schijulijk op eene belangrijke Bijkabijilraga ion
kannen worden gerekend.
Daar de toestand der gemeente-finantiën niet ver
oorloofde daaraan meer dan de zoo even genoemde
som van 1700.te besteden, wendden Burge
meester en Wethouders sich op ons venoek tot den
Heer Minister van Binnenlandoche Zaken met de
traag of Zjjne ExoeHentie ook de reataorntie wen-
soheljjk achtte, en coo ja, of er dan vooruitzicht
bestond dat het meerdere daartoe noodige bedrag
dan 1700.nnn de Gemeente als subsidie zou
worden verstrekt.
£>e minister verklaarde gaarne bereid te zijn daar
toe van Bijkswege aubeidie te verleenen onder
voorwaarde
1°. dat van de uitvoering der voorgestelde her
stellingswerken werd afgezien,
2°. dat door onze zorgen een goed en volledig
heistelliugsplan werd ontworpen door de Be
geering goed te keuren, en
3°. dat de volgens dit plan )in verschillende ter
mijnen uit te voeren herstellingswerken door
de Bjjksadviseurs voor de monumenten van
geschiedenis en kunfct werden goedgekeurd,
alvorens de daarvoor alk Bjjltasubsidie toetestaae
gelden werden uitbetaald.
Daar na deze missive des Ministers nog twijfel
kon overblijven, of wel het geheele bedrag dat de
restauratie meer eon hotten dan de daarvoor door ons
beschikbaar gestelde som alt subsidie ion worden ver
leend, namen wij de vrjjheid bij missive van 26 Juli
1876 te vragen of wy ons daarvan verzekerd kon
den houden, in welk geval wij tot het ontwerpen
van een goed eu volledig herstrlliugsplan zouden
doen overgaan, vertrouwende dat ook de daarop
vallende kosten onder die der restauratie zouden
kunnen worden begrepen.
De Minister gnf daarop bij missive vtm 15 Augus
tus 1876 de t erlangde verzekering.
Daarna werd het plan opgemaakt, ep den 27 Juni
1877 welden aan den Minister aoht stuks teeke-
ningen benevens bestek en begrooting opgezonden.
De Minister gaf den 16 Augustus keunis, dat
hij het plan had goedgekeurd, en dat bjj Zijner
Majesteits besluit van 3 Augustus over dat jaar
eene Eijkssubsidie was verleend van 3090.en
wel om daarvoor het zuidelglc Arkeltoreutje van den
voorgevel te doen herstellen.
Daar bet ons niet mocht gelukken eenen aanne
mer te vinden, die voor een prjjs ongeveer overeen
komende met de begrootingssom genegen was de
verlangde werkzaamheden te verrichten, moesten wij
ons toen bepalen tot het doen afbreken van het
Arkeltoreutje, daar dit in eenen hoogst bouwvalligen
en daardoor gevaarlijken toestand verkeerde.
Intnsaehen was deze Minister van Binnenlaudaohe
Zaken opgetreden.
Bij missive van 18 April 1878 gaven wij aan
Zijne Excellentie kennis dat wij om de bovenver
melde reden niet met het werk hadden kunnen
aaavangeu, maar dat het one gebleken was dat de
koeieu der voorbereidende werkzaamheden, die van
toezicht en van aauschaffing van werktuigen enz.
(zeer aanzienlijk in vergelijking van de geringe hoe
veelheid der te verwerken materialen) de geraamde
som ver hadden doen overschrijden.
Dat wjj daarom thans een bestek en eene be
grooting hadden doen opmaken voor de herstelling
van het bovengedeelte ven den voorgevel met daaruit
verrijzenden toren, in de meening dat de bovenge
noemde kosten alsdan op eene aanzienlijker hoeveel
heid van te verwerken materialen drukkende, in ver
houding minder zonden worden.
Dat net ons dan ook gelukt was een aannemer
te vinden, die het Arkeltorentje voor de geraamde
fora en het verdere werk een weinig onder de be
grooting zon maken.
Wjj roegen voor dit wesk eene subsidie aan
van 16930.
