Halve Maatregelen. Kantongerecht te Gouda. INGEZONDEN. waarvoot hadden ingeschreven Ue heereu W. de Jong voor J 13,485; H. J. Nederhorst, 13,160; G. Toorn vliet, 12,875 Erven C. A. de (lidis, 12,159; T. A. Burghout, 11,86»; VV. 0. Reuhl, 11,790; P. M. Küitndnal, 11,47 5 en A. Snellemun 11,460 aan nelken leatatea het werk gegund ia. 2°. Het maken en in de vaart brengen van eene Pont ia de Turfsingelgraoht tegenover de Vlaming straat, inschrijvers waren de hh. A. Vuijk teCapelle a/d IJsel voor 733.89; A. C. Kriens te Krimpen a/d Lek, 488,A. Kwinkeleubnrg, 467,85 B. Vermeulen te Keeuwjjk, 465,en J. Borkus, J 376,40 aan wien 'tis gegund. Voorts werd nog bjj enkele iusohrijving aanbesteed «n aan den laogsteu inschrijver gegund de leverantie van de ten dienste der Gemeente, gedurende het jaar 1877, benoodigde materialen, als: 1. Houtwaren, de hh. L. P. Hoogendjjk ta Waddiuxveen 9 pCt. en A. de Jong Zn., 13 pCt. beneden tarief. 2. Ijzerwerk, de hh. Rocke en v. d. Voordt, Ie 's Hage, 6 pCt., G. Langeraar, 20 pCt., J. C. Götte, 24 püt., en J. J. Verdries, 31 pCt. beneden tarief. 3. Spijkers en ligte Ijzerwaren, de hh. G. Langeraar, 32 pCt., J. H. Kok, 8» pCt., en J. J. Verdries, 41 pCt. beneden tarief. 4. Lood en Zink, de hh. Rocke en v. d. Voort, te 'aHage, 13 pCt., H. van Berkei, 17 pCt., B. J. Weasels, 19 pCt. en J. J. Verdries, 34 pCt. beneden tarief. 5. Glas en Verfwaren, de hh. J. Rost, volgens tarief, W. van Soest en Sibbes, 10 pCt. en C. van Dillen k Zn., 12 pCt. beneden tarief. 6. Teer, de hh. J. IJpelaar, 19 pCt., J. H. Kok, 30 pCt. en L. Visser 38 pCt. beueden tarief. 1. Kalk, de hh. Wed. Wernink k Zn., te Oudshoorn, 15 pCt. en A. Jonker Zn. 6 pCt boven tarief. vrind en 9. Zand, niet gegund. 10. 30,000 JJst'linetselplavei, de hh. J. C. v. Vliet Dz., 6,59, A- B. van Houwen, 6.58 en Wed. P. van Lange te Gouderak, 8,49 per 1000 stuks. 11. 100,000 BI. IJselstraatklinkers, de hh. A. B. v. Houweninge, 692.50, P. Schelling te Ouderkerk, 664,K. J.v. Houweninge te Gouderak, 649,J. Holst, te Ouderkerk, f 640,en J. A. van Houweninge te (iouderak, f 630,12. 25,000 Veqhtsche Straat klinkers Waalvorm, de hr. van deu Bergh k Co., te Montfoort, 19.47 per 1000 stuks. 13. 26,000 Veobtscbe Straatklinkers, gewone vorm, de hh. G. f. v»n den Broeke, te Rjjnhovc bij Utrecht, 20,— en van den Bergh k Co., te Montfoort, 17,74 tor 1000 stuks. 14. 30,000 vlakke gr. Vechtsche Klinkers, gewone vorm, de hr. v. d. Bergh It Co., te Montfoort, 17,97 per 1000 stuks. 16. 10,000 Lujjkache Straatkeien, de hh. F. J. Smits te Dor- dreoht, 95,59 en Erve Trip te Utrecht, 92.94 per 1000 stuks. In de Qatetit om Gent van jjToenadag 6 Decem ber lezen wij het volgende onder het stadsnieuws De heer P. van der Want, pjjpenfabriekant te Gouda, de Vervaardiger der Gentache Paciflcatiepijp heeft aan opa stedelijk bestuur als geschenk toegezonden deu Ëren vorm, welke tot de vervaardiging dier pijp snd heeft. Die koperen vorm ia gesloten ineen eikenhouten kistje met glazen deksel. Langs beide kanten van den vorm is eene pijp vastgehecht. Het is schipper Njjgh, varende van Rotterdam op Gent, die in eigen persoon het geschenk overhandigd heeft, zooals hem door den heer van der Want de last Was opgedragen. Bjj gemeld geschenk was nog een ander gevoegd, nl. een kistje, bevattende verscheidene pijpen, door den heer van der Want vervaardigd bij gelegenheid van verschillende merkwaardige plech tigheden. De geschenken vau den heer van der Want zullen in het museum van merkwaardige voorwerpen 'Ag