Vergadering van den Gemeenteraad. ""maTÏTk^ B3RICHTEN. Gouda, 6 Jauuari 1881. Burgerlijke Stand. Gouda Stolwijk Haastrecht Reeuwijk: die men van het veld koestart als het water zal weg» gelaopen zijn, is treurigbergen, hoog opgeworpen van dor zand met gwote wielen daarneven, zullen de slotsom zijn. Naar wij vernemen heeft de Maatschappij tot Ex ploitatie van Staatsspoorwegen de goederen- en rij- tuigloodsen aan hare stations, voorzoover dit slechts mogelijk is, ter beschikking gesteld van de waters noodlijdenden en wordt daarvan o. a. te Tilburg en te 's-Hertogenbosch een ruim gebruik gemaakt. Ook worden vanwege de M. t. E. v. S. waters- noodlijdenden en de voor dezen bestemde goederen en levensmiddelen kosteloos vervoerd. Voor eenige jaren hebben bij eene overstrooming in Noord-Brabant de Delftsche studenten met hunne gieken uitmuntende diensten bewezen, daar zij met hunne weinig diepgaande en ranke vaartugen overal konden aanleggen waar grootere booteu niet konden konten. Aan menigen vluchteling is door hen toen voedsel en verwarmende kleeding gebracht en was de liefdedienst bewezen, dan begaveu de toekomstige ingenieurs zich met hun vaartuigje aan boord der boot en bezochten de bedreigde of reeds bezweken punten. Öp die wijze trokken zijzelven leering uit een tocht, die menigeen ten goede kwam. De diensten door beu bewezen zijn nog niet ver geten ,en overtuigd van de werkelijke behoefte aan geoefende sloeproeiers bij rampen als deze, die helaas nog wel eenige malen zullen weêrkeeren, hebben een aantal jongelieden te Maastricht het plan gevormd eene roeivereeniging op te richten, hoofdzakelijk met het doel om ingeval van watersnood met hunne vaartuigen hulp te kunnen bieden. Het plan verdient aller toejuiching en zoo noodig ook aller steun, want de jonge vereeniging voor ziet inderdaat in eene behoeftemaar juist dat is karakteristiek. Ons land van waterbouwkundigen en van miilioenen vraag het den vreemdeling maar of bij niet geleerd heeft het zoo te nqemen heeft behoefte aan eene permanente watersnood-com missie en aan eene //reddingsmaatschappij" in eene plaats die zoo ver mogelijk vau de zee ligt, in welker nabijheid anders dergelijke maatschappijen toch in den regel gevestigd zyn I R. NM. heel niet ter sprake sou mogen komen, zou de ontmas kering van den laster toch niet bereikt worden. Wat betreft de vertraging in de uitvaardiging van de koloniale verordening tot regeling der uitgifte van gronden voor de exploitatie van goud, er is geenerlei reden om de door omstandigheden ver traagde indiening in verband te brengen met onwaar dige bedoelingen. In Aug. II. is trouwens zulk een ontwerp bij de Koloniale Stateu aanhangig gemaakt. Nopens de bevoegheid van den Gouverneur om gronden voor de exploitatie van goud op korten termyn in pacht qit te geven, als bestond de bewuste ver ordening nog niet, is door het Opperbestuur en door de Staten-Genernal nimmer eenige twijfel geopperd, maar integendeel is hem slechts lof toegezwaaid voor de activiteit;, in deze voor de koloniale finantien zoo belangrijke zaak door hem ontwikkeld. Na een langdurig lijden, nu eens van zeer ernsti- gen, dan weer van minder zorgwekkenden aard, overleed Dinsdagavond te Amsterdam de antiquaar Frederik Muller, wiens naam ook in het buitenland wel bekend is en met achting genoemd wordt. Frederik Muller, de zoon van den hoogleeraar Sainuel Muller, genoot een wetenschappelijke