BINNENLAND. Staten-Generaal. Twwra Kahek. zitting Discussie over den Waterweg AmsterdamRotterdam in de Tweede Kamer. Tan den dag, maat hij wenscht »oor zich zelf grooter vrijheid ran beweging en grooter onafhan kelijkheid, dan hg door ague verbinding met het blad hebben kan. De raak ie wel geen andere, dan dat Soherer, den etrgd voorziende, als lid van bet linkercentrum, krachtiger en vinniger tegen de uiterste liukeragde aal willen optreden, dan de Tempt misschien wensohelgk oordeelen zal. Wellicht ook is hg tegen de uitsluiting der Jezuïten, gelijk die in het ontwerp van den minister Jules Ferry wordt voorgesteld. De breuk tnssehen prins von Bismarck en de nationaal-libernlen is volkomen. De National Zeitang, het hoofdorgaan der partij, gispt op scherpe wjjze de politiek van den kanselier, die .de bewoners van het platteland tegen de steden, de niet-be- zitters tegen de kapitalisten in scherpe tegenstelling brengt. De parlementaire meerderheid, die dezer dagen de koorubellisting in tweede lezing met 226 tegen 109 stemmen aannam, bestaat thans eukel uit de conservatieven van verschillenden graad, wellicht enkele nationaal-liberalen van de rechterzijde dier partg cn het centrum. Hoe lang de vriend schap van de ultramontauen met Bismarck duren zal, schijnt voornamelijk te moeten afhangen van den prgs, die er voor besteed is, en welken men nog niet kentdaar da betaliog uitgesteld schijnt tot een zekeren termijn na de levering. Wel spreekt men reeds van het aftreden van den minister Falk en zijne vervanging door een ander, die de uitvoering der Meiweiten zou laten rusten, wat door de vele bepalingen, welke dauriu voor komen, niet moeilijk kan zijndoch tot nu toe bepaalt zich alles tot geruchten. Al werden deze verwezenlijkt; dunkt ons toch, dat de verhouding tusschen de Duitsche clericalen en den kauselier niet licht een karakter van innigheid zal dragen. De Duitsche priesters zullen de vervolgingen, waarin zjj hebben blootgestaan, en die prius Bismarck den bgnaam «priesterhamer" schonken, niet zoo spoedig vergeten en zich niet te nauw binden aan den man dia zich niet beschouwt als den mandataris eener itieke riohting in zgu land, doch een eenhoofdig tuur uitoefent, waarbij Hij eene politieke partij als het werktuig beschouwt, dat zjj zoolang gebruikt als hjj het noodig heeft en daarna miuachtend wegwerpt. De nationaal-liberule partij heeft dat ondervonden. Jaren lang ging zij met den kanselier mede, en als zjj eene enkele keer hare beginselen wilde laten gelden, was eene redevoeriug van den almachtigen beschikker over Duitschlands lot, waarin bij wees op hetgeen voor de eenheid van het rijk had gedaan, op de gevaren, die nog steeds van buiten af dreigden en op een mogelijkheid dat hij in hoogst eigen, onmisbaren persoon zijn ontslag zou nemen, voldoende om de groote nationale partij te doen bukken voor zgn wil. Thans heeft hjj tot die hulpmiddelen tegenover haar zijne toevlucht niet eens genomenzjj had uitgediend als ziju werktuig, haar plicht had zij gedaan; zjj kon gaan. Zjj zal dan ook gaan en zich hare leerzame geschiedenis ten nutte maken. Zjj kan nu met de Fortschritts- partjj een goed aaneengesloten oppositie vormen en zal dan na langen tjjd het genoegen kunnen onafhankelijk hare meening te kunnen verdedigen, indien zij zioh althans los kan maken van het denkbeeld, dut de prins von Bismarck onmisbaar is voor Daitsohlauds onafhankelijkheid. De Oostenrjjksche Rijksraad is ontbonden en nieuwe verkiezingen ziju uilgeschrevende verschillende partgen hebben reeds vergaderingen gehouden om te spreken over manifesten, candiduten