Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
N 1762.
1875.
BINNENLAND.
BUITENLAND-
Bultenludsch Overzicht.
Zondag 12 December.
Kennisgeving.
GOUDSCHE COURANT
GOUDA, 11 December 1875.
Met genoegen vernemen wij, dat de heer J. N. X
Scheltema alhier, het voornemen heeft om het 3e deel
van het zoo bekende werk van de Lange van Wijn-
gaerden, dat zich thans in manuscript in het archief
dezer gemeente bevindt, in druk uit te geven.
Zooals onze lezers in het raadsverslag zullen zien,
heeft onze gemeenteraad genoemden neer daartoe
gemachtigd.
Woensdag
De BURGEMEESTER run Gouda, brengt bij dexe
ter kenui» van de belanghebbenden, dat door den
heer Provincialen Inspecteur der Directe Belastingen
en». te Rotterdam, op den 23en November 1875 rijn
executoir verklaardeen voljaars- en een tweede
kwartaal» kohier van de belasting op het personeel,
dienst 187S/7®.
Dat voormelde kohieren ter invordering lijn gesteld
in handen van den heer ontvanger, dat ieder daarop
voorkomende verpligt is, lijnen aansUg op den bij
de wet bepaalden voet te voldoen, en dat heden ingaat
de termijn van DRIE MAANDEN, binnen welken
de reclames behooren te worden ingediend.
Gouda, den 9n December 1875.
Do Burgemeester voornoemd,
VAN BERGEN UZENDOORN.
De stemming voor de 7 5 leden van den nieuwen
Fiaiwcheu Senaat heeft weinig resultaat opgeleverd.
Donderdag hebben slechts twee heeren de vereuahte
meerderheid verkregen, de tegenwoordige voorzitter
der kamer, Andiffret Paaouier en Martel (Pas-de-
Calais). Voor de overige plaatsen had de lijst der
linkerzijde eenige stemmen meer dan die der rechter
zijde. Gemiddelde verhouding: 324 tot 317 stemmen.
Volstrekte meerderheid 344.
De vergadering te Versailles weet niet wat
zij wil met betrekking tot de hervorming van het
rechtswezen in Egypte. Terwyl reeds alle mogend
heden den nieuwen toestand hebben goedgekeurd,
aarzelt zij nog haar adhesie aan het verdrag met
deu Khedive te geven.
De urgentie, die de minister vroeg, werd verwor
pen, maar evenzeer het voorstel der commissie, dat
strekte om de behandeling te verdagen. Nu komt
het ontwerp volgens reglement in 2e lezing. Mis
schien dat dan het oordeel der leden gevestigd is.
De Monitor Un wettel deelt mede, dat in den
Ministerraad besloten is de drukperswet in te trekken
met uitzondering van het eerste en laatste artikel,
handelende over de aanvallen op de constitutie
en over de opheffing van den staat van beleg.
Nadere berichten doen zien, dat de protectionisten
in den Duitschen ryksdag hun uiterste best gedaan
hebben om de bescherming der ijzerindustrie te be
houden, maar zij werden volkomen geslagen.
In de Donderdag gehouden zitting van den rijks
dag werd met een kleine meerderheid het voorstel
verworpen om met wijziging van art. 31 der Grondwet
get gevangennemen van afgevaardigden tijdens de
zitting van den Rijksdag ongeoorloofd te verklaren.
Dinsdag is in de Deensche Kamer de beraadslaging
geopend over de begrooting. Namens de linkerzijde
of oppositie werd hel woord gevoerd door Boysen,
die verklaarde, dat het Ministerie wel niet kon ver
wachten ondersteuning te zullen vinden bij de meer
derheid en men derhalve zoo spoedig mogelijk het
besluit wensohte te vernemen tot ontbinding der
Kamer.
By een feest te Petersburg heeft de keizer van
Rusland nog eens met nadruk op het Drie-keizers-
verbond gedronken.