De Minister deelde ons bq schrijven van den lOn
Juli 1878 mede dat het bestek, de begrooting en de
teekemagen tot geene opmerkingen hadden aanleiding
geven, Zijne Excellentie zond ze, van hare goedkeu
ring voorzien, terug en berichtte tevens dat by Zijner
Majesteits besluit van 1 Juli. n*. 18 voor het loo
peode jaar 4000.als eerste termijn va» de ge-
vrqagde subsidie wat verleend.
Hoe" ingenomen wjj met deze goedkeuring van het
beetek en de verleening van de suheidie door den
Koning waren, konden wij met een bedrag van 4000.
niet tot de aanbesteding overgaan, eu verzochten wjj
daarom den Minister ons dis verzekering te willen
geven, dat het overige gedeelte der snbeidie in den
loop van Januari 1879 zon worden uitbetaald, zul
lende alsdan het laatste gedeelte der aannemingssom
tegen dien tjjd betaalbaar worden gesteld.
Daar Zijne Excellentie bij missive van 14 Augnstus
1878 op dit verzoek afwjjzend beschikte en het gun
stige jaargetijde reeds ver verstreken was, verzochten
wij bij misejve van 11 September voor de toege
stane subsidiën de noodige materialen te mogen
aaukoopen, opdat dan in het jaar 1879, als het overige
gedeelto van de toegezegde subsidie beschikbaar zou
ziju, de werkzaamheden krachtig zonden kannen wor
den aangevangen.
De Minister gaf hiertoe de verlangde vergunning.
Bij de Staats begrooting over het loopende jaar
was weder op eene subsidie voor het Baadhuis ge
rekend, maar de voor de monumenten van gesohie-
dsnis en kunst uitgetrokken som werd door een
Memoriepost vervangen, terwijl de Minister werd
uitgenoodigd eene regeling van deze aangelegenheid
by de Wet voor te dragen.
Naar aanleiding daarvan is eerst bij missive vnii
den Burgemeester en later bij eene van Burgemees
ter en Wethouders verzooht, dat voor het Bandhuis
te Gouda eene subsidie vnn 14930.over dat
jaar nau de Staten-Generaal zon worden voorgedragen,
welk bedrag tot uitvoering der voorgenomeu werken
noodig wat.
De Minister antwoordde daarop, zooals wij in den
aanvaDg mededeelden, dat hjj geene vrijheid vond
U voor te stellen Byksgeldeu voor dat werk be
schikbaar te stellen.
Wjj hebben geineend tot juiste beoordeeling van
de rechtmatigheid onzer grieven U den gekeelen loop,
dien deze Zaak genomen heeft, in bijzonderheden
te moeten tnededeeleu.
Daaruit zal U gebleken zjju, dat 'a Ministers
ambtsvoorganger het generale plan voor de restau
ratie vnn ons Baadhuis heeft goedgekeurd, en de
toezeggiug gedaan, dat al wat de restauratie meer
zou kosten dan 1700.door het Bijk als subsi
die zou Worden betaald.
Dat die Aliuister zijne goedkeuring heeft gehecht
nnn het bestek en de begrooting van de restauratie
van het zuidelijk Arkeltorentje van den voorgevel
en dat bjj Koninklijk besluit daarvoor eene subsidie
van 3090.is verleend.
Dat in het vorige jaar door deten Minister ziju
goedgekeurd het bestek, de begrooting eu de teekening
van de restauratie van het bovenste gedeelte van den
voorgevel met daaruit vrrryzendeu toren en dat by
Koninklijk besluit van 4 Juli 1878, u°. 18 daarvoor
ƒ4000,— is toegestaan als eerste termjjn van de
gevraagde subsidie vnn 16930.
Dat een gedeelte van den gevel is afgebroken
en materialen voor den opbouw zyn aangekocht eu
dat, nadat aanvankelijk hij de begrooting gelden
voor het werk waren uitgetrokken, de Begeering
zich nu terugtrekt aan het Gemeentebeatuur over
latende verder te bundelen zooals het zal goedvinden.
De Baud beeft, zoopla by de eer bad bij den
aanvang van dit ad ren le, zeggen, van deze beschik
king des Miuisters met groot leedwezen kennis
genomen.
