Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
DPING
voorin, ten
roiuia, van
WINKEL-
lATSJSNen
en dienende
1878.
N? 2140.
EN,
i, WA8CH-
innen, zeer
ES,‘
Woensdag 15 Mel.
Parlcmcntaire Werkzaamheden.
I
i
VR Jzn.,
laker.
Iglllg
3 bepaald
VIEL a. s.
ng wenschen
VOENSDAG
laatschap be-
echt tot toe-
UITTREKSEL
1877.
mits uit het-
in de be-
<AN.
I. Veiling
i lichtingen
VVelEdelen
it volgende
elkander toch in
der In-
landsche
rente aan
botterdam
IJswl.
GOUDSCHE COURANT
of BOUW,
e perceel en
ok zeer ge
en.
1UIZEN of
i de Vest of
zjjden het
WAP.
dacht van
kende, wel
lerteekend
No. 49, te
lei 1878.
X
zeventigste
sdreven tot
ddspligt te
e brengen
wezen door
blns,) in
Ier eenigen
'J11IDS-
aogen.
en invloed
afgeloopen
en veront-
al te lang
bukt heeft
idend toe-
et begin der
ESTÜUB.
beleefd aan
aanbevelen
IACHINE8,
>n KOPER-
les wat tot
Het zwaard door den heer van Kerkwjjk boven
het hoofd van den minister van waterstaat op
gehangen is in de zitting van Maandag onscha
delijk gemaakt.
»De tweede kamer der Staten-Generaal” zoo
luidde het voorgestelde vonnis, >van oordeel dat
de overeenkomst tusschen den minister van
waterstaat, handel en nijverheid en het gemeente
bestuur van Rotterdam op 18 Maart 1878 ge
troffen, niet had behooren te zijn gesloten, zonder
dat wetteljjke vaststelling der aan die overeen
komst verbonden uitgaven uitdrukkelijk voor
behouden of voorafgegaan ware, gaat over tot
de orde van den dag.
Het recht om de koorden der beurs in handen
te hebben is hier te lande steeds hoog gewaar
deerd op dit recht aan onze vertegenwoordiging
geschonken, meende de interpellant dat inbreuk
gemaakt was, en de heeren van der Loeff en
Borgesius waren het met hem een*.
Beken slechts schuld, werd den minister toe
gevoegd, en alles zal vergeven worden. Wjj
sullen, mits er beterschap beloofd wordt, om de
urgentie der zaak deze overtreding door de
vingers zien.
Maar de minister bekende geen schuld, door
hem was in lands belang gehandeld, door hem
waren de rechten der vertegenwoordiging niet
aangetast, en met 49 tegen 8 stemmen stelde
de vertegenwoordiging hem in het geljjk en den
voorsteller der motie in het ongelijk.
Minder gelukkig dan zjjn collega was de
minister van justitie in de eerste kamer.
Nadat deze in de zitting van Maandag de ont
eigeningswet voor den spoorweg van Amersfoort
naar Nijmegen met 30 tegen 2 stemmen had
goedgekeurd, verwierp zij net wets-ontwerp tot
bestraffing der bedelarjj, een ontwerp dat ook
in de tweede kamer een krachtige bestrijding
bad ondervonden.
De inbreuk, daardoor gemaakt op de rechten
der burgerljjke armbesturen, vond vrij algemeen
afkeuring, de bezwaren der minderheid in de
tweede kamer werden in de eerste kamer den
minister nog eens voor oogen gesteld, doch
deze, die dat ontwerp uit volle overtuiging voor
gedragen en verdedigd had, wankelde niet. Hjj
bleef vertrouwen dat de voorgestelde regeling
een goeden invloed zal uitoefenen. Elke regeling
ondervindt bezwaren en zelfs de volmaaktste wet
kan die opleveren, terwijl die hier te breed
worden uitgemeten en öf ongegrond, of over
dreven zjjn.
,De verandering der tegenwoordige bedelaars
koloniën in strafkoloniën kon niet plaats hebben,
dan na de vaststelling van dit ontwerpde
verdediging baatte niet, met 25 tegen 9 stemmen
verwierp de eerste kamer dit voorstel, waarna zij
weder voor eenigen tjjd is uiteengegaau, daar
de werkzaamheden vooreerst voor haar waren
afgeloopen.
