A BINNENLAND. ADVERTENTIES Dit plan was op geheel andere grondslagen gebouwd, dan dat, hetwelk in 1874 door de Re geering aan onze ambtgenooten van Noord-Hol land en aan ons was toegezonden. I N O E Z Q~fiT D E n7~ geu tferden gevraagd bjj Missive van 27 Aug. en 8 Sept. '77. Het geheele jaar 1875 verliep, zonder dat voormelde missi ve beantwoord werd en bjj schre ven van 1/6 Deeember 1875 kwamen de colle- giën van Oedep. Staten op de zaak terug. Zoo veel te meer, omdat nit de Mem. van toelichting op de staatefeegrooting voor 187(1 bleek, dat de verbetering van den waterweg van Amsterdam naar den Rijn beb lorde Vooraf te gaan. Van dit werk wa$ het plan nog niet vastgesteld en bet onafhankelijk verband tusscken beide werken was aan genoemde collegiën niet dnideljjk. Hij -die missive van Deeember 1875 verklaarden de Oedep. Staten dat zjj de voormelde verbetering zóó wenscbelijk oordeelden, dat zij zich bereid verklaarden er toe mede te werken, dat zij ook van wege opze beide provinciën mocht worden ondersteund. Doch ook dit schrijven bleef on beantwoord. Het bleek inmiddels, dat de hoogst onvoldoende toestand waarin de waterweg van Amsterdam naar Rotter lam waarvan het belang zich bljjkens het in den aanvang dezer ontwikkelde, zeker niet tot de beide gemelde koopsteden be paalt, bevindt, de aandacht van belangheb benden bjj toeneming trok en ook dezen aan spoorde om te trachten verbetering daarvan te verkrijgen, en, ofschoon niet officieel ter onzer kennis gebracht, is de poging door een aantal iligezetenen van Amsterdam en Rotterdam inge steld om de Regeering te bewegen de hand aan bet werk te slaan, te belangrjjk, om hier stil zwijgend te worden voorbijgegaan. Bij adres van den Sisten Januari 1876 wend den zich de Burgemeesters der gemelde steden niet een aantal andere gezaghebbende personen uit die gemeenten tot den Minister van binnenl. zaken, waarin zjj, er op wijzende dat de water verbinding tuschen Amsterdam en Rotterdam, een der hoofdaders van het goederen vervoer tot groot nadeel voor handel en scheepvaart, Bteeds minder en minder aan de klimmende eisehen kon voldoen, de tusschenkomst der Regeering inriepen. Adressanten meenden echter hiermede niet te kunnen volstaan, doch boden der llegeering tevens de hoofdomtrekken aan van een nieuw plan tot ilaarstelling van een verbeterden water weg, eene begrooting van kosten, enz. opge maakt door eene daartoe door hen aangewezen commissie nit hun midden, bestaande uit de hoeren van der Hoeven en Stieltjes, en waarvan de kosten werden berekend 2'/, millioen te zul len dragen. Terwjjl toch dit laatste zooals gezegd werd strekte ter verbetering van een' waterweg van Amsterdam door den Amstel, de Drecht,de Aar, naar de Gouweslnis, gaf gemelde commissie de voorkeur aan de vaart door de Overtoomsche sluis, langs den Schinkel en de ringvaart van den Haarlemmermeerpolder, tot aan de Oude Wetering, om daarop over het Braassemermeer en door de Heimans-wetering en den Rijn de Gonweslois te bereiken. Wederom zonden de Gedep. Staten der beide provinciën in December van 1876 een scbrjjven naar >den Minister van Binnenl. Zaken, waarin op beantwoording der missieven van 1874—1875 werd aangedrongen en het aanbod werd gedaan om desnoods voor rekening der beide provinciën met eene belangrijke Rijks-subsidie het werk te ondernemen. Wederom duurde bet maanden, voor de Mi nister antwoordde. Eerst bjj missive van 31 Mei jl. werd een schrjjven aan de collegiën van Ge deputeerden gericht, waarin 's Ministers voorne men met betrekking tot deze aangelegenheid werd medegedeeld, en een geheel nieuw en uitge werkt plan der verbetering zelve werd overgelegd. Er was geen tijd meer om voor de op