Nieuws- en AdverleidieMad voor Gouda en Omstreken. Woensdag 28 Januari. 1880 Woensdag 28 januari. jqo 24QQ Begrootlngs-Oiscussiêii. ii l! I I II t GOUDSCHECOURANT. In de zitting van Woensdag was ting van biunenlandsche zaken na een politie groot aantal inspecteurs van den geneeskundigen dienst, welk bezwaar door den minister niet van op 1 der uitvoering te hoog zullen loopen. Met r. cht kon de heer Pické die redevoeringen ook iets toebrengen tot de verzoening, door te verklaren dat evenmin als de tegenstanders der wet tegenstanders van het openbaar onderwjjs zijn, de voorstanders dier wet tegen het bijzonder onderwys gekapt zjjn. Door de heeren de Ra,adt en Bachner werd tot afwisseling het hooger onderwjjs ter sprake gebracht, deor den heer de Sitter het zeevaartkundig onderwjjs, waarna de heer Vos de Wael zjjn afkeurende stem motiveerde, op grond der grieven in het voorloopig verslag omtrent de invoering der wet medegedeeld, wat den heer du Marchie van Voorthuyzen gelegenheid gaf te verklaren dat juist de belofte van oen minister om de wet zoo spoedig doeuljjk in te voeren hem voor de begrooting zou doen stemmen. Bij de beantwoording der verschillende spre kers verklaarde de minister, dat een wet door alle tukken der wetgeving goedgekeurd, moest uitge voerd worden, doch dat hij bjj deuitvoering der wet met de meeste bezadigdheid en voorzichtigheid zal te werk gaan, vooral wat betreft het toe zicht en de uitvoering van artikel 4. Ook omtrent andere punten gaf de minister bevre digende inlichtingen, met den heer Buchner verschilde hjj echter omtrent de benoeming van buitengewone hoogleeraren, wat te Am sterdam kon geschieden, maar niet aan de rjjks-universiteiten. Alleen de heer Vos de Wael verklaarde zich tegen de begrooting van binnenlandsche zaken. Bjj de begrooting van marine gaf de minister op een vraag van den heer Stork eenige in lichting omtrent het aandeel, dat de particuliere industrie heeft in den aanbouw van materieel. Daaruit bleek dat particulieren in de laatste 5 jaren voor ruim 15 millioen Gld. geleverd hadden, behalve de aanschaffing van uitrustingen, kleedrng enz. Alleen het achterlaadgeschut moest door den kanonnen-koning Krupp ge leverd worden. Steeds zal dé minister trachten de particuliere industrie zooveel mogeljjk te bevorderen. Met algemeene stemmen werd, zonder verdere discussie de begrooting aange nomen, evenzeer als die van financiën en on- van alle deskundigen te stellen. Hjj stelt vol komen vertrouwen in deu minister, en bljjk- baar waren ook de leden die tegen -dien weg vooringenomen waren, van hun gevoelen terug gekomen, want de moedelooze woorden in de afd. gezegd, vonden in de openbare zitting geen steuu. Door den heer Prins werd aangedrongen op een kanaal van Amsterdam naar den Rjjn, en op de verbetering van den waterweg tusschen Amsterdam en Rotterdam; ook besprak hjj de buitenlandsche spoorwegtarieven, waardoor Ant werpen boven pnze havens bevoorrecht wordt. Door den heer de Raadt werd het gevoelen verdedigd, dat de ingelanden verplicht zjjn zelven den Lekdjjk te onderhouden, zooals zjj altijd gedaan hebben. Voldoen zjj aan al hun verplichtingen dan verkeeren zjj financieel nog in gunstiger positie, dan de ingelanden van Krimpener, Alblasseren Zwjjndrechtsche waard, die geregeld hoogere lasten moeten betalen. Alleen voor geheel buitengewone zaken kan door hen hulp van de regeering gewacht wor den van de regeering hoopt spreker een door tastend optreden. Met het oog op de vele ongelukken op de spoorwegen in den laatsten tijd, vraagt spreker nog of het toezicht 4ol- doende is, daar het publiek recht heeft