ADVERTENTIËN. Burgerlijke Stand. bekL ia plaats van tot twee tot drie maanden eenzame opsluiting en 8 boete. De tweede zaak gold den zoon Pieter K., die, uadat zgne moeder reeds verwond was, op haar ge schreeuw was toegesneld en een der aanranders had over eene heining geworpen, terwijl hij twee anderen met een mes kleine verwondingen toebracht. Althans te dier zake werd hij door de Rotterd. rechtbank tot zes weken eenzame opsluiting veroordeeld. De beklaagde hield ook heden vol geenerlei verwonding te hebben toegebracht eu alleen ter verdedigiug zijner ouders drie der aanranders onzacht te hebben op zijde geduwd. Door twee getuigen a décharge werd ver klaard, dat A. S. en zijue gezellen den bekl. reeds te voren op het ijs hadden gesard. De verdediger mr. D. S. Van JSrubden betoogde dat het bewijs in deze niet afdoende geleverd was, te meer daar de getuigen charge niet ten volle vertrouwbaar waren, wegens hun belang bij de voor gaande zaak van een hunner, n.l. A. S. Doch al was er voldoende bewijs, dan lag in het geweld, tegeu zijue ouders gepleegd, voor den appellant eene provocatie. Derhalve concludeerdè pleiter tot vrijspraak en subsidiair tot oplegging eener zeer lichte straf. De adv.-getf., mr. Gregory, achtte het bewijs in deze volkomen geleverd en hoewel toegevende dat hier provocatie plaats had, meende Z.E.G.A. dat de rechtbank reeds daarom voor de drie feiten eene lichte straf had opgelegd. Iu beide zaken Donderdag uitspraak. De commissaris des konings in deze provincie heeft bepaald dat de aflevering van de bij de nationale militie voor de lichting van dit jaar in te lijven manschappen zal geschieden o. a.: te 's-Gravenbnge in den Koekamp, Vrydag 2 Mei, ten 8 ure; te Rotterdam in de Beurs, Vrijdag en Zaterdag, 9 en 10 Mei, ten 8 ure; te Leiden in het Invalidenhuis, Donderdag 15 Mei, ten Sl/2 ure; te Dordrecht in de kazerne der Pontonniers, Maandag 12 Mei, ten 8 ure, en tc Gouda, Maandag 5 Mei, ten 87s ure. De Eerste Kamer heeft Zaterdag, al de 22 aan de orde gestelde ontwerpen aangenomen, na korte discussie over die betreffeude de vereeuiging van Stad- en Ambt Almelo en de besmettelijke ziekten. Gisteren werden eveneens met algemeene stem men aangenomen de procureurswet; de verhooging van hoofdstuk 6 der Staatsbegrooting en de wijzi ging der wet op het middelbaar onderwijs waarbij de Miuister Kappeyne verklaarde, dat een algemee ne herziening van de middelbaar-onderwijswet wordt voorbereid. Met 24 tegen 4 stemmen werd de wij ziging van de wet op de militaire peusioenen bij de zeemacht aangenomen, nadat verschillende spre kers hadden verklaard, dat hun bezworen waren weggenomen dooi 's Ministers memorie van antwoord. Het ontwerp tot herziening der belastbare op brengst van ongebouwde eigendommen, werd na ee- nige discussie aangenomen met 22 tegen 2 stem men. De Kamer is daarna op reces gescheiden. De leden van de Tweede Kamer der Staten-Gene- raai zgu tegen 28 April des namiddags ten 3 ure, bijeengeroepen. Zaterdag werd te Leiden de 25ste algemeene verga dering gehouden van de Vereeuiging van/Zuid-Holland- sohe onderwijzers en onderwijzeressen, om bij overlijden hunue weduwen, kinderen of andere eifgeuamen eene toelage iu ééus te verzekeren. Uit het verslag bleek, dat gedurende het jaar 1878 aan de vereeuiging 15 leden door den dood ontvallen waren, 2 donateurs en 2 leden hadden bedankt en 1 wegens wanbetaling van zijn lidmaat schap vervallen was verklaard. Aan de weduwen of kinderen van de 15 over leden deelnemers werd 6596.50 uitbetaald. 