handen zomervergadering der Staten dat plan tn bijzon- dorheden na te gaan. Gedep. Staten moeten zich er toe bepalen net korteljjk bloot te leggen. Niet alleen zon (fit nieuwe plan ruim 5 mil lioen koeten, maar de voorgestelde verbetering son daarenboven volkomen van karakter ver anderen. Immers, terwjjl tot dusverre het denk beeld «ener verbetering der vaart als handelsweg op den voorgrond stond, strekt bet thans door den Minister medegedeelde plan om daarvan ge lijktijdig te maken eene strategische vaart, en is juist daardoor het cjjfer der raming zoo buiten gewoon aanzienljjk toegenomen, terwjjl ook dit cijfer nog niét eens als definitief kau worden beschouwd, daar dit plan nog eene doortrekking der strategische vaart, van af den buitensingel van Amsterdam naar het Noordzeekanaal zou vorderen, welke niet in de begrooting werd op genomen. Vreemd wordt liet door Gedep. Staten ge noemd, dat de Minister van Binnenl. Zaken juist nu de tot stand breuging van dit werk, dat nu ontegenzeggelijk het karakter van eene Kijft-aangelegeuheid zou vcrkrjjgen aan de ge westelijke besturen van Noord- en Zuid-Holland wil overlaten niet alléén, maar omtrent de mede werking van het Rjjk tot bereiking van dit doel zich uitlaat op eene wjjze, die meer dan in één opzicht geheel onbevredigend is te achten. Niet alleen toch, dat de Minister er rich slechts toe bepaalt, zich bereid te verklaren eene ondersteuning" van Rjjkswege in dit, naar het door Zijne Excellentie overgelegd plan, ontwij felbaar Rijkswerk, te bevorderen, maar Zjjne Exellcntie heeft zelfs aan deze onbestemde toe zegging nog de voorwaarde verbonden dat het beheer en onderhoud van deu door den Minister bedoelden waterweg buiten bezwaar van 's rijks schatkist zjj verzekerd. Deze laatste voorwaarde schijnt zich zelfs tot geene ernstige overweging te kunnen leenen en Gedep. Staten der beide provinciën vinden dan ook geen vrijheid om aan de Prov. Staten voor te stellen hen te machtigen op den thans door de Regaering voorgestelden voet met Haar in onderhandeling te treden. Evenmin wenschen zij te berusten in de wei gering der Regeering om op billijke wijze de hoogst noodige verbetering van het handelsver keer in heide provinciën te bevorderen. Ten slotte stellen Ged. Staten voor te besluiten: 1. dat spoedige verbetering van bet vaarwa ter tusscben Amsterdam en Rotterdam, ten be hoeve der scheepvaart dringend noodzakelijk is, en, hoewel die hoofdzakelijk van algemeen rijks belang zjj, evenwel ook de belangen der provin ciën Noord-HolJand en Zuid-Holland er in die mate bp zjjn betrokken, dat het op den weg ligt van de besturen dier provinciën om, wan neer de regeering blijft weigeren tot de uitvoe ring van het werk over te gaaü, dat werk behoudens aanzienlijken geldeljjken stenn van het Rjjk, zoowel wat de verbetering als wat het verder onderhoud betreft, zelve te ondernemen, voor zooveel de bedoelde waterweg niet behoort tot de rivieren, die reeds op dit oogenblik in beheer en onderhoud zjjn bij het Rjjk 2. aan Uwe Gedeputeerden op te dragen om, van dit beginsel uitgaande, gezamenlijk met hanne ambtgenooten in de andere provincie, do aangevangen onderhaudeling met de Regeering voort te zetten, en verder alles te doen, wat noodig is om de tot stand koming van het werk te bevorderen, en U te gelegener tjjd van den uitslag hunner bemoeiingen verslag tj doen, onder bjjvoeging van zoodanige voorstellen, als zij zullen vermeenen te behooren. Dit verslag werd in Zuid-Holland in handen gesteld eener commissie bestaande nit de hh. v. Bergen IJzendoorn, Hoffmann, v. d. Breggen, Stoop en Blussé. Dit geschiedde ook met een adres van 122 schippers en gezagvoerders van stoom booten aan