Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
1878.
N? 2170.
Woensdag 24 Juli.
Kennisgeving.
Parlementaire Werkzaamheden.
-
epidemische Ziekten of krankzinnigen
De inaending van advertentién kan geschieden tot één uur des namiddags van den dag der uitgave.
I
De uitgave dezer Courant geschiedt ZONDAG
WOENSDAG en VRIJDAG. In de Stad
geschiedt de uitgave in den avond van
DINSDAG, DONDERDAG en ZATER
DAG. De prjjs per drie maanden is f 1.75,
franco per post 2.—
weg te laten, staakten de
;en 30 stemmen verklaarde
iet opnemen der bepaling
kinderen beneden de twaalf
ADVERTENTIËN worden geplaatst
van 15 regels a 50 Centeniedere regel
meer 10 Centen. GROOTE LETTERS
worden berekend naar plaatsruimte.
Afzonderlijke Nommers VUF CENTEN.
GOUDSCHE COURANT.
het zoo fel bestreden ontwerp bijna onveranderd
aan. Alle leden der liberale partjj stemden
voor de wet, alleen de heer van Houten was
afwezig. Den heer Wintgens, dien ijverigen
voorstander van onderwijs, van kunst en weten
schap vindt men, helaasonder de tegenstanders.
Waarlijk bij deze stemming en bij de geheele
discussie is gebleken dat in ons parlementair
leven geen plaats meer is voor de zoogenaamde
conservatieve partij. Liberaal en clericaal zullen
meer en meer de partjjen blijken, die elkander
zullen bestrijden.
En wat nu de gehouden discussie betreft, maar
eerst een woord van hulde aan den dienaar des
konings, die met onovertroffen bekwaamheid, de
beginselen der wet tegen alle aanvallen heeft
verdedigd. M<
eerste kamer
die hij nu zeker na o
mattend debat zal ondervinden en is eens de wet
door Z. M., onzen geëerbiedigden vorst, over
eenkomstig het advies zijner verantwoordelijke
raadslieden bekrachtigd, dan moge de heer
Kappeyne deze wet uitvoeren in het waarachtig
belang van het Nederlandsche volk. Een schoone
taak wacht den minister, er mogen vele bezwaren
zijn te overwinnen, zeker zal hij die v oldoening
smaken, dat zijn naam, na tal van jaren met
dankbaarheid door velen genoemd zal worden,
als dien van den man, die den grond gelegd
heeft tot verbetering van ons onderwijs. Is de
wet niet volmaakt, voldoet zij in menig opzicht
niet aan den wensch van allen, die ons volks
onderwijs op hoogi n prijs stellen, laat ons dankbaar
zijn voor hetgeen verkregen is. Het gebrekkige
in de wet moge voor velen een aansporing zijn
om zich te beijveren, ieder in zjjn kring die
verbeteringen aan te brengen, die noodig mochten
geoordeeld worden, en die zeker niet door de
wet verboden zullen zijn. Legt bijv, de wet de
verplichting niet op om het voorbereidend onder
wijs te regelen, zij verbiedt het ook niet. Men
achtte de gemeentebesturen verongelijkt door het
ingrijpen van het staatsbestuur in velerlei zaken,
een schoone gelegenheid is hun nu aangeboden,
om ieder te overtuigen dat men hun ten onrechte
van velerlei zorgen en bemoeiingen op het gebied
van het onderwijs heeft ontheven, zij behoeven
slechts te zorgen dat inrichtingen tot het ont
vangen van voorbereidend onderwijs verrijzen,
en daardoor zullen zij krachtig medewerken
om een der grootste gebreken lau het ontwerp
minder schadelijk te maken.
En wat nu de gehouden discussiëu betreft,
weinigen- zullen voldaan zijnzij waren zeker
niet in evenredigheid met het hooge gewicht
van het onderwerp. Wat was toch het doel
der meeste amendementen, die aan stemming
onderworpen zjjn? Niets anders da i verlaging
van het peil der volksbeschaving, bsnadeeling
het openbaar onderwijs alsof daaruit alleen
voor het kerkelijk onderwijs te Verwachten
ige--
;e bet nem gegeven zijn in de
le voldoening te smaken,
zulk een langdurig en af
besturen opgenomen en dus hier onnoodig, werd
mede gevraagd Zoowel de heer Godefroi als
de heef van der Feltz bestreden deze bepaling,
die door de heeren Wybenga, Moens en den
minister verdedigd werd. Over een amendement
om die bepaling r~“ 11azj-
stemmen. Met 48 tege
de kamer zich voor h<
dat de gemeenteraad verbodsbepalingen omtrent
het arbeiden van b;~:
jaren kan vaststellen. Of de bepalingen tot
bevordering van het schoolbezoek veel nut zullen
stichten is te betwijfelen, daar zjj, even weinig
afdoende zullen blijken als de schoolfeestjes en
dergelijke hulpmiddelen der laatste jaren. Een
wjjziging in de overgangsbepalingen door den
minister voorgesteld deed de discussie op voorstel
van den heer Moens verdagen.
En zoo was dan Donderdag de laatste dag
van dit hoogst gewichtig debat aangebroken.