12 onderwijzers en 1 onderwijzeres traden gedu rende het jaar 1878 als leden toe, zoodat de ver eeuiging in het geheel 4 leden verloor en zij op 1 Januari 1879 telde 4 donateurs en 1 donatrice, be nevens 241 leden, waardoor de uitkeering op dien datum voor de erven van een lid der le klasse bedroeg 544, der 2e klasse 486.50, der 3e klasse 427, der 4e klasse 337, der 5e klasse 236 en der 6c klasse 123. In bet bestuur der vereenifcing was de Secretaris, de heer J. P. Lancel, vervangen door den heer J. Wuyster. Een hartelijk woord van dank werd door den voorzitter uamen9 de vereeniging aau den afge treden Secretaris gebracht voor de belangrijke dien sten, gedurende eene reeks vau jaren aan de vereeni ging bewezen. Het voorstel van het bestuur om, in plaats van boven de 45, niemand boven de 35 jaar als lid toe te laten, werd aangenomen. De kiesvereeniging Burgerplicht te Amsterdam heeft aan de Tweede Kamer der Staten-Generaat het een adres verzonden waarin het verzoek wordt gedaan, „om het wetsvoorstel tot aanleg en verbetering van sommige werkeu iu het belang der biuuonlandsohe scheepvaart, onverwijld in behandeling te willen nemen." In de jongste vergadering van de kiesvereeniging Vrijheid en Orde te Deventer werd het besluit ge nomen /,Zoo dikwerf er eene vacature iu den Ge meenteraad ontstaat, zal bet bestuur eeue vergadering samenroepen van alle kiesgerechtigdenonverschillig of zij leden dezer kiesvereeniging zijn of niet. Iu deze vergadering zul aan ieder de gelegenheid ge geven worden een candidaat aan te bevelen. De candidaten diena hoogstens drie vrije stemmingen, minstens een vierde der uitgebrachte stemmen op zich vereeuigd hebbeuzullen met eeu kort verslag der vergadering nan de kiezers worden bekend ge mankt." Het uitgebreide verslag der tweede kamer over het wetsontwerp tot heffiug eener eifectenbelastiug is in bet laatst der vorige week openbaar gemaakt. Wij ontleenen daaraan het onderstaande I. Algemeene beschouwingen over den staat vnn 's lands geldmiddelen. Men verlangde, en omtrent dit verlangen hecrschte in twee der afdeelingen nagenoeg eenstemmigheid, een uitgewerkt overzicht te ontvangeu van de waarschijnlijke uitgaven en ontvangsten in dit jaar en iu de onmiddellijk vol gende jaren, om te weteu of een duurzame belasting- verhooging nu reeds noodig was. In andere afdee- lingen verklaarde men zich niet daartegen, maar meende men toch, dat de toestand zich uit hetgeen aan de kamer bekend was, genoegzaam liet beoor- deelcn. Op tal van gronden kwam in drie der afdeelingeu de groote meerderheid tot de slotsom, dat er niet slechts tijdelijk, maar blijvend eu toe nemend, eene groOte gapiug tusschen gewone behoeften en inkomsten bestaat, waurin» wilde tneu onze financiën niet in den grond bederven, door liet nemen van krachtige maatregelen moest worden voorzieu. II. Het moet, in de onderstelling, dat het even wicht tusscheu ontvaugsteu eu uitgaven verbroken is, dat evenwicht worden hersteld Is dit te ver krijgen door het betrachten van gepaste zuinigheid of zijn nieuwe belastingen ouvermijdelijk? Bij de behandeling dezer vraag werd in sommige der af deelingen levendig geklaagd over de geweldige uit zetting der staatsuitgaven iu de laatste jaren; over de weelde die in de staatshuishouding bijua op elk gebied heerschte en fver de kostbare