Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
van
de,
JIDEN.
*nte Moor-
[DAG den
3S8E,
ffl,
lijn,
1NHAGE.
BS!
SEMISMVB
II
s.
BUITENLAND.
1 1
>terij
1877 Woensdag 6 Juni. - j^P
Mr. P. P. van Bosse,
Minister van Staat, de uiterst bekwame Financier,
2°. Voor de buitengewone vacature: (Blauw
Stembiljet.)
Buitcntandsch Overzicht.
.1
-J
r
ISl
e Klasse
UNI e.k.
UDA.
ƒ1.-
H1
•PING
edigfde
JUNI
JR.
izers.
Mr. J. Pa lijn,
■d
I ïs
Stembiljet.
Dc RlDACTlE.
zeer
1
l
Kzmoemd,
N' van acht
alveren, die
iet van den
Zaken zgn
buiten ons land, aan
geletterden
It ge haar
ilGING ta
op 12 JUNI
>or het lad
der Staten-
12 ure, op
or A. va»
1 den Zuid-
ordrecht, in
1 te VER-
Ijet) en
Stembiljet}
vorden aan-
JB,
Pree.
IAN, Secr.
GOUDSCHE COURANT.
igingen der
)A, zjjn tot
IATSCHAP
EN-GENE-
en het aftre-
^Al^Candilaten^^örTeTvred^Kam^id
het Hoofdkiesdistrict GOUDA, worden aan
bevolen
i
1#. Voor de gewone vacatureWil Stembiljet.)
Lid der Provinciale Staten voor het District
ZOETERMEER.
De zaken van Turkije gaan niet voorspoedig. Zij
moeten zelfs slechter staan dan algemeen bekend
is; want de Turkschgezinde dagbladen, vooral de
Engelsche, beginnen zoo hopeloos te klagen, dat
men onwillekeurig tot het vermoeden komt, dat hetzij
geldgebrek, hptzij verdeeldheid te Konstantinopel, of
iets dergelijks de werkeloosheid en de onbekwaamheid
der Tnrkschè bevelhebbers komt verergeren.
liet is zeker, dat in Azië de Bessen steeds vor
deringen maken. De eerste troepen moeten op eenige
uren van Erzeroem staan. Aan den Donan hebben
alleen, natuurlijke beletselen, inzonderheid de gevallen
regens en de hooge waterstand, den voortgang der
Bussen vertraagd.
In de Fransclie rogecringskringcn sdüjnt men nog
niet tot een bepaald besluit gekomen te zijn omtrent
de hopding, welke men tegenover de Kamer zal aan
nemen, die den 16n dezer weder bijeenkomt. Zalmen
dadelijk de ontbinding aanvragen bij den senaat of
BURGEMEESTER en WETHOUDERS
der Gemeente Gouda vervallen eenen irra-
rigen pligt door ter algemeene kennis te
brengen, dat HARE MAJESTEIT DE KO
NINGIN op den Sa deser te 'e Greoenhage
is overleden.
Gedurende acht achtereenvolgende dagen
en voorts nog daags vóór en op den dag
der begrafenis, zullen ten toeken van alge-
OMSMn rouw, d» klokken driemaal daags
worden geluid.
Burgemeester en Wethouders vertrouwen,
dat de Ingezetenen, ook als blijk van deel
neming in dit treffend verliet, zich in dien
tijd van alles zullen onthouden wat eeue
gepaste stilte zou kunnen storen.
Gouda, den 4n Juni 1877.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Secretaris, De Burgemeester,
v. Stbbnbacu, 1. s. v. Bbbobn Uzbndoobn.
Der Kortten plicht is... hoog te staan!
Him voegt
De middelmaat, zoo min als 't lage.
Een eerzuil wil ik, ja. maar niet van steen,
Ik wil een eerzuil in 't hart mijns Volks
Die gedachte ie het geweest, welke
de handelingen bestuurde vat» Haar, die
van ons is weggegaan, van Haar, die
als Nederland’s Koningin toonde te be
grijpen wat het zeggen wil een vorsten
zetel te deelenwat het beteekent geroepen
te zjjn tot het dragen van. «en kroon.
«Ess bbbzvh. in ’t habt dbs Volks,
dat was het doel van haar streven, het
toppunt harer wenschen, het ideaal
barer ziel, en dat haar streven niet ver-
geefsch was, dat haar dierbaarste wensch
vervuld werd, dat stond te lezen op
ieders gelaat, toen de treurmare zich
verspreidde: «Onze Koningin is ziek.»
Dat bleek bovenal op de meest ondub
belzinnige wjjze, toen de slag zelf viel
en van uit de residentie de droevige
tijding luidde: «Zjj is niet meer, onze
Vorstin
Zjj is niet meer, onze Vorstin, Zg
die schitterde door uitnemende geestes
gaven, door een helder verstand, uit
gebreide kennis en flink oordeel, Zjj
wier daden bovenal getuigden, van het
bezit van een gevoelvol, deelnemend
hart, is opgeroepen van deze aarde, waar
zoo menige traan door haar gedroogd,
zoo menige smart door haar gelenigd,
zoo menige kommer door haar verzacht
werd.