oudheden bewaard worden De Paoiticatiepijpen zullen weldra zeldzaam zijn, want er worden geen meer vervaardigd. i De heer J. W. Brouwers trad Zondag in de R. K. Leeevereenigiug ais spreker op. Het onderwerp was de kunst van klokkengieten, in 't bijzonder ter samen stelling van klokkenspelen. Als tijdgenoot van Vondel, van Cainpen en Joan Blaeu, werden de verdiensten van Petrus Hemeny aangetoond als de onovertroffen kunstenaar in het klokkengieten, van Hemeny, die in Nederland alléén meer spelen heeft vervaardigd- dan er thans in geheel Europa zijn. De boeiende voordraoht ever een zoo bij uitstek „Nederlandsoheu" tak vau industrie voldeed algemeen en als eersteling van het lezingajaar heeft de begaafde spreker bijzon deren dank veniiend. (De Tijd). VERGADERING van dek GEMEENTERAAD. Vrijdag den Sen Deoember 1876, des namiddags ten 1 ure, ten einde kennis te nemen van eeu nader ▼ogmtel, omtrent den afstand van grond aai het Rijk ter vergrooting van de kazerne. Te benoemen: Ben Tweeden Onderwijzer aan de Stadsmuziekschool tevens Kapelmeester bjj de Schutterij Drie hulponderwijzers en eene hulponderwjjzeres aan de openbare scholen van Lager Onderwjja. Zondag U. had de tweede jaarlijksche vergadering plaats der werklieden-vereeniging „Providentie" alhier. Uit de rekening en verantwoording bleek, dat een batig saldo vau 1498 voorhanden was. Het aan de orde gestelde punt was de aansluiting aan het Algemeen Nederlandsen Werkliedenverbond. De hh. Th. De Rot en C. Kiseel, van Rotterdam, waren uitgenoodigd om doel en strekking van dit Verbond uiteen te zetten. Door hen werd er vooral op gewezen, dat, indien de Vereeuigiug zich aansloot, zjj verplicht zou zjjn mede te werken aan de uitbreiding en verbete ring van het neutraal openbaar lager- en middelbaar onderwijs en invoering van den leerplicht. Ook het nut tige, en voor den werkenden stand zeiven en voor de gansche maatschappij van de totale afsohaffing van den kinderarbeid werd aangetoond. Dit alles vond bjjna geen tegenspraak, en met overgroote meerderheid werd tot aansluiting aan het Verhoud besloten. Bjj eene algemeene order voor het leger heeft de minister van oorlog ter kennis gebracht van het leger dat het Z. M. den Koning behaagd heeft Hd. goedkeu ring en tevredenheid te betuigen aan allen, zoowel ambtelijke als bijzondere personen, die zich, in welke betrekking ook, ter gelegenheid van den jongsten watersnood verdienstelijk gedroegen en het hunne toe brachten, hetzg tot herstel, hetzjj tot leniging der ge leden rampen, hetzij tot voorkoming van meer onheilen. De Ned. maatschappij tot bevordering van genees kunde heeft op 30 Nov. jl. vier verzoekschriften gericht tot deu Minister van binnenlandsche zaken. Daarbjj wordt gevraagd: lo. dat het ouderwijs in de gymnastiek verplioh- tend wordt gesteld aan alle soholen voor lager onderwjjs; 8o. dat de gemeentebesturen worden herinnerd aan hun verplichtiug om afschriften van vaocinebewjjzen te geven 3o. dat op het programma der hoogere burgerscholen voor jongens en meisjes en de kweekscholen voor onderwjjzers-personeel de gezondheiosleer als leervak worde opgenomen; 4o dat de vaccinatie in het eerste levensjaarver- pliohtend worde gesteld, geljjk in Engeland het geval is. De maatschappij Iweft verder de besturen vau die gemeenten, waar gymnasicu moeten bestaan, gewezen op de noodzakelijkheid, dat de gymnastiek, ofschoon geen verplicht leervak, tot als zoodanig worde beschouwd. -^UR Waddinxveen schrijft men ons De dezer dagen door de alhier bestaande