Geen tand ter wereld verkeert misschien in treu
riger toestand dan Griekenland. Br heerscht een zoo
volkomen anarchie, een zoo volstrekt gemis aan
politikken eruit en eerlijkheid, dat bijna geeu andere
mogelijkheid om tot beteren toestand te geraken
bestaat dau een krachtige eenhoofdige regeering, ge
steund door een flinke militaire macht. Het eene
ministerie veroorlooft zich al ongepaster handelingen
dan het audere. Zij die het vorige kabinet Bulgaria
in staat van beschuldiging hebben gesteld en de
onder zijn bestuur tot stand gekomen wetten
laakten, worden thans op hun beurt beschul
digd. De ministers staan aan de scherpste verwy-
tingen bloot en het mooiste is, dat het publiek op
de tribunes ongestoord daaraan mededoet. Alles
wat in de laatste drie maanden is geschied, komt
neder op het beschuldigen en veroordeelen van vorige
ministeries. Waarschijnlijk zal weldra een nieuwe
kamerontbinding volgen, een ander ministerie in het
leven geroepen worden, maar zij tullen geen van beide
beter zijn dan hare voorgangsters. Zy die het wel meeuen gkleur
met hun land, zijn machteloos en kunnen niet anders
doen dan treuren over de diepe tempering van het
eenmaal zoo machtige en roemrijke Hellas.
De Nationale Raad van Zwitserland is op 6 dezer tot het
houden eeuer gewone najaarszitting bijeengekomen. Wel
zijn enkele nieuwe ledeu in de vergadering getreden, maar
in zijn samenstelling is geen wyziging gebracht in
dezen zin, dat de richting daarvan eenige verande
ring heeft ondergaan. De liberale partij beschikt,
gelijk vroeger, over een krachtige meerderheid. De
openingsrede, uitgesproken door den heer Suter, uit
Aargau, den president van jaran., bevatte geen opmer
kelijke woorden, met uitzondering van dat gedeelte,
waarin wordt gesproken van het vaste voornemen,
om de nieuwe grondwet in liberalen geest verder
te ontwikkelen.
De benoeming van het bureau, namelijk des hee
ren Prei, uit Bazelland, tot voorzitter, en van den
heer Acpli, uit St.-Gallen, tot onder-vooraitter, is
reeds per telegram medegedeeld.
Op dienzelfden dag is tevens de,zitting van den
Stendenraad geopend door den president van jaren,
den heer Muua Droz. Dit feit is zonder eenige
plechtigheid geschied; geen openingsrede is bij die
gelegenheid uitgesproken. By de verkiezing van
het bureau is de heer Muna Droz, uit Lachaudefouds,
benoemd tot voorzitter en de heer Sulzer, uit Witt-
terthur, tot vice-president.
KENNISGEVING.
De BURGEMEESTER van Gouda, brengt bij deze
ter kennis van de belanghebbenden, dat door den
heer Provincialen Inspecteur der Directe Belastingen
enz. te Rotterdam, op den 8n December 1875 is
executoir verklaardhet tweede kwartaal* kohier van
het patentregt, dienst 1875/75.
Dat voormeld kohier ter invordering is gesteld
in handen van den heer ontvanger, dat ieder daarop
voorkomende verpligt is, zynen aanslag op den bij
de wet bepaalden voet te voldoen, en dat heden ingaat
de termijn van DRIE MAANDEN, binnen welken
de reclames behooren te worden ingedieud.
Gouda, den 9n December 1875.
BsMMMMMBteS RMlOKIMMMd,
VAN BERGEN IJZENDOORN.
ENGELAND.
Nooit gaat in Engeland de Decembermaand voorbij
zonder dat enkele dier verschrikkelijke gasontploffin
gen in steenkolenmijnen plaats hebben, welke aan
honderden het leven kosten. Te Barnsley en Cardiff
hebben Maandag tegelijkertijd twee ontploffingen
ontzaglijke verwoestingen aangericht, waardoor te
Barnsley 120 en te Cardiff 12 mijnwerkers het leven
verloren.
Het is steeds dezelfde geschiedenis. Bij een druk
kende atmosfeer, als in December nevel en mist
dikwyls vergezelt, schijnt het gas der mijnen door
de ventilatiebuizen minder geinakkelykte ontsnappen; er
heeft een ophooping van gas plantain sommige gedeelten
der myn, en wanneer de mynwerkers daar komen,
blijft de vonk zelden uit. Een der mynwerkers
heeft zijn veiligheidslamp vergeten, en werkt met
een nachtlicht; of wel een mynwerker waagt zyn
leven en dat van al rijn makkers, door een pijp op
te steken, of wel een schot wordt gevuurd, of een
kleine kruitmyn ontstoken, zonder daf men deu
toestand der atmosfeer heeft onderzocht. Boven den
grond hoort men een dof rommelend geluid; vrou
wen en kinderen snellen naar den mond der myn,
waaruit ze een weinig rook zien dwarrelen, en dan
verkeeren alle vrouwen en kinderen van het mynwer-
kersdorp gedurende vele uren in de pynlykste onze
kerheid of een enkele der drie of vierhonderd man,
die des morgens omlaagdaalden, weder levend omhoog
geheschen zal worden.