de Staten, welks inbond wjj hier laten volgen. Na te hebben geconstateerd dat het vaarwater geheel onvoldoende is; „dat dit niet alleen het gevolg is, van de zeer scherpe bochten der kromme Goowe, van de veel te smalle geul in den Rjn, de Aar en de Nienwe Vaart, of van de geringe capaciteit van sluizen en bruggen, maar dat het ook grootendeels mag worden toegeschreven aan het hoogst ge brekkige onderhond, waardoor de oude ondiep ten in Amstel, Aar en Goowe bijven bestaan, en de nienwe op eene onvoldoend wjjze worden opgeruimd dat de oorzaak van dart slechte onderhond voor een groot deel gelegen sehjjnt in het ge brek aan eenheid van beheer en toezicht, ten gevolge waarvan de tollen aan de Ansstelschut- slnis bjj het hnis te» Drecht en te Gouda voortdnrehd van de scheepvaart kunnen worden geheven zonker voldoend onderhoud, laat staan verbetering van vaarwater; dat die toestand nog verergerd wordt door de vaak zeer lage standen van Rijnlandsboezeni waaruit het water dikwjjls op willekeurige wjjze' gelijk nog onlangs in de maand April tot on 0.40 - R P. 0.90 A. P.) wordt afgela ten roet geheele miskenning der rechten en be. Jangen van de scheepvaart dat uit dat alles lange reizen, groote lichter- kosten, extra sleeploonen, avereien, aanzeilingen en beschadigingen van bruggen, sluizen en ka den voortvloeien, die niet alleen zeer kostbaar zjjn voor de scheepvaart, maar ook de regelmaat en zekerheid van het verkeer ten nadeele van handel, njj verheid en landbouw verminderen;" gaan zjj aldus voort: „dat zjj zich hadden gevleid (doch geljjk bljjkt, teu onrechte) dat, nu van Rijkswege zoo groote sommen worden uitgegeven voor den aanleg van spoorwegen, die gedeeltelijk bestemd zijn om in eene toekomstige behoefte te voorzien, er wel «enige gelden zouden zijn overgeschoten voor de verbetering van de meest gebruikte bin nenvaart van het geheele Koningrijk; dat zij echter met groot genoegen hebben kennis genomen van het feit, dat zich eene commissie tot verbetering van het vaarwater heeft gevormd, die een plan daartoe heeft laten opmaken en dat de Prorineiale Staten van Noord en Zuid-Holland zich deze zaak hebben aange trokken dat -echter iet hun leedwezen, weder een jaar is voorbijgegaan, zonder dat er eenige verbete ring in den hoogst gebrek kigen toestand der vaart is gekomen. Redenen wsarom zjj zich ernstig en eerbiedig tot U wenden met het dringend verzoek de op genomen taak ten einde toe te vervnllen, opdat de hoogst belangrijke scheepvaart tnsschen Amsterdam en Rotterdam spoedig een vaarwa ter verkrjjge, dat aan de behoefte van het ver keer beantwoordt" GOUDA, 10 Juli 1877. De coneeptbegrooting van het hoogheemraadschap Krimpenerwaard, voor het dienstjaar 1877/78 bedraagt in ontvang 157,109.25, in uitgaaf 155,652.50 en sluit dui met een vermoedelijk batig elot van 1476.75. De omslag per H. A belastbaren grond zal waarschijnlijk 5 galden bedragen. Vrijdag ochtend ie, in den ouderdom van 61 jaar overledeu de heer briedrjeb Wilhelm Haaklander, de bekende mede-arbeider tan de Kötniscke Eeitnng en schrijrer ran romantische werken. Engeleehe bladen melden dat Henri Vieuxtempa aan de linkerzijde geheel verlamd eu - Voor de kuurt verloren zou zijn. Zeer ten geriere van de gaeverbruikers ie in de zitting van den Gemeenteraad te Leiden met 14 tegen 5 stemmen besloten, den prjjs van het gas per K. M. van 10 op 8 cent te stellen. In het Hotel Leggraaf te Botterdam bad 11. Woens dag rene vergadering plaats van de kommandapteu der bataljons rattende schutterij in Zuid-Holland, waarin de daartoe benoemde commissie een ontwerp voor de statuten der vereeoigingHet hond der rui tende schutterij in Zuid-Hollarnd ter tafel brooht, hetwelk