opleiding. Daar'de handel hem echter evenseer toelachte als de wetenschap, voltooide hij zijne studiën niet geheel, in dien zin namelijk dat hij geen nkad. graad behaalde maar zich in de leer begaf bij den boekhandelaar Joh. Muller, die zich destijds vooral toelegde op den invoer van Duitsche wetenschappelijke werken. Later verbond de werkzame jongman zich met den antiquaar Radink, om een pnur jaar later zijn lievelingsbe- roep geheel zelfstandig uit te oefenen en de grond legger te worden van de thans bijna over heel de beschaafde wereld bekende antiquarischen boek- en kunsthandel, waaraan zijn naam ook voortaan ver bonden zal blijven. In de kennis van zijn veel omvattend beroep werd hij misschien door niemand overtroffen. Niet temin bleef hij de bescheiden, welwillende man, steeds bereid om ieder met zijne voorlichting van dienst te zijn. Vandaar de algemeene achting en waardeering, welke hem zoo ruimschoots ten deel vielen. Frederik Muller had den leeftijd bereikt van 63 jaren. mannen, vrouwen en kinderen reeds voor de vierde maal daar die sterren haar nachtelijken boog langs den hemel hebben zien beschrijven, terwijl zij daar in den allerellendigsten toestand verkeeren eu of geen of althans zeer onvoldoende dekking hebben. Zijt ge wel eens in een kamp geweest, hebt ge wel eens gehoord hoe de militairen midden in den zomer over de koude üachten klaagden, die ze onder hun dekens in tenten hadden doorgebracht? Welnu, zulke dek king hebben thans een aantal arme boeren-bij Vlijmen, op het kerkhof bij Nieuwkuijk, bij Hedikhuizen, enz. Maar een veel grooter aautal heeft dit nog niet eens. Honderdtallen boeren, zeg ik, zwerven nog rond, zonder een onderdak te hebben. Drunen is over vol in Vlijmen is geen plaats meerde evacuatie naar hier of elders gaat langzaam. Niet weinig belemmerend werkt hiertoe ook mede de vrees, die vele landliedèn bezielt, dat zij hun vee zullen ver liezen, wanneer zij het aan de zorg van anderen over laten en zelf een onderkomen te 's Bosch of elders opzoeken. Velen lijden liever met hun vee honger en koude. Want hoewel er thans levensmiddelen in overvloed voor deze drie dorpen aankomen, ontbreekt bet aan goede gelegenheid om die zwervende veehouders te bedeelenen veevoeder is er eveumiu. Heden is hooi gekocht en aan de dieren verstrekt. Vooral Drunen is een ware stapelplaats van vee. Morgen zal een geregelde dienst 's Bosoh Nieuwkuijk worden inge steld dan zal, uaar men hoopt, de afvoer van men sehen en vee spoediger van de hand gaan. Heden zag ik een meisje van ongeveer 16 of 17 jaar, dat uit vrees voor haar vader zich niet van een tweetal koeien durfde verwijderen en met die dieren nu reeds 3 dagen en 3 nachten had rondgezwalkt. De meeste vluchtelingen uit Nieuwkuik, Elshout en andere dorpen zijn te Drunen onderdak gebracht. Niet minder dan achthonderd menschen en ver over de duizend stuks vee uit de de omliggende plaatsen bevinden zich thans daar. Allen kwamen aan zonder eenig voedsel of deksel. In hunnen nood moet worden voorzien. Ieder brengt daartoe het zijne bij, maar de behoefte is zoo groot, dat daarin met den besten wil niet op den duur voorzien kan worden. De burgemeester en enkele notabelen van Drunen doen daarom een beroep op de Nederlandsche liefdadigheid. Wie anderen helpt, mag aanspraak maken op hulp vau anderen. Het geld dat men aan de inwoners van Drunen verstrekt, is niet voor hen, maar om hen in staat te stellen