Dames- krans gehouden verlo||ing van voorwerpen van kunst en smaak heeft opgebracht 261.welke son: Dins dagavond in kleedingstukken en lekkernijen, aan on geveer 100 arme kinderen van ulle gezindten in de gemeente, is uitgereikt. Eere aan deze jonge dames, die veel tijd cn moeite aan dit nuttige werk hebben opgeofferdDe gemeente is voor hunne bemoeiingen erkentelijk, getuige de sympathie voor de verloting, waarvoor van a}le zijden prijzen zijn aangeboden. Men schrijft ons uit Stolwijk Zaterdag 11. werd de tweede spreekbeurt op de vergadering „Uitspanning door Inspanning" vervuld door deu heer L. A. de Vreugt, die een hoogst be langrijke rede hield overhet opruimen vau oude meubelen. Met onverdeelde aandacht werd spreker in zijne boeiende lezing gevolgd door het talrijk opge komen publiek. Eenige bijdragen, door eenige leden gegeven, brachten het hunne bjj, om het genot van den avond te verhoogen. 'idJit het 56tal sollicitanten naar de vacante betrek king van secretaris te Zutfen, is de volgende voordracht gemuakt1. de heer J. E. de Voogd, burgemeester van Nieuwerkerk aan deu IJssel eu Capelle, oand.- notarisen 2. de heer 8. A. Vernéde, ambtenaar ter secretarie te Schiedam. Staten-Oeneraal. Tweede Kamee. Zittingen van 5 en 6 December 1876. In de zitting van Dinsdag bij de voortzetting van de beraadslagingen over het hoofdstuk justitie, heeft de minister van justitie eenige spreken beantwoord en wets-ontwerpen aangekondigd tot wijziging der wet voor het krijgsvolk te lande (afschaffing lijfstraffen); tot wijziging der wet op de tucht op de koopvaardijschepen: tot wijziging van art. 345 van het Wetb. van Koop handel: een om gevolg te geven aan een van de advie zen voortgevloeid uit de enquete nopens den toestand van de koopvaardijvloot: de insteUing namelijk van eene wijze van onderzoek naar de plaats gehad heb bende zeerampen, en een tot wijziging van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering (opheffing procuraat, summiere behandeling van alle zaken). Voorts ver klaarde de minister aat in Limburg prooeaaen zjjn ge stuit op grond van een arreet van den hoogenraad; hjj handhaafde het beginsel dat de staat onbevoegd is tot inmenging in de zaden der hervormde kerk, zoo min Ha in die van eenig kerkgenootschap. Na uitvoerige dis- cussiën werd het algemeen debat gesloten. In de zitting van gisteren is het hoofdstuk justitie aangenomen met 67 stemmen tegen 1, die van den heer Haffmans, nadat de minister den post voor eene nieuwe gevangenis te 's Hage had teruggenomen. De begrootiug voor Ommerschans en Veeuhuizen is aan genomen met 65 tegen 2 stemmen, na aanneming van een amendement van den heer van Houten, ter rsr- mindering met 10,409, om niet te praejudiciiSerta op de toekomst der bedelaarsgestichteu. De behan deling van hoofdstuk V is aangevangen. Er zijn geen algemeene beraadslagingen gevoerd. Heden voortzetting. De TV. R. Ct. ontving de volgende toelichting van het jongste bericht uit Atchin ook door om medegedeeld. Hoewel de Staate-Ct. reeds eenige toelichting gaf tot het bericht, dat Simpang Olim en Tandjong Semantok zich aan het Nederlandsoh gezag hebben onderworpen, sohjjut mg de belangrijkheid dezer tgding toch nog niet algemeen te worden gevoeld. Ik richt daarom het verzoek tot u, M. de Red.dit schreven op te nemen in uw veelgelezen blad. In de onderwerping van Simpang Olim en Tand jong (Semantok zie tk, ook met waardeering der onder werping van Pedir, het grootste suocès, dat wq in Noord-Sumatra hebben behaald na de inneming van