Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken. B8 life w te 6 1880. N° 2531. H I 1 Zondag 14 November. eniegtairé Werkzaamheden] b I I Z i 2e K1J) A—4* Bureel. ’r en [S Dö inzending van adVertontiën kan geschieden tot één IXES. I M /Ij n i I G èn VRIJDAG. In de Stad van Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN 1 uur des namiddags van den dag der uitgave. bet artikel goedgekeurd, 10.80. 1.6», 4.20, 4.6, 4.23, 12.9, 2.35, 3.25,4.55, 55, 7.81- IAV. i HAGE RN HEM. ,8.1,9.33. .25,4.55, irake is van bedelen op plaatsen voor het 6.46. 9.7. .28, 6 35, 40, 11.50, 15, 9.—. 9.39. 19. 3.—, 9.39. 8.21,4.26, GOUDSCHE COURANT -, 8.25. .30,11.45, 9.—. 9.5. 56. I, 7.7. 1.11, 2.38, 5CHT naar iNGEN. en van het centraal- ADVERTENTIÊN worden geplaatst van 15 regels a 50 Centen; iedere regel meer 10 Centen. GROOTE LETTERS worden berekend naar plaatsruimte. V het,d< i a i i t i fcT leze Courant behoort een I ■b -i of bednli tjjd iq den heei verstaan daaronder moet verstaan worden elke handeling, pubestaanbaar met de algemeene veiligheid van personen of goederen, voor zooverre zij niet valt onder de bepaling van eenig ander artikel byv. het doen schrikken van paarden, het werpen met steenen of sneeuwballen enz. De bepalingen daaromtrent, alsmede die op straatschender^, op het niet bewaken van las tige dieren, het in gevaar brengen der openbare veiligheid, en die tegen burengerucht werden zonder veel discussie goedgekeurd. Niet alzoo art. 429 luidendehjj die in het openbaar bedelt, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste twaalf' dagen, waarin de com missie van rapporteurs de woorden wilde voe gen buiten noodzaak. De heer van der Hoeven deed uitkomen dat in geval vau dringende noodzakelijkheid de bedelarij geen misdryf of overtreding daantelt. Het openbaarministerie moet de strafbare bedelarjj bewijzenhjj kon het denkbeeld niet verdragen dat een werkelijke arme, door den nood gedrongen een aalmoes vragende, straf baar zon zjjn. De heer van Baar bestreed het artikel om dat de officier evenmin de niet-uoodzakelykheid als de bedelaar de noodzakelijkheid zal kunnen bewijzen. De heer van Nispen had bezwaar tegen het amendement; bedelarij, al of niet noodzukeljjk, moet, in het openbaar gepleegd strafbaar gesteld worden. De heer Heyden- rjjck daarentegen verdedigde het amendement, dat door den neer Patjjn, hoewel lid der com missie bestreden werd, op grond dat het bewijs van den bedelaar dat hjj uit noodzaak bedelde, zeer moeieljjk zal te leveren zyn. De heer Lenting vroeg of als een bedelaar zegt: >ik had geen werk« dit als overmacht en dus als bedelen uit noodzaak zal beschouwd worden. De minister verdedigde het artikel, en toonde nader aan, dat alleen spi op den openbaren weg of publiek toegankelijk. Schilderde de heer van d.r Hoeven daarop ideale bedelaars om op het gevoel zjjner medeleden te., werken, de heer Mackay wees op bedelaars van heel ander allooi, die spoedig' het platteland onveilig zouden ma ken als het artikel verviel. Nadat de heer van Nispen nog gewezen had op het ziekeljjk gevoel dat dan dieren wil beschermen, en dan weder partjj trekt voor luie bedelaars en ook de mi nister en de heer Patjjn het amendement nog hadden bestreden word, het met 43 tegen 21 lasten iemand die hjj in dienst heeft of in zjjn huis opneemt bekend te maken met het bedrijf dat hij uitoefent, geeft tot veel discussie aan leiding. Dat de bekendmaking moet geschie den in tegenwoordigheid van den burgemeester of een door hem aangewezen ambten aar, wilde de heer van Houten doen vervallendoor de heeren Sickesz en van der Kaay werd een ge wijzigde redactie voorgesteld en deze werd door de kamer met 40 tegen 26 stemmen aangeno men, waardoor het amendementvan Houten verviel. Het straffen van dronkenschap op den openbaren weg en op plaatsen voor het publiek toegankelijk acht de heer van der Hoeven over bodig, onbillijk en gevaarlijk. De heeren de Beaufort, Vening Meinesz en van Kerkwijk sloten zich bij hem aan, terwijl de heeren Bor- gesius, Heijdenryck en de Jonge het artikel verdedigden. De minister achtte het noodig ter bescherming der maatschappelijke orde; onbillijk tegenover de belioeftigen is het niet. Geen toch der arbei- dersvereenigingen heeft bezwaar tegen die be paling, en wat de practische uitvoerbaarheid betrof, reeds meer dan 200 gemeentebesturen hebben zulk een bepaling in hun politie-veror- deningen opgenomen. Nadat de minister op voorstel vnn den heer Roell de woorden op eenige voor het publiek toe gankelijke plaats had «Joen vervallen, werd het artikel met 39 tegen stemmen aangenomen. Bij een volgend artikel kreeg de heer Heij- denrijck nog eens