den grondslag dier vereeniging uitmaakt. Aan die statuten ontleenen wjj het volgende: Het bond stelt zich ten doela. eenheid te bren gen in de organisatie der metende sehutterg in Zuid-Holland, i. oefening met de verschillende wapenen en volgens de reglementen bjj het leger in gebruik i 4. sankweeking van den militairen geest bjj de rus tende schutterij. Officieren, auditeurs en leden ven ilen schutters raad der rustende sehutterjj in Zuid-Holland kunnen worden gewone leden, terwjjl alle leden der rustende sehutterjj in die prorineie beneden den rang ris officier buitengewoon lid kunnen worden. Eerstge- noemden betalen een eontribntie van 2.60 perjear; laatstgenoemden sjjn vrjj van contributie. Donateurs zjjn zij, die minstens 10 betalen. Jaarlijks wordt eene algemeens vergadering gehou den, die zoo mogelijk gepaard gaat roet een schiet wedstrijd en algemeene inspeetie. Bovendien vergadert het bestuur eenmaal 's jaara met de bataljonscomman danten ter bespreking van de belangen der rustende schutterij. In militaire zaken kan het beatunr zieh door een militair adviseur doen voorlichten. De vereeniging zal zich als rechtspersoon doen erkennen. Na eenige discussie werden de statuten met alge meene stemmen aangenomen. Het voorloopig bestuur ie samengesteld uit den majoor de Constant Rebecque roorzitter, Jeckel onder roorzitter, van Noorden secretaris, v. d. Oudermeulen en Molenaar. Na afloopt der vergadering werd onder vriendelijk geleide van den kolonel der dienstdoende sehutterjj te Botterdam, den heer John E. Knight, de schiet- bann te Crooewijk bezocht en naar de sebijf geschoten. Ten 6 ure vereeuigde men zich aan eea kameraad- schappcljjk diner in het bovengenoemd hotel, hetwelk ook werd bijgewoond door den kolonel-komm. Kuight en den luit.—kul. Wilkens. Men schat bet aantal belangstellenden, die van heinde en ver op Middachten zjjn bijeengekomen om het zendiugsfeeet bjj te wonen, op 20,000 personen. Met inbegrip der bijdragen ran de studenten, die 566,60 aan den secretaris vau het subcomité heb- n overhandigd, is te Utrecht voor de Noordpool- expeditietotnutoe bijeengebracht de som van/ 4885,60. De uitgaven hebben bedragsn 236, zoodat aan liet hoofd-comité alhier kan overgemaakt worden een. som (in ronde eijfere) van ƒ4150. Nog enkele bij dragen meent men intusscheu te mogen verwachten. Zaterdag namiddag heeft bjj de schietoefening van offioieren der sohutterjj in Den Haag een onge luk plaats gehad. De korporaal-tamboer Veldhuijzen had zieh uit zijn obaerratiepost aan het einde der schietbaan verwijderd en zich in zulk een huisje bjj zjjne kameraden gevoegd, ten einde tegen den regen beschut te worden. Op den terugweg naar zijn post werd hij bij den overgang van baan door een juist op dat oogen blik gerallen kogelschot in den baik getroffen, zoodat hij ernstig gekwetst in de nabijgelegen verversohiugs- inrichting werd gebracht, waar dr. Vinkhoijzeiv Jr. weldra de eerste heelkundige hulp verleend. Na huiswaarts te zjjn vervoerd, is.hjj Zondagochtend aan de gerolgen zjjner wonde orerleden. Het programma van het onderwjjs aan de Bijks- landbouwschool te Wngeningen voor het leerjaar 1877/78 is thans verschenen. Behalve de gewone opgaven, waaruit bljjkt, dat aan die school thans 18 leeraren zijn verhouden met twee adsistenten, vindt men daarin zeer uitroerig de vereischten van toelating voor leerlingen in de verschillende klassen omschreven en een overzicht van het afgeloopen eohooljear. Het getal der leerlingen, die de landbouwleeecn volgden, beliep 39. Het proefetation, officieel totnogtoe alleen voor zaad controle geopend, en waarin zich slechts twee zaadhandelaars bier te lande (de heeren E van den Bosoh te