anderen bij te staan. Men meldt uit BredaWie de overstroomde landstreek roudom VBosch bezoekt, ziet overal treffende bewijzen van hulpvaardigheid en mensch- lievendheid. Ook trekt het de aandacht hoezeer door de postadministratie alles wordt aangewend om bet brievenvervoer naar de overstroomde dorpen, voor een oogenblik geheel afgebroken, op doeltref fende wijze zooveel mogelijk te herstellen. Door den ijverigen inspecteur bij de posterijen te Breda worden kosten noch moeite ontzien om met extra postkarren en boden en met schuiten uit Heusden en Waalwyk in de correspondentie te voorzien, en de postdirecteuren zoowel als de brievengaarders in dien omtrek volgen dat goede voorbeeld en zijn den ganschen dag in de weer om de bezorging van brieven en couranten zoo min mogelijk te doen vertragen. Zoo zag men ook bij de over9trooming der stad 's-Hertogeubosch inspecteur en directeur onvermoeid aan het werk om alle mogelijke maat regelen te nemen, en moet men den onverdroten ijver waardeeren van de brievenbestellers, die met hunne hooge waterlaarzen aan, hunne onverpoosd zware taak vervullen. Van een ooggetuige te Woudrichem verneemt het Pott. Nieuwsbladdat de toestand aldaar allertreurigst is. De poorten der 9tad zijn allen afgekist, om het binnen dringen van het water te beletten. Het 9tadhuis en de kazerne zijn overbevolkt van de menschen, die uit de omliggende dorpen en van het platte land zijn moeten vluchten," terwijl de meer gegoede boeren en burgers by de ingezetenen zijn gehuisvest. Men hoort niet dan klagen en jammeren over het verlies van have en goed, dat men heeft moeten achterlaten om het leven te redden. De lijken kunnen niet meèr op het gewone kerkhof begraven worden, daar de vloed dat insgelijks overstroomd heeft. Menschen tusschen de 60 en 70 jaar herinneren zich geen toe stand, zooals die nu op het oogenblik te Wou drichem is. Het resultaat der overstroomingen laat zich al eenigs- zins overzien. Acht lijken zij reeds komen aandrij ven, terwijl nog één persoon vermist wordt. Alleen te Haarsteeg, zegt men, liggen 200 stuks vee ver dronken het overige zal wei volgen. Te Elshout zou de kerk dreigen in te vallen, evenzoo te Nieuwkuyk, alwaar reeds een gedeeltelijke instorting heeft plaats gehad. Van Nieuwkuyk verwacht men, dat niets dan een puinhoop zal te voorschijn komen de verwachting, Een zeer uitvoerige nota van inlichtingen is door den minister van koloniën aan de tweede kamer toegezonden", aangaande de klachten tegen den gou verneur van Suriname in het adres van L. R. C. de Jonge van Paramaribo, ten deze handelende voor L. en F. de Jong. Daaruit blijkt, dat de minister den adressant heeft afgewezen. De minister stelt er prijs op om te verklareD, dat aan de regeering nooit het allergeringste bewijs voor de gegrondheid der tegen den gouverneur gerichte aantijgingen is gegeven, nooit eenige positfeve aanwijzing hoegenaamd is ge* daan, die daar in de versie verte aanleiding zou kunnen gegeven hebben, om een onderzoek in te stellen en "dat dan ook het vertrouwen der regeering in den gouverneur niet bet allerminst is geschokt door die aantijgingen, welke trouwens door achtens waardige ingezetenen van Suriname, die alleszins in staat zijn om te weten wat er omgaat, als verachtelijke leugens worden gebrandmerkt. Particuliere belangen hebben die onware beschuldigingen uitgelokt. De gou verneur heeft om de wijze waarop hij aan de be palingen