met het vierdejaar hot gebied
der eigenlijke natuufwereld betrede.
Het doel van het teekenonderwgs op de Lagere
School is oefening van het oog in het juist zien,
en van de hand in het vaardig teruggeven van wut
het oog heeft waargenomen, waarbg levens de ont
wikkeling van het schoonheidsgevoel beoogd wordt.
Het teekenen naar voorwerpen staat dus in de
Lagere School op den voorgrond, doch men dient zieh
hierbij tot het zeer eenvoudigo te bepalen. Als
uiterste grens zou men in de hoogste afdeeling het
teruggeven van de werking van licht en schaduw in
aanmerking kunnen nemen.
Behalve bevordering van een opgewekten geest op
school, vorming vanden smaak, eu ontwikkeling van
het zedelijkheidsgevoel, kan men aan het zangonderwijs
op de Lagere School als doel stellen, de leerlingen
lust te doen krijgen in het zingen. Daarvoor ia
het noodig dat zij bedrevenheid in het lezen van
eenvoudige notenschriften, eenige kenuie van loop
afstand bezitten, en in staat zga eenvoudige melodien
voor te dragen. Hiermede is tevens de omvaug van
het onderwgs in het zingen bepaald.
Het onderwgs in de gymnastiek moet strekken cm
de lichamelgken ontwikkeling der leerlingen te bevor
deren opdat een gezonde geest een gezond lichaam
ter woonplaats vindc. Hierbij treden vooral de
■""-o'iijo ueremngcu op den voorgrond, dia
het best geschikt zyn om den welstand van bet
lichaam te bevorderen. Met vermijding van alle
gevaarlijke toeren, moeten marebeeren, loopen, sprin-
gen, klimmen, naast de verschillende vrije oefeningen
hierbij op den voorgrond staan.
De handwerken moeten op de Lagere School aan
de meisjes worden onderwezen, om te beletten dat deze
schade lijden in het aanleeren van datgene, wat later
voor elke vrouw een noodzakelijk vereisckte is Op
de school bchooren <lus vooral de nuttige handwerken,
benevens enkele van de zoogenaamde fraaie handwerken
onderwezen te worden. Voor dit onderwgs vestigt
de Commissie ten zeerste de aandacht op de aan
sommige scholen genomen en welgeslaagde proef om het
onderwgs in handwerken classicaal te geven, d. w. z.
dat alle meisjes met hetzelfde werk bezig zijn,
liet voorafgaande is gegeven als de eisch voor
elk vak in de eigenijjke Lagere School, dus voor
leerlingen tot hun 12de jaar, omtrent de uitbrei
ding, die de vakken in den voortgezetten cursus
dienen te ondergaan, maakt de commissie de vol
gende opmerkingen
Het lezen wordt in de door ons aangeduide rich
ting voortgezet; alleen de leesstofkan vat zwaarder
genomen worden.
Het rekenen breidt zieh nu ook uit tot het practisoh
meetkunstig rekenen en de kennia der teikunde
voor zoover die daarbij onmisbaar is.
De cigenlgke spraakkunst wordt niet uitgebreid,
maar aan de oefeningen in het mondeling en schrif
telijk uitdrukken der gedachten wordt een grootere
plaats ingeraimd.
Bij de aardrijkskunde worden Europa en de an
dere werelddeelen meer uitvoerig behandeld, en enkele
hoofdzaken op het gebied van wiskunstige aardrijks
kunde opgenomen.
De geschiedenis strekke zich uit over het geheel
van die van ons vaderland, en over de belangt yleste
feiten der algemeene geschiedenis. Een goed inzicht
in den ontwikkelingegang der geschiedenis, mo< t
steeds hoofdzaak zijn.
Het vak natuurkennis wordt nu uitgebreid, ook
met het bespreken van algemsene scheikundige be-
giippen, die meu op geheel practisehe wg'ze uit een
voudige proeven nfleidt en verklaart, zonder het
onderwijs in wetenschappelijke vormen te hullen.
Ook hierbij lette men zooveel mogelijk op de om-
gering der leerlingen als punt van uitgang zonder
echter de algemeenheid der kennia daaronder te mr
te doen lijden.