en alwnt er meer tot het verkiesingswerk behoort. Gewoonlijk stelt men behalve in Duitschland niet Veel belang in deze Oostenrjjksche zaken, meestal omdat de verwarring op het eerste gezioht zoo groot is, dat men er geen touw aan weet vast te maken geen land toch, waar zooveel partgen zgnvooreerst heeft men de verdeeling in nationaliteiten, welke vele zijndaarna de gewone politieke kleuren, welke weer vele schakeeringen hebbende liberale partijen b. v. zjjn gewoouljjk in tweeën, drieën of vieren, gesplitst, nu eens vereenigd, dan weder op zichzelf slaande. Berst langzaam raakt men in dit doolhof tehuis en het is wel de moeite waard er een studie van te makenin Oostenrijk wordt de proef geno men hoe versohillende nationaliteiten éen rijk kun nen vormen en in vrede naast elkander haar levens taak vervullenelders heeft dit samenwonen ten gevolge gehad, dat de eene nationaliteit in de andere werd opgelost, de zwakke opging in de sterkerede Habeburgen volgden eohler niet de natuurwet, maar men meenden ook te zulten slagen, wanneer zjj de verschillende nationaliteiten tegen elkander gebruikten Tot nog toe is echter niet gebleken, dat het beginsel van het divide et impera goede vruchten heeft af geworpen de verschillende nationaliteiten woelen nog dooreen, vreemd aan elkander, inwendig met haat tegen elkander bezield. 8oms hoort men wel eens van verzoening of althans van gemeenschappe lijke werkzaamheid, maar telkens blijkt, dat men zich verheugd beeft in een zeepbel. Men herinnert zich, dat onlangs voor zeker werd verteld, dat de Duitsche liberalen met Herbst nan het hoofd 't eens waren geworden met de, Czecheu in Boheme, en de laatsten hun negatieve politiek zouden vaarwel zeg gen en in den Rijksraad vcrschjjuen. Wanneer men echter de handelingen van de Czeohen nagaat, dan is hier nog weinig van te bespeurenintegendeel, juist die heeren, welke voor de reis naar Weeuen waren, hebben zich genoodzaakt gezien hun ontslag te nemen uit de Czeohische clubde meerderheid vond, dat men zich voorloopig aan do oude poli tiek moest houden en aan de nieuwe afgevaardig den overlaten, of zij naar Weenen wilden gaan of niet. De Spaansche Cortes zullen op 2 Juni door den Koning geopend wordeu. De ministers beraad slagen nog over de troonrede, welke bjj die ge legenheid zal worden voorgelezen, en waarin gehandeld zal worden over den toestand der schatkist en de noodzakelijkheid om maatregelen te nemen ter vergemakkelijking van den invoer van granen, ten einde de handwerksklassen, dié onder de kwijning der nijverheid en de duurte 'an het brood gebukt gaan, te hulp te komen. In de boodschap zul ook over de wijzigingen op Ouba worden gesprokeu. De Cubaansclte afgevaardigden en senatoren wordeu met de aanstaande mail uit de Antilles verwacht. De maarschalk Martinez Campos schijnt de meer derheid en zelfs de oud-ministers, die thans de leiders zjjn van 'de conservatieve meerderheid, te willen raadplegen over de samenstelling der bureaux van den Senaat en de Kamer der afgevaardigden. De heeren Av.ila en Lloreute schijnen de oandidaten voor de beide voorzitterszctels te zullen zjju. De zitting van Juli zal, volgens de ministerieele bladen, uitsluitend gewijd ziju uan de beraadslagiug over het adres in antwoord op de troonrede, aan het ouderzock der geloofsbrieven en de behandeling der begrooting. Waarschijnlijk zal de Coalitie der drie liberale groepen, onder Castelar, Martos en Sagasta, eensgezind handelen ten opziohte van de verkiezingen en de begrootiug. Prins Battenberg of, zooals men tegenwoordig zegt, de Vorst van Bulgarije is op