Hy meende dat, als bij Koninklijk besluit eene
som is toegestaan als eerste termyn van eene ge
vraagde subsidie de volgende termijnen noodzakelijk
moesten volgen.
Hij meende tevens dat er solidariteit bestond
tusscheu elkander opvolgende Begeeriugen en dat als
een Minister des Kouiugs zulk eene toezegging had
gedaan als door den vorigen Minister van Binnen-
landsche Zaken aan ons werd gegeven, dan diens
opvolgers zedelijk verplicht waren die gestand te
doen en wel des tg meer, wanneer de opvolger
zelf tot de uitvoering zooals in deze, heeft mede
gewerkt.
Zijne Excellentie de tegenwoordige Minister van
Binueulandache Zaken schijut de Begeeriug niet
gebonden te achten.
De Baad vertrouwt dat Uwe Vergadering, na van
het vorenstaande keuuis te hebben genomen eene an
dere meening zal zijn toegedaan en neemt de vrijheid
eerbiedig U te verzoeken, dat alsnog onder de ge
bouwen, die oudheidkundige of kunstwaarde hebben,
worde opgenomen het BaüdhuU te Gouda.
Te Beiden ia bevorderd tot doctor iu de wis- en
natuurkunde, na verdediging van een Al ad. proef
schrift, getBijdrage tot de leer der Ballistica, de
heer Th. J. vau Buuren, geboren te Gouda.
Na de afwijzing van de indertijd gedane voorstel
len Tan Bijkswege te subsidiëeren in de kosten van
droogmaking van plaasen onder Reeuwjjfc en Sluip
wijk, hebben de beeren mr. F. A. van Hall 1e
Utrecht en P. M. Montjjn te Gouda besloten, de
concessie definitief te aanvaarden, in het vertrouwen
dat het voorwaardelijk toegestaan provinciaal subsidie
vau Znidholland hun niet zal worden onthouden, ook
al wordt geen Rijkssubsidie verleend. Op dat verzoek
ra door Gedeputeerde Staten een gunstig praendvies
uitgebracht, onder voorwaarde dat véér 20 Febvueri
1880 met de werken een aanvang zij gemaakt en
ten genoege van Gedep. Staten bKjke, dat het tot
stand konten van de onderneming finantieel is ver
zekerd.
Ingevolge bevelen des konings, zullen er, wegens
het overlijden van Z. K. H. den prina van Oranje,
binnen den tijd van drie maanden, te rekenen vau
den 12n dezer, iu de garntzoeuen geene groote parades
gehouden worden. Ook zal, gedurende dienselfden
tijd, by het optrekken der wachten geen trom geslagen
mogen worden.
Gisterenavond ten 5.49 minuten kondigde het
eerste schot van het instrnctievaartnig Ternate, op
de rivier voor Botterdam gelegen, aan, dat de
speciale trein, welke het stoffelyk overschot van
Z. K. H. den Prins van Oranje naar 'sHage zou
vervoeren, Botterdam naderde.
Aan bet centraal-station stond het garnizoen
mariniers geschaard om den trein te ontvangen.
Voorts waren daar bijeen de hoofdofficieren van het
gtiritizoen, benevens de directie der Hollandsche spoor
weg-maatschappij. Geen uiterlijk rouwbetoon waa
aldaar aangebraoht, dan dat de gaslantaarns met
rouwlamfers waren omhangen, terwijl het dienstdoend
spoorweg-personeel een rouwband om den arm droeg.
Toen de trein naderde, werd een dooden-marsch
gespeeld en het geweer gepresenteerd, terwijl de
plaatselijke commandant zish naar den koninklijken
salon-wagen begaf om Z. K. H. prins Alexander
te verwelkomen en te eondoleeren. Zeer getroffen
dankte de prins hem met - weinige woerden en be
gaf zich toen op het perron, waar hy eveneens
werd verwelkomd door de directie der Hollandsche
spoorweg-maatschappy.
Nadat Z. K. H. nog eeltige heeren aan zich
had laten vooratellen begaf h|j zich weder in den
trein om de reis naar 'a Hage voort te zetten.
