Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
1880.
BUITENLAND.
SiHICOLAASAVOHD.
jLE.\ I
loorweg,
«0/81.
LANTünn
orluijii
l.
Bulleiilaiidsch Overzicht
KEO ISGE VING.
Parlementaire Werkzaamheden.
Woensdag 24 November.
m 2e KI.)
FRECHT
8NINGEN.
«7.
3
37,
7o-
*7.
nd en lan-
VIERING van den
ff
GOUDSCHE COURANT
19.50,
I, 9.—, 10.80.
5, 3.50, 4.20,
,18, 4.5, 4.25,
.14.
fen’iHAGE
ARNHEM.
38, 9.39.
939.
6, 8.—, 9.39.
4, 9.21,4.24,
laats hebben
Mn. J. FOR-
at te Gouda.
O, 8.45, 9 7.
i, 8.98, 635,
5, 19.9,9.31,
17.
6. —, 8.95.
10.80,11.45,
30,9.—
’s.Sfl'
1.90, 7.7.
12.11, 2.35,
9.80.
EN)
D, zacht ff
d tegen
SPIJS- B
per doos, I
IENK. I
u Prins, I
le depdta.
seis 1
een billet I
aardiger: S
wtheker. I
:geveu van,bet
hei oeutraal-
10.40, 11.50,
7.35, 9.—.
J.
11, 8.25,4.55,
35 8.1,9.55.
1, 835,4.55,
,4.55,73b
SZMAS,
Wjj kuunen, hoe gaarne we dat wilden voor de
eer tan het Duitscbe volk en de stad Berlyn, niet
iwygen over de dwaze beweging, die aldaar gaande
is tegen de Joden. Door den hofprediker Stöoker,
gesteund door prof, von Treitsohke, op bet getouw
geset, heeft deze agitatie het Duitsche volk en in
zonderheid de inwoners van de Pruisische hoofdstad
in twee katnpem geplitst, die der voor- en der te
genstanders vau de Joden. Het parlement heeft er
zioh in gemengd door een interpellatie vau dr.
Hand, welke vroeg, wat de ngeering doen sou als
zeker adres, dat circuleert, inkomt. Dit adres strekt
om aan te dringen op het opmaken eener statistiek
van de in Duitsohland wonende Joden en de door
hen uitgeoefende beroepen, om de vestiging van
vreemde Joden in het rjjk te verbieden of althans
te belemmeren, om de Joden van staatsambten,
althans zeker vau de rechterlijke macht, uit te slui-
teu en om vooral hen te weren uit het onderwijzend
personeel.
De regeering is zoo «jja geweest vau onmidde-
l(jk te verklaren, dat de .vrijheid van godsdienst,
die door de constitutie is gewaarborgd, zal «orden
gehandhaafd. De discussie is Zaterdag niet afgeloopen.
De sprekers van onderscheiden lichting hebben do
beweging afgekeurd.
Eu wat is nu do reden van die tot openbare
vijandschap overslaande antipathie!1 Zeker vobr een
deel godsdienst- en rassenhaat, overblijfselen van vroe
ger eeuweu, waaraan soms zeer verlichte meusohen
zich niet geheel kunnen ontworstelen. Doch vooral
zijn de oorzaken op materieel gebied te zoeken.
Tegen iedere belemmering in heeft de werkkracht
van het Joodscbe volk zich in alle takken van
den handel eeue eerste plaats verworven, vooral
in dien hapdel, waar door suelle fluctuatie der prijzen,
inzicht en ondernemingsgeest meer dan elders worden
vereisobt. Vóór den tjjd der groote bankinrichtingen
hadden de Joden de gansebe geldmarkt in handen,
en zij hebben daarvan geen misbruik gemaakt.
Daarenboven toonden zij zulk een buitengewouen
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Gouda;
In aanmerking nemende, dat de St. Nicolaas-Aroud
dit jaar op Zondag valt.
Noodigen, naar aanleiding van een bij hen in
gekomen verzoek, de belanghebbenden uit, de Viering
van dien avond op Zaturdag den 4 December e. k.
te doen plaats hebben.
Gouda, den 23n November 1380.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Vau BERGEN IJZENDOORN.
De Secretaris,
BROUWER.