Wgze^ waarop sommige door de staten-generaal tot stand gebrachte wetteu werden uitgevoerd. Naar het gevoelen van anderen heerschte iu deze klachten groote overdrijving. Overigens werd algemeen beaamd, dat nevens bet vermeerderen der bronnen van inkomst //gepaste zuinigheid" de dringende eisch van het oogeublik was. Vele leden kouden niet deelen in de verwach ting, dat 3 of 4 millioen 's jaars op de gewone staatsuitgaven te besparen zouden zijn, en dat langs dien weg het verbroken evenwicht zou hunnen worden hersteld. Deze leden achtten verhoogiug van belasting noodzakelijk, althans tijdelgk, maar dan ook eene verhooging tot het strikt noodige beperkt, geenszius eene zoodanige, wanrdojr de schatkist van meer middelen werd voorzien, ten einde al weder de staats uitgaven uit te kunnen breiden. In dien zin liet zich in sommige der afdeeliugen de meerderheid uit. III. Aangenomen dat verhooging van belasting noodig is, waar moet die verhooging, in verband met het bestaande stelsel van belastingen, gezocht worden. Alleen op het gebied der directe belastingcnP Bij de overweging dezer vraag, werd door de over- grooté meerderheid (Je uitspraak des ministers, volgens welke bezwaarlijk verliooging of uitbreiding van verbruiks- of indirecte belastingen zou kunnen worden aanbevolen, te absoluut geacht. Verschillende indirecte belastingen werden aau de hand gedaan, maar afge scheiden van de keuze uit de aanbevolen bronnen, van inkomst, werd door verscheidene leden de over tuiging uitgesproken, dat waar zoo veel uoodig en toe neming der behoeften zeer waarsohgnlgk is, wel steeds een groot gedeelte van het benoodigde uit de indirecte belastingen en accijnsec, waarin de groote menigte bgdraagt, zal moeten worden gevonden. Bg het ba- spreken der vraag, in welke richting de aanvulling der rijksmiddelen moest plaats hebben, werden ver schillende denkbeelden geopperd. O. a. werd aan bevolen het zoeken van die aanvulling in het ver krijgen door den staat van een deel der aanzienlijke wiusten, die de Nederlanclsche bank thaus verwerft en het breugen van eene betere verhouding tusschen de ryks— en gemeentebelastingen en het terugkomen op de uitkeering van het 4/5 van het personeel. IV. Is, als door directe belasting in de behoeften der schatkist moet worden voorzien, eene belasting op het roerend vermogen billijk en rechtvaardig? karakter en object der voorgestelde effecten-belasting. Vrijstelling van hypothecaire en andere schuldvorde ringen. Personen die aan de belasting behooren onderworpen te worden. De meerderheid kon de juistheid der in 3 van de memorie vau toelichting vooropgezette stelling toegeven. Terwijl op het ver mogen, in vast goed belegd, de grondbelasting drukt; terwijl van de inkomsten uit arbeid, nijverheid of handel de patentbelasting wordt geheven; terwijl zelfs het improductief gedeelte van het roerend ver mogen (het meubilair) getroffen wordt, is het voort- breugead gedeelte van dat vermogen, het kapitaal iu effecten en andere dergelijke waarden belegd, tot dusver bijua geheel van belasting vrggesteld. Het mag daarom, indien er nieuwe bronnen van inkomst voor de schatkist gezocht moeten worden, als grondslag eener nieuwe belasting in de eerste plaats in aan- ineikiug komen. De rechtvaardigheid en billijkheid werd echter door velen bestreden. Bij de verdediging vau het hoofdbeginsel der wet worden de iukomsten uit effecten met die uit ouroerend goad