Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
)EB,
DIN,
irieven wor-
cht aan het
>13.
I
1880.
iS.
eding.
KEXMSGEUXG.
Nationale Militie.
Begrootings-discnssiên.
Visdag 17 December.
tot
Co.
Rotterdam.
genheid om
te nemen,
•JD:
jouwers,
Bnoodigde
en Brand-
JarnlBoen
881 tot 31
rdappelen
Juni 1881.
ding liggen
ijks van af
tmiddags op
ommandant.
iolonel,
EVE,
Voorzitter.
Voor te strekt toUnformatie van de
belanghebbenden
Voor Ingezeten wordt gehouden:
Art, 16. De inschrijving geschiedt:
Art. 17. Voor de Militie wordt niet
ingeschreven;
GOUDSCHE COURANT
DEN DOOL,
een weduwnaar in
het mid-
lerkerk,
ld. IJeel, en
'hapen en
met zooveel
de bestand-
verbruiken
toonstelling
e gunst van
de behoefte
en, vrjjeljjk
en
ZAHN.
IELMU8
srwisselaars,
onen zonder
van onder-
867 en den
trk, hadden
de Broeders
rplichtingen
ROOT.
)LK, zal ie
de «Bedes,
>s letter A.
te Del/t.
begint met de Letter N, O, P,
i, I en Z tuaachen den 16 en
■rplithl zich daartoe by Bui-
1880, ten
GahnIzoens
ader nadere
1 Oorlog op
rtiermeester,
iRRÉ,
Secretarie.
EVRAAQD
den ingeschreven, is vei
gemeester en Wethouders asu te geven tussohen den
Isteu en Sisten Januarjj.;
By ongesteldheid, afwezigheid of ontstentenis, is
vader, of, is deze overleden, zijne moeder, of,
zijn beiden overleden, zjjn vuogd tot het doen van
die aangifte verplicht.
De wijze, waarop van kat doen van die aangifte
blylcen moet, wordt door Ons bepaald.
Art. 20. Hy, die eerst Ha het intreden van zijn
19e jaar, doch voor bet Volbrengen van zijn 20ste,
ingezeten wordt, is verplicht zich, soodra dit plaats
heeft, ter inschrijving aan te geven bij Burgemeester
en Wetbonders der gemesate, waar de inscbryviug,
volgens art. 16 moet geschieden.
Daarbij gelden de bepalingen der 2e en Se zinsnede
van art. 18.
Zijne inschryving geschiedt in het register van het
jaar, waartoe hij volgens zijnen leeftijd behoort.
Burgemeeeter e» Ifellunidkre voornoemd, roepen dien
tengevolge de ingezetenen, -die hun 18Ö0 jaar
hebben bereikt, dat zijn zij die in het
jaar 1862 zijn geberen, en overeenkomstig
het vorenstaande in deze gemeente tot aangifte ver
plicht zyn, op, urn zich de volgende dagen ter
Secretarie aan te melden van des voormiddag, 10 tot
des namiddags 1 ure en ziek in de daarbij vermelde
orde te doen inschrijven,'te weten i
die hnn geslachtsnaam begint roet de Letter A, B, C,
D, E, F, G, H, I, J, K, L an M luncbeu deu 2 en 15
January ^1881.
die hun geslachtsnaam 1
Q, R, 8, T, U, V, W, X,
31 January 1881.
dat het register vau iuschryiriug op den Sisten
January, de* namiddags ten 4 ure voorioopig wordt
gestoten en xy, die aldan verruimd hebben de voor*
schreven aangifte te doen, ingevolge art. 183 der Wet
verVallen in een boete van 2d.tot 100.j
dat ieder ,die voor de Militie moet worden ingeschre
ven, ïich behoort te voorzien v*o een extract uit bet
geboorte*register, hetwelk bij de aangifte moet wor
den medegebragt.
dat dit extract aan ben, die binnen deze Gemeente
zijn geboren, op hunne aanvrage, op het Bureau van
den Burgerlijken Stand gralü zul worden uitgereikt,
terwy) zij die elders geboren zijn, zich ter Gemeente
secretarie kunnen aanmelden, ten einde genoemd
extract van het Gemeentebestuur hunner geboorte
plaats te doen aanvragen, en
dat een ieder gehouden is te zorgen dat hij bij
de inscbryviug Wijk en Nummer zijner woning
juist kan opgeven.