ter bescherming van de immigranten uit Britsch Indië de hand houdt, in Suriname verbitterde vijanden, die niet moede worden hem zoo daar, als hier te lande te bekladden en door de wijze, waarop zij hun beschuldigingen uitbrengen, vrijwaren zij zich tegen de gerechtelijke vervolging welke de gouverneur had gewild, daar hij de zaak zooveel mogelijk in het openbaar jy^n/chte behandeld te zien, opdat er een einde mocht komen aan den schandelijken laster (dat zijn de woorden van den gouverneur) welke, naar hem wel bekend was, van zekere zijde in de kolonie omtrent hem verspreid werd. Maar de procureur- generaal ontried de vervolging, omdat het request van den Jong aan dea Minister van Koloniën niet in de termen jaiel v#n een openbaar geschrift, dat anders aanleiding zou geven tot vervolging „wegens verfoeielijken laster eu beleediging van den verte genwoordiger des Koningsi' En beueden de hooge waardigheid van den Gouvertieur achtte de Procureur- Generaal 't om een vervolging in te stellen wegens aanklachten bij den Min. van Koloniën, ontried de Procureur-Generaal, en de Gouverneur moest zich daarbij nederleggen en de Min. van Koloniën zelf, van wien de last tot vervolging zou moeten uitgaan heeft, op grond der beschouwingen van den Procu reur-Generaal ook aan een lastgeving lot vervolging niet gedacht. Een vervolging op het openbaar request aan de Twee de Kamer behoort misschien thans overwogen te worden, maar aangezien krachtens art. 325 van het Surinaam- sche Strafwatboek of de Gouverneur vau Suriname terecht of ten onrechte van smadelijke en met de wet strijdige handelingen is beticht geworden in het ge_ De Daily News ruimde ten tweede male plartts j in voor eene vertaling van het Nederlandsche adres in zake de Transvaal. Daarbij nam zij eenige be geleidende regelen op van den heer G. J. T. Beelaerts van Blokland te 's-Graveuhlge. „Gij kunt" schryft de heer Beelaerts „niet wenschen dat de huidige Regeering besohouwd worde evenals de vorige, die de onafhankelijkheid roofde van een vrij volk, en de vreedzame pioniers der beschaving in Zuid-Afrika onderwierp aan een tiranniek bewind. Wat kunnen wij hier doen om de onafbankelykheid van de Transvaal te helpen herstellen en verder bloedvergieten te voorkomen? Geen moeite, geen geld zullen wy sparen in deze edele zaak, voor welke de heer Gladstone bij de jongste algemeene verkiezing zyn woord gaf." Prof. P. Harting schrijft in bet V. D. Het adres aan de Britsche natie, voorzien vau om streeks 5000 onderteekeningen, wordt heden afgedrukf en zal zooveel mogelijk in Engeland en ook verder in Europa en N -Amerika verspreid worden. Intusschen ontvang ik nog vans vele zijden nieuwe adhaesiön en in eenige dagbladen tfordi voorgesteld, op verschillende plaatsen lijsten te openen, om on derteekeningen te verzamelen. Dat die meer en meer aanwakkerende geestdrift voor eene rechtvaardige zaak mij zeer verheugt, zal ik wel niet behoeven te betuigen. Doch de vloed mag niet overstelpend worden. Tot dusver is het mij mogelijk geweest, met de hoog gewaardeerde hulp van mijn jongeren vriend, dr. H. F. Jonkman, privaat-docent aan deze universiteit wien ik hier voor openlijk myn hartelijken dank betuig en met den steun van de redactie van Utrechtsch Dagblad voor de samenstelling der lijsten van onderteekenaars te zorgen. Over eenige dagen echter eindigt de kerst- vacantie en dan wachten ons weer andere plichten. Ik zal derhalve