Donderdag begon in de tweede kamer den
strjjd op koloniaal-finantiëel gebied. Drie ont
werpen waren aan de orde gesteld, die schijnbaar
zonder eenige betrekking op elkan™
een nauw verband staan. Verhooging
dische begrooting, de leeningswet en het ontwerp
tot het heffen van een recht van successie in
de rechte Ijjn, om uit die opbrengst de rente
der leening, óf dat dan een spoorwegleening of
een koloniale leening is, te betalen.
De verhooging der Indische begrooting was
vooreerst ongeveer drie millioen voor spoorwegen
op Java, 53000 ter voorbereiding der invoering
van een belasting op het personeel en op het
patent yoor de Europeanen en de. niet hen gelijk
gestelden op Java en eindelijk ruim twee mil
lioen ter bestrijding van meerdere uitgaven op
Atchin. Dit ontwerp was het eerst aan de orde
en de heer Wintgens opende het vuur tegen dit
en de volgende ontwerpen; waarlijk de schilde
ring van onzen toestand door dien afgevaardigde
was zooals men kon verwachten, niet rooskleurig.
Veel buitengewone uitgaven en de bijdragen van
Indië gaan verloren! De voorstellen omtrent
den spoorweg waren voorbarig, de 53000 voor
de voorbereiding der belasting is inconstitutio
neel en getuigde van zwakheid, omdat daardoor
op de schouders der vertegenwoordiging geladen
werd wat in zijn geheel door de regeering moest
gedragen worden, en dan Atchin, hoe dikwijls
reeds heeft die afgevaardigde over Atchin het
woord gevoerd!
Duidelijker dan de heer Wintgens sprak nog
de heer Oorver Hooft. Wat is het doel van
ons koloniaal bezit? Is dat doel uitsluitend
het belang der inwoners of veeleer ons belang?
Hebben wjj reeds al onze handelsvoordeelen aan
den vreemdeling afgestaan, thans moeten wij de
voordeelen van Indië trekken.
Men zou zoo iets uit den mond van een Neder-
landsch afgevaardigde hooiende, waarlijk denken
tweede Suriname voor ons geweest is,
onze spoorwegen en waterwerken gelegd hebben woord vermijdt om alleen van maraudeurt te
gewagen. Deze spreker wenschte daarom van
den minister te vernemen, waarop de gunstige
verwachtingen steunen om de onkosten van 16
millioen in 1877 op 7 millioen in 1878 te brengen.
De minister deelde daarop mede dat de blok-
maatregelen door den gouverneur-generaat
trent de bezetting genomen niet zjjn vastgesteld
dan na overleg met den opperbevelhebber.
Begon de heer Fransen van de Putte zijn
belangrijke rede met de verklaring dat het debat
op hem een onaangenamen indruk had gemaakt,
dat zal bjj velen het geval geweest zyn. Waar
toe toch dat antagonisme tusschen Nederland
en Indië? Waartoe uitdrukkingen die velen aan
gene zijde van den Oceaan moeten verbitteren?
Waartoe wil men nog langer dat stelsel van
verdrukkers en verdrukten handhaven in plaats
van te trachten eenheid te brengen in het waar
achtig belang van moederlaud en kolonie. Voor
zeker zij is een slechte moeder, die nauwkeurig
uitrekent wat het kind haar gekost heeft, en dan
alleen tevreden is, wanneer het kind baar onder
houdt W an neer zal de dag aanbreken dat wjj
den naam van moederland tegenover Indië met
eere kunnen dragen?
Na afloop der algemeens beraadslagingen kwam
art. 1 aan de orde. Staatsaanleg van spoorwegen
ter verbinding van Sidhoardjo met Madioen en
Blitar, en van Buitenzorg met Tjitjalengka.
De discussie liep hoofdzakelijk over de positie
van den staat tegenover de Indische spoorweg
maatschappij, nu de vroeger gesloten contracten
met die maatschappij nog niet officieel door do
vertegenwoordiging verworpen zgn. L.
UIT HET VERSLAG VAN DEN TOESTAND
DER GEMEENTE GOUDA.
(V ervulg).
Het collegie van dagelyksch bestuur pnderging
geene verandering. Op 31 December bestond
het uit de Heeren:
Mr. A. A. van Bergen Uzendoorn, Bargem.,
J. A. Remy en T. P. Viruly, Wethouders.
De Commissie belast met het ontwerpen van
en het herzien, der plaatselijke Verordeningen,
tegen wier overtreding straf is bedreigd,- werd
1 ae
en geen plichten hebben, moet zij alleen de
vruchten plukken en niets doen voor de inland-
sche bevolking, dat voorwaar, zeide de minister
zou een vlek zjjn op ons nationaal wapenschild!