en uit ngver- lieid of arbeid geheel en al op een liju gesteld en beweerd dat de eene evenzeer moeten getroffen worden als de andere. Gaat, vroegen sommigen, die gelijk stelling op? Bij het besprekeu vau het punt nopens het karakter en object der belasting, bleek het verschil vau gevoelen over de vraag of de voorgedragen heffing als een kapitaal-belasting dan wel nis een partiële inkomsten-belasting moest worden beschouwd. Voor zoover men zich uitliet, werd door de meerderheid de gekozene grondslag voor eene belasting op het roerend vermogen te beperkt geacht; die belasting moest ook tot de hypothecaire eii andere schuldvorde ringen worden uitgestrekt. Wat meer bepaald de hypothecaire vorderingen betreft, werd aangemerkt dat er zeer gegoede iugezeteneu zgo, die een groot kapitaal ann hypotheken b zitten of zelfs wier verinogen uit sluitend daarin bestaat. Aau velen kwatn het twijfel achtig voor, als hypothecaire schuldvorderingen wordea vrijgesteld, of de in deu vorm van pandbrieven door hypotheekbanken uitgegeven obligatiën wel door de bt lasting kunnen worden getroffen. Over het al dan niet begrijpen van bloole schuldvorderingen (zonder zakelijk onderpand) in den maatregel, heerschte ver schil van gevoeleu. Al plaatst men zich geheel op het standpunt des miuisters en worden dus alleen effecten object der belasting, ligt dan in de wet geen overgroot bezwaar, in zoover daardoor de effecten- en geldhandel te zeer zou wordeu benadeeld? Bij eeu deel der leden woog dit bezwaar zeer sterk. Zij vreesden dat de belasting het noodlottig gevolg zou kunnen hebben vau de getd narkf, die thans in onze groote handelsplaatsen bestaat en zulk een krachtigen steun voor den goederenhandel oplevert, te doen ver loren gaan of daaraan althans eeu gevoeligen slag toe te brengen. Deze verschillende beschouwingen droegen er toe bij dat in sommige der afdeeliugen ecu groot aantal bden met ernst de vraag in over weging nam, of de inkomsten van het roerend ver mogen niet op eene andere minder aau bedenking onderhevige wijze konden wordeu getroffen. Ook het denkbeeld der invoering van eene algemeene inkom sten-belasting, in de plaats van de voorgestelde partiëel, werd door sommigen weer op den voorgrond gebracht. V. Maatstaf en bedrag der belasting. Ook de tegenstanders der effecten-belasting erkenden dat het te heffen bedrag niet hoog is. Sommige leden waren niet vreemd aan het denkbeeld om slechts eeu half per mille te heffen, vooral indien de hypothecaire en bloote schuldvorderingen onder de belust bare voor werpen werden opgenomen en ook rechtspersonen werden getroffen. VI. Wijze van heffing. Dat bij belastingen als deze moeielijk anders duu op eigen aaugifte kan worden aangeslagen, werd door de meeste leden erkend, maar daarin lag dan ook juist zelfs, volgens ecnige voorstanders der wet, het zwakke punt van dergelijke heffingen. Vooral echter werd de eigen aangifte bedenkelijk gekeurd, omdat daarbij de eer lijkheid, de waarheidsliefde van den belastingplich tige op zulk eene zware proef word gesteld, deze geplaatst werd tussohen zijne beurs en zijn geweteu. Wel heeft de minister gemeend de juistheid en goede trouw der aangiften te moeten verzekeren door de bepaling op te nemen dat zij gedaan worden onder aanbod van eede, maar velen achten dillen eenenmale in strijd met het standpunt, waarop leden van het tegenwoordig ministerie zich ten aanzien van de eedsaflegging