Volkshuishoii.lkiinle komt als nieuw vak in den
roartgezetteu cursus voor. Het doel daarvan moet zijn
alle burgers bekend te maken met de wetten waar
door de volkswelvaart bsbeerscht wordt, liet on
derwijs in dit vak bepaalt zich tot de verklaring
der nlge'meen aangenomen ocoanomisebe waarbeden,
wier kennis voor ieder behoefte kan geacht worden.
Ook staatsinrichting is een nieuw vak. liet doel
van het onderwgs hierin moet zgn den leerling een
denkbeeld te geven van het raderwerk van het staats
bestuur hem de plaats ta doen kennen die hij
in het geheel ienoemt, en hem op de hoogte
te brengen van da rechten die hg als lid van
den staat kan doen gelden, en van dc plichten
jegens het geheel die op hem rusten. Daarom is het
noodzakelijk dat aan de leerlingen een duidelijk be-
grip gegeven wordt van de inrichting van het ge
meentelijke, provinciale en algemeene bestuur in ons
land, van de wijze waarop bg de drie genoemde takken
van bestuur gecontroleerd wordt door de wetgevende,
en hoe ieder die aan zekere eischeu voldoen kan om
kiezer te zijn, kan medewerken om aan het bestuur
dc richting ta helpen geven die hem de meest ge
wenschte loeaohgut. Ook met betrekking tot de
rechtspraak mag de onderwijzer niet geheel zwijgen,
opdat de leerlingen de overtuiging verkrggen van
rechtszekerheid en van gelgkheid voor de wet. Voor
vergelijking van do tegenwoordige toestanden met
vroegere bestaat gelegenheid bij het ouderwijs in de
geschiedenis.
P. Bijzonder Onderwijs. Even krachtig als
de commissie Neutraliteit van het openbaar onderwijs
weuscht, even nadrukkelijk weneebt zg vrijheid van
het bijzonder onderwijs. De eenige beperking vloeit
voort nit da verplichting van den staat om voor de
degelijke ontwikkeling zijner leden te zorgen. Deze
plicht zal in de eerste plaats ten gevolge hebbes dat
het toezicht op de bekwaamheid en zedelijkheid der
bijzondere onderwijzers, de acboollokalen, enz. van
staaswege worden geoefend. Eeu tweede uitvloeisel
van dien plicht des Staats is dat deze zorge voor
de stipte opvolging van de bepalingen voor den
leerplicht.' Indien toch deze bepalingen ook niet op
bijzondere scholen toepasselijk werden verklaard, dan
zou de geheels leerplicht ern hersenschim bljjken te
zijn. Wanneer dus vrijbei.d van het bijzondere on
derwijs gehandhaafd blijft, dan kan wel elke bijzon
dere school ingericht worden naar het goedvinden
van hen die aau haar hoofd staan, maar alleen de
scholen vos bjjsonder onderwijs die ingericht zijn
volgaas 4e regelen, hi.i de wal mor opsubare scho
len vastgesteld, zullen geacht kunnen worden met
de apenbare gelijk Ie etaaa. Zg die tut hun 15de
jaar den volledigcn cursus ssn deze scholen hebben
iloorlunpen, moeten geacht worden aan de bepaliugeu
v.in den Icerplicltt voldaan te hebben.
De leerlingi u «an zoodanige bijzondere «obolen, die,
hetzij in leerplan, hetzij In aantal Onderwijzers, of
ill eenig ander opzicht beneden de eischen der wet
blgveri, zouden onderworpen moeten worden aan een
ouderzoek van staatswege ten einde daardoor te ko
men lot eea oordeel over de waarde ran het op die
scliolcu gegeven ouderwijs. Zoodanig onderzoek behoort
te worden ingesteld door den districts schoolopzieoer,
bijgestaan door een commissie van deskundigen,
door don Minister aan te wjjzen. Leidt dit onderzoek
tot de overtuiging dat de resultaten van het onderwgs
in spijt vnn de gebrekkige inrichting der school vol
doende sijn, dan wordt zoodanige school, voor 6én jesr,
met de openbare geljjk gesteld. Blijkt echter het
tegendeel, dan sal de school naar de regelen der Wet
moeten ingericht worden om dia gelgkatelling ta
verkrggen. Bij weigering hieraan gevolg te geven,
moet zulk ern bijzondere school in het publiek als
onvoldoende worden bekend gemaakt, terwijl haar
leerlingen, zoodra zg den leeftijd v.n twaalf jaar
bereikt hebben, aan een examen worden onderworpen,
en bg onvoldoende ontwikkeling en vorderingen ver
plicht worden of een openbare, bf eene goed inge
richte bijzondere school te bezoeken gedurende zooveel
tijd als de commissie van onderzoek noodig tal oor-
deelen.