Z. K. H. was iijt groot uniform van sohout-b|j
nacbt, met het grootkruis van den Nederl. Leenw.
en dat van de Leopolds-orde; de andere heeren
waren eveneens in groot uniform. Het gevolg van
Z. K. H. bestond uit de heeren baron van Znylen,
jhr. de Koek, baron Bentinok, jhr. de Stncra, Hf Beyer-
man, baron Grovenatins en van Goens.
De trein bestond in een ealonwagen waarin de
directie der staatsspoorwegen bad plaats genomen,
de koninklyke waggon, de lykwageu, twee eerste
klasse en een tweede klasse waggon voor het ge
volg en het dienstdoend personeel, beuevens een
bagagewagen.
De lykwagen was niterlnk zwart met zilveren
lijsten en sterren afgezet. Zij was aan beide zijden
open, zoodat men ook het innerljjke kon zien. Z|j
was van binnen geheel met zwart behangen, terwijl
de lijkkist onder een zwart kleed verborgen was,
hetwelk beladen waa met krauaen. Het aanzien
was zeer indrukwekkend. Bij het verlaten van het
station lagen aan de hoeken der kist een viertal
heeren in 't zwart gekleed geknield, ieder een
uiirthenkrana in de hand houdende.
De pijpers en trommelslagers hieven, toen de
trein het station verliet, weder de doodeumarsch
aan en met het wegsterven der klanken verdween
de trein uit bet geziekt.
Preoiea op den in het programma bepaalden tjjd
stoomde de roawtrein plechtig het station te 's Hage
binnen door de rjjen van de bataljons grenadiers en
jagers, die met de gebruikelijke militaire eer bet
vorstelijk ljjk op het grondgebied der residentie ont
vingen.
Het sombere tromgeroffel verbrak slechts de eerbie
dige stilte die allerwege beerschte. Eenë stilte, ge
heel in harmonie met het droevige oogenltltk. Op
het perron brandde het gaslicht in de met krip om
woelde lantarens, liet wachtsalon eerste klasse waa
in een rouwkamer veranderd. De spiegellijsten waren
omfloerad, terwyl de lichtkroon in zwart krip gehuld waa.
Vóór het nur van aankomst van den trein hadden
zich daar de hofdignitariasen, belast met de ontvangst
van het ljjk, verzameld. Kort daarna verscheen ock
Z. K. H. prins Frederik, vergezeld van zyn adjudant
lnit.-kpl. Barre. Prinses Hendrik deed zich door Hd.
hofmaarschalk, baron Taats van Amerongen, ver-
tegenwooordlgen. voorts merkte men op den groot
meester van HH. MM, den Koning en Koningin,
graaf Schiramelpenniuck, en vele leden van de hof
houding, de meesten in rouwkleeding.
De salonwagen, waarin Z. K. H. prins Alexander
gezeten was, hield voor de ontvangkamer stil. De
treurende broeder ven den doorlnchtigen overledene
schreed diep getroffen naar den eeuigen vorstelykeu
bloedverwant, die zioh in hit aandoenlijke oogenblik
hier bevond. De ontmoeting der beide Prinsen bood
een weemoedig tooneel.
De troonsopvolger, die de uniform van schout bjj
nacht droeg met bet lint ven het grootkruis der
orde van de Ned. Beeuw en éoharpe, geleidde zun
gryzen oom oomiddeljjk naar den rouwfonrgoo Met
tranen in de gogen staarde Prins Frederik eenige
oogeublikken op den rozéngaard, achter welke de
kiet schuil ging.
Behalve door de in het programma aangewezen
grootofficieren werd de vorstelijke doode nog ont
vangen door den oommissaris des Konings in deze
rovineie en den Burgemeester der residentie. Beide
ooge ambtenaren richtten inoige woorden van deel
neming tot de zoo zwuar beproefde familieleden.
In de wachikamer teruggekeerd, werd inmiddels de
kist 'op den daartoe bestemden rouwwagen geplaatst
in tegenwoordigheid van den opper-hofmaarschalk,
den opper-ceremoniemeester, en den schout bij nacht,
2en chef van het militaire huis des Konings.