Gouda, deu 15 December 1880.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
van BERGEN IJZENDOORN.
De Secretaris,
BROUWER.
INRICHTINGEN WELKE GEVAAR, SCHADE
OF NADEEL KUNNEN VEROORZAKEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS.vau Gouds,
Gelet op artl, 6 en 7 der wet van den 2n Juni
1875, (Staatetlad uo. 96).
Brengen ter algemeens kennis, dat op de Secre
tarie ter visie is gelegd een verzoek met bylagen,
van P. Goedewaagen Cie. om vergunning tot het
opzichten van een Stoomwerktuig in het perceel ge
legen aan den Raam wyk O. no. 167 kadaeter
sectie D. no. 1808.
Dat op Woensdag den 29* December 1880, des
namiddags ten 1 ure op het Raadhuis, gelegenheid
is om bezwaren tegen de gevraagde vergunning in
te brengen, en dat gedurende drie dagen vóór dien
dag, op de Secretarie der gemeente, van de ter
zake ingekomeu schrifturen kan «orden kennis ge
nomen.
Gouda, den 15n December 1880.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Van BERGEN IJZENDOORN.
i De Secretarie
BROUWER.
INSCHRIJVING VOOR DE
EERSTE KENNISGEVING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der ge
meente Gouda.
Gezien de Wet van den 19den Augustua 1861
ttad no. 72j) betrekkelijk de Nationale Militie. Her
inneren by daze «Ualni.aghihbi.4ia uM tlumw ver-
pligting, t<ft het doen van aangifte ter inschrijving
voor de Nationale Militie, in de maand Janaar ij 1881
en brengen ter hunner kennis de volgende bepalingen
der genoemde Wet:
Art. 16. Jaarlijks worden voer de Militie ingeschre
ven alle mannelyke ingezetenen, die op den Isten
January van het jkar hun 19e jaar waren ingetredeu.
lo. Hy wiens vader, of, is deze overleden, wiens
voogd ingezeten ie volgens de Wet van den 28st«n
July 1850 (StaalMad no. 441;
2o. 11 ij, die geen ouders of voogd hebbende, gedu*
rende de laatste, aan ka In it eerste zinsnede van
dit artikel vermelde lydstip voorafgaande, achttien
maanden in Nederland verblijf hield:
3o. Hy, van wiens ouders de langstlevende inge
zeten was, al ie zyn voogd geen ingereten, mils hy
binnen het rijk verblyf houdt.
Voor.iugezeten wordt niet gehouden de vreemdeling,
beboerende tot eenen staat, waar de Nederlauder niet
tutu de verplichte krijgsdienst is ouderworpen, of waar
ten aanzien der dienstplichtigheid het beginsel van
wederkeerigheid is aangenomen.
lb. Van een ongehuwde in de Gemeente, waar
de vader, of, is deze overleden, de moeder, of, zijn
beiden overleden, de voogd woont;
2o. Van een gehuwde en van
de gemeente, waar hy woont;
3o. Van hem, die geeu vader, moeder of
voogd heeft of door deze is achtergelaten, of wiens
voogd buiten lands gevestigd'is, iu de Gemeente,
waar hij woont
4o. Van den buiteg lands wonenden zoon van
eeu Nederlauder die ter zake van lands dienst
in er tl vreemd land woont, iu de Gemeeute waar
zyu vader of voogd bet laatst in Nederland gewoond
lo. De in een vreemd Rijk achtergebleven zoon
van een ingezeten die geeu Nederlander is
2o. De in een vreemd Rijk verblijfhoudende ou-
derlooze zoon van een vreemdeling, al ie zijn voogd
ingezeten
3o. De zoon van den Nederlander, die ter zake
van *s lands dienst in ’s Rijks overzeesche bezittin
gen of koloniën woont.
Art. 18. Elk die volgens art. 15 behoort te wor-
Laten we beginnen met een rectificatie. Het
besluit om in de volgende dagen avondzittingen
te honden, werd niet genomen. Het besluit
gold alleen voor Maandagavond.
De algemeene beraadslagingen over
delbaar onderwijs werden Dinsdag voortgezet.
Ook de heer Borgesius drong aan op herziening
der wet, doch daar die taak zoo veel omvattend
is, wenschte hjj een voorloopige regeling van
het zeevaartkundig onderwijs.