den Kraton. Zoolang die onderwerping uitbleef, was onze vestiging aan de Oostkust van Sumatra, voor zoover het voormalig Rjjk van Atchin betreft, onvol komen en niet aaneengesloten. Dit gebrek liet zich te meer gevoelen door de nnbglieid van het ons goed gezinde Edi, waar onze invloed het meest ingang gevonden heeft, en door het levendig verkeer, dat tusschen Simpang Olim en het daartegenover gelegen Penang plaats heeft. In nauw verbaud met de Atjehers te Penang geves tigd, was Simpang Olim sedert jaren het broeinest van de vgandige gezindheid tegen Nederlaud. Van daar uit werden de strooptoehteu ondernomen, dia vóór den oorlog zich soms tot onze veatigiug bezuiden de Temianrivier uitstrekten. De Gipiy, bet gewapend vaartuig, welke opbrengiug mede den oorlog deed ontstaan, behoorde daar tehuis. Het bericht, dat de radja, tot dusver om zjju ous vjjaudige gezindheid bekeud, bjj het naderen van ouze troepen onvoorwaardelijk zijn onderwerping heeft aan geboden en met een oorlogschip naar Groot-Atchin gaat oip bjj den militairen en eivielen bevelhebber persoonlijk deze dood te bekrachtigen, terwijl voor onze vestiging een terrein is uitgekosen dik bericht geeft de ouderstelling eenigen grond, dat ds twijfel auu de duurzaamheid onzer vestiging de Atchin- ache hoofdeu begint tc bewegen. Volgens betrouwbare berichten wus de ouzekerheid omtrent het blijvends van ouze vestiging, welke de oorlogspartij in Atchin veilig tarten kon, het grootste bezwaar, dat toennderiug en onderwerping tegenhield. En wanneer de gebeele Oost-en Noordkust aan onf onderworpen is eu de bevolking, geljjk thans reeds in Edi, de voordeelen leert kennen van den Kuro- peeschen invloed die rust, orde en welvaart doet ontr staan, dan zal daardoor de tegenstand veeleer worden gebroken dan door krijgsgeweld. Maar het bericht bevat bovendien nog een hoogst belangrijke mededeeling ten aanzien van de wjjzc, waarop Tandjong Semantok is beoorloogd. Het is de eerste maal- dat Atjehers streden aan onze zijde, of liever, dat Toekoe Moeda Angkasa zjjn tegenstander aanviel, terwjjl hjj door onze troepen werd oudersteund. En neemt men daarbij 'n aanmerking dat hjj Merban wilde hernemep van Toekoe Paya, die het hem af handig had gemaakt, en die in den strjjd tegen ous zioh zeer onderscheiden had, dan verkrijgt deze mededeeling nog meer beteekenis, dan ieder, die maar eenigszins bekend is met de opkomst van ons gezag in dan Archipel, er buitendien reeds aan zal toekenuen. Hier is weer gebleken, wat geduld en kloek beleid vermogen. De bijzonderheden der onderwerping van deze twee landschappen zjjn ons nog niet bekend- maar ik zou mjj al zeer moeten vergissen, zoo hst verkregen succes niet voor esn groot deel te danken is aan de uitnemende militaire maatregelenblokkade van den riviermond door kleine vaartuigenen de politieke voorbereiding van den kapt.-luit. ter vtfi Ëoogaari, die als statiouskommandanj aan de Oostkust gedurende ongeveer drie jaren zioh zoo uitstekend kweet van zijn taak. Ik heb gemeend te moeten in 't licht stellen, hpe belangrijk en hencheljjk de ontvangen berichten zjjn. Niet omdat ik vfoeger In da Kamer op de wenaobe- ljjkheid der onderwerping van Simpang Olim gewe zen heb en daartoe heb geadviseerd, maar ornaat kg de groote bezorgdheid, die niet ten onrechte in den lande heersoht over den oorlog op Nonrd-Sumstra, een dergelijke verblijdende tjjding waardeering verdient. Want ik behoor niet tot hen, die een roemrgk feit, waarop de gansche Natie trotsch mag zijn, trach ten te