Het was niet mogelijk alle kransen bp het fluweelen
met zilveren sterren bezaaide lijkkleed te bevestigen.
Men moest zich mitsdien tot de overdekking met
een beperkt aantal bepalen.
Uitgeleid door de directie der Holl. Spoorweg
maatschappij, welke den trein op den tocht bege
leidde, stelde de rouwstoet zioh ten half acht are
in beweging langt de rijen eener ontelbare menigte,
die eeibiedig het hoofd ontblootte.
Prins Alexander en de personen, die tot den lijk
stoet behoorden, begeleidden het stoffelyk overschot
vervolgens naar het Paleia. Prins Frederik, die zioh
niet in den optocht bevond, wachtte het iu het pa
leis op den Kneuterdijk op.
Aan de vorstelijke woning wat een eerewacht van
grenadiera en jagers geplaatst, terwyl gedurende de
overbrenging in het palets de cavalerie zich fn slag
orde schaarde.
Nasr het Weekblad va» het Recht meldt, heeft de
Belgische Begeering gunstig beschikt op de aanvraag
om uitlevering van H. Kerdjjk.
De heer jhr. G. B, G. van Swinderen, lid der eerste
katner, is op z|jn kasteel Lunenburg te Neder-
langbroek, nabij Driebergen, overleden.
Statea-Qeneraal. Eerste Kamer. Zitting
vau Zaterdag 21 Juni 1879.
In deze zitting is met algemeene stemmen aange
nomen de vesting-begrooting en met 20 tegen 3
stemmen de oorlogsbegrooting voor 1879. In de
discussie herbaalde de minister dat hy het land ver
dedigbaar achtte, mits bij eene behoorlijke inrichting
van bet leger en by afschaffing der plaatsvervanging.
Voorts verklaarde h|j aiet te z|jn tegen wettelijke
legerorganisatie, maar de meest rationeele uitvoering
vau dat beginsel te overwegen.
De Kamer ie tot nadere byeenroeping gescheiden^
Uit Botterdam schrijft men aan de Midd. Ct. 1
Algemeen wordt hier verzekerd, dat Pinooffs uit
Amerika aan familiebetrekkingen hier te lande zon
hebben geschreven, dat h|j zich zonder geldeljjke
hulpmiddelen bevindt. Hg zon zelfs zeer dringend
om ondersteuning hebben gevraagd. Ook verhaalt
inen bier, dat s|jn ondste zoon, vroeger lid van de
firma Pinooffs en Hojjnck, aan z|jn voormaligen oom-
panjon zon geschreven hebben, dat de familie zonder
geld of middel van bestaan is. Een ander geruoht
wil, dat Pincofib slechts eene som van 1600 zou
hebben medegenomen en dat op die som in Ame
rika beslag zon z|ju gelegd.
Uit de eigen opgaven van commissarissen der
Afrikannsohe Handelsvereniging toont het Hbl. ten
duidelijkste ssn, dat z|j reeds Maandag eu Dinsdag
en dus zeker Woensdagavond volkomen zeker waren
ook door de bekentenis van Pinooffs dat er
valscli heid gepleegd was. Toch werd aan den offi
cier vau justitie, die Woensdagavond bij commis
sarissen zelven inlichting kwam vragen, op een ty'dstip,
dat iu het belang van kreditenren niets meer geheim
te houden was, dis waarheid niet gezegd. De justitie
kon dien avond en zelfa Donderdag niet te weten
komen, of er enkel faillissement of ook misdryf was 1
Het Hbl. keurt terecht die hooding ten strengste
af eu zegt, dat commissarissen ophelderingen ver
schuldigd zyn over hunne hooding.
In een der Parysche bladen wordt de aandaisht
van bet departement Mn Sohoóne Kunsten gevestigd
op eene schilderij, voorstellende: «Een partij piket,"
en waarvan de vervaardiger, niet alleen als man van
talent,' maar Aok hls bet slachtoffer kan allerlei on
gelukkige omstandigheden, aanspraak ed ondersteuning
maken mag. De naam des schilders wordt alleen met
de letter M. aangedttid. Zyn lot herinnert onwille-
kebrijj datVan BeethWén,' 'die bet gehobT verloor.