Goes en J. Lenpert k Zoon te Haarlem) onderwierpen, ontving 146 vragen van-verschillenden aard, wel een bewijs, dat door den Nederlandsohen landbouwer die inriohtiag wordt op prjjs gesteld. Als een gelukkig vereohijneel wordt terecht aange merkt, dat de meeste leerlingen zonen zjjn van out- wikkeldc landbouwers, die later praktisch den land bouw zullen beoefenen. De staat van het armwezen in 1876 in de prov. Zuid-Holland waa over het algemeen gunstig te noemen. Voldoende gelegenheid om werk te bekomen en een niet strenge winter drongen daartoe veel bjj, terwjjl overigens de gafbndheidstoeetand in de meeste gemeenten zeer voldoende was, wegens het niet heerschen van epidemieën. Het vertrekken van kos teloos onderwjjs aan behoeftigen werd steeds zoo veel mogeljjk bevorderd. De werking der wet tot regeling van het armbestuur «as steeds gunstig te noemen. Het hoofdbeginsel der wet, om de armen aan dit kerkeljjke instellingen van weldadigheid over té laten, kon in vele gemeenten nog niet worden toegepast, uithoofde het die instellingen aaa de noodige middelen ontbrak, om geheel in den onderstand te voonien, en moest die onderstand dientengevolge beperkt worden tot hen, die lidmaten der kerkeljjke gemeente waren. Ia de kerkeljjke armenverzorging wes niettemin vooruitgang op <te merken, daar sommige armbesturen neiging betoon den hnn verzorging nit te breiden, waar dit door in enkele gemeenten daarop eene uitzondering werd gemaakt, bleef in de meeste gemeenten de genees kundige armenverzorging ten laste der bnrgerlijke gemeente. Ten gevolge van een nauwlettende beoor deling der aan de armbesturen of gestichten toe gekende subsidiën, zjjn vele dier subeidiën op aan- ding van Gedep-Staten verminderd. Dat ooilege stelt zioh voor op dien weg met kracht en volharding fe Wijven voortgaan, daar in niet weinige gemeenten de bedoelde aubsidiën nog inet te veel vrijgevigheid "orden toegekend, zoodat geleideljjke vermindering daaraan mogelijk en due verpliohtend ie. Pas is te Bozen het proees-Tourville afgeloopen, of het vermoeden bestaat dat te Gleiobcnberg een dergelijke misdaad ia gepleegd als die, welke het doodvonnis van Tourville ten gevolge heeft ge- bnd. Mejnfvr. Kafka, een zeer verdienstelijke en algemeen geachte toonoelkunstonarcs, welke in die badplaats tét het ondergaan van een medische kuur vertoeft, werd jl. Dinsdag middag in een nabjj een Zeer bezochte wandelplaats gelegen afgrond gevonden in bcwusteloozen toestaud, met vele verwondingen aan handen en voeten en bijna geheel ontvleescht gelaat. De omstandigheden dat de helling niet zoo steil en 'de wandelweg niet zoo einal is, dat een toevallig afglijden mogelijk zou kunnen zijn voorts dat gelijk ntcn weet uiej. Kafka gewoonlijk niet alleen wandelt en (lus vermoedelijk ook dtzen keer in gezelschap zon zijn geweest van iemand die hulp had kannen verleeuen, brachten het publiek op het denkbeeld (Int de jeugdige actrice het slachtoffer van een misdndigen aanval is geweest. Te meer grond kreeg men voor deze gissing, toen eenige boeren verklaarden dat zij in den voormiddag de dame, begeleid door een jongen man, op den noodlottigen weg ontmoet hadden. De overheid liet onmiddellijk de ongelukkige, nog in leven, naar hare woning brengen, doch alle pogiugen haur het bewustzijn te hergeven bleven vruchteloos tot deu namiddag toen echter kregen de geneeskundigen eenige hoop op haar behoud. Misschien is het nu mogeljjk geweest haar den volgenden dag te ondervragendat is nog niet bekend. Voor een paar dagen gaf het kermisplein te Nie- wediep eén groote drijfjacht te aanschouwen, die de vroolijke kermisgangers geheel in opschudding braolif. Het goldt hier echter niet eenig