op de grootst mogeljjke zekerheid. Door dén heer van Voorthuyzen wordt be toogd, dat de billijkheid medebrengt, dat door alle achterliggende waterschappen en polders wordt bjjgedragen in de kosten van de verbe tering van den Lekdjjk. Ook spreker wil voor ziening door eigen hulp en niet van staatswege, vele andere waterschappen zouden dan toch even goed, ja nog meer recht hebben op staats hulp. Dooa^uen heer van Swinderen werd er reeds op gewezen dat verschillende dijken in Fries land ook dringend de tusschenkömst der regee- ring vorderen. Nadat de heer de Vos de Wael den toestand in Noord-Brabant ter sprake had gebracht, beantwoordde de minister uitvoerig de sprekers. Omtrent den( Lekdjjk nam de minister een afwachtende houding aanvan staatshulp zal vooreerst wel geen sprake zjjn. Omtrent den Rotterdamschen waterweg verklaarde de minister dat zoo spoedig mogeljjk door hem voorstellen zouden gedaan worden om een krachtige voort zetting van dat werk van algemeen belang mogelijk te maken. Eerlang zullen wetsont werpen ingediend worden ter verbetering der binnenlandsche waterwegen en de verbindingen met het. buitenland. Een nieuwe kanaal wet dus! De verbetering van den waterweg tusschen Amsterdam eu Rotterdam bleek afhankeljjk te zjjn van het besluit door do staten wan Zuid- llollaud iu deze te nemen. Door Noord-Holland was daarvoor reeds een en een half millioen toegestaan. Omtrent deu watertoestand in Fries land is de minister in overleg met de Ged. Staten van dat gewest. De bezwaren der bui tenlandsche spoorwegtarieven erkennende, ge looft de minister toch, dat de zaak te donker wordt ingezienhet toezicht op de spoorwegen' is volkomen voldoende; de strenge koude en de buitengewone drukte zjjn hoofdoorzaken der ongevallen in de laatste weken. Alle werken zjjn in de beste orde. Omtrent den toestapd in Noord-Brabant eindeljjk, is de minister in cor respondentie met de Ged. Skaten van dat gewest. Na een, korte repliek van,< de heeren Prins en den Tex over de spoorwegtarieven wordt de begrooting met algemeene stemmen aangeno men, wat ook het geval is met die van kolo- A niën, nadat door de heeren van Voorthuyzen en Cremers nog kortelijk was aangedrongen een geruststellende verklaring gaf. Hoeveel bezwaren de heer de Sitter tegen de het hooge eiudcjjfër had, hoeveel de inrichting j en de organisatie onzer ver- regeling. Bjj het debat bleek echter dediging te wenschen overlaat zal hjj voor de eerste kamer niet veranderd was, dat begrooting stemmen, omdat hjj vertrouwen stelt in den minister. Ten opzichte der plaats vervanging is hij voor het Belgische stelsel afkoop tegen een vaste som in de schatkist te storten. Hoewel het gevoelen vau den vorigen spreker en van de regeering omtrent de plaatsvervanging niet deelende, zal ook de heer Merkes van Gendt vóór de begrooting stemmen. Uitvoerig werden door hem de voor- l van een legerorganisatie bjj de wet in Anders redeneerde de heer Cremers. Hjj was het met den minister eens, dat de minister zich niet populair moet .i - Jer' 1878, omdat daarbij niet genoeg gelet is organisatie toe te zeggen; het achterwege bljjven der uitvoering te hoog zullen loopen. verzoenend noemen, rah zjjn zjjde wilde hg wegens het hooge ein< onderwijs waardeerde De’eerste spreker, de heer Hengst, vroeg alleen liet oog maar c borgde bijzonder onderwjjs; de tweede spreker, een I zjjde van het ondcrwjjs-vraagstuk zal geregeld het licht gesteld. heer Cremers eindeljjk verklaarde zich dat de plaatsvervanging moet behouden bljjven, JL—, --i-J“en j. _r_x -X al is hjj dan ook niet ingenomen met de wet trachten te maken, door een wet op