nog uiterlijk tot het einde dezer week voortgaan met het ontvangen van onderteeke ningen, en deze zullen op een nieuwe lijst gebracht worden. Of het echter mogelijk zal zijn, ook deze lijst te laten drukken en als vervolgly9t aan de overige toe te voegen, zal afhangen van de intusschen ingekomen, voor dit doel bestemde gelden. Eene gisteren ontvangen tijding, "die de hoop wet tigt, dat de hier te lande aangewende pogingen niet geheel vergeefs zullen zyn, haast ik mij nog hier mede te deelen. De heer M., een geboren Rotter dammer, maar die reeds zestien jaren te Londen woont,heeft op mijn verzoek een exemplaar van het adres aan den voor eenige dagen tot onder-minister benoemden heer Courtnay gezonden. De heer Courtnay heeft, in zijn antwoord aan den heer M., dezen ver zocht mij mede te deelenwdat zijne opiniën en sympathiëa in de Transvaal-quaestie onveranderd blyven." Men weet, welke die opiniën en sympatbiën zijn. De heer Courtney heeft Joubert en Krüger, tijdens hun verblijf te Louden als afgevaardigden der Traas- vaalsche republiek, goed ontvangen en ia meer dan eens als verdediger hunner zaak in het Parlement opgetreden. Er schijnt toch kans te bestaan dat de tentoon stelling van koloniale nijverheid in 18S2 te Am sterdam zal gehouden worden. Zooals men weet, zijn daarvoor door den heer Augustini plannen be raamd en reeds voorloopige eommissiëti gevormd. De heer A. moet( thkns hebben medegedeeld, dat de noodige kapitalen gevonden zijn. I)e tentoon stelling moet dan i wofden gehouden op de terreinen achter het in die aanbouw zijnJe Rijksmuseum. Er is nu sprake vin om de jaarlijkscbe bloementen toonstelling in het Paleis voor Volksvlijt dit jaar niet te houden, piet het oog op bovengenoemde tentoonstelling, Waaraan ook een afdeeling tuin bouw zal worden verbonden. Het Gerechtshof te Amsterdam heeft Maandag in hooger beroep uitspraak gedaan in de strafzaken betreffende het bekende tumult iu de Jodenbreestraat. Evenals ten aanz en der drie reeds veroordeelden geschied 16, heeft het Hof voor B. Swaab en W. Zwalf, met wijziging der gemeenschappelijke in een cellulaire gevangenisstraf, den duur der straf tot de helft verminderd. B. Swaab is tot een celstraf van 1 maand, W. Zwalf tot een van 3 maanden veroordeeld. Voor een paar dagen maakten wy melding van den brand in een spoorwegcoupé msschen den Haag en Gouda. Vermoedelijk zal die zaak wel weder vergeten worden, waut niemaud is er by omge komen of gekweWt. Dat dergelijke voorvallen echter ook zeer ernstige gevolgen kunnen hebben, behoeft geen betoog en blijkt ook uit het volgende, pas ontvangen bericht uit Amerika: Een vreeselyk oögeluk, dat op den centraal-spoor- weg in Cornelia liad plaats gehad, wordt uit New- York gemeld. Bij aankomst van den trein vond men een waggon bijna geheel van binnen terkoold. De vijf reizigers, die in den wagon hadden plaats ge nomen, waren allen verbrand. Men heeft de oorzaak van den brand nog niet kunnen ontdekken. Arnh. Ct. Onder verschillende middelen die toegepast wor den om hout, dat zich zoogenaamd tusschen water en wind bevindt, voor verrotting te behoeden, vinden wij vermeld, dat peen bejer aan de vereischte vol doet, dan verkoliüg en teer. Eerst wordt het hout oppervlakkig verkoold en daarna de teer nog warm opgebracht, zoodat zij in het hout kan indringen en net azijnzuur en de vluchtige oliën verdampen. Het harsachtige overschot heeft dan de koolporiën