verkleinen, omdat het door. een ander, is vpf- bracht, of omdat pglitiiike partgschap hun de oqgen benevelt. Integendeel, ik verheug mg ten zeerate over het behaald succes en wcnsch den Minister van Ko loniën, de Regeering, de Natie er geluk mede. FRANSEN VAN DE PUTTE. Den Hasg, 4 Deoember 1874, Z. M. de Koning heeft een besluit genomen, ^sarbij, de betrekkingen van inspecteur der artillerie en vau directeur voor het materieel worden opgeheven. De titularissen sullen voortaan de betrekking beklee- den respectievelijk van genereal-majoor inspecteur van het personeel en van geueraal-majoor inspecteur tan het materieel der artillerie. De oudste iu rang zal kunnen zijn luitenant-generaal. De Staatscourant bevat het verslag van den minis ter van binnenlandsche zaken aan Z. M. deu koning betreffende den aAoop van de lichting der nationale ipilitie over 1876. Het bedrag dier lichting werd op 11000 man vastgesteld. Het getal iugeschreveuen bedroeg 31509 tegen 30710 in 1876. Er zijn voor de lichting van 1876, zoo bjj de militie te land als bjjdetccmilitie, 10808 man ingelijfd, zoodat het getal ontbrekenden 192 bedraagt, ten gevolge van gebrek aan beschikbare lotelingen in 103 gemeenten, waaronder Amsterdam roet een tekort van 26 lotelingen op een aandeel in de lichting van 777, bjj eenjgetal ingeschre venen van 2226. Was het bg de vier voorafgaande jaren gebleken, dat het aantal ontbrekenden grooter of kleiner is naar gelang van het getal ingeschre venen eu van bet bedrag der lichting, het jaar 1876 maakt hierop eene ongunstige uitzondering, want terwjjl toch het getal ingeschrevenen iu dat jaar grooter was dan in elk der jaren 1873, 1874 en 1875, en het bedrag der liohting evenzeer op 11000 msu is vustgeateld, zoo ia er bij het tekort op de ligting van 1876, in plaats van vermindering, eeae niet onbelangrijke vermeerdering 'waar te nemen.- Het getal ingelijfde plaatsvervangers in 1876 bedroeg 1629, dus ruim een zevende deel van het aantal afgeleverde manschappen. Van de bevoegdheid tot het stellen van plaatsvervangers is bij de liohting van 1876 minder ruim gebruik gemaakt dan iu elk der vier voorafgaande jaren. Evenzeer it er, ten aanzien van de nomraerverwisseling, ofschoon tot een eenigzius hooger bedrag dan iu 1875, toen het getal iiigetgfde uominerverwiaseluart 549 bedroeg, bg de drie voorafgaande jaren vergeleken, ook bg 'le lichting van 1876 vermiudering waar te nemen. Het anntai der in dat jaar als zoodauig opgetredeucn bedraagt 565. Het aantal toegekende vrjjateUiugen wegens gemis va» de gevorderde lengte blijft iu de laatste jaren steeds afnemendedaarentegen is de vrijstelling wegens ziekelijke gesteldheid of gebreken klimmend. Als eenige wettige zoon is bij de lichting van 1876 san 4386 lotelingen vrijstelling toegekend, en wegens éigen militaire dienst of die van broeders werd in 1876 vrijstelling toegekend aan 9279 loteliugen. In de gisteren gehouden zitting van den Haagsche Sr meent-raad is afwijzend beschikt op het verzoek van van Koolbergen, te Amsterdam, om concessie voor een abattoir of algemeen slachthuis, eu besloten niet terug te komen op het voor eenige weken genomen be- alnit om een zoodanig abattoir voor rekening der ge meente in te richten. Het hoofdbestuur der Vereeniging „Volksonderwijs" zal dezer dagen aan de hoofdonderwijzers in Nederland een circulaire richten, waarbjj zjj worden uitgenoodigd om gedurende het jaar 1877 geregeld driemaande- Üjksohe statistieke opgaren van het schoolverzuim in te zenden. In het belang eener