hebben geplaatst. VII. Waarschijnlijke opbrengst der belasting. Men achtte de berekeuing van het hier te lande aanwezige kapitaal onzeker. Men geloofde niet aan vermeerde ring van het nationaal vermogen, althans in de laatste jnreu, maar onderstelde veeleer vermindering. VIII Heffing der provinoiale en gemeentelijke opcen ten op dc effectenbelastiug. Zullen die opcenten mogen geheven worden? Volgens de bestnnnde wetgeving ongetwijfeld: ja, en zelfs tot een door die wetgeving niet beperkt bedrag. Velen vreesden dat zoo al niet sommige provinciën, dau toch een minder of grooter aantal gemeenten van deze hare bevoegdheid een te ruim gebruik zou maken. Zoo de heffing van der gelijke opcenten niet geheel werd verboden, sou toch in ieder geval het maximum van te heffen opcenten moeten worden bepaald. IK Invloed op het kiesrechten de kiesbevoegdheid. Trail de belastiug iu werking, dan zou de. invloed daarvan op de kiesbevoegdheid niet onbelangrijk zijn en bet heeft daarom wel eeuigermate bevreemd dat de minister dit punt geheel ter z!jde laat. Ver scheidene leden aarzelden niet te erkennen dat in hunue schatting die invloed van een zeer beilzamen aard zou zijn. Men deed echter opmerken dat de" zaak ook hare schaduwzijde bad. Bij de behandeling van art. 2 werd een levendige strijd gevoerd over de vraag of de bewgzen van aandeel in naainlooze venuootschnppeu, wier divideudeu reeds door het patentrecht worden getroffen, aau de effecteubelastiug moesten worden ontworpen. Velen achtteu dit hoogst onbillijk. Door velen ook werd 's ministers voorstel billijk geoordeeld. Voorts vroeg men wat verstaau moest wordeu onder //aandeden iu geldleeningeu ten laste vau bijzondere personen buiten lands woonachtig" en //ten laste van de ingezetenen des rijks, doch gevestigd in of ten laste van goe deren buiten 's lauds gelegen"; wordt onder dit laatste ook begrepen eene hypothecaire vordering, gevestigd op goederen buiten 's lands gelegen? Ouder „buiten 's lauds" is hier ook gewis Nederl. Oost- eu West-Iudië te verstaan, eu de vraag heeft dus met het oog op de aldaar gevestigde cultuur en andere ondernemingen gewicht. Moeteu onder de opgenoemde aandeelen ook begrepen wordeu aaudeelen iu maat schappijen of vereenigingen, die onverdeeld grondbe zit ten onderwerp hebbeu? Wordt vrijstelling bedoeld van aandeelen in geldleeningen ten laste van kerken of kerkgenootschappen? Hoe staat het, volgeus deze wet, met de waarborg- of reserve-fondsen der spaarbpnkeu of liever met de aaudeelsn iu zulke iustelliugen? On getwijfeld is het de bedoeling, ook de schatkistpro- messeu te treffen. Maar moeten dau ook niet de zoogenaamde recepissen eu ander handelspapier aau de belasting worden onderworpen? Bjji art. 3 werd door veleu gewenscht de uitbrei ding dezer belastiug ook tot fictieve personen. De bepaling, zoo men meent, van den lsten Maart als den tgd tot grondslag van de belastingheffing werd niet gelukkig gekozen geacht. Het bezit op deu voorafgaandeu lsten Januari kwam rationeeler voor. Over de meeste andere artikelen werden aanmer kingen gemaakt of ophelderingen gevraagd. Vrijdagmorgen omstreeks 81/# uur is in een aard- appelv aar tuig» liggende in den Amstel bij de Blauwe- brug, brand ontstaan door bet omvallen van een pot smeer die over het vuur hing. De brand nam zoo spoedig toe, dat l.et geheele vertrek in volle vlum aloud eu de schippersvrouw- roet twee kleine kinde ren niet dan