Na de nederlaag in de zitting van Donderdag
geleden, moest de minister van koloniën terstond
een uienwen strjjd aanvaarden ter verdediging
der Indische begrooting, die terstond aan de
orde Werd gesteld.
De heer van der Hoeven opende dit debat
met zjjn leedwezen uit te drukken, dat het
verzoek van gepensioneerde officieren, om in
het genot van het verhoogd pensioen gesteld
te worden, was afgewezen. De sommen daartoe
bestemd, kwamen reeds voor op de begrooting
van 1879, en ’s konings vertegenwoordiger te
Batavia had het plechtig toegezegd. Het is een
schromelijke onbillijkheid dat officieren in 1878
gepensioneerd, in gunstiger toestand verkeeren,
dan zjj die in 1879 op de gegeven beloften
vertrouwende, gepensioneerd zjjn. Daartegen
moest spreker ernstig protesteeren. Vervolgens
legde spreker zjjn grieven bloot tegen de plan
terspartij en tegen de strafbepalingen tegen
werklieden, die zonder toestemming van het
hoofd eener onderneming de plantage verlaten,
een ongekende daad volgens spreker, waardoor
de arbeider geheel weerloos wordt overgeleverd
aan de onderdrukking door zjjn heer. Wordt
die 'ordonnantie niet gewyzigd, dan zal spreker
tegen de begrooting van koloniën stemmen.
De heer Bastert wees op de bevredigende
verklaring in de troonrede en de ongunstige
berichten die van tjjd tot tjjd uit Indië tot ons
komen. Volgens spreker moet men beletten,
dat de hooge ambtenaren steeds uitsluitend
spreken van de belangen vanlndië, zonder aan
Nederland te denken; de vrjjheid van drukpers
aldaar moest beperkt worden, en die ons
prestige aanranden moesten des uoods uit Indië
verwjjderd worden. Ten slotte wees spreker
op den ongunstigen fiuancieelen toestandeen
zeker tekort van rnim 13 millioen op de Indi
sche begrooting zonder de vele credieten die
nog te wachten zjjn.
De heer de Casembroot nam mede de hand
schoen op voor de officieren; wanneer Neder
land den officieren niet betaalt, waarop zjj
recht hebben, dan heeft het aan zjjn eereplicht
niet voldaan en is de goede trouw geschonden.
De heer Kool besprak de organisatie van de
krjjgsmacht in India, hjj wil van het tegen
woordige overcompleet gebruik maken voor de
nieuwe organisatie, vraagt of het gebruik van
torpedobooten daar niet de beste oplossing der
verdedigings-quaestie zal zjjn en acht de sterkte
der cavalerie te gering. Verder sloot spreker
zich aan bjj het vroeger gezegde omtrent de
gepensioneerde officieren en acht ook in Indië
cursussen tot opleiding van officieren nood-
zakelijk.
Ook door den heer van der Schrieck werd aan
gedrongen om op de pensioenregeling terug
van een toestand, waarin het onrecht van vroe
ger jegens de inlandsche bevolking zal worden
hersteld.
De heer de Casembroot betwijfelt of de
Javaan ook nn nog prijs stelt op individueel
grondbezit. De minister geeft een overzicht
van het gebeurde en dringt aan op het bewqren
der onzijdigheid in deze zaakde inlanders
moeten zelf zonder eenigen dwang die zaak be
slissen met inachtneming der voorschriften van
het Indische regeeringsreglement. De heer van
Rees houdt staande, dat juist de circulaire aan
de inlandsche bevolking dwang oplegt; hjj dringt,
in weerwil van alle betoogen van den minister,
op overlegging der stukken aan. Licht, meer
licht, bleef zjjn eisch, en ook die van den heer
van Houten, die de afschaffing der heerendien-
sten, der landdiensten en van het cultuurstelsel
verdedigt, om zoo tot den eenigen gezonden
toestand, individueel landbezit te komen. Ook
de heer Mirandolle vroeg meer licht, op grond
van tegenstrijdige inlichtingen vroeger door den
minister gegeven. Eerst heette het dat geen
pressie is nitgeoefend, nu wordt het tegendeel
gezegd; voor een vruchtbaar debat zjjn meer
gegevens noodig.