zijn roudreis; gisteren werd hij te Berlijn door den Keizer ont vangen en werd ter zijner eerc een diner ten Hove gegeven. Zaterdag bracht de Prins een bezoek aan den Koning en Koningin van Saksen. Uit Petersburg wordf aan een Duitsch blad ge meld, dat verscheidene hoofdeu van de Nihilisten zijn gevangen genomen en er spoedig ettelijken zullen worden opgehangen. GOUDA, 27 Mei 1879. Aan den heer J. N. Sclieltema, predikant bij de Remoustr. gemeente alhier, is op ziju verzoek eervol ontslag verlveud, onder dankbetuiging voor de diens ten, gedurende 35 jaren aan de Broederschap bewezen. In de vergadering der afdeeliug „Gouda" van 'Voliaondcrwijt werden gistereuavoud, na behande ling van den beschrijvingsbrief voor de algeineeuë vergadering, tot afgevaardigden gekozen de Heeren J. J, Grootendorsl, J. Gouda eii H.Steenbergen en tot hunne plaatsvervangers de Heeren A. Rooze- boom en Mr. J. Fortugn Droogleever. Daarop werd besloten bjj de aanstaande verkiezing voor een Lid der Tweede Kamer de herkiezing van Mr. J. G. Pat ij n zooveel mogrlgk te bevorderen. Eindelgk werd rapport uitgebracht door eene commissie nit het bestuur, de hh. Gonda, Rooze- boom en van der Menleu, over het ouderwijs iu handenarbeid. Dit rapport hopen wjj in een onzer eerstvolgende nis. op te nemeu en daardoor onze lezers in de gelegenheid te stellen kennis te maken met de inrichting van dat onderwijs aan de school van den heer Groeneveld te Rotterdam, die naar 't oordeel der commissie om vele redenen de voor keur verdient boven die der vereenigingen voor huiselijke vljjt in Denemarken en Zweden. De vergadering besloot aan het bestuur een krediet te verleenen, teneinde te beproeven om Ook alhier eene dergelijke inrichting in het leveS te roepen. Volgens de Xntwerpsche bladen is H. P. Kerdijk uit het hospitaal naar de cellulaire gevangenis over gebracht en gal hg moeten tereohtstaan wegens het opgeven van een valschen naam. van 26 Mei 1879. Iu deze zitting is het algemeen debat over het oorlogsbudget voortgezet. De heer Kool betoogde da noodzakelijkheid van het veldleger. De heer van der Hoeven zou tegen het budget stemmen, omdat de minister den persoonlijkeu dienstplicht voorstond. De heer Saaymans Vader keurde dit ook af. De heer de Jonge daarentegen verheugde zich over die verklaring. De heer van Wasseuaer vanCatwyck beval den mi nister de lotsverbetering van den soldaat aan. De heer Viruly Verbrugge maakte zijne stem afhankeljjk van eene andere bepaalde verklaring van den minister omtrent de wettelijke legerorganisatie. Heden voort zetting. Eene groote Amerikaansche wagen, met bloemen en kransen veraierd, zou heden middag ten twee ure van den Dam te Amsterdam vertrekken en den weg nemen over Muiden, Weesp enz. naar Utrecht. Aldaar zal hjj Woensdag verloeveu en dan zijn weg via Amersfoort, Apeldoorn, Zutfen, vervolgen en Vrij dag te Arnhem arriveeren. Telegrammen zullen het uur van aankomst melden. Onderweg zullen 500000 exemplaren van het eerste nommer van De O uit der tentoonstelling worden terspreid. Op den wagen zul het personeel voor het drukken van De Gitlt noodig aanwezig ziju. Zijn costuum bestaat uit grjjs linnen kiel, blauw gestreepte pau- tulou en grjjzen muts, waarop in een gouden band het woord: „Tentoonstellingsgids" geborduurd is. „De ramp, die onze stad getroffen heeft, zoo schrijft men aan do Arnh. Ct. uit Rotterdam, is van zulk een omvang, dat er met zekerheid nog niet to bepalen is, wat er het gevolg van zjjn zal. Bjjna alle bankinstellingen zjjn er in meer of mindere mate door getroffen. Bjjna alle, zeg ik, omdat ik er tot mjju