Nieuws- en Advertentieblad voor Honda en Omstreken.
1880.
N 2527.
JHAAB.
dat de HAAS-
I ran huofdhatr,
■eeren den H«r
omsten door ou
iNGT
THÜ1ZEN al.
t 15 NOVEM-
are, ter kamer
N de Levering
en eenige LE-
ar 1881.
BUITENLAND.
Vrijdag 5 November.
ing.
bboonen en
ToiN-enVau).
108EF KORN.
ijnprmssen.
Bultenlandsch Overzicht.
Parlementaire Werkzaamheden.
en bet don
i aan geseg*
i daarin lig-
i sulks voor
e 1 Jan- e. k.
skomen bjj dpn
Comm.-Sacr.
kantore bette-
ligt, van welk
nt, exemplaren
tehllfers, dm
Schedelhuid,
ir, vroegtijdig
eurmiddel 2.
Cristallin (fijne
mes-Zeep, (fijns
Iroohurts gratis.
1, postzegels of
idige, Frederiki-
Ter vermijding van oponthoud
gelieve men alle voor de Redactie
bestemde brieven bij den Uitgever
te bezorgen.
GOUDSCHE COURANT
Straatweg vsa
op DIN8DAG
torm. 10’/» uw,
tyratm, bjj en
ig 441 der
in ’t BIET.
i ces ter,
VAB0S8IEAU.
ter vau IV. 1,
Postbeambte.
BOON,
nia r. Arrest.
5. v. d. VELDE,
ruari 1876.
j. M 8ONIÜ8.
J. BLEEKEK,
Beuteuier.
VERHEIJEN.
H. van DEE, es
NKEMPEBS.
Ja.
N.
den aldaar ia
terwjjl belang,
an op dag, nar
enwoordig zjjn.
rnoemd,
r GOOB, Pru.
rei.
ing en levering
gegadigden ter
>ok de moneten
De Frausche Kamer van Afgevaardigden, wier zit
tingen den 19n November hervat worden, zal be
zwaarlijk in den tijd, die haar rest, allea kennen
afhaudelen wat er nog aan de orde ie en komen
zal. Niet alleen is de begrootiug nog niet afge
daan, maar zelfs moeten de uitgestelde algemeens
beraadslagingen over den finaueitelea toestand in
zyu gebeel nog gehouden worden. De breeds lyst
van wetsontwerpen, waarvan, naar men zagt, de
Begeering de behandeling nog vragen zal, is dus
buiten alle verhouding tot den tijd, waarover de
Kamer ie beschikken heeft, zelfs wanneer de quaestie
omtrent haren duur in dien zin wordt uitgemankt,
dat zij eerst in deu maand October 1881 behoeft
uiteeu te gaan. By dit alles komt, dafde Seuaat
de door de Kamer aangenomen ontwerpen wellicht
niet voetstoots goedkeuren zal, mfiar die zou kutt-
UT8, barbier,
r.
BZ VBIE8.
thoud dit goed I
rinkmam
Bepaalt het ontwerp dat geen vervolging meer
kan plaats hebben, wanneer de zaak reeds in het
buitenland behandeld is, de heer van der Werk
achtte dat een onnoodige courtoisie of een
vergissing De minister handhaafde echter dat
beginsel en de kamer stelde hem in het gelijk.
Na een enkele opmerking vau den heer van de
Werk over eenige technische termen en van
den heer Borgesius over het brengen in een
staat van bewusteloosheid of onmacht bjj het
plegen van geweld, werd het eerste boek goed
gekeurd.’
Bet tweede boek handelt over de misdrgven
en de straffen daarop gesteld. Eén dag ge
vangenisstraf als minimum tegen een aanslag
op het leven des konings vond de heer Oorver
Hooft te min. De minister acht ieder minimum
te laag voor zulk een misdaad, en dit zal dan
ook nooit toegepast worden, terwijl de heer
Patjjn opmerkt dat bet beginsel van één dag
als minimum reeds is aangenomen. Bij de
stemming bleef de heer Oorver Hooft alleen.
Een amendement van denzelfden afgevaardigde
om verschil te maken, wanneer men in oorlogstijd
een inundatie uit eigen belang vernielt, dan
wel als men het doet om den vijand te steunen,
wordt na inlichting van den ministeringetrokken
De motieven brengen verandering in de straf.
Op voorstel van den heer van Bouten werd de
beslissing omtrent een paar artikelen, handelende
over de verspreiding van voör den koning be-
leedigende geschriften of afbeeldingen uitgesteld
tot na art. 271.