goede statistiek is het Ie hopen, dat de hoofdonderw jjzers zich de moeite en den tijd zullen getroosten, de daartoe verstrekte formu lieren nauwkeurig in te vullen en geregeld in te zenden. Uit Veendam wordt gemeld Het verbruik van paardevleesch neemt hier en in de oikztreken van week tot week toe. Gemiddeld worden er Wekelijks 3 paarden geslacht, Men schrijft uit de residentie aan de Amet. Cf. O. a. het volgende: „Hoewel ik gaarne wil erkennen met den geheelen inhoud Van het onderwjjs-ontwerp nog niet bekend tezjjn, zoo kan ik toch met volkomen gerustheid zeggen, dat het ontwerp noch is „clericnal" noch in den geest vsn „verlaging van het peil van het lager onderwijs.* Het tegendeel is waar, het lit blijken dat het ontwerp de tegenovergestelde Idenr draagt van hetgeen de Haagsohe oorrespon dent der Midden. Ct. er van verteld heeft. Neen, de algemeene geest van het ontwerp is noch derieaal in den zin van toegeven aan overdreven eisehen der kerkeljjke partgen, noeh radioaal in den zin der mannen van het bekende Nuts-repport. «Maar zullen alle partgen er door bevredigd worden?" Dg briefschrijver betwijfelt het, maar eene regeering heeft dan ook een andere taak dan partij-inzichten te bevredigen. „Zjj heeft, vooral waar het zulke eene gewichtige zaak betreft als het onderwjja en de opvoeding van de kindergu des volks, zich uitslui tend deze vraag te stellen „op welke wijze kan het best de eensgezindheid onder al de zonen van het zelfde vaderland worden bewaard En bij de beant woording dier vraag, heeft geen Miuister, wie hjj dan ook zjjn moge, te rade te gaan met zjjn eigen ik, maar wel met de behoefte van het algemeen. Ik houd mjj overtuigd, dat de Miuister Heemskerk dit bjj de bewerking vsn zijn ontwerp, dst een giheele herziening der onderwijswet van 1857 omvut, niet zal hebbeu uit het oog verloreu. Zal het ontwerp wanneer het bekend wordt, den Minister geen „warme vrienden" bezorgen, juist het gerniz dier vrienden zal het bewgs opleveren, dat de Minister getracht heeft naar zijn beste vermogen allen te bevredigen. Ba Wanneer dan de ledeu der Kamer, soowel liberalen als clericaleu wilieu inzien, dat eeu voldoende rigeliug onmogelijk is, indien uitsluitend aan huuue eisehen wordt vuldaau, dan durf ik mjj vleieu, dat den minister Heemskerk het geluk zal ten deel valleu, ook dit onderwerp in het belang van het vaderlaud tot een goed einde te hebben gebracht. Zullen de partjjeu den Minister die scliuone voldoening willen scheuken Het voorjaar van 1877 zal hierop het antwoord geven." In een te Hengelo op 3 Dec. gehouden vergadering der gesamenljjke Kamers van Koophandel in Tweute, is de wenscheljjkheid besproken vau pogingen tot het erlangeu vau vrjj handelsverkeer tusschea Neder land eu Ned.-Indië. Men besloot tot het benoemen eener commissie met de opdracht, om een onderzoek in te stellen uaar den tegenwoordigeu toestand der Nederlaudsche katoen-iudustrie, om na te gaan in hoeverre de vaststelling der tariefwet van 1872 blijkt gunstig of onguustig voor haar gewerkt te hebben, en om, zoo noodig, voorstellen te doen, tot verbe ten ug vsn 't verkeer tusschea moederland en koloniën, terwijl de verdere behandeling van het door de K. van K. en F. te Almelo voorgestelde ontwerp werd verdaagd tot eene volgende gecombineerde vergade ring der Kamers, te houden na afloop van het onder zoek der voormelde commissie, waarvan het rapport uiterlijk biunen 3 mauuden moet worden uitgebracht. Een merkwaardig geval van loodvergiftiging moge tot waarschuwing