genoegen een ken, en wel de oudste onzer stad, die met de vreeselijke kntaslrofe velstrekt niets te maken heeft. Het is de firma Mozrs Ezechiels Zonen, die zich niet door scbjju en zoogenaamde groolhtid liet verblinden en daardoor niet iu den val liep. Meer nog: Reeds jaren lang waaisohuwde zij, en maakte bjj herhaling hare vrienden attent op den grooteu zwendel, welke met behulp der wisselruiterij door Kerdijk eu Piu- coffs en hunne Afrikaansche Haudelsveresuiging eu alle die vereenigingen, door hen gesticht, op zulk een groote schaal gedreven werd. Zjj vergeleek de stichting dier instellingen steeds inet het zetten v.m verdiepingen op een gebouw, waarvan de fonda menten wrak stonden. Men wilde eehter niet luis teren en beschouwde de waarschuwingen als voort spruitende uit persoonlijke antipathie. Thans, nu do- slag gevallen is, komt men tot de kouklusie, dat die soliede en ouderwetsche Ezechiels toch wel ge lijk had. Maar de groote kredietgevels hadden het even goed kannen iuzien, want zjj kregen eveneens dag aan diig wissels van enorme bedragen in han den, dat niets anders dau familie- of akkomodatie- papier was, eu het is onbegrijpelijk, dat dit zwen- dripupier door bjjna alle groote instellingen zoo jaren lang gemakkelijk in diskouto genomen werd. Men zag namelijk wissels getrokjten door M. L. Bauer en Co. te Londen (zwager van Kerdijk eu van Piucoffs) op de Afrikaansche Handeisverceuiging: op Kerdijk en piucoffs; op de Rotterdain-che Bank (kommissaris Piucoffs)op de kotnmandilaire bauk- vereeniging Reusburg cn v. Witsen (stichting van Piucoffs): op L. en J. Eulhoveu, den Haag (zwa ger vau Kerdijk en van Piucoffs). Een huis te Lissubou door hen opgerioht, Brucher en Munrling, trok maar altijd door op bovengenoemde firma's. Een fumiiielid, Halleste Parjjs, id. id. En al deze wissels gingen in grootcn getale dag aan dag door baukiershanden en werden gediskou- teerd eu betaald, zonder dat men zich wnnrschjjuijjk een enkele maal de vraag stelde „Mijn hemel I wan neer die lui toch met zooveel millioenen werken, waartoe dan al die trekkerjjen I". Dt eenige oplossing hiervoor is, dat de schurk Pinooffs een grooteu geest had en een redeneer- kracht, wellicht zonder weerga, waardoor hjj een ieder wist te winnen en aan zjjn wil ditnslbaar te maken. Door de hooge positie, die hjj zich in het open baar leven wist te verschaffen, was men verteld, met hem iu aanraking te koUlen, maar kou men er tevens verzekerd van zjjn, aaudeelen Afrikaansohe of ltotterdamschs Handélsvereeniging te moeten slikken. Het buitenland heeft door bovengenoemde waar schuwing van den heer E. meer geprofiteerd dan onze stad. Zoo is het, dat een Europeesch koning voor groot verlies behoed is, door de informatiën, hem iudirekt verstrekt en het zjjn ook deze, thans zoo hoog gewaarderede iuliohtiagen, die de voor naamste bankiers der wereld voor een groot gevaar behoed hebben, dat hun boven het hoofd hing, daar een laatste poging, zoo het schijnt, bij dezen werd aangewend om het wankelende gebouw staande te houden, dat thans zoo plotseling en met zulk een hevigen knak is ineengestort." Omtrent de inzendingen op de Internationale Tentoonstelling te Sydney doet het Handeltblad de volgende mededeelingen Uit Nederland zenden inErven Lucas Bols, Amsterdam, likeurenP. Rademaker Co., Delfs- haven, jeneverKon. Ncd. Gist- en Spiritusfabriek, Delft spiritus en maïsolie; Parfumerie maison Neuve, Delft, parfttmeriiïuP. Alma Azn, Amsterdam, si garen; Louis Bobbeldnm, Rotterdam, gesneden ta bak; wed. A. G. Heinekeu Zoon, Amsterdam, kaas; Jan Prince Co., Gouda, Goudsche