Zij is niet meer, onn Vorstin, Zij, die
ofschoon niet hier ie lande geboren,
in den volsten zin des woords onze land
genoot» was geworden, die deelde in onze
vreugde en leed met ons in dagen van
smart, ia voor immer van ons heenge
gaan!
Zjj, die van het eerste oogenblik harer
komst hier te lande deed wat zij kon
én door ’t schenken van onbekrompen
giften én door ’t betuigen van persoon
lijke sympathie én door haar geheele
wgze van zjjn, om te doen zien, wat
zg voor baar volk wilde zjjn, is den
weg opgegaan, die wjj allen eens zullen
bewandelen
Met weemoed staren wij Haar na,
maar tevens met innige erkentelijkheid
voor al ’tgeen Zjj voor ons deed, voor
al ’tgeen 'Zjj voor ons was.
„DbB VoBSTKN PLICHT IS.HOOG TB
staan,” dat de overledene dat begreep,
dat erkeude, bewjjst'ous haar geheele
leven. Ja, Zjj stond hoog verheven
boven velen, door haar kunde op elk
gebied van wetenschap of kunst, door j
hare ware belangstelling in echte be
schaving en degeljjke kennis, door haar
groote liefde voor ieder, die hare hulp
behoefde
Zjj stond hoog, als vrouw, als moeder
ah Vorstin!
Zjj toonde te begrjjpen de groote ver
plichtingen die 't dragen eener kroon
medebrengt, Zij wist, dat 't niet vol
doende was een troon te bezetten, om
eerbied af te dwingen, maar Zjj was
er van overtuigd, dat juist van de
de wijze waarop die kroon wordt ge
dragen, die troop wordt ingenomen,
alles afhangt voor hun waarde.
Hoe hoog Zjj stond?... Vraagt het
aan die vele mannen, uitmuntende in
kennis, die beroemde persoonlijkheden
uit gansch Europa, welke meermalen
in de gelegenheid waren hare weten
schappelijke ontwikkeling te bewon
deren.
Vraagt het aan allen, die dikwjjls
met Haar in aanraking kwamen, en I
die Haar liefhadden om haar karakter, I
degelijkheid en ernst.
Vraagt het bovenal aan die vele be-
weldadigden, welke zoo herhaalde!jjk
moesten getuigen, dat in de overledene
klopte een waarljjk koninklijk hart,
dat weldoen Haar een behoefte scheen.
Overal, in en
de hoven en in stulpen, I
en bjj kleinen van geest,
lof hooren verkondigen, zult ge Haar
hooren prjjzen als een vrouw, die uit
muntte m deugd en kennis, als een Ko
ningin, die hare hooge plaats waard was.
Het is nog niet zeer lang geleden,
of Gouda's ingezetenen hadden het voor
recht de geliefde Vorstin in hun midden
te zien. Begeleid door den grijzen Prins
Frederik, bracht zjj in onze gemeente
een bezoek en bezichtigde veel van wat
hier bezienswaardig is en Zjj deed dat
met groote 'nauwkeurigheid en met j
wezenlijke belangstelling, en nóg heugt
ons de bewondering waarmede Zjj de I
hearlijke schilderstukken in den 8t.-Jan
beschouwde.
Nog steeds zgn diegenen onzer stad-
genooten, welke de eer hadden H. M. toen
te mogen vergezellen op haar tocht
door de stad, vol vm haar eenvoud
en minzaamheid in den omgang en
thans nog doet het ons allen goed, j
dat wjj t toen in de gelegenheid waren
H. M. persoonlijk van onze sympathie
te overtuigen, dat wpHaa'toen konden
bewjjzen, dat ook wjj Nederlanders wa
ren, die iets voelden in ons hart voor
de koninklijke familie, waarvan de over
ledene een zoo waardig lid was!
De overledene had nog geen
hoogen leeftjjd bereikt Zjj werd den
17en Juni 1818 geboren uit bet tweede
huwelpk van wjjlen Wilhelm I, Koning
van Wurtemberg met Catharina Pau-
lowna, Weduwe van Prins Peter Frederik
George van Oldenburg en dochter van
Paul I, Keizer van Rusland.
Den 18en Juni 1839 werd zjj in den
echt vereenigd met Z. M. onzen geër-
biedigden Koning, destjjds Erfprins van
Oranje, uit welk huweljjk 3 zonen werden
geboren, waarvan echter één, Prins Mau-
rits, op jeugdigen leeftijd overleed.
Op den 3eu Juni 1877 eindigde het
nuttig, werkzaam, voor velen zoo dier
baar leven van Haar, van wien de
dichter tbn Katb dezer dagen terecht
zong:
Maar wat Uw dood ons doetbeweenen,
't Is, dat Ge een eed’le ziel bezat,
Dat Gjj uw volk hebt lief gehad,
En zeegnend neêrboogt tot zgn kleenen
Dat Ge onze taal niet enkel spraakt,
Maar de Englentaal van 't medel jjden
Dat dan 't geluk u mocht verbljjden,
Als Gjj gelukkig hebt gemaakt 1
W.