Hjj als vertegenwoordiger van Indië in het Ne-
derlandsche parlement zou zich tegen zulk een
stelsel met al zijn krachten verzetten.
Reeds te lang is door ons op het batig slot
gesteund, wanneer zal de tijd komen dat onze
inkomsten en uitgaven geheel onafhankelijk zijn
van den toestand in Indië Is daarop sedert
jaren vruchteloos aangedrongen, thans door den
nood gedrongen, zjjn wjj daartoe moeten komen
mogen die magere jaren ons een goede les voor
de toekomst gevenWie de ware vrienden der
Javanen zijn, zij die Java willen exploiteeren
ten bate van het moederland of zij die door de
bevordering van den vrijen arbeid door spoor-
en waterwegen de alg meene welvaart willen
bevorderen, moge ieder voor zich beantwoorden
Dat de redevoering van den minister door
replieken zou gevolgd worden was te verwachten
veel nieuws werd echter niet meer gezegd. Door
den heer Rutgers van Rozenburg werd de schil
dering van den toestand in Atchin te rooskleurig
geoordeeld. Men verandert een oorlogstoestand
niet door die bezetting te noemende vjjanden
minder gevaarijjk als men dat
.(leen van
gewagen. Deze spreker wenschte daarom
den minister te vernemen, waarop de guni
millioen in 1877 op 7 millioen in 1878 te bren;
kade zal worden gehandhaafd en tevens dat de
maatregelen door den gouverneur-generaal om
trent de bezetting genomen niet zjjn vastgesteld
Begon de heer Fransen
dat Indië nooit anders dan een lastpost, een
tweede Suriname voor ons geweest is, men zou I niet door die
gaan vergeten dat wjj schulden geamortiseerd, 1 werden niet
van Indisch geld en dat Indië zelf nog behoefte
heeft aan de meest dringende zaken.
Indië moet ten behoeve van het moederland
geëxploiteerd worden! Men zou waarlyk denken,
dat dit een geheel nieuw denkbeeld was, en toch
hoevele protesten zjjn niet reeds door het den
kende deel des volks aangeteekend tegen het
stelsel, dat Indië heeft doen uitzuigen om ons
in weelde te doen leven.
Maar waartoe langer bij die verouderde denk
beelden stil te staan, er waren toch ook nog
andere bezwarenstaatsaanleg of particuliere
aanleg van spoorwegen werd ook door verschil
lende sprekers ter sprake gebracht de Neder-
spoorwegen geven slechts l*/4 pCt.
den staat van de 140 millioen die zij
gekost hebben, is daardoor de staatsaanleg niet
veroordeeld en moet nu dit stelsel in Indië in
gevoerd worden, op gevaar af, van in proces te
geraken met de Indische spoorwegmaatschappjj.,
Een hoogst gewichtige vraag werd door den
heer Lenting gedaan naar aanleiding der be
richten in de dagbladen omtrent het hjjschen
der Engelsche en het nederhalen der Solosche
vlag door sommige vorsten op Borneo ten ge
volge van den afstand hunner landen aan zekeren
baron van Overbeeke, een tweede James Brooke.
In de zitting van Vrijdag toonde de minister
aan, dat Broenei waarvan hier sprake is, een
onafhankelijke staat is op de Noordoostkust van
Borneo. Reeds 11 jaar geleden heeft een Ame
rikaan concessie gehad om op die plaats een
kolonie te stichten; die concessie is later over
gedragen aan baron van Overbeeke, consul-
generaal van Oostenrjjk te Hong-Kong, die nu
met Engelsch kapitaal het voorgestelde doel
tracht te bereiken, dat eer voor- dan nadeelig
voor ons gezag in Indië zal zjjn, waarom het
gebeurde met de minste zorg behoeft te baren.
Onomwonden verklaarde de minister dat het
stelsel van den heer Corver Hooft niet op zjjn
steun kon rekenen. Hebben wjj sedert 1836
874 millioen uit Indië getrokken, tegen een
uitgaaf van 376 mfllioen, de indirecte voor
deelen Ruiten rek/uing gelaten, dan waarlyk
mag Nederland ook wel iets voor Indië doen
voor spoorwegen in ons land scbjjnt bljjkens
de laatste stemmingen geld te zjjn, is het dan
bill ijk. aan I ndië het meest noodige te onthouden
Moet de overheerschende natie alleen rechten