Op voorstel van de heer de Beaufort werd
bepaald dat strafbaar zal zijn, die zich opzettelijk
voor een ander nitgevende, bedriegelijk deelneemt
aan een verkiezing. Achtte de heer Mackay
een nadere bepaling noodig, wat door nachtrust
verstaan moet worden, de minister meent dat
die gerust aan den rechter kau worden over
gelaten. Dezelfde afgevaardigde wil op aanzetting
tot duel hechtenis stellen, de heer van der
Hoeven acht dat dit het duel tot een te ver
schoonbare handeling zou maken en de gevan
genisstraf bljj ft gehandhaafd. Evenzeer mislukte
een poging van den heer Kool om de straf op
het duel zelf te verminderen.
Is het te betreuren dat bij zulk een gewichtig
ontwerp zoovele leden afwezig zijn, bij de stem
ming over de doodstraf bjjv. 15 liberalen en
10 clericalen en in de zitting van Vrijdag waa
het nog erger, dit moge met voeren om het
stelsel van zelfstandige rapporteurs te veroor-
deelen, waaraan alleen de vlugge behandeling
van dit hoogst gewichtig ontwerp te danken is.
Er wordt nu afgedaan en niet gediscussieerd,
en daarnaar is immers reeds zoo lang verlangd?
L.
Niet strafbaar is hij die een feit begaat dat hem,
hetzjj wegens den staat van bewusteloosheid
waarin hjj verkeert, hetzij wegens de gebrekkige
ontwikkeling of ziekeljjke storing zpner ver
standelijke vermogens, niet kan worden toege
rekend. Is dat een vrijbrief voor hem die in
dronkenschap een misdrijf pleegt? was de vraag
bij dit artikel. De heer Borgesius en de com
missie hadden amendementende minister ont
kende, dat dit op dronkenschap doelde, het zag
op idioten en slaapwandelaarsdronkenschap
kan geen vrijbrief zjju, een bewustelooze door
drankmisbruik zou in alle gevallen geen mis
drijf kunnen plegen. Vooral de heer Rutgers
bestreed het artikel dat evenwel, nadat de mi
nister het woord bewiutelootlieid had doen ver
vallen, werd goedgekeurd.
Kinderen, beneden den leeftjjd van 10 jaren,
zullen niet vervolgd worden, zjj kunnen op
last vau den rechter in een rjjksopvoedings-
gesticht geplaatst worden, op voorstel van den
heer van Gennep ook voor bedelen. De be
palingen omtrent poging tot misdrijf en deel
neming aan strafbare feiten lokten slechts
weinig discussie uit.
Art. 53 daarentegen, handelende over de
schuldigen bij drukpersdelicten, gaf aanleiding
tot een belangrijk debat. Het ontwerp stelde
den drukker of uitgever niet vervolgbaar, als
hjj op de eerste aanmaning den dader noemt
en deze niet buiten het bereik der strafwet is. De
commissie van rapporteurs had een amendement
voorgesteld om ook den uitgever te straffen,
als de schrjjrer niet bekaad is; het uitoefenen
van een bedrjjf mag volgens den woordvoerder
d.er commissie, den heer Lohmann, geen straf
feloosheid medebrengen -, de uitgever kan weten,
dat er nadeelige gevolgen kannen ontstaan en
moet daarom verantwoordelijk zijn, indien de
auteur niet bekend is of niet bekend gemaakt
wordt. Met het oog op het gewicht en de
roeping der pers wil hjj de meest mogelijke
vrijgevigheid, maar aan den anderen kant be
scherming der rechten van de maatschappij en
verhaalbaarheid van dengene, die in dat opzicht
aan anderen nadeel aan eer of goeden naam
berokkent. De heer van der Kaay, ook lid
der commissie, kon zich met het amendement
niet vereenigen, de schrjjver is de hoofdschul
dige; ook de heer van Gennep bestreed het
amendement, dat de uitgevers hier nog in een
ongunstiger toestand zon brengen dan in Indië,
waar hun positie bebeerscht wordt door het
regeeringsreglement, een werk der duisternis
genoemd. Het boos opzet zal toch moeten
blijken om strafbaar te zjjn. Na verdediging
van het artikel door den minister, wordt het
amendement met 31 tegen 25 stemmen ver
worpen en de artikels aangenomen.