De schuldër M. nameiyk thans 60 jaar oud, Werd
eenige jaren geleden door eene beroerte getroffen, en
aan de Eeohtertqde geheel tverlamd. Daar hij ran
zijn penaéel i^Oeat bestaan, wag let gemis der reoh-
terhanil een dubbel ongelujc. He worstelaar in den
str|jd des lerens, ho|.0raar getroffen, gaf dln moed
en den kamp niet op. ll|j vatte nu het "penceel,
san den réchteV- ontvallen, met de linkerhand op,
en het gelukt» hem daarmeé té khnnen voortwerken.
Maar nn onlange is h|j door een tweeden aanval van
beroerte getroffen en daardoor blind geworden Hij
is thans opgenomen in het Hospice des Incurables"
te Ivry-sur-Seine. De bovenbedoelde sohilderjj wordt
op eend Waarde 'van 400 fr. gesohat en is te knóp.
Uit de provincie Groningen wordt medegedeeld,
dat het gebruik van spuitwater 'ohder de arbeiders
klasse aldaar voortdurend toeneemt. Men kan in die
provincie geen herberg of kroegje vinden, of spuit
water is er te krijgen. Op veemarkten ziet men het
veel gebruiken.
De scbr. der Haagsche kroniek in de N. Or. Ct.
meent thans de verzekering te kunnen geven, dat
de heeren Tak en Kappeyue hebben besloten - en
dit aan den ministerraad meedeelden aan 'a Konings
wensch gehoor te geven en hnn taak te blijven voort
zetten.
Men vertelt, volgens de Haagsche Kout der Pr.
Gr. Ct. dat er eene kleine omzetting in het ka
binet zal plaats hebben. De heeren Smidt en Kap-
peyne zouden onderling Van departement ruilen, een
klein chaster-croitez, zegt de schr., dat misschien
niet kwaad isde werkzame en talentvolle beer Smidt
zou dan als minister van binnenl. zaken optreden,
een terrein, waarop hij zioh t'huia voelt, en de heer
Kappeijne als min. van justitie, hetgeen met het
oog op de aanstaande behandeling, van het wetboek
van strafrecht niet dan wenschelijk kan zyn.
Uit Bunnik wordt van 19 dezer gemeld
Zekere B., een ond werkman, was heden ochtend
op het land aan het werk, toen een ontzettend groote
zwerm bijen op hem aanviel en hem op dnizeuden
plaatsen nau handen en hoofd verwondde.
Daar B. rhumatisch, en due niet ving ter been
is, kon b|j den zwerm niet ontloopen, viel op da
knieën en verdedigde zich zooveel hy kon door met
twee wissen stroo gestadig over het hoofd te wrijven.
Deze pijnlijk» toestand duurde een unr, waarna
het opgemerkt werd door 2 bijenhouders aldaar, die,
voorzien vau een korf over het hoofd en met hand
schoenen aan, er in slaagden, nadat zjj B. met water
overgoten hadden, de lastige bezoeken te verwij
deren.
Naar wy vernemen, zal door het Centraal Comité
van den Nederlandschen weerbaarheidsbond bin
nenkort een nationale schietwedstrijd worden uitge
schreven.
Eenigeu tijd geleden deelden wij mede, dat de Mi
nister van waterstaat, handel ea nijverheid aan de
Kamers vau koophandel eu fabrieken te Amsterdam,
Botterdam, Dordrecht, Groningen en Middelburg
advies gevraagd had over een eventueele vaat georga
niseerde samenwerking der Kamers van koophandel
en fabrieken. Wy berichtten toen tevene, dat door die
Kamera reu gnnatig advies was uitgebracht en voor
gesteld bij den aanvang van elk jaar de Kamer aan
te w|jsen, welke, door middel van afgevaardigden, te
kiezen uit haar midden, iedere drie maanden aan het
departement vnn waterstaai, handel en nijverheid iu
vereenigde zitting zullen bijeenkomen.