De scSool-autoriteiten bekooren toegang te hebben
tot do bijzondere scholen, én de onderwijzers zijn
vorp'ioht hun alle gevraagde mondelinge en schrifte
lijke inlichtingen le geven die noodig zjjn voor een
juiste beoordeeling van den toestand en de inlichting
hunner scnolen. De van gemeentewege gesubsidieerde
bijzondere scbolen komen bij deze regeling te ver
vallen.
<2- Schoolhyoiene. De intellectueele enmoreele
ontwikkeling zal eenzijdig zjjn, indien ook de liohame
üjke niet tot haar recht komt. Hetgeen voor deze
laatste noodig is omvat de oommiesie onder het
woord school hygiene.
Ten deele ia de zorg voor de gezondheid der
leerlingen behandeld bg het gymnastiek-onderwijs,
ten deele bij hel bepalen van 't maximum der school-
Igden, zoodot thans slechts behoeft vermeld te wor-
den, wat bij de inriehtinf der schoolgebouwen dient
ut acht genomen. De wet van 1857 bevat hier-
omtrent generlei roorscliriften. Alleen heeft zg
dea schooiop/riner de macht toegekend een school
lokaal af te keuren en te doen sluiten. De toestand
laat nog reel te wenscher. over. De wetenschap
der hygiene is betrekkelijk nieuw; Zij heejt haar
laatste woord nog niet gesprokenen heerscht bij de
geleerden nog veel verschil van opinevooral wat de
middelen betreft.
De wetenschap kan dan nog niet met kracht spre
ken; ï!j koestert nog twijfel. Daarom hecht
de groote menigte oog geen waarde aan wat zij
reeds boren twijfel heeft rastgesteld. Gemeente
bouwmeesters achten het dan ook in 't algemeen
beneden hun waardigheid deskundigen te raadplegen.
Veelal woraen de plannen voor nieuwe lokalen noch
aan onderwijzer, noch aan inspecteur ran hel geneeskun
dig staatstoezicht, noch aan andere deskundigeu ter be
oordeeling ingezonden. Toch is er rooruitgang.
Kr begiot zich een publieke opinie te vormen, dank
zij de onrermoeide pogingen ran buitenlandscke en
Nederlandsche geleerden. De Gedeputeerde Staten
ran enkele prorinciën hebben zich de zaak aangetrokken;
onderwijsbladen, gezondheids commissiëu, hebben ze
besproken; de lucht der schoollokalen is scheikundig
onderzochtreeds worden ir. enkele gemeenten plannen
voor nieuwe schoolgebouwen aan deskuodige beoor
deeling onderworpen er is rooruitgangmaar deze is
oog niet groot genoeg, nog niet algemeen genoeg.
Daarom heeft de commissie dit onderwerp bin
nen hare bcsohotnvingen getrokken en geeft zij als
resultaat eeoer belangrijke gedacbtenwisseling, de
narolger.de punten aan, die bij een herziening der
wet, zouden moeten worden riatgesteld.
1Regelen of roorscbriften voor den bonw en de
inwendige inrichting der school, uit het oogpunt der
hygiene, worden rastgesteld bij algemeenen maatregel
ran inwendig bestuur én om de 10 jaren herzien.
2. De keuze ran het emplacement en het plan
eener nieuw te bouwen openbare school, of rerbe-
teringen in een bestaande school aan te brengen, met
nauwkeurige opgare ran in- eu uitwendige inrichting,
moeten door den districtsschoolopziener goedgekeurd
worden, róórdat tot het bouwen of verbeteren orer-
gegaau wordt,
3. Aan bestaande scholen die door den districts
schoolopziener niet geheel onroidoeude gekeurd wor
den, kan een termijn ran 13 jaren gesteld worden
tot rerbetering.