pijpen; Rouppe van der Voort en Zonen, 's-Bosch, lood en hagel; Amand Co., Amsterdam chromolitho-graphieJan Leendertz, Amsterdam, uitgever (Dutoh School of Arts); P. V. Goulmy, 's-Bosch, conserves alimen- taires; Van Gelder fc Zoon, Amsterdam, papier. Wellicht zijn er een paar andere Hollandsche inzen ders, dooh hunne namen zijn nog aan de vertegen woordigers der Nederlaudsche firma's, noeh aan het Sydney comité bekend. Later zal de officieele lijst be kend gemaakt worden. Van Belgie zjju 214 inzendingen (behalve schoone knusten) te verwachten. Z. M. de Koning der Belgen zendt de groote kaart van Afrika, die hij beeft doen ontwerpen. Een deel der goederen is op 16 dezer van Aut- werpen verzonden, de rest volgt 16 Juni. Frankrijk wordt door 942 inzendingen op het gebied der schoone kunsten vertegenwoordigd en de handel en njjverheid van dat land door 350 inzeuders. Het Fransche Gouvernement heeft de inzenders zeer verplicht door kosteloos de goederen over te doen brengen naar Sydney met het oorlogssohip Le RH», ouder bevel van den kommahdant, tevens offi cieel commissarisgeneraal voor de tentoonstelling, den kapt. t/z Matthieu. Het stond tevens voor de kosten fr. 200,000 toe. België wordt mede officieel vertegenwoordigd, door den heer Van Schalie en geeft vrachtvrijeu overtocht der goederen en fr. 200,000 subsidie. Duitschland heeft aan het hoofd zjjner inzendingen professor Keuleaux gesteld, bekend wegens zijne rapporten om trent de Duitsche inzending te Philadelphia, en geeft eene toelage van 200,000 mark. Ook Oostenrijk en Italië, Spanje enz. allen worden officieel vertegen woordigd, alleen Nederland niet. Wjj vertrouwen dat het te Melbourne in 1880 beter zal gaan. Voor Sydney worden de belangen der nederlaudsche in zenders waargenomen door een Nederlander, die Donderdag daarheen is vertrokken. Te Berlijn is dezer dagen In de Nicolaïkerk de goed geoonserreerde grafsteen van den apotheker Uane Zebaüer ontdekt. Ztbender was, zoover men kan nagaan, de derde, in 1488 geconcessioueerde apotheker te Berlijnzijne weduwe hertrouwde ten tweeden eu derden male, waarop bet figuur betrekking heeft, hetwelk de weduwe, na de drie mannen overleefd te hebben, op den grafsteen plaatste. Het stelt namelijk voor de aanbiddiug der drie koningen, uit het Oosteu, vertegenwoordigd door de drie mannen (behalve dat er geen zwarte koning bjj is). Aan dezen grafsteen zjju de volgende geschied kundige bijzonderheden verbonden. Van den eersten apotheker te Berlijn vindt men in eeue oorkonde van 29 April 1454 gewag gemaakt, namelijk, dat Mark graaf „Ludwig der Kömer" van den apotheker Theo- doricus eu vjjf andere Berlijnscbe burgers eene som van ongeveer 600 gulden leende. De handel in arlseng'en, die in verzegelde bussen cn doozen meestal uit Italië in Duitschland inge voerd werden, werd in de vroegste tijden door dro gisten („Materlal-wasreuhitudler) gedreven, zooals nog tot heden in eene streek san Duitschlaud de win kels der drogisten „Apotheke" en de werkelijke npotheke „Medfcin-apotheke" heeten. Bjj de conocssie der apotheek van Zebender blijkt niet zoozeer de zorg voor de gezondheid der burgers, als wel de smaak van een eerzamen raad in versche confituren, gebak en suikerwerk op den voorgrond gesteld te hebben. De meeste der toenmalige apothekers waren tegeljjk suikerbakkers, „opdat de gewone burger ook con fituren, verfrissohingeu en dergelijke algemeeue zaken gemakkelijker zou kunnen verkrjjgen". Nog in 1557 was aan de drogisten de verkoop vau „koekjes eu mnisepein of gebak" verbodenook mochten zij geene „ingemaakte stoffen, als: groeue