met groote moeite zijn gered. De schade van den armen schipper, die niet verzekerd was, wordt op f 200 geschat, voor hem veel te groot om te kunnen dragen. Omtrent de oorzaak, scbrg ft men: Terwijl de set- schipper een potje scheepssmeer ter smelting op de kombuis had gezet, eu daarna aan het dek was gegaan ora eenige werkzaamheden te verrichten, wilde zijne vrouw, die iu het aohterouder aanwezig was, het smeer vau het vuur nemeu, waarbij zij hel ongeluk had een weinig te storten. In een oogeublik tijd stond het gunsche woonvertrek iu volle vlam, eu de vrouw en 1 wee kinderen werden doorliet voorbijkomend publiek d >or het luik gered. De zetschipper heeft bij deze ramp alles verloren, zoowel lgfkleederen van hem en zgu gezin, als ameu blement. Ziju in den laatsten tgd vele mededeelingen gedaan van geslepen en met overleg uitgedachte en uitgevoerde oplichterijen, het betrof toch altijd eene kleine schade. Thans heeft de politie de hand gelegd op een voornaam heer, die, zooals wordt medegedeeld, zich uoomt Henri Edinoud d'Orval de Montenay, en voorgeeft te zgn renteuier te Londen. Onze lezers zullen, na keunis te hebben geuomtn van het vol gende verhaal, met ons vau meeuing zgn, dat het een zonderlinge rentenier is. In den zomer van het jaar 1877, toen hg in het Amstel-hótel logeerde, begaf hjj zioh tot een solied huis dat handel drijft in edelgesteenten. Eeu fami lielid van een der leden dier firma had hij op een reis van Amerika naar Londen leereu kennen, waarom hij juist die firma lind gekozen. Hg vertelde dat hij met zijn vrouw in onmin leefde, eu tijdelijk in geldgebrek verkeerende, gaarne een paar juweelen oorknoppen wilde verkoopen. Na eenige onderhande lingen werd hem daarvoor ƒ1200 betaald. 'Deze week begaf hg zich tot dezelfde firma. Hij verhaalde, dat hg eerst in het Amstel-Hötel had gelogeerd, doch nu de voorkeur had gegeven aan het Bible-Hótel; dat hij thans weder met zijn vrouw was verzoend en haar nu een geschenk van diamanten wilde ge ven, waarom hij zich tot die firma, die hem in den somer vau 1877 zeer solide had behandeld, wendde met verzoek hera cenige stecnen tc laten zien. Alsnu werden hpra rveMchiUendo partijtjes voorgejegd, doch hij kon zijn keus maar niet bepalen en zou gaarne zien, dan men den volgenden dag, om 11 uren, met de diamanten aan zijn hotel kwam, dau had hij meer tgd, en Icon meer op zijn gemak ziju keuze doen. Op den bepaalden tijd werden hem verschillende partijtjes diamant door eeu lid der firma vertoond. Op eens neemt hij een dier partijtjes, ter waarde van circa*10,900, ,van de tafelen zegt dit eveu aau zijn schoonmoeder te willen laten zien om te vragen wat haar oordeel daarover is. In plaats daarvan snelt hg de trappen af, het hotel uit eu de straat op. Men gaat hem ijlings na en een bedieude, die in den gang had staan wachten, had, niettegenstaande zijn hoo- geu leeftijd, bet geluk deu slimmen oplichter in de Heereustrant te achterbalen en hem door de politie te laten arresteeren, waarna hij naar de gevangenis werd overgebracht. Men schrijft uit Brussel, onder dagteekening van 18 dezerGroot ziju de vcrslageiiheid eu de deel neming hier ter stede en alom ju den lande, bij het vernemen der verschrikkelijke bijzonderheden vau- de ontzettende ramp, gistereninorgeu in de kolenmijn van FramerieS (Henegouwen) voorgevallen en uwen lezers bereids door een telegram bekend. Zonder de nadere mededeelingen af te