4. Na de herziening ran de rerordening onder
I vermeld, wordt aan alle schplen die aan de nieuw
gestelde eischen niet voldoen, «ró. termijn ran Lr—3
jaren gesteld, binnen welken daaraan zooveel mogelijk
moet voldaan zijn.
5. Van elke afkeuring eener school door den
districts schoolopziener bestaat beroep op den inspec
teur en van dezen op den miuister.
6. De schoolopziener roept de hulp van het ge
neeskundig staatstoezicht in, waar hij die noodig
acht bij de beoordeeling rati den hygiénischen toe
stand eener school.
De rerordering op den bouw en de inrichting
der openbare lagere scholen zou de volgende punten
moeten bevatten.
I. Bouwkundige inrichting in het algemeen:
a. Plaats en inrichting; b Grondslag; c.
Buitenmurend. Kap; e. Portalent gangen,
trappen; f. Gemeenschap; g. Verdiepingen.
II. Inwendige inrichting der schoollokalen:
a. Afmetingen; b. Grondslag; c. Vloeren;
d. Zoldering; e. Afscheiding der vertrekken
g. Verlichting; h Verwarming, Lucht-
rerrersching; k. Schoolbanken; lMeubelen.
III. Speelplaats.
IV. Bergplaats roor overkleed eren en Hoofddeksels.
V. Drink- en waschinricbting.
VI. Gemakken en waterplaatsen.
VIL Plannen van schoolgebouwen.
VIII. Verplichting der hoofdonderwijzers.
De regeling, zooals die door de oommissie wordt
gewenscht, is elders b. v. iu Ncder^Oosteririjk reeds
tot werkelijkheid geworden.
Vrijdag 6 Augustus.
Tegenwoordig de hb. ran Bergen IJzendoorn, voorzViroly,
Reray, Jjnijten, Prince, Messemakcr, Drooglaever, van Straaten,
Post Drost, Semsom, en Straver.
Nu de opening wordt de heer P. Gocdewaagcn door den
Secretaris binnengeleid, die in haudeu van den Voorzitter de
gevorderde ecden nilegt en na door den Voorzitter geluk
te zijn gewenscht, zitting neemt.
De notulen der vorige vergadering worden gelezen en ge
arresteerd.
Ingekomen zijn
eene missive vin den Schuttersraad, da.rbij inzendende de
begrooting orcr 1876, die wordt gesteld in bonden van de
hh. Lnyten, Mtsscinaker en Straver.
eene missive van burgemeester en Wethouders van Reeuwyk,
inzendende dc rekening over hun gehouden beheer in zaken
het armbestuur van dc voormalige gemeente Stcin, deze is
door B. >cn W. nagezien en aceoord bevonden, wordt ter
visie gelegd;
een adres van Oosterbeek cn andero melkverkoopers, ver
zoekende wijziging in de politie-vcrordcning, om met'hunna
melkwagens te mogen rijden over de voetpaden, dit wordt
gesteld in handen van do Commissie over de verordeningen;
eene missive van de Commissie van Toezicht over de'
Stads-Muriekschool, inzendende eene memorie van toelichting
op het vroeger door haar gedane voorstel tot ontslag van den
heer Joh. W. Wensiuk, na voorlezing wordt dit ter visie
gelegd.
Aan de orde is
bet verzoet via den Heer B. H. vin de Werve e. e.
tot vernieuwing en verlaging van de brug over het water
van de Zengstraat achter de Stoofsteeg, de voorzitter herin
nert dat door B. en W. in de vorige vergadering is voor
gesteld, hierop afwijzend te beschikken, dit voorstel wordt
aangenomen met algemeene stemmen
de adressen van verschillende personen tot bet aan hen
in gebruik afstaan van gerioleerden of gedempten grond, de
voorz. brengt in herinnering het in de vorige vergadering
medegedeelde, de heer Messemakcr vraagt inlichting omtrent
het willekeurig over of bebouwen van gerioleerden grond,
in verband met het vroeger medegedeelde omtrent den Schaar
ran Oudyk, de voorzitter beantwoordt den heer Mcsswnaker, die
vraagt of er in deze tot procedeerep overgegaan wordt, hetgeen be
vestigend wordt beantwoordt. Daarna wordt met algemeen»
stemmen op die adressen afwijzend beschikt, terwijl de voorge
stelde in gebruikgeving van grond aan C. van Eeuwen, G.