gember, kalmoes, citroen, rozenwater ens." verkoopen. Nog in 1620 hadden de apothekers de monopolie ln oonfituren. ZITTING vak 20 MEI 1879. (Vervolg). De heer Patijn vervolgt aldus Gouda is een gemeente, die sleohts met enkele andere gemeenten eene reehtstreeksche stoomvaart- verbinding heeft, maar gelegenheid vindt om de produoten harer "fabrieken te verzenden met de sche pen en stoombooten, die daar passeeren. Om aan te toonen van hoeveel belang dat ia, zal ik er op wijzen, dat toen iu 1874 en 1875 de oomraissie, waarvan ik zoo even sprak, rapport uitbracht, het aantal doorvarende schepen werd begroot op een cijfer van 86,000 's jaers met een tonneninhoud van 2 millioen. Na dien tijd zijn de jaren gekomen welke men algemeen heeft hooren qualiliceertn als die van malaise in den handelen hoe ie het toen gegaan met Gouda? Na dien tijd is het cijfer der schepen gestegen van 36,000 tot 42,349 en dat der tonnen van 2 millioen tot 2l/a millioen. Behalve de ge regelde stoomvaart, die de gemeente rechtstreeks heeft, ziju in 1877 alleen aan doorvarende stoombooten medegegeven 15,220 adressen van velschillende goe deren; in het afgeloopen jaar was het 16,143. Ik geloof dat deze cijfers welsprekend genoeg zijn om te doen zien hoezeer Gonda in die scheepvaart langs de gemeente, eeue bron van welvaart en ver tier vindt. In de tweede plaats zal ik er op wgzen, dat door de goedkoope terreinen en de gemakkelijke gelegen heid tot vervoer, zich daar fabrieken en trafieken gevestigd hebben, die wanneer die gelegenheid niet meer bestaat er waarschgulgk niet meer gevestigd zullen blgven. En dat ik er niet ten onrechte op gewezen heb, dat, zoo er verandering in dien toestand komt, die voordeelen zullen verloren gaad, daarvoor beroep ik mij op Stieltjes, die in zjjue aangehaalde brochure, bladz. 25, zegt: „Bij de uitvoering van bet Regee- ringsontwerp, inclusief de coupure Conrad-van der Vegt, blijft de groote vaart voor alijjd van Gouda verwjjderd, eu is ook voor de klciurre schepen, die door de Turfsingelgracht willen varen, de omweg nog vrjj groot. Zij zullen dezen omweg te minder maken, nu door de dubbele en gekoppelde sluis aan de Galg het schutten aldaar zeer gemakkelijk en te allen tjjde mogelijk zal zijn, wat aan de Mallegat-sluis niet het geval is. Slechts hoogere vrachten zullen de schepen, en nog wel alleen de kleinere, den weg door de Turfsingelgracht doen volgen, tot schade voor de fabrieken te Gouda en van de gemeente in 't alge meen." De bestaande toestand men verguune mij deze kleine uitweiding ten behoeve der leden die met de plaatselijke gesteldheid niet bekend zijn is namelgk deze, dat een schip, bijv. komende van Rotterdam, den Hollandschen IJsel opgaat tot Gouda; dan bestaan er op dit oogecblik twee wegen om door of langs Gouda te komen op de Kromme Gonwe en van daar verder naar Atpheu te gaan, en wel de Mallegat-slnis en de binneusluis. Wordt nu Set plait der Regeering ongewijzigd aangenomen, dun zullen in het vervolg de scheper, ten westen van Gouda varen en die gemeente niet meer aandoen; zij zullen dan den nieuwen weg langs Moordrecht volgen en eerst bjj de Rhijnspoorwegbrug zou de waterweg weder in de oude richtiug komen. Eu dan zal gebeuren hetgeen Stielljrs op binds. 