Met den groots ten moed en de fierste doodsverachting
bieden zich steeds ingenieurs, doctoren en mijnwer-
Woensdag a. s. zal eene vergadering van de Debating-
Club plaats hebben, waarin de heer A. D. Petter zal
optreden, die de vraag: „Is het mogelijk dat een
eeuwige vrede wordt verkregen zal inleiden, waartoe
hij de volgende stellingen zal verdedigen:
1°. Arbitrage ter beslechting van internationale ge
schillen, is voor onze dagen geen practisch middel
ter voorkoming van oorlog.
2o. De oorlog moet en zal verdwijnen.
3o. Het verzachten van de oorlogsrampen, zooala
het doel was der conferentie te Brussel, werkt ter
verkrijging van een eeuwige vrede, eer voor-, dan
nadeelig.
Donderdagavond had in de zaal nKunstmin" een
openbare uitvoering plaats van de leerlingen der
Muziekschool van den heer Joh. W. Wensink.
Deze werd bijgewoond door de ouders der leer
lingen en een aantal andere belangstellenden.
Het programma werd naar genoegen van het pu
bliek uitgevoerd. Het spreekt van zelf dat een l>e-
oordeeling der uitvoering van genoemde kinderen hier
kers aan om ter redding omlaag te dalen, en zelden
of nooit komt het voor, dat deze heldendaad niet
aan enkelen het leven kost.
Het eerste werk dezer helden, wier bewonderens-
waardige moed iedereen moet treffen, die een oogen-
blik nadenkt over de kansen, die zij loopen, is
steeds om met extincteurs den brand te blusschen, die
door de ontploffing veelal in enkele steenkoollagen
is gesticht. Dan begint het pijnlijk en gevaarlyk
werk van het zoeken der lijken, en graaft en klooft
men met bijl en houweel om zoo mogelijk hen, die
nog niet dood zijn, bijtijds te redden. In de lange
mijngangen struikelt men nu en dan over eenig
lichaamsdeel, een voet, of arm of hoofd, dat van
het verminkte lichaam is afgescheurd door de ont
ploffing; en dan vindt men de eerste lijken, die
meestal, gelijk ook weder in deze gevallen, geheel
onherkenbaar zyn. De arme vrouwen en minderen,
die aan mond der mijnschacht wachten, moeten de
hartverscheurende taak vervullen de overblijfselen,
die omhoog worden gebracht, in oogenschouw te
nemen, om te zien of ze aan kledingstukken of
r van haar kunnen bespeuren, van wien het
treurig overschot is dat daar voor hen ligt.
De steenkool, die in deze koude dagen ons ver
warmt, die out het gas levert, dat ons licht geeft,
die de stoomkracht wekt, welke onze werktuigen,
spoortreinen en stoombooten voortdryft, wordt ver
kregen door het gevaarlijk werk der mannen, wier
plotselinge dood ons nu weder komt ontzetten. De
Timet hééft gelijk altijd opnieuw een hoofd
artikel, om er op aan te dringen, dat men betere
maatregelen neme tot bescherming der mynwerkers;
doch wij vreezen dat al deze artikelen niets bateu
zullen. Niet de regeering maar de mijnwerkers zel-
ven moeten de zaak ter harte nemen. Zy honrftei
soms maanden lang een werkstaking vol, om eenig
meerder loon te verwerven, doch nooit begonnen
zij een werkstaking, om, wanneer een myn verkeerd
is ingericht, de eigenaars te dwingen de noodige
maatregelen te nemen.
Vertrouwdheid met het gevaar maakt hen roe
keloos, en hieraan kan de regeering niet* doen. Ook
nu weder werden in de zakken van velen der gedood e
mynwerkers lucifers gevonden en tabakspijpen, en
wanneer men er aan deukt, dat het letterlijk veel minder
gevaarlyk is om op een vat kruit zittende te rooken,
dan in een steenkoolmijn, moet men erkennen, dat
lieden, roekeloos genoeg dit toch telkens te doen,
door geen regeering te beschermen zijn.