wachten, welke hun door speciale verslaggevers, naar het tooneel des ouheils afgezonden, sedert werden geseiud, hebbeii nagenoeg alle dagbladeu der hoofdstad eu van de provinciën nog gisteren in hunne kolommen opeubare inschrij vingen opengesteld, ora de nagelaten betrekkiugeu, der talrgke, op zoo vreeselijke wijze om het leven gekomen slachtoffers althans in den eersten nood bij te springen. Toch blgkt het gelukkig» dat de ramp, zooals ge woonlijk, iu de eerste ontroering eenigszins is over dreven en men er in slagen zal een groot aantal der onder de aarde bedolven mijnwerkers te redden. Niettemin zal het aantal der ougelukkigen, welke op de of andere wgze bij de noodlottige gebeurtenis betrokken zijn, groot genoeg blgveu om de ont steltenis te verklaren, die zich van de nijvere, door de aauhoudende haudelscrisis der laatste maanden toch rteds zoo zwaar beproefde bevolking van Hene gouwen iu het algemeen en van Fruineries iu het bijzonder heeft meester gemaakt. Het is de tweede maal iu drie jaren tijds, dat de Agrappe door eeu mijugusoutploffiug getroffen wordt; iu December 1876 verloren er niet minder dan 112 arbeiders bet leven. Sedert waren de werk- zaamhedeu iu de groeve als te gevaarlijk gestaakt, totdat zij eeuige maanden geleden, dooi den heer- scbenden uood gedwongen, hervat werden. Giste renmorgen na waren de onderscheidene ploegen als naar gewoonte nohtereeuvolgeus van af 4 uur iu de mijii uedergelaten. Omstreeks half acht bespeurde men aan de ingang der inijugroeveu een gaslncht, weinige oogenblikkeu later gevolgd door een vree selijke ontploffing, welke tot in de stad Bergeu werd gehoord. Het mijugas was, door aanraking met het vuur der stoomwerktuigen iu brand geraakt, plotseling omgezet in een reusachtige vuurkolom, welke gedurende ruim twee ureu vlammend bief. Door de elkander opvolgeude schokken, bij de ont ploffingen verwekt, stortten de iu vlam staande gebouwen in, alle uitzicht op ouiuiridellijke hulp daardoor verijdelende. Vijftien slachtoffers, zich nabij den ingaug bevinden, werden het eerst, meer of min ernstig gekwetst, in veiligheid gebrachteen wertuigkuudige, wiens kleederen in vlam itondeu, gaf eenige oogeublikkeu later den geest. Tegeu bet middaguur wns men deu brand mees ter en kou men er eindelijk aan deuken bijstand te verstrekken aan de 224 ongelukkigen op de ver schillende verdiepingen der groeve aanwezig. Van alle zijden was inmiddels hulp komen opdageu; de minister van openbaren werkeu, de gouverneur vau Henegouwen, eeu door den Koning afgezondeu or donnansofficier en talrgke andere autoriteiten ver schenen achtereen volgeus op het tooneel des ouheils. Eeu sterk detaehtement linietroepen en gendurmic, uit Bergeu ontboden, waikte voor de handhaving der orde en leende een krachtige hand tot redding. Hartverscheurend was het schouwspel van den aan blik dier honderden vrouwen en kinderen, vrien den en bloedverwanten, om de gapende groeve geschaard en telkens hun vreugde of smart lucht gevende wanneer zij ouder de geredden een der liuuuen ontdekten, of wel in hun blijde verwach ting teleurgesteld werden. Des nvouds te 11 uur waren 88 arbeiders behou den aan den dag gebrachtlater zgn er nog vele gered. Uit het vorstendom Lippe is dezer dagen een groot aantal metselaars naar Szegediu vertrokken, op uit- noodigiug der Oostenrijksche regeeriug. Zij zullen worden gebezigd tot den herbouw van gemelde stad, en jaren lang zullen zij daar werkzaam blijven. De staat geeft kosteloos de noodige bnksteenen. Het is vau algemeene bekendheid, dat een zeer groot ge deelte der bevolking van het vorstendom Lippe al metselaar alom iu Duitschlaud gedurende een aan merkelijk gedeelte vau het jaar werkzaam zijn en om hunue geschiktheid als zoodanig groote vermaardheid hebben verworven. 