De zitting van Vrjjdag kan gerust onder de
buitengewone gerekend worden; ongeveer 100
artikelen toch werden goedgekeurd, in weerwil dat
de zitting eerst laat geopend kon worden, wegens
te geringe opkomst der leden. Moge de aan
maning van den voorzitter voldoende geweest
zijn om dit voor het vervolg te voorkomen.
Het voorgenomen werk is deze week goed ge
vorderd, misschien zal het werk bij eenige in
spanning kunnen worden afgedaan, voor de tjjd
der begrootings-discussiën daar is.
Een kort verslag der zitting van Vrjjdag te
geven is hoogst moeilijk, wegens de veelheid der
onderwerpen, die na weinig of geen discussie
zjjn goedgekeurd.
Titel vl, van het eersteneer samenloop van
strafbare feiten, efe(#JsUi« ïbeide volgende over
de indiening en intrekking van de klacht en
het verval van het $kht Lof vervolging werden
zonder discussie goedgekeurd.
0p den vierden dag van het debat (over het
strafwetboek) is de tweede kamer gevorderd tot
art. 54. Slechts enkele zaken lokten ernstige dis
cussie uit. De heer van Baar, de voorstander der
doodstraf, bestreed de levenslange gevangenis
straf, uit het oogpunt van humaniteit; tevens wees
spreker op de gevaren voor de maatschappij, als
zulke veroordeelden eens losbreken. De heer Rut
gers bestreed het minimum van één dag voor alle
misdaden of misdrgven. Weekhartige en vrees
achtige rechters zullen van die bepaling mis
bruik kunnen maken, terwjjl daardoor het recht
van gratie verkort wordt, omdat het in waarheid
van den koning op den rechter overgaaf. De
heer Patjjn, als lid der commissie, en de minister
verdedigden het voorgestelde zoo goed, dat het
met 50 tegen 4 stemmen werd aangenomen.
De cellulaire gevangenis kan nu tot vjjf jaren
worden uitgestrekt. 8
Over de voorwaardeljjke invrijheidstelling na
het ondergaan van */t vau den straftjjd, doch
steeds eerst na drie jaren in de gevangenis te
hebben doorgebracht, was de discussie van
meer belang, omdat de commissie daarop twee
amendementen had voorgesteld en welom die
roorwaardeijjke invrijheidstelling niet te doen
afhangen, noch van het goed gedrag, noch van
de toestemming van den veroordeelde, om dit
althans niet in de wet op te nemen. De heer
Peten verdedigde de amendementen, waarna
de heer Djjckmeester op verschillende gronden
de roorwaardeijjke invrijheidstelling bestreed.
Voor de maatschappij is net gevaarlyk en voor
de veroordeelden tot niets nut, daar het reeds
nn hoogst moeieljjk ia om voor ontslagen ge
vangenen werk te vinden. Wie zal verder, na
onbehoorlijke handelingen van den voorwaar-
deljjk in vrjjheid gestelde, hem weder naar de
gevangenis terug doen brengen
Ook de heer Lenting wil het lot der gevangenen
niet in handen stellen van gevangenbewaarders
en veldwachters.
De heer van de Werk verklaarde zich voor
het artikel, terwjjl de heer van Gennep de
amendementen bestreed. In het belang der
maatschappij en der veroordeelden verdedigde
de minister het voorgestelde. Iemand die onder
streng politietoezicht staat, zal gemakkeljjker
werk kunnen krijgen dan een ontslagene. Heeft
men de werking van het stelsel nagegaan, dan
ral men ook omtrent den levenslangveroordeelden
een besluit kunnen nemen, terwjjl de voorwaar-
deljjke invrijheidstelling het recht van gratie
niet vernietigt, maar een correctief daartegen
is; het tweede amendement werd door den
minister overgenomen. De heer Mackay wilde
de proef nemen, omdat die in het buitenland goed
geslaagd is. Nadat de minister ook het eerste
amendement der commissie had overgenomen,
werd het aldus gewijzigde artikel met 47 tegen
12 stemmen aangenomen.
De volgende artikelen voor den dmjr der
hechtenis, de afzonderlijke gestichten voor hech
tenis en gevangenisstraf, de bevoegdheid van
den rechter om de preventieve hechtenis in
rekening te brengen, de ontzetting van burger
lijke en burgerschapsrechten en van de ver
beurdverklaring van voorwerpen den veroordeelde
ioebehoorende, lokten slechts weinig discussie
en geen stemming uit.
Meer discussie had plaats over artikel 37.