MARKTVEER
ADVERTENTIÈN.
TOOISTEEXj.
POSTEBIJEIsT.
M. GROENE VELD.
POLITIE.
Burgerlijke Stand.
J. van LEEUWEN.
verkrijgbaar bij
RAAIJMAAKERS, Haven.
Openbare Verkooping
TE GOUTE>A.
De Heer Mees, die geljjk weds door ons bericht
werd Dinsdag in bet Nut zal optreden, is voorne
mens te spreken over Haraerling's Dan ton und
Robespierre".
De uitvoering, welke de vereeniging „Uiterlijke
welsprekendheid" zal geven ten voordeele van de
watersnoodlijdenden zal plaats hebben op Zondag 16
Januari a. s.
Benoemd te Reeuwyk tot onderwijzeres mej. A. M.
Elbersen (voor de afd. Reeuwijk) en mej. M. B.
Vos, (voor de afd. Sluipwjjk). Beiden hebben de
benoeming aangenomen.
In 1880 werden te Berg-Ambacht geboren 77 m.
57 v, totaal 184; er vestigden zich 50 m. 60 v.
totaal 110; overleden 81 m. 26 v. totaal 57 j ver
trokken 58 ra. 52 v. totaal 110. De bevolking was
op 31 Deo. 1353 m. 1276 v. totaal 2629 personen
20 Huwelijken. Sterfte 1 op 46.
In 1880 werden te Ammerstol geboren 26 ra. 22
v. totaal 48 er vestigden zich 9 m. 12 v. totaal
21er overleden 18 m. 12 v. totaal 30er ver
trokken 16 m., 13 v. totaal 29. De bevolking was
op 31 Dec. 480 m. 454 v. totaal 934 personen. 6
Huwelijken. Sterfte 1 op 30.8.
STAAT van den inleg en de terugbetalingen
betreffende de Schoolspaarbank te Oude water over
het afgeloopen jaar 1880.
Ingelegd. Terugbetaald.
Jan. 117.46 105.56
Febr. - 32.36 - 31.46
Mrt. - 43.25 - 94.06
Apr. - 69.42 - 67.52
Mei - 56.67 - 54.87
Juni - 39.37 - 41.17
Juli - 184.94 - 112.58
Aug. - 46.50 - 44.40
Sept. - 97.47 - 95.37
Oct. - 101.33 - 133.34
Nov. - 70.62 - 2.10.
Dec. - 140.15 - 110.33
999.54 892.76
Wat in de twee laatste jaren niet gebeurde, had
weêr in dit jaar plaatshet ingebrachte overtrof
het uitbetaalde en maakt dat met inbegrip van de
bijgeschreven rente, in de boekjes der gezamenlijke
deelhebbers op den len Januari 1881 ingeschreven
was de som van 1759.77.
De volgende cijfers mogen een overzicht geven
over de verschillende jaren, zoo wat het totaal der
ingebraohte als dat der terugbetaalde sommen betreft.
Ingelegd. Terugbetaald.
1874 464.36 32.29
1875 - 1013.21 - 274.37
1876 - 1156.05 - 689.47
1877 - 1194.32 - 922.48
1878 - 752.62 - 800.46
1879 - 539.80 - 892.63
1880 - 999.54 - 892.76
Naar de N. R. Ct. verneemt, is bij den Raad
van State een wetsontwerp in overweging betreffende
de gestichten voor krankzinnigen en hunne verpleging.
H.H. M.M. de Koning en de Koniugiu hebben
aan de Algemcene Commissie te Amsterdam de aan
zienlijke gift van 5000 voor de watersnoodlijden
den doen toekomen.
Het Nr v. d. D. verneemt, dat de Minister van
Waterstaat enz. zich bereid verklaard heeft de prijzen
uit te reiken, welke op de jongste zuivel tentoon
stelling te Londen door Nederlandsche inzenders
behaald zijn. Dag en plaats dezer plechtigheid zul
len later medegedeeld worden.
Bij kon. besluit is benoemd tot ridder der orde
van den Nederlandschen Leeuw J. Herman de Ridder,
predikant bij de Remonstrantsche gemeente te
s-Gravenhage.
De inzameling voor de school met den bijbel
heeft, volgens den Stand, in het geheel opgebracht
8097,63.
De Courier de la Meutete Maastricht verschijnende,
heeft thans reeds eene som van 8024 voor de wa
tersnoodlijdenden verzameld.
Er is overal, meldt men aan de Leidsche Ct.
val in het water.
De oostewind jaagt het naar zee. BiDnen weinige
dagen bracht Rijnland een halven Rijnl. voet val
in den boezen. Ook Delfland is met gevolg van
het water bevrijd. Tot in het late voorjaar bevatte
anders dat heemraadschap polders, die onder het
water als bedolven lagen. Het hing voor zulke
van wind af om te kunneu malenvoor Delfland
werd bijna alleen de oostewind gevorderd om te
kunnen looten. De opgerichte stoomwerktuigen brach
ten voor beiden verbeterden afvoer. Het water be
perkt zich tot dat in de siooten en het weiland is droog.
Men wil weten, dat eene zeer groote uitbreiding
is te wachten van het korps koninklijke marechaus
sees, terwijl in verband daarmede de thans bestaan
de rijksveldwacht zou worden opgeheven. De geheele
divisie zal onder bevel staan van een kolonel te
's-Hage. Er zullen twee hoofdstandplaatsen zijn, te
VHage en te Arnhem, in elk van welke steden een
majoor zal geplaatst worden. Deze hoofdofficieren
zullen hunne diensten verrichten rechtstreeks en alleen
onder de bevelen van den minister van justitie.
Aan het verslag van het geldelijk beheer der com
missie tot het houden eener algemeene verloting van
voorwerpen van kunst en smaak, ten behoeve der
noodlijdenden door den watersnood van 1880, onder
bescherming van HH. MM. den Kóning en de Konin
gin, ontleeneu wij de volgende cijfers. Aan loten
werd verkocht voor een bedrag van 176,710,
Aan entreegelden werd ontvangen 51,999,75.
Met de giften, winst op den verkoop van trek-
kingslijsten en door den verkoop van niet afgehaal
de prijsvoorwerpen bereikte het totaal der ontv.
18 6,67 6,5 96. Daarvan werd b|j de Algemeene Ver-
eenigde Commissie ten behoeie van noodlijdenden
door den watersnood gestort 169,000,terwijl
de geheele rekening, na aftrek van verschillende uit
gaven sluit met een saldo van 694,54, welke
som later aan genoemde Algemeene Commissie zal
worden afgedragen, na vermindering met de kosten
op de openbaarmaking dezer rekening en op de eind-
werkzaamheden der verlotingscommissie.
Bovenstaand verslag werd dezer dagen aan de sub-
commissien toegezonden, met een dankbetuiging aan
allen, die, op welke wijze ook in het belang der
onderneming hebben medegewerkt.
De Algemeene Watersnoodcommissie ziet zich nu
genoodzaakt een beroep te doen op de openbare lief
dadigheid. De nood is groot in de geteisterde streken
en voor het schenken van giften tot leening der
ramp is geen beter en doelmatiger weg dan door
die ter beschikking,te stellen van de Algemeene Com
missie, welke door hare correspondentie met de waters-
noodcommissiëu in de geheele geteisterde streek
het best in staat is te beoordeelen, in welke