geheel gevuld en vormt op die wyze een ondoordringbare laag. Men zy indachtig deze bedekking een paar decimeter boven den grond te doen uitsteken. Vele menschen beklagen zich, dat ze des morgens bij 't wakker worden een groote belemmering ge voelen in de bronehes, een zeker gevoel van be nauwdheid in het achterste gedeelte van de keel, veroorzaakt door min of meer dikke slijmdeeltjes. Men wendt danvdikwyls heftige pogingen aan om ze kwyt te raken, waarvan hoesten en soms mis selijkheid dan dikwijls het gevolg is, terwyl men er menigmaal eerst na. veel moeite ea eenige uren van onpasselijkheid in slaagt, om de stofjes te ver wijderen, die de ademhaling belemmeren. Allen, die aan deze onaangeuame kwaal lijden, bewijst men een waarachtigen dienst door hun 't middel aan te wyzen om er van verlost te worden. Dit middel nu is de tfer, waarrau het gebruik zoo heil zaam werkt op allel aandoeningen van de branches. Het is voldoende lom onmiddelyk vóór eiken maal tijd twee of drie teércapsules van Güyot te nemen, om spoedig het geVoel van verlichting te krijgen, dat men dikwijls tevergeefs zocht in een menigte zeer samengestelde én dure geneesmiddelen. Acht- of negenmaal van de tien gevallen zal dat gevoel van onpasselijkheid des morgens geheel verdwijnen, wanneer ruen geregeld gedurende ceuigeu tijd de teer- capsules gebruikt. Het is genoeg opi te herinneren, dat elke flacon zestig teercapsules bevat. Deze behanneling kost den geringeu prijs van 5 a 7Va cent daag9. De teer is een zeer samengestelde zelfstandigheid, waarvan de vervaardiging aanmerkelyk afhankelijk -is van de wijze van bereiding eu vooral van de be- standdeelen, waaruit men ze trekt. Onder andere trekt men teer uit steenkolen, beuken-, pijn- en dennenhout enz.; het spreekt vanzelf dat de ge neeskrachtige eigenschappen van dit prpduct tff han- kelijk zyn van zijn oorsprong en de wijze van be reiding. Met andere woorden, iedere soort teer heeft haar bijzondere eigenschappen. Daarom is het niet te verwonderen, dat, uit een geneeskundig oogpunt beschoud, alle voortbrengselen, die men met den naam van teer bestempelt, niet dezelfde uitkomst geven. Tot het vervaardigen zijner teercapsules gebruikt de beer Guyot niet anders dan de zoogenaamde „Noorweegsche teer„, de eenigste die niet branderig is en bet gemakkelijkst verteerbaar. Hij kan slechts voor de qualiteit en bijgevolg ook voor de deug delijkheid instaan van cie capsules, waarvan de flacons op het etiquet de driekleurige handteekening dragen. DINSDAG,' den 4 JANL'ARI 1881. Voorzitter: de heer fan Bergen IJzendoorn. Tegenwoordig zijn voortsde beereu Remy, Kist, Noothoven van Goor, Samsom, Fortuijn Droog- leever, van Straaten, Oud ijk, de Rotte, Prince, Straver, Muller, Luijten, Post Drost, van Jterson en later Hemsing. Afwezig is de heer Kranenburg. Na opening der vergadering legt de heer Hemsing de bij de Wet gevorderde beloften af en neemt, na door den Voorzitter met zijne benoeming te zijn gelukgewenscht, zitting. De notulen der vorige vergadering worden daarop gelezen en goedgekeurd. De Voorzitter deelt mede, dat door Gedeputeerde Staten zijn goedgekeurdde Gemeente-begrootiog' voor het dienstjaar 1881 en de Raadsbesluiten van 21 December jl. tot. wijiiging der Gemeen te-begroot ing dienst 1880 eu tot onderhandscbe aanbesteding van het onderhoud der plantsoenen aan Gelissep, en ver volgens dat door Gedeputeerde Staten krachtens de voorschriften