Het ia zeker diet van belaag ontbloot als vervolg
hierop mede te deelen, dat dit advies niet eenstem
mig is uitgebracht. De Kamers te Amsterdam en Dord
recht konden zioh niet vereenigen met een vast georga
niseerde samenwerking der Kamers. Die te Rotterdam,
Middelburg en GronlngeU meenden, dat de Minister
daardoor in geweusohte verbinding komen zon met de
door hem vertegenwoordigde belangen, wjjl de secre
taris, die voortdurend in betrekking staal met ver
tegenwoordigers van handel en nijverheid, hem zon
kunnen voorlichten. Zij geloofden verder, dat op die
w|j«o een krachtig handelsorgaan in bet leven zou geroe
pen worden, weiks adviezen voor den Minister meer
Waarde zonden hebben dan de dikwerf zeer uiteenloo-
pende der verachilleude Kamers van koophaudel en
fhbrieken, in sommige gevallen daarenboven uitge
bracht onder den invloed van locale belangen.
De beide andere Kamers verwachtten daarentegen
van een dergelijke instelling geen heil en betwisten de
bewering, dat de voorlichting aan den Miuister beter
zon zijn dan die, welke de bestaande Kamera van
koophandtl en fabriekrn thans verstrekken. Naar hare
meening was juist het tegendeel waarschyulyker. De
Minister oefende immers dour het hem toegekende recht
om de Kamera, welke in vereenigde zitting zullen bij
eenkomen, aan te wyten, grooteu invloed op de samen
stelling. Daardoor toch kon wel eens de gewensohte
waarborg verloren gaan, dat de adviezen steeds met
Volmaakte onbevangenheid uitgebracht werden. De
minderheid achtte bovendien één advies geen voor
deel, maar verschillende, waarin het voor ertegen
besproken werd, ugOt 'sMinisters besliisieg zeer aanbe
velenswaard. Evenwel zou aan dat verlangen voldaan
kunnen worden, zoo de Minister voor speciale aange
legenheden eenige Kamera verzocht de yuaestie met
elkander, door afgevaardigden uit haar midden, te
behandelen en een gezamenlijk advias uit te brengen,
waarin de argumenten van weerszijden grondig en dege
lijk uiteengezet wenden.
Ook de publiciteit der vergaderingen werd door de
minderheid onraadzaum geacht. Het dtfel der instel
ling zon daardoor verloren gaan. Inlichtingen zou de
Minister dan niet kunnen vragen, niet vtn gedachten
wisselen over een by hcra opgekomen plan, zonder
bloot te staan aan een niet gewensohte of ontijdige
openbaarheid zijner voornemens. De meerderheid meen
de daarentegen, dat de openbaarheid weuschelijk waa,
omdat daarvan meerdere krachtsinspanning het gevolg
zou zijn en het geheele land kennis zon kunnen nemen
van het verhandelde. (Hb.)
Van 18 Mei tot 14 Juni 1879 zij0. blijkens in
gekomen ambtsberichten, door longziekte aangetast:
in Zuid-Holland 36 runderen.
s Noord-Holland 1 rund.
Totaal 87 runderen.
In het vorige tijdperk van vier weken waren
15 runderen door de ziekte aangetast.
Aan de uitspraak in zake de suikermakelaara Dndok
de Wit en Bedeboer knoopt zich volgens het weekblad
het Nieuws een belangrijke opmerking vast. «Men
heeft dezer dagen herhaaldelijk der rechterlijke macht
een verwijt er van gemaakt, dat zij Pinooffs heeft
laten lopen. Bater is geblekenen op een inter
pellatie van den heer Huydecoper in de Eerste
Kamer door den minister van justitie met nadruk
in t licht gesteld, dat men de noodige gegevens
miste, om hem te vatten. De Botterdamsche heeren,
die op Piucoffs hadden toe te zien, schijnen door
hnn dralen zyn vlucht mogeljjk gemaakt te hebben.
Ja, wordt daarop geantwoord: iedereen wist toch toen
al wel, dat hjj een schurk wss. Dat is in zekeren
zin waariedereen hield het er toen voor, en Pirn*
coffa heeft wel gezorgd, allen twijfel weg te nemen
omtreut de gegrondheid van die meening van iedereen.