strekken voor allen, die vroegtijdig beginnen te drinken. Een Londenaar, rjjtnigschoon- maker van beroep, had zjjne stem bijna geheel ver loren. Zjjn werk geschiedde natuurlijk 's nachts, en gewoonlijk had hjj zijn taak volbracht, wanneer de tapperjjeu werden geopend. Hjj placht dan altjjd een glas bier of brendcwjjo te drinken en daar dit glas gewoonlijk het eerste wne, dat uitgeschoukeu werd, kreeg hjj telkens dat gedeelte van de vloeistof dat den ganschen nacht met de pjjp in aaaraking geweest was. Een geneeskundige, tot wieu hij zich begaf om raad te vragen voor zjj* keel, merkte weldra eporen op van loodvergiftiging. Een weinig van den drank, dien hjj morgens placht te nuttigen, werd scheikundig onderzocht, en bleek een vrjj sterk loodgehalte te bezitten. We hebben het alweer tegen een gewoon spreek woord, dat, o! zoo mooi klinkt, maar dikwjjls veel kwaad sticht. Ik bedoel dat van het halve ei, dat beter is dun eeu ledige dop. Naar den letter opgevat, is het zeker boven alle bedenking dat men beter gediend is met eene halve portie, dan dat men nieta krjjgt; maar ik wensciite, dat, even als de hongerige zjjn best doet, wat meer te krjjgen dan dat karige deel, ook, met het oog op maatschappelijke behoef ten, naar het nog ontbrekende werd gezocht. Het is bij ous te laude eeu gewoon verschjjnsel, dat men jaren lang roept om een of ander, dat on misbaar noodig is. Roepen en klagen is ook veel gemakkeljjker dan werken. Als alle auderen onszijn voorgegaan, dau komen wij eindeljjk achteraan met iets, met een beetje, eene kleinigheid; want alles op eens, forsch doortasten, snel voortwerken, het geheel aanpakken, dat zou niet deftig, niet bezadigd, niet Nederlandsoh zjjn. Psst op, dat gjj n geene afkeu ring daarvan aanmatigt. Gjj krjjgt eeu breeden atroom tegen u. En het gewone, telkens wederkeerende, woord is: houd u toch bedaard, wees tevreden met hetgeen gjj hebt: beter een hall ei, den een ledige dop; gjj hebt nu vast wat, en de andere helft zal wel volgen. Ik zou er vrede bjj kunnen hebben, dat men in tweeën doet, wat ineens geschieden kon, als dat tweede maar niet zoolang uitbleef, als er maar niemaud door leed, die op die andere helft wacht. Eigenljjk ia het al heel leeljjk te zeggen: ik heb mjjn zin, nn kunt gjj wel wat wachten; maar nog leeljjker is het, als men van honderd hongerigen de eene helft den mond stopt en de andere gapenden hongerend laat «taan. Er worden dikwjjls halve maatregelen genomen, die uitmuntend zjjn voor wie er voordeel van hebben, maar de behoeften der onbevredigden nog veel sterker doen uitkomen. Weet ge, waarop ik bet oog heb? Op de wet op den kinderarbeid, die een deel der Nederlandschejeugd teg goede komt, maar de jeugd ten platten lande, ontjjdig tot den veldarbeid geroepen, wreedaardig buiten sluit. 't Is al dikwjjls genoeg gezegd; zeer velen zjjn overtuigd, dat het anders worden moet; maar daarbij bijjft het, wij komen geen stap verder en als gjj er u over beklaagt, dan is vaak het wederwoord: wil toch uiet alles op eens, wjj hebben de fabriekskinderen nu al gered, het overige zal ook wel komen. Wauneer? 't Is geene kleine saak, geen ondergesohikt belang, dat duizenden kinderen in pns landbouwend land, veel te vroeg aan het onderwjjs worden onttrokken of daarvan geheel geen gebruik maken; dat zjj tot arbeid boven hunne krachten, of tot slenteren bjj dijken en wegen worden gedoemd, om naderhand de domme menigte te vermeerderen. 