C. van der Want, L. G. van Telzen, H. van Vliet en A.
Suelleman tegen 5 centen de centiare algemeen wordt goed
gekeurd
het verzoek van HH. Libryemeesters betrekkelijk het
beheer der renten, vsn het ten name der Librye op het
grootboek der Nationale Schold ingeschreven kapitaal, na
eenige disenssiën wordt op voorstel van den heer Prince deze
zaak aangehouden, tot bij de behandeling der begrooting voor
1876, «et 7 tegen 6 stemmen. Tegen stemden de heereu
Vjruly, Re my, Droogleever, Post Drost en de Voorzitter.
No wordt in stemming gebracht het voorstel van een der
raadsleden om alvorens den heer Wmnink als stads-mnziek-
meester te ontslaan, aan Bargemeester en Wethouders op te
dragen het instellen van een nader onderzoek betrekkelyk
deze zaak, over welk voorstel dc stemmen hebben gestaakt
en thans verworpen wordt met 7 tegen 5 stemmen, die van
de hecren Straver, Mesaemaker, Samsom, van Straaten ca
Luijten.
In aanmerking genomen de verwerping tot het instellen
van een nader onderzoek verklaart de heer Messemakcr na
voor het voorstel van 11. cn W, tot ontslag te zullen stem
men, de heer Luijten in tegenovefgestelden geest, is tegen
ontslag, de heer van Straaten eveneens als den vorigeu
spreker, de heer Samsom wil eene schorsing van 3 maanden,
dit genoegzaam ondersteand wordt in stemming gebracht eu
afgewezen 'met 9 tegen 3 st. die van de hh Samsom, vau
Straaten en Straver, wsarna het voorstel van B. en W. tot
ontslag met 8 tegen 4 st die van de heeren Luijten, Sam
som, van Straaten en Straver, wordt aangenomen.
Tot hulponderwijzeres aan de openbare burgerschool voor.
meisjes, wordt benoemd mej. P. P. Wynrozs te Breda en
aan de tweede armenschool mcj. A. Schouten alhier tot on
derwijzeressen in de vrouwelijke handwerken aan de laatst
genoemde school, mej. Zoet—-Berlijn en mej. KWrca—van der
Klein.
Na machtiging om aan de genomen besluiten uitvoering
tc geren zonder resnmptie eindigt de vergadering.
De Subcommissie foor de te houden Tentoonstelling
san voorwerpen bij gelegenheid van het 200 jarig
Mile' der ontdekking van de microscopische icesens
door ANTONY VAN LEE O fVENUOEK, welke
gehouden zsl worden te Deljt op den 8,tH1 September
e. k., verzoekt, dat de reeds toegezegde microscopen,
manuscripten, boeken, brochures en andere op Leeu
wenhoek betrekking hebbende voorwerpen, worden
toegezonden aan den laatst ondergeteekende, zoo
De Snbcommissie voornoemd,
Mr. i. SOÜTENDAM,
Secretaris der gemeente Delft.
Dr. C. K. HOFFMANN,
Hoogleeraar te Leiden.
P. J. HAAXMAN,
Apotheker te Rotterdam.
Dublin, 6 Ang. Het eeuwfeest van O' Cornell*»
geboorte is heden aangevangen met het vieren van
een groote mis in de hoofdkerk. De plechtigheid
was indrukwekkend j 4 aartsbisschoppen, 40 bisschop
pen en 500 priesters waren er bg- tegenwoordig,
behalve een groot aantal leeken. De aartsbisschop
van Cashel hield een lofrede op O' Connell. Kar
dinaal Oullen leidde de pleolitigheid.
Parijs, 6 Aug. Het Bonapartistisch blad le Jour
nal des Pyrenees Orientates is voor twee maanden ge
schorst, wegens het honen van de Nationale Verga
dering.
Geboren: 4 Aug. Picternells, ouders A. Rietveld en P.
Verby. Johannes, onders J. de Vrind en W. C. Tijgcmna.
Willem, ouders W. van Leeuwen en A. M. Monné.