De minister achtte de overlegging der stuk
ken onnoodig; de quaestie der conversie moet
vrjj blijven van de politiekhjj overtuigde even
wel noch den heer Lenting, noch den heer van
der Hoeven, welke laatste na de herhaalde wei
gering van den minister het voorstel deed, om
de overlegging der stukken te vragen. Zullen
de twee rustdagen den minister gelegenheid ge
ven, zich een echec'te besparen L.
te komen, even als door den heer Seret, zoo-
dat hierin alle specialiteiten bet eens zjjn.
De heer Keuchenius wilde nog eens het ge
vallen besluit omtrent.de snbsidie bespreken,
maar werd door den voorzitter tot de orde
teruggebracht. Strafbepalingen tegen de druk
pers keurt hjj af, met den heer Kool is hjj het
eens, dat cavalerie in Indië niet gemist kan
worden.
Uitvoerig weerlegde de minister de ge
maakte bedenkingen. Omtrent het intrekken
der ordonnantie op de arbeiders, kan hij geen
bepaalde toezegging geven, hjj zal onderzoeken.
Men weet wat dit beteekent. Strengere bepa
lingen omtrent de drukpers zjjn van hem niet
te wachten, evenmin als wijzigingen omtrent
de comptabiliteitswet. Wat eindeljjk de pen
sioenregeling betreft, de minister gelooft dat
het onverantwoordelijk zou zjjn op het genomen
beslnit terug te komen. Na een korte repliek
van de heeren van der Hoeven en Bastert, werden
de algemeens beraadslagingen gesloten en Hoofd
stuk 1 der uitgaven aangenomen.
Bij de behandeling van hel hoofdstuk justitie
in de zitting vau Vrijdag besprak de heer In-
singer de mishandeling der inlandsche werk
lieden op Sumatra’s oostkust. Reeds vroeger
is daarop door hem gewezen; wat is gedaan
om dit te beletten, werd door hem gevraagd.
De heer van Gennep besprak de bevoegd
heid van het rechterlijk en administratief gezag;
hjj meent dat het eerste miskend wordt, en
acht bestraffing van handelingen die compro
mittant zijn tegenover de inlandsche bevolking
noodig, mits dit met rechtvaardigheid zoowel
tegenover de rechterljjke als administratieve
ambtenaren geschiede.
De heer van Dedem achtte uitbreiding van
het aantal leden van het gerechtshof noodig
en wil ook het parket der Tandraden aan Eu
ropeanen opdragen omdat de djaksa's noch
intellectueel noch moreel berekend zjjn voor
hun taak.
Het antwoord van den minister voldeed geen
der sprekers, allen toonden zich in hun repliek
onvoldaan. De heeren Keuchenius en van
Dedem steunden den minister door de aanstel
ling van meer Europeesche ambtenaren te be
strijden; opleiding van inlanders achtten zjj
zeer wenscheljjk om het getal ontevredenen niet
te vermeerderen.
Bjj de behandeling der artikelen besprak de
heer Keuchenius den achterstand bjj de gerecht
heven, de heer van der Schrieck dien bjj de
krijgsraden. Zonder stemming werd evenwel
die afd. goedgekeurd.
Bjj de afd. Financiën drong de heer van
Dedem aan op de aanstelling van een ambtenaar
speciaal voor de opium-belasting, zelfs maakte
hjj zjjn stem over de begrooting uaarvan af
hankelijk, de minister kon eenter aan dit
verzoek niet voldoen.
Bjj de vierde afdeeling, departement van bin-
nenlandsch bestuur, kwam een der hoofdquaes-
tiën aan de orde, de conversie van het commu
naal en individueel landbezit. De heer van
Rees vroeg de overlegging der stukken omtrent
deze zaak, omdat meer licht noodig is. Pressie
zoowel vau de eene als van de andere zjjde moet
in deze zaak vermeden worden. Uit een vroe
ger rapport bljjkt dat communaal bezit eerst
ontstaan is onder Nederlandsch gezag; op een
groot deel van Midden Java bestond vroeger
erfeljjk individueel bezit, dat eerst door het cul
tuurstelsel gemeentelijk geworden is. Tal van
vragen doet spreker om de noodzakelijkheid tot
overlegging der stukken tot verkrijging van meer
licht, aan te toonen om zoodoende langs beteren
weg maatregelen te nemen tot voorbereiding
-4-