viervoetig stuk wild, dat men trachtte tc bemachtigen, maar een infanterist, aldaar in garnizoen. De man werd namelijk verdacht eea horloge van een zijner mak kere, zonder diens permissie, te hebben meegenomen en daarmede de ckambrfe, zonder voorkennis van dé kamerwacht, verlaten te hebben. Dadelijk werd een onder-officier op eonée gezonden om den inan op te sporen en naar de karzerne te brengen. Deze was zoo gelukkig om den vermoedelijken deliqnent op het kermisplein te vinden; hij za: iti martiale houding iu een der carousels op een paard. Aanvankelijk liet onze cavalier zieh «lijmen" cn volgde den onder officier; maar spoedig kreeg hij er den reuk vau, dat hjj bijna zeker het prettige kermisgenot zou gaan verwisselen met den «bok" iu het fort Erfprins, en geen weerstand kunnende bieden san de verzoeking om maar liever het eene boven liet laatste te kiezen, verdween hij in het gewoel cn liet zijn ^geleider ver bluft en teleurgesteld achter. Deze riep toen de hulp der politie in en onze politiemannen waren dadelijk gereed om den vlneUleling op te sporen. Het duurde niet lang of men kreeg lie'm in het oog. Het ging echter niet zoo gemakkelijk den zoon van Mars in handen tc krijgen, want'even ougeziud als hij was in den «nor" van Erfprins te geraken, even weinig trek had hij om in het «reservoir der medusa» te worden ingerekend. Nu volgde een drijfjacht over en door de kramen en teuten waarbij vervolgers en vervolgde met elkander wedijverdengewapeqd met een tang, die hij. in zijn vlucht uit een oliekoeken- kraam had meegenomen, hield hjj, zoo goed mogelijk de vervolgens van zijn lijf; en gaf hjj duideljjke blijken «meester op de tang» tc zijnhjj bewees niet minder goed voltigeur en equilibrist te zjjn. Maar het zprrckwooril zegt; «veel houden is der hazen dood.» Eindelijk moest hij zieh overgeven en werd onder het gejuich van den drom kermisgangers in de «medusa» gebracht. Wjj weten niet of het al of niet schuldig over hem is nit uitgesproken. Wij wenschen voor den man het laatste, want in het tegenovergestelde géval kon hjj wel eens kennis maken met het mili taire. strafwetboek, waarvan bjjna ieder artikel eindigt met het zalvend refrein«zal gestraft worden met den kogel of met den strop." (Held. en N. D. Cf.) Mijnheer de Redacteur I In het Weekblad van Woerden van 16 Juni 11. komt onder het opschrift «verloren of gewonnen" eene beschouwing voor, over de ufgeloopene verkie zingen in het hoofdkiesdistriet Gouda. De sohrjjver hoewel tevreden met den tegenwoordigen afloop méént, dat indien een ander caudidaat gesteld ware, die qfloop ook voor de periodieke aftreding anders zoude zijn uitgevallen. Ik zoude óver dit stuk gezwegen en daarin alleen de individnecle raeening van den sohrjjver gelszen hebben, ware het niet, dat aan «de waarde broeders te Oudewater» het verwjjt werd gedaan «voor een oogenblik vergeten te hebben «dat overleg het halve werk is, en toen in grooten «maar niet veretandigen y ver, voor den dag kwamen «met een liberaal candidaat waarvan men wist, dat «hij dienst zon moeten dtfep als boeman." 't Zon even ongepast zjjn de candidatuur van den heer van Bosse thans nog te verdedigen, als het overbodig zon wezen te bewijzen, dat er niet anders gehandeld kon worden en za! ik hierover dus zwijgen, maar ik geloof, dat de Kiesvereeniging «Yaderbnd eu Oranje» te Ondewater, dit verwijt niet verdiend heeft. Toen reeds in 't geheeleland candidaten waren gesteld, hoorde men in dit district van de liberalen nog niets en 't was hoog tijd toen genoemde kies- vereeniging eindelijk meende daartoe het initiatief te moeten nemen. Wat zoude er geschied zijn indien die vcreeuiging, welke daarna door de vereeniging te Woerden