20 zijner brochure schreef: „De gunstipe ligging van Gouda was, met de betrekkelijke goedkoopte der bouwter reinen, hoofdzakelijk de oorzaak van de vestiging der talrijke fabrieken en van den Tiloei der stad. Dat de industrieels ondernemingen schade zullen lijdeu bij de uitvoering van 't Regeeringsoutwerp ligt voor de hand, maar bovendien wordt de verdere opkomst der stad er door vertraagd, zoo niet verhinderd. Nu het werk door den Staat wordt bekostigd en eene geringe vermeerdering van kosten" daarover spreek ik nader „niet zwaar mug Wegen, heeft Gouda bet recht te verlangen, dat ook hare belangen zooveel doenlijk worden behartigd." Mijnheer de Voorzitter! Indien het algemeen be lang geen andere richting mogelijk maakte, ik zou mg niet maken tot orgaan van belgeen iu Gouda verlangd wordtmen zou, gelijk ook in het adres uitdrukkelijk wordt gezegd, zich „in het cnvenngde- lijke moeten schikken." Maar het is mijne vaste overtuiging dat, als het plan der Regeeriug ongewijzigd doorgaat, zonder noodzakelijkheid aan de gemeente Gouda een groot nadeel zal worden toegebracht, dat niet wordt gevorderd door het algemeen belang. Wat zou nu voor Gouda het verkieslijkst zgu? Ontegenzeggelijk dit: dat de nu bestaande wnterweg verbeterd werd, door de bestaande Mallegat-sluis; dan volgden de schepen, verder de Turfsingelgracht tot aan de Kromme Gouwe. Dat tegen dit plan aanvankelijk geen groot bezwaar bestond, vind ik vermeld in den naderen brief van de reeds meermalen genoemde oommissie, waar men leest„Tenzij de gemeente Gouda geneigd mocht worden bevonden een gedeelte der koeten vau het kanaal lange den te ver beteren Turfsingel voor hare rekening te nemen, ver mennen wg aan de riohting bewesten de stad de voorkeur te moeten geven." Ook iu het rapport van de hoofdingenieurs wordt gereleveerd, dal het kosteüverichil bij de beslissing toongevend schijnt te zijn geweest. Aanvankelijk dus was men niet afkeerig van bet denkbeeld tot verbe tering van de bestaande Mallegat-sluis, betzjj men die legde binnendijks of wel buitendijks, zoo als Stieltjes voorstelde, al moest dan ook de kom wat klein en de draai wat moeieljjk zjjn. Maar ik erken gaarne dat het denkbeeld om nu aan de Mallegat- b1u>s eene grootere sluis van meerdere capaciteit te maken, ter vervanging van de bestaande, onuitvoer baar is, niet zoozeer omdat daaraan te groote kosten zouden verbonden zijn, munr omdat waarschijnlijk niet zou kunnen wordeu bereikt wat men beoogt: het vaarwater tevens dienstbaar fe maken aan de belangen der defensie. Opmerkelijk is het dat de Mallegat- sluis indertijd door Willem den Zwijger in het belang der, defensie gemaakt, nu ter wille van de defensie zal moeten worden verlaten. De Minister zal nu toegeven dat ik niet pleit voor het denkbeeld om de vaart uitsluitend te maken door de Mallegat-sluis, eu ik hoop daarmede het bewjjs gegeven te hebben dat ik tnjj van locale belangen, wanneer het algemeen belang op den voorgrond staat, weet los te maken. Nu heeft de Minister in de Memorie van Beant woording gezegd, dat het geenszins de bedoeling was om de aanzienlijke gemeente Gouda af te snijden, en de Minister verwjjst ons naar de kaart. Ziet men echter de door de Regeering overgelegde kaart in, dan zal ongetwijfeld ieder onbevooroordeelde mjj moeten toestemmen dat, wanneer het regeeringsplan wordt uitgevoerd, daardoor de scheepvaart, die tot nu toe langs Gouda liep, voortaan van die gemeente zal worden afgesneden. En de vraag is derhalve zoo als Stielljrs zegt: „of het niet mogelijk is het Re geeringsoutwerp zoodanig te wjjzigen, dat het belang van Gouda meer wordt behartigd, zonder dat ^et algemeen belang er onder Ijjdt." Hoe Ba die verbetering te krjjgen? Het is der Regeering en waarschjjulijk ook aan enkele leden der Kamer bekend, dat onmiddellijk na de indiening van dit wetsontwerp verscheidene plannen zjjn voor gesteld. Mij is een vijftal bekend. Vooreerst het plan van Stieltjes, verder