't Is waar, er wordt sedert eenige jaren, ook ten pintten lande, meer werk gemaakt van het beatrjjden van schoolverzuim; maar doet daartegen, wat gjj wilt, gjj kunt ze niet overtuigen, die zeggen: wjj hebban de kinderen voor onzen arbeid noodig. Ze zullen dat bljjven zeggen, tot dat de wet verplicht. Gebeurt dat uiet, dan is er geene andere macht in stunt het onrecht weg te nemen en de mishandel den te bevrjjden uit de macht hunner onmenacheljjke vijanden, die vaak onder den liefelij ken naam van vader of moeder zich verschuilen. De jeugd op het land is veel te lang aan kaar lot overgelaten. Zjj heeft geen mindere behoefte dan die in de steden. De bevolking daar buiten moet even goed opgeleid worden als elders, want zjj treedt ook in vele aangelegenheden der burgermaatschappij handelend op; die voordeelen van kennis en weten schap mogen niet partijdig aan enkele* onthouden worden; 't is in het nadeel van het gansche land, Daarom mogen wjj niet ten halve Ujjveu stilstaan, en heel dankbaar ons toonen, tooi wat wjj hebben, alsof er nu niets meer ontbrak. Er moet op gewezen, van gesproken, over geschre ven worden, teneinde de machine aan den gang ta krjjgen. Men versta mjj wel: Ik wil geena onrustige ba- wegingen, geene onstuimige eisehen, geene overdrjj* ving vooral. Maar laat ons ook niet inslapen, en ale de kat op den muit zitten wachten. Wijzen op bestaande ge breken, op dringende behoeften, op onhoudbare toe standen, dat alles moet tot de overtuiging brengen: wjj moeten venter Een van beiden is waar; de kinderarbeid die aan de verstandeljjke en vaak ook lichameljjke ontwikke ling der kinderen sohaadt, is een noodzakeljjk kwaad, en dan moeten ze allen, in fabrieken of op het laad, maar bljjven voortarbeiden; of het is een kanker voor onze maatschappjj, die ernstig dient bestreden to worden. Maar dan ook geene halve maatregelen, niet den eeuen geholpen en den anderen verstooten, hier flink doorgetast en ginds de kwaal laten voortwoekeren. 't Is om ds andere helft van het ei te doen. (D« CooFHUTtt.) Mijnteer ie Redacteur! In de Raadsvergadering van Dinsdag 28 Nov. jl. is bjj de behandeling van mjjn adres, over de verdere uitgave van het uitgebreid Raadsverslag, door deu heer mr. P. J. Snel die uitgaaf zeer aanbevolenat dit wel noodig was in de gegeven omstandigheden betwjjfel ik, dooh stel er als toekomstige uitgever prijs op. Ik moet echter betreuren en mjjn leedwesen open lijk te kennen geren, over de wijze, waarop een rechtsgeleerde als de heer Snel zich veroorloofde, in de raadszaal publiek te zeggen, dat de verslagen in de Goudstke Ct. uiet uaar waarheid worden opgemaakt want dat het dikwijls gebeurde dat de hh. Virulij en. Remij over eene zaak als tegenstemmers waren vermeld, terwijl zij vóór hadden ^gestemd of omgekeerd. Ik meen te moeten oonstateeren, dat dit zoolang de heer Snel de eer heeft gehad lid van den Gemeente raad te zijn, onjuist is, en te verklaren, dat in de namen van heeren, die aan de stemmiugen deelnamen, door my geene vergissingen hebben plaats gehad. Bovendien moet de heer Snel weten, cat von wege hh Oomraisssarissen der Goudscke Courant van mij niet wordt verlangd een beredeneerd Raadsverslag, dia toch zou de, toeget .tne gemeentesubsidie overbodig zyn. Met gevoel van, hoogachting, heb ik de eer te zyn* UwelEd. Qestr. Dv. Dienaar, A. BRINKMAN, Verslaggever fan het Raadsverslag in de Goudsche Courant. Op de terechtzittingen fan 22 Nöfember, 1876 gqm de navolgende personen veroordeeld. D. f. W. tot eene geldboete fan 1» of subs, ge-

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1876 | | pagina 2