de legi A lx JL11 -X 1 X t I x 1 1 x .1 I UIUUUV vutuvy Mivs Uluaui'avic tut W U’.v <WilWl ntuv urxj'VM de wenschen van zeer velen, en de kosten der sperforten keurde hjj goed, met veel, wat ---- i-...ii.._ i- u-4 m;Qi3ter heeft aangevoerd, kon hjj zichver- eenigen, toch stemde hü t’gen de begrooting 'nfejfer, dat nog geen zekerheid geeft, dat wjj ons voldoende zulleu kunnen verdedigen. De heer van Voorthuyzen merkte daarentegen op, dat de gelden die door deskundigen noialig geoordeeld werden, moesten toegestnan worden. Achtereenvolgens besprak de minister het eindcijfer, den geneeskundigen dienst, de gebouwen, dë inrichting der begroo ting, den persoonlijken dienst en de plaatsver vanging en de mogelijkheid eener verdediging nieuws deelde hjj niet mede, alle onderwerpen waren reeds uitvoerig in de andere kamer be handeld. Twee leden verklaarden zich tegen de begrooting, terwjjl de spoorwegbegrooting met algemeene stemmen werd aangenojnen. Bjj de begrooting van waterstaat werden in de zitting van Donderdag verschillend» punten van het hoogste belang ter sprake gebracht. De heer Viruly opende het debat met op het hooge gewicht van de qnaestie omtrent het onderhoud van den Nöordér-Lekdjjk te wjjzen. Bezweek toch die waterkeering dan zouden de steden Amsterdam, Rotterdam, 's-Hage, Leiden, Haarlem, Schiedam en Gouda mót de omliggende landstreek onderloopen, de spoorwegen zouden worden vernietigd eu het Noordzee-Kanaal onbruikbaar worden. Die romp kan voorkomen worden door aan den Lekdjjk twee millioen te besteden. Zal men nu den afloop der processen afwachten, of zal van rijkswege gedaan worden, wat door het dijkbestuur verzuimd wordt? Nader kan dan bepaald worden, wat door belang hebbenden in de kosten moet bjjgedragen worden, de staat alleen toch mag die uitgaaf niet dragen, dat zou geheel in strjjd zijn met de gewone regeling. Een ander algemeen belang werd door den bur gemeester van,,-Rotterdam, den heer Joost van Vollenhoven besprokende afstemming van de post voor tjen Rotterdamschen waterweg door de tweede, kamer. Spreker sloot zich geheel aan bjj de verklaring der regeering in het antwoord op het voorloopig verslag, waardoor hjj zich ontheven achtte van de verplichting, om tegen den moedeloozen toon van het verslag, alsof dit werk nooit zou kunnen gelukken, de adviezen voorziene uitgaven, nadat door den heer Carsten de Drentsche turfschippers aan de welwillend- debegroo- heid waren aanbevolen, en de heer Pické een aan .de orde; staat had verzocht waaruit kon bljjken hoe kort woord bjj de rubriek medische het grondbezit hier te lande verdeeld was. van den heer Büchner, omtrent het te De begrootiug van oorlog lokte iets meer groot aantal inspecteurs van den geneeskundigen discussie uit. Door den heer Teding van dienst, welk bezwaar door deu minister niet Berkhout werd de verdedigiug van I Jmuiden gedeeld werd, kwam het onderwgs aan de orde, ter sprake gebracht, waaromtrent de minister welk debat met te meer belangstelling werd 1 1 tegemoet gezien omdat het voorloopig verslag, I in strjjd met vroeger, vrjj hoog opgaf van grieven tegen het openbaar onderwjjs eu de der begrooting nieuwe dat de eerste - de meerderheid, even als vroeger, het openbaar onderwijs waardeerde en verbetering dringend noodig achtte. I dat bij de invoering der wet de minister niet t zou hebben op het openbaar-, ook op het door de grondwet gewaar- nm/izzaearrtcv» sla frirazwlü aavssolzas* 1 de heer Smits, hoopt dat eerst de financieele deelen worden. He I een voorstander van het openbaar onderwijs,

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1880 | | pagina 1