Werd door den heer Moens nog een poging
gewaagd om zoovele onderwijzers, die reeds sedert
jaren naar verbetering van hun toestand uitzien,
een paar jaren vroeger de traktementsverbetering
te verzekeren, het verzet van den minister
maakte dat het jaartal 1883 behouden bleef,
zoodat nog ruim 4 jaren de minimumlijders zich
mogen troosten met de vette jaren, die dan voor
hen zullen aanbreken wanneer die traktementen
van 375, f 400 en 450 op 700 zullen moeten
gebracht worden. Met 58 tegen 20 stemmen
verwierp de kamer die verbetering, welke billijk
zou geweest zjjn, omdat de gemeentebesturen toch
terstond bij de iuvoering aanspraak op de 30 pet.
kunnen maken.
Bijzondere scholen, die volgens de wet van
1857 subsidiën genoten hebben, zullen die nog
tien jaren blijven genieten.
Eveneens mislukte een poging van den heer
Roëll om den inspecteurs, die wegens het op-
heften van hun betrekking ontslagen zullen
worden hun volle traktement als wachtgeld te
doen behouden. Ook in deze zaak ging de kamer
met 60 tegen 20 stemmen met den minister
mede.
Herstemming moest nog plaats hebben over
het amendement om de hulp door de armbesturen
te verleenen niet afhankelijk te stellen van het
schoolbezoek der kinderen. Een nadere discussie
over dit amendement werd zeer bekort toen de
minister een amendement van den heer van der
Loeft' overnam om geneeskundige hulp uit te
zonderen, daar dit geheel was overeenkomstig
i de toelichting door deregeering gegeven, omdat
kunnen gebruikt worden
het amendement verworpen,
y-
de bestrijders van het ontwerp ïan--
u ”'i men hun heil voor het kerkelijk onderwijs te Verwachten
imperatief voorschrift te doen. Is bovendien niet ter wille zjjn. Eindelijk dan de eindstemming! js. Geen onderwjjs-wet is tot stand gebracht,
lo-2.1 -1-1-va|1 nrtn_ Met 52 tegen 30 stemmen nam de tweede kamer heeft men gezegd, maar een onderwijzers-wet.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Gouda,
brengen ter kennis van de Ingezetenen, dat de REKE
NING ran de INKOMSTEN en UITGAVEN der
Gemeente, over het dienstjaar 1877, voor den tijd
van veertien dagen op de Secretarie ter lezing van
een ieder is nedergelegd, waartoe gelegenheid wordt
gegeven op alle werkdagen, van des morgeus ten
tien tot des namiddags ten een ure, terwijl bovendien,
tegen betaling van koeten, afschrift dier Rekening
kan worden verkregen.
Gouda, den 20 Julij 1878.
Burgemeester en Wethou Iers voornoemd,
VAN BERGEN 1JZENDOORN.
De Secretarie,
BROUWER.
Reeds bij vroegere stemmingen was uitspraak
gedaan omtrent de inrichting van het school
toezicht, zoodat de titel daarover handelende bo
ven verwachting spoedig van stapel liep, en de
aanmerkingen slechts bijzonderheden betroffen.
Er zullen dus zijn: inspecteurs, districts
schoolopzieners (bezoldigd) en arondissements-
schoolopzieners voor het rijkstoezicht en plaat-
seljjke schoolcommissiën, indien die door den
gemeenteraad noodig geoordeeld worden anders
bljjft het plaatselijk toezicht aan Burg, en
Weth. opgedragen.
Meer discussie lokte titel VI uit, over de
middelen tot bevordering van het schoolbezoek,
bepalingen die in de tegenwoordige wet niet
gevonden worden.
Art. 80 schrjjft den onderwijzers voor, om
jaarljjks vóór 1 Febr. aan Burg, en Weth. in
te zenden een staat, bevattende de namen van
alle kinderen die op 1 Jan. de school bezochten.
Door Burg, en Weth. wordt een staat opge
maakt van alle kinderen tusschen den leeftjjd
van zes en twaalf jaren. Een lijst van die
kinderen, welke op den eersten staat niet, op den
tweeden wel voorkomen wordt ter secretarie
ter visie gelegd, en de ouders of verzorgers van
de kinderen op die lijst voorkomende, zullen van
alle ondersteuning vanwege de gemeente ver
stoken zijn. Het statenschrjjven der onder
wijzers vond bestrijding bij een paar leden, doch
werd aangenomen met 58 tegen 22 stemmen.
Grooter tegenstand vond echter ook van be
vriende zijde de bepaling, dut wegens school
verzuim alle ondersteuning zal ingehouden
worden. Geen vermomde leerplicht alleen voor
de armenin vele gevallen zou bovendien die het artikel nooit zou 1
bepaling niet kunnen nitgevoerd worden, zonder j om menschen die van ladders zjjn gevallen,
de grootste onmenscheljjkheidbij onverwachte Ijjders aan epidemische riekten of krankzinnigen
ziekten, bij ongelukken enz. zou dikwijls in 1 hulpeloos te doen leggen. Mot 42 tegen 40
weerwil dier bepaling hulp moeten verleend J stemmen werd nu het amendement verworpen,
worden. Schrjjft de armenwet voor, dat er be- en zoo werd dan ook die eenige, die geringe
palingen omtrent het inhouden der bedoeling concessie aan j
Kunnen worden gemaakt, hier hebben wjj met onthoudenzelfs in deze zaak wilde
een i
die bepaling niet in vele reglementen
Met 52 tegen 30 stemmen nam de tweede kamer heeft