De minister was dankbaar voor alle wenken;
de herziening der wet van '63 is vrjj ver ge
vorderd, en het zeevaartkundig onderwijs sluit
zich daarbij zoo zeer aan, dat bij partieels rege
ling daarvan niet kan toezeggen.
Nog eens was de beurt aan de kamerleden.
Eerst de heer Haffmans, die het noodig vond
nogmaals uiteen te zetten, waarom zijn partij
van het sfaats-middelbnar-onderwjjs niet gediend
is. Daarna de heeren de Cnsembroot en Licf-
tinek, die nogmaals over het zeevaartkundig
onderwjjs het woord voerden, zonder dat zjj den
minister tot meer stellige beloften konden
brengen.
Bjj de artikelen nagenoeg alleen oppositie
van de tegenstanders.
Vier amendementen waren voorgesteld. Een
van de commissie van rapporteurs om de post,
opleiding van landbouw-onderwjjzersmet/2000
te verminderen. De regeering had zelf erkend
dat de cursussen over landbouw niet aan het
doel beantwoordenhandhaving dier cursussen
zou dus weggeworpen geld zjjn. Dit amende
ment nam de minister over.
Een tweede van den heer Schimmelpenuinck
van der Ojje, strekte om de subsidie van f 2000
voor de Arnhemsche handwerkachool voor
meisjes in te trekken. Na bestrijding door den
minister en een paar leden werd bet amende
ment verworpen.
Een derde van den heer van Asch van Wyk,
om de subsidie van f 4000 aan de middelbare
school voor meisjes te Utrecht te ontbonden,
werd mede verworpen.
Eet vierde eindelyk van den heer Baetert,
diende om de subsidie van 5000 aan de
kweekschool voor machinisten te Amsterdam
met 1500 te verminderen, daar dan toch het
tekort dier echool is gedekt. De heer Holtzman
betoogt, als lid der commissie van die school,
dat de voorgedragen 5000 niet kunnen worden
gemist. De kamer was het met hem eens; het
amendement Hastert verwierf slechte 10 stemmen.
Daarna het lager onderwijs. Over de strek
king der algemeeue beraadslagingen zal genoeg
gezegd zjjn, als slechts wordt medegedeeld, dat
daaraan deelnamen de heeren Schaepman, van
Wassenaer, Keuchenius (die natuurljjk buiten
de orde was, en door den voorzitter, onder
luide bravo’s, gedreigd werd met een voorstel
om hem het woord te ontnemen), Hejjdenrjjck,
van Niepen, van Asch van Wjjk en de Jonge.
Het waren de oude grieven, thans vooral ont
leend aan de uitvoering. Is het wonder dat
zjj hoe welsprekend b.v. de heer Schaepman
ook ware de belangstelling der kamer niet
konden trekken?
Een intermezzo, naar aanleiding van een
request van het Nederlandsch-Werkliedenver
bond, verdient nog een korte vermelding. Dat
bond vroeg de uitgave van een goedkoop, ana
lytisch verslag van de handelingen der kamer.
Voorzeker mag het merkwaardig heeten, bjj de
geringe belangstelling onder een groot deel der
kiezers in de handelingen der kamer, dat van
werklieden een dergeljjk verzoek uitging. De
commissie voor de verzoekschriften wilde het
request ter griffie deponeeren; men weel wat
dit beduidt. Doch de heer de Beaufort wilde
meerhjj wilde de zaak aan de orde houden,
en stelde dus voor; verzending naar den mi
nister om inlichtingen. Dit voorstel werd
aangenomen.
Na aanneming van een aantal kleine wete-
werpen, werd de beraadslaging over de begroo-
ting van binuenlandsche zaken gisteren voort
gezet en nog niet ten einde gebracht.
De heer de Brujjn Kops deed een goed woord
voor de opleiding van gymnastiek-onderwjjzers,
dat bjj den minister in goede aarde viel. Later
zal bljjken of het ook vruchten droeg.
Voor gebouwen vnn rjjks-kweekscholen was
uitgetrokken 194,000.doch de minister
verminderde dit bedrag met 40,000.ten
gevolge van veranderde omstandigheden en
nieuwe gegevens. Den heer de Jonge waa dit
niet genoeg, hjj wilde nog 24,000.sebrappen,
te bezuinigen op de 54,000.die voor leer
middelen op de scholen waren uitgetrokken.