gevolgd is, even als overal elders in. dit district eene ufwachtende houding had aangenomen Het antwoord hierop is zeker niet twijfelachtig. Uit de strooibilletten immers, bleek onze tegenpartij een gosd aaneengesloten leger, onder geregelde aan voerders te zijn. Waar daarentegen zijn de vertegenwoordigers der liberale richting? De hoofdplaats van dit distriet, zoowel als de overige gemeenten volgen, wat eenige weinige, misschien zeer weinige Kiezers voorschrijven, alléén omdat zij de eersten zijn, van gemeenschappelijk overleg is bij de liberalen geen sprake. Moe! dit altjjd zoo blijven? Wanneer bij eene eventneele vacature of bij eene volgende periodieluuattreding Oudewater of Woerden eens meenden geemrandidaat'te stellen, om finantieele of andere redenenmoeten dan de liberale Kiezers ter stembus zonder gemeenschappelijke candidaat Ik geloof, Mijnheer de Bedacteurdat het thans, nu de verkiezingen zijn afgeloopen, .geschikter tijd is om daarover eens gemeenschappelijk te,overleggen dan wanneer eene verkiezing op handen is. Iu Gonda zijn vele kiezers die zich hun overtuiging niet schamen en de candidaten van Ondewater hebben ondersteund. Zouden er onder hen niet één gevon den worden, die den moed had, tot het samenroepen eener vergadering. De kiezers bniten, hebben het recht te vergen, dat in Gouda de Crnlrale Kiesvereeniging gevestigd ismen lean die toch niet in Vlist of eenig andere gemeente verwachten. Ik twijfel er geenszina aan, dat indien zich eene centrale kiesvereeniging in Gouda heeft geconstitueerd, in iedere gemeente tot dat distriet behoorende, zioh onilerafdeeliugen zullen vormen, evengoed als dit iu het kiesdistrict Gorinchem en elders plaats hekft. Liberale Kiezers van Gouda, neemt gij één van allen, daartoe het initiatief, de Kiezers batten uwe gemeente zullen, ik ben er zeker van, zioh volginrtte bij u aansluiten, gemeenschappelijk kan er dan worden overlegd en candidaten gesteld, gezamentlijk de kosten worden gedragen, en Oudewater zal dan ntet meet gevaar loopen daar eene berisping te ontvangen, waar eene dankbetuiging meer op hare plaat» zoude geweest zijn. II. EEN KIEZEE. (Met reer reel ingenomenheid keilen mij kennis genomen van bovenstaand schrijven van een luiten Gouda wonend kiezer, voonooteel betreft de wensche- Ijkheid om ook te dezer stede eene kiesvereeniging op te richten en^teij kunnen den geaehten inzender en andere belangstellenden verzekeren dat de eerste slappen daartoe reed» r jn gedaan. Overigens heeft de ondervinding geleerd dat eene centrale kiesvereeni ging in dit district ongunstig Kerkt. Samenwerking tijdens da verkiezing van verschillende verren-gingen is meer gewenscht, dan het optreden van ffne groote vereeniging, die, te Oouda gevestigd, wellicht de schijn zou doen ontstaan dat de Goudlche kiezers hunne medekiezers wilden overheerschen. Haast de vereni gingen te Woerden eu te Oudewater, weldra ook te Gouda, verrijze er eene te Schoonhoven en in de voornaamste andere gemeenten van het district. He organisatie liet in de laatste jaren zeer veel te wenschen over, en krachtsverspilling is er het gevolg van geweest Bevallen van een Dochter, N. db V OOIJSKeuijt. Gouda, 9 Juli 1877. V Heden overleed onze jongste lieveling PIETER ADRIAN US, in den jeugdigen leeftijd van slechts II weken. H. van WIJNGAARDEN. M. S. van WIJNGAARDEN— Gouda, 9 Juli 1877.Ppijk. Voor de vele bewijzen vatUtelangstelling, hij de geboorte van onzen Zoon ondervonden, betuigen wij onzen oprechten dank. Dr. H. IJSSEIi ofc SCHEPPER. E. IJoSEL Ds SCHEPPER— BuSSKKAK-EE. Visites wordeif,afgewacht op Donderdag en Vrijdag, 12 en 13 Juli.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1877 | | pagina 2