11 Ml VA 't Is ons een genoegen aan onze PA WIJ K lezers te kannen raededeelen, dat de ÉÉÉlÉV VI beroemde Kleedermagazijnen voor mannen en kinderen van La BELLE JARDI- NIÈRE, besloten hebben hun geïllustreerden cata logus naar Holland te zenden. Dtze uitgebreide inrichting, eene der merkwaar digheden in de hoofdstad, bevat alles wat tot het toilet van den man behoort; het onderscheidt zich van alle andere soortgelijke inrichtingen door hare lage prijzen, elegante coupe, soliditeit en de keuze harer stoffen. Wij raden ten zeerste hen, die ver langen zich smaakvol te kleeden, aan, den catalogus vau La Belle Jardinière aan te vragen welke huu gratis franco zal wordeu toegezonden. GEBOREN; 18 April. Jacoba Willeraina, ouders A. Groe- nerelt eu E. Verwaal. 19 Simon Petrus, ouders S. san Leeuwen en C. san der Heijden. Pieter Arie, oudera A. Vingerling en K. Hazebrock. 20. Martiua, oudera P. vau deu Toorn en D. Belonje. Jacob Johauoes, oudera P. Marree en C. P. Verdries. JohanAes, ouders J. I. Dijkman rn J. van Wijk 21. Dirk, ouders D. Schinkel eu H. van der Starre Heudrika Christina Maria, onders A. H. de Groot cn A W. Smeeman. Anna Clasina Trinetta, oudera L. Belonje en K. Begeeiv OVERLEDEN: 18 April. G. Hagc, 2 j. 6 m. 19. W. de Jong, 3 in 20. J. J* Smit, 32 j. 11 m. A. M. vau der Kirijn, 15 j. 21. C C. de Rooij, 6 j. C. de Hoop, 1 j. 3 m. J. C. de Lange. 66 j. A. Uithol, 62 j. 22. W. H. Blok, 3 m. T. Gibbon. 48 j. Bevallen van eene Dochter K. BEGEER, geliefde Echtgenoot van L. BELONJE Tz. Gouda, 21 April 1879. Gouwe De ondergeteekende betnigt haarinnigen dank voor de vele blijken van deelneming, die zij heeft ontvangen wegens het overljjden van haar echtgenoot. Zij hoopt dat haar stadge- nooten haar hnn belangstelling zullen blijven toonen, door haar in haar broodwinning te be gunstigen, immers alleen daardoor kan het haar mogelijk gemaakt worden de acht kinderen te onderhonden, die haar echtgenoot haar heeft nagelaten. Een oom harer aanbehuwd-kinderen, de heer J. L. Cats, heeft zich aangeboden, belangloos, haar slagerij te drijven, op den voet zooals dit tot na toe is geschied. Zij zal haar begunstigers door 'het leveren van goede waar en door prompte en civiele bediening trachten genoegen te geven. Zij hoopt op begunstiging en aanbe veling. Wed. va* CREVELD- Goüda, 8 April 1879. vak Meer. *t* Voor de belangstelling ondervonden gedu rende de ernstige, ongesteldheid van hun oudste Dochtertje en bij het overlijden van hun jongste Zoontje, betuigen de Heer en Mevrouw J. W. SCHOUTEN hun welmeenenden dank. Gouda, 18 April 1879. Vpor de talrijke bewijzen van deelne ming, b j het overlijden mijner geliefde Doch ter, zoo van hier als elders ondervonden, betuig ik ook namens mijne kinderen mijn oprechten dank. Wed. A. KOOREVAAR- Gouda, 23 April 1879. Huijseu. De Heer en Mevronw van UVEN betuigen hnn dank voor de bewijzen van deel neming ondervonden bij het overlijden van hunne Behuwdzuster en Zuiter, Mejuffrouw E. J. KOOREVAAR. Gouda, 23 April 1879.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1879 | | pagina 2