twee plannen van den ingenieur van Gendt, die het vaarwater behoudt door de Mallegat-sluis, en eindelijk twee plannen van den ook aan het Departement van den Minister gunstig bekenden gemeente-architect te Gouda, den beer Bur- gersdjjk. Nu is het geenszins mijn plan dit of dat plan den Minister aan te bevelen, veel minder wil ik dat de Vergadering er uitspraak over doe, omdat ze niet ondeizocht zgu, maar ik maak van deze ge legenheid gebruik om de aandacht te vestigen op het laatste plan van den heer Burgetsdjjk, dat het voor deel heeft dat de vaart komt dichter bjj de stad, dat eeue coupure onnoodig en het daarstellen van eene tweede sluis aan den IJsel overbodig zou maken. De zaak kan dan later ijj de te verwachten onteigenings wet nader behandeld worden. Ik heb zoo even gewezen op de belangrijke scheep vaartrechten die Gouda heft. Wanneer men bedenkt dat het gezamenlijk bedrag dier rechten beloopt het cjjfer van f 80,000 voor eene gemeente van 17,000 zielen, dau zal meu toestemmen dat dit eeu tamelijk belangrijk cijfer is. Nu heb ik, niet in de stukken, maar elders, eeue klacht vernomeu over die enorme, in verhouding tot de onderhoudskosteu le hooge rechten. Wat is er vau de zaak? Siuds 1690 heft Gouda eeu recht op de doorgaande schepen eu siuds 1734 eeu gabelgeld op de Gonwe. Toeu de gemeentewet werd ingevoerd is het eerste recht vervalieu eu heeft de gemeente gedureude 25 jareu, te beginueu met 1 januari 1870, het recht gekregen om te heffen een geld van de schepen die de Turfsingel gracht bevaren. Voor de verbetering der vaart door de gemeente heeft Gouda zioh eeue uitgave getroost van 130,775, en de onderhoudskosten plas de rente van dat kapitaal zouden bedragen eeue som vau 42.363.2j», terwijl de ontvaugsteu met het oog op de scheepvaart werden geraamd op 42,000. Liter zijn de inkomsten wel vermeerderd, inaar ik put daaruit het argumeut van hoeveel belang het vaarwater voor de gemeente is, hoezeer het scheepvaartverkeer voor Gouda is toege nomen, want 42,000 is nu geworden 60,000. In plaats van het gabelgeld is gekomen eene con cessie aan Gouda, nadat de Raad alle belangrijke sommen voor dc verbetering der vaart bniteu Gouda had toegestaan. Lings de Gouwe loopt een jaagpad, indertijd door Gouda eu Amsterdam aangelegd doch later alleeu door Gouda onderhouden. Ter verbete ring van het jaagpad en van het vaarwater in ds Kromme Gouwe getroostte Gouda zich een nitgaaf van 284,887.50. In verband met de onderhoud*- kosten werd gerekend op eeue jaarlyksche uitgaaf vStt plus minus 19,900, terwijl* het reebt om op de Gouwe te vareu opbrengt 20.000. Dat deze cyfert eene wanverhouding zouden daarstellen ten aanzien vau de werkelijke opbrengst eu de kosten van onder houd wordt door die cyfert genoegzaam weerlegd. Dat recht heft Gouda sedert 1 Januari 1870 eh mag dit recht blijven heffen tot 1895, en nu herinner ik dat het niet geheven wordt van de schepen, die Gouda passeeren, maar voor het bevareu van het buiten Gonda gelegen deel der rivier. Het wordt dan ook niet uitsluitend geheven aau de Mallegat- slnis, maar ook aan de Gouwsche sluis te Alphen, zoodat ieder schip dut op de Gouwe komt, zelfs al komt het nooit te Gouda, dat recht verschuldigd is. Zelfs nl mocht het plan der Regeerjng onveranderd aan- genomeu worden, dan nog zufleu de schepen die tollen bly ven betalen. Is het de bedoeling dé scheep vaart vrij te maken, dan ware het loyaler die tollen af te koopen, of wel aan Gouda te verbieden ze te heffen j maar Het te vinden door dezen weg te ver-

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1879 | | pagina 2