Maar was het met de heeren Dndok de Wit en
Bedeboer uiet bijna evenzoo Meenden ook van hen
niet velen, dat zy dieven of althans diefjesmaats
waren Naar de wenschen van de openbare meeniDg
had men ook beu maar dadelijk als overtuigde be
driegers moeten behandelen. En ziet, na een ernstig
en uitvoerig onderzoek, blijkt er voor hunne verooi-
derling geen grond te bestaan I Dat neemt niet weg,
dat de ontsnapping van Piucoffs te betreuren ia, maar
als het gebeurde met Piucoffs den wensch mocht doen
ontstaan, dat men 't met de waarborgen, die de Ne-
deriandsche wet den Nederlandschen burger schenkt
voor 't behoud zijner peraooulyke vrijheid, in som
mige gevallen maar eens wat minder nauw moest ne
men, dan boude men in h'et oog, dat de ervaring al
weer door de geschiedenis der hh. Bedebaer en de Wit
leert, dat die waarborgen niet gemist kunnen worden.
Hoe jammer het zyn moge, dat nu en dan een schurk
ontsnapt, nog meer zon het te betreuren z|jn, als,
om dat te voorkomen, elk Nederlandseh burger aaa
de willekeur van naar opvattingen eu geruchten oor-
deelende rechterlijke ambtenaren ware overgeleverd."
B. Baodsky te Berlijn had «Hongaarschen wijn*
verkocht, die 2*/s mark zon hebben gekost,voor slechts
1 mark. Bij onderzoek bleek, dat die «wijn» niets was
dan eeu mengsel van spiritus, water, swavetzunr, wijn
steenzuur en suiker, dat door een zekeren Thumanu
in 't groot werd bereid en perfleech a 30 peuninges
(ƒ0.18) werd verkocht. Baodsky werd veroordeeld tot
4 weken gevangenisstaf.
Te New-ïork zijn de hoofddaders van den diefstal,
27 October 1878 iu de «Manhatten Bank" gepleegd,
in hechtenis genomen. Men zal zich herinneren dat
het gestulene drie millioen dollar beliep. Een der
dieven, Patrick Selvin, heeft de misdaad bekend en
medegedeeld op welke wijze zij bedreven was. Do
uitvoering van het plan was gedurende drie jaar
voorbereid. Zekere Little Traoey was de ziel van
het komplot. Hjj had de bende georganiseerd en
was er in geslaagd een der bewakers aan de bank
om te koopen, die toen Patrick Selvin dageljjks
eenige uren in de kelders onder zyn toezicht staande,
had laten doorbrengen, er met hem afdrukken in
was van al de sloten nam. Nadat de sleutels ver
vaardigd waren, verliepen er nog acht maanden eer
de dieven besloten hun «lag te slaan. Eindelijk was
op e«u Zondag de kans gunstig. Tegen vier unr in
den morgeu, begaven zij zieh, vier in getal, in de
kelders, maakten de geldkisten open, zonder bemeikt
te worden, en roofden in drie millioen dollar in zil
ver eu papier.
Te Parjj» zjju veraohsideoe Eugelsohen in hechtenis
genomen, diojrahche banknoten uitgaven, zéé vqjh
maakt nagebootst, dat vele wisselkantoren er inge-
loopea zyn. De gearresteerde persouen behoorden tot
eeue bende, die onlangs te Londen werd ontdekt.
Deze gonwdieveri speelden een gevaarlijk spel, omdat
de Engelsohe Ba uk hare biljetten op zoodanige wjjze
laat vervaardigen, dat niet tón op het ander gelijkt.
Elk duplicaat moet dys, noodwendig vnozelfs aanwij
zen, dat er vervalsching hééft plaats gehad.
.....i. r..1t-r
De Haarlemtcke Courant herstelde Zaterdag eep
curieust fout. Zij had ul. in de medegedeelde
lijst van hen, die fn de jongste algemeene vergadering
der Maatschappij van letterkunde tot binuenlandsche
leden zijn benoemd 60 namen medegedeeld en daarbij
nog 13 benoemde buitenhndsohe leden vermeld, ter-