der Wet is besloten het bedrag der inkomsten van de hoofden der lagere scholen alhier, wegens het genot van vrije woning, te bepalen op 300.'s jaars en de vergoeding voor huishuur wegens gemis van vrije woning door bet hoofd der 2e Burgerschool voor jongens mede op 300. jaars. Voor kennisgeving aatigenoraeu. Ingekomen zijn 1. Eene suppletoire begrooting van het Israë litisch Armbestuur dienst 1880, zonder verbooging der subsidie vau de Gemeeute, welke begrooting B. en W. voorstellen goed te keuren. Ter visie. 2. Eene missive vpn den Controleur der Scheep vaartrechten, P. Heijdelaar, houdende dankbetuiging voor de hem toegekende gratificatie. Aan de orde is de beslissing ten aanzien van het voorstel betrekkelijk het onderhoud der straten, waarover ia de vorige vergadering de stemmen hebben gestaakt. De beer Prince betoogt nader bet wenschelijke der aanneming van het vo&fstei om de straten in dit jaar weder voor eigen «kening te doen onder- houdeu, daar toch de sommen, waarvoor by de aan besteding werd ingeacbref]||, veel te hoog zijn en het belang der Gemeente vordert, dat het werk door haar eigen werklieden wordt uitgevoerd. De heer ?Au Straaten is vóór aanbesteding, maar met streng toeziebfr, waarom bij zou wenschen dat een opzichter werd aangesteld tot by9tand van den arehiteot. De heer Kist meent dat de Gemeente met bare straten, sedert zy worden aanbesteed, niet is voor uitgegaan, waarom hij het verstandiger acht, dat zy zelf zich met het onderhoud belast. De heer Luijten gelooft dat bij aanbestediug het werk veel vlugger en over het algemeen goedkooper wordt uitgevoerd, weshalve bij tot eene herbesteding zou wenschen over te gaan. De heer Samsom is ook tegen uitvoering in eigen beheer en wijst op eenige bepalingen in het bestek, die naar zyne meening op de inschrijving een nadeeligen invloed uitoefenen. De heer Oudijk hecht geeu waarde aan de meenin gen van niet-deskundigen over aanbestedingen en wijst op het nadeel, dat er iu gelegen is dat niet alle openbare werken in eens worden aanbesteed verder wijst spreker op bezwarende bepalingen in het bestek en op de omstandigheid, dat in het vorige jaar een laagste aannemer werd geweigerd. Na eenige discussie tusschen de heeren Prince, Oudijk, Samsom en den Voorzitter, waarbij de heer Samsom te kennen geeft, dat cie architect meer toe zicht zou kunnen uitoefenen, indien hij zich niet met particulier werk ophield, waartegen de Voor zitter antwoordt, dat bet gestadig toezicht houden op het straatraaken niet aan den gemeente-architect kan worden opgedragen, maar het werk is van meer ondergeaphikten en de meeuing uitspreekt, dat wel niemana den ijver van den gemeente-architect in twijfel zal trekken, wordt het aangehouden Voor stel van B. en W. in stemming gebraoht en aan genomen met 9 tegen 7 stemmen. Tegen het voor stel stemmen de heeren Noothoven van Goor, Samsom, van Straaten, Oudijk, de Rotte, Straver en Luijted. Aau de orde is het adres van het R. K. Kerk bestuur van O. L. V. Hemelvaart, betTeffende de huur van den gang tusschen het Oude-rVrouwenhuis l eo de Pastorie aan den Kleiweg. B. en W. brengen daaromtrent rapport uit en stellen voor den gang aan genoemd Kerkbestuur j tot wederopzegging te verhuren voor 10.50 's jaars I met vergunning om dien gang aau de zijde van de I Varkenmarkt op zijne kosten, volgens aanwijzing van j den gemeente-bouwmeester, te doeu afsluiten. De heer Prince