gelegenheid om tegen dieren bescherming op te komen, de kamer evenwel stelde het te zwaar beladen van voertuigen straf baar met 48 tegen 19 stemmen. Het laten loopen van nietuitvliegend pluim gedierte op eenigen grond* of tuin, die bezaaid, bepoot of met bloemen of jong plantsoen be plant is, wordt gestraft met een geldboete van hoogstens 15, werd mede goedgekeurd. Ook werd met 35 tegen 33 stemmen een amendement van den heer de Vos aangenomen, waarbij het wederrechtelijk loopen over wei-en hooilanden van Mei tot October verboden wordt. En de minister èu de commissie verzetten zich tegen dit amendement. Een nieuw artikel omtrent de strafbaarheid van den schipper, die gebreken van zijn schip van den aan vang eener reis voor de opvarenden geheim houdt, wordt met 36 tegen 32 stemmen verworpen. Eindelijk werd Art. 472 »Het in werking treden van dit wetboek wordt nader bij de wet geregeld* aangenomen en daarop het geheele wetboek na een debat van 12 zittingen met 58 tegen 10 stemmen goedgekeurd. Tegen stemden de heerenHaffmans, Lambrechts, van Baar, Arnoldts, Heijdenrijck, Schaepman, van der Schrieck, Reekers, de Bruijn en Bichon. Wel verdiend is de dank, door den heer van Kerkwijk na de eindstemming aan den minis ter en aan de commissie van zelfstandige rap porteurs gebracht. Is eerst nu tot stand ge- Muziek- imhandel) ng|; voor ifwlendige Wdeljjk .md een Mnstens stemmen verworpen en bet artikel goedgekeurd, waarna nog een vijftiental artikelen zonder discussie volgden. »De bedienaar van den godsdienst, die voor dat partjjen hebben doen blijken dat haar hu welijk ten overstaan van den ambtenaar van den burgerlijken stand ys voltrokken, eenige godsdienstige plechtigheid daartoe verricht, wordt gestraft met geldboete van ten hoogste drie honderd gulden,, luidde bet artikel, dat bjj deze langdurige discussie het eerst het ker- keljjk gebied raakte. De commissie van rapporteurs wilde het als onnoodig doen vervallen. De heer van der Kaay meende dat niemand zich hier te lande door een kerkeljjke inzegening zou laten be driegen. Bovendien komt de bepaling ook in het burgerlijk wetboek voor. Eindelijk is de Staat volgens hem niet bevoegd om in deze zaak tus- schen beide te treden, daarsjj gelijkheid van allen moet handhaven. Zoo min de heer Vening Meinesz als de heer van der Feltz, konde zich daarmede vereenigen. Ook bestreed de minis ter uitvoerig de conclusie van den heer van der Kaay. Van hem zjjn evenmin Meiwetten en Maart-decreten als een tocht naar Canossa te wachten. Hjj acht die bepaling noodig om te voorkomen dat 'lieden, minder bekend met onze wetgeving, in dwaling zouden worden gebracht. En wat de geschiedenis van dit artikel be treft, wel zjjn in 1814 de bepalingen omtrent deze zaak in de Code pénal door den souvereinen vorst voor de zuideljjke provinciën opgeheven, maar in 1817 is men reeds op die intrekking moeten terugkomen. Met 46 'tegen 21 stemmen werd het artikel, na repliek van den heer van der Kaay, aange nomen. Weigering van hulp bjj levensgevaar achtte de heer Donner een geval, waarmede een wet boek van strafrecht zich niet moet bezighouden. In ons vaderland toch zjjn de voorbeelden te overvloedig van bereidvaardige opoffering. De heer Patjjn daarentegen wees op de vrouw, die haar huis gesloten hield voor een kind dat in een bijt geraakt en met moeite gered was, en bij het verder vervoer gestorven is. Ook de minister toonde de noodzakelijkheid van het ar tikel aan, dat slechts eischt wat de Christelijke leer voorschrijft. Het werd dan ook met 46 tegen 21 stemmen aangenomon. Een nieuw artikel daarentegen van de com missie, om straf te bedreigen tegen hem die een drenkeling niet terstond uit het water haalt of een gehangene afsnijdt, als hjj dit zonder ge vaar voor zich of anderen doen kan, wordt met 38 tegen 26 stemmen verworpen. Wilde de commissie door dit artikel een volksvooroordeel bestrijden, de heer Hejjdenrjjck kon niet inzien, dat dit in een strafwetboek te huis behoorde, terwjjl de minister meende dat het soms in het belang der justitie kon zijn om het Ijjk te zien in den toestand waarin het zich bevond. Een nieuw artikel om den bordeelhouder te ge- imiddag-zitting van Maandag wak irtjr, over overtredingen handelende1, ld, en heeft de gewichtige quaestie al of »iet straf bapr is, den meesten beslag jjphomen. Op een vraag van !r Mackay,, wat door baldadigheid moet i worden, Antwoordde de minister dat De uitgave dezer Courant geschiedt ZONDAG, WOENSI geschiedt de uitgave in den avond DINSDAG, DONDERDAG en ZATER DAG. De prijs per drie maanden is f 1.75, franco per post 2.—

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1880 | | pagina 1