verklaart zich niet geheel met bet voorstel van B. en W. te kunnen vereeuigen en wenscht met het oog op hetgeen ten opzichte vap dien gang^ bij den bouw der kerk op den Kleiweg door bet Kerkbestuur is verricht, de be handeling van dit adres aan te boaden, totdat de zaak. omtrent het bezit der kerk op de Oosthaven zal zijn beslist, waartoe spreker het voorstel doet. De Voorzitter meent dat de zaak, die%nu aan de orde is, geheel afgescheiden is van die van de kerk op de Haven. De heer Muller verzet zich niet tegen de ver huring vau den gang, maar acht uitstal der zaak toch wenscheiijk. De heer Luijten ondersteunt het voorstel om de zaak aau te honden, omdat het z. i. beter is, dat eerst de zaak betreffende de kerk op dé Haven wordt uitgemaakt voordat de Gemeeote met het Kerkbestuur in andere zaken treedt.. De heer Noothoven vau Goor zou gaarne zien dat bij verhuring van den gang de bepaling werd gemaakt, dat deze ook toegankelijk zal zijn voor Regenten van het Oude-Vrouwenhuis, wat door den Voorzitter wordt beaamd. De heer van Iterson is ook voor uitstel, niet om de zaak van de kerk op de Haven, maar omdat men voorzichtig 'zijn moet daar, indien hij goed gehoord heeft, onregelmatigheden hebben plaats ge had ten aanzien van het poortje. Nadat de Voorzitter den vorigen spreker heeft i geantwoord, wordt het voorstel vau den heer Prince in rondvraag gebracht en aangenomen met 11 tegen 5 stemmen. Tegen stemmen de heeren Remy, Noot»- hoven van Goor, Fortuijn Droogleever, de Rotte j en de Voorzitter. Niets meer aan de orde zijnde sluit de Voorzitter 1 de vergadering. Bij kleinen omzet was de stemming flauw. Poldertarwe, puike 10.25 a 10.75. Mindere 9.25 a tO.Rogge, puike ƒ8.50 a ƒ8.90. j Mindere 8.a 8.40. Voer ƒ7.60 a 7.90. Gerst, puike 6.75 a, 7.50. Mindere 6.a 6.70. Haver, zware 4.25 a 5.Lichte 3.- 4.-. De veemarkt met weinig aanvoer, de handel iets trager, vette varkens van 28 a 33 ct., varkens voor Londen van 23 a 27 ct. per half kilo, magere varkens en biggen, alsmede schapen iets trager. Kaas. Aangevoerd 35 partijen, prijzen fan 38. a S3.— Goeboter, 1.50 a 1.60. Weiboter, 1.30 a ƒ1.40. >f. GEBOREN* - 3 Jan. Pieter Gerardus, ouders J. Lugthart en C. A. Zandyk. Arnoldas Cornelis Johannes Aleidus, ouders A. Greebe en J. Visser. 4. Johannes Anthonie, ou ders A. Anders en A. van Vliet. Johannes Antonms Ma ria, ouders W. Konincks en M. L. van der Vlist. OVERLEDEN-* 4 Jan. A. 31. Schoaten, 3 m. G. de Jong. 59 j. i Burgerlijke Stand van onderstaande gemeenten van 30 Dec. 1880 tot "ff Jan. 1881/ Moordrecht GEBOREN. Siroone Helène Marie, ouders F. P. Erkelens en G. Zijlstra. Magdalena, ouders M. Burggraaf en M. Frederiks. Adriana, ouders W Ruiterveld en M. Tijbout. Catorina, ouders J. van der Kaa en N. Stofberg. OVERLEDEN. M. «Frederiks, vrouw van M. Burggraaf, 40 j. W. Verheul, 6 m. GEBOREN. Heiltje Adriaantje ouders L. Noomen en H. Sloof Willem, ouders A Treuren en J. Vonk. Johanna Maria, ouders L. Baas en H. Thiele. ONDERTROUWD. W. Tulp en L. Sloof. GEHUWD. J. Zijderlaan en N. Jongebreur. OVERLEDEN. P. de Lange, 13 m. A. Wiltenbnrg, 2 m. GEBOREN. Dirk, ouders B. van Kempen en J. van Leeu wen, Pietje Coruelia, ouders J. Vis en K. van der Starre. Hermanns, ouders C. van Groningen en T. Mes. OVERLEDEN. C. van Rooo, 13 j. 11 m, ONDERTROUWD; E. (fc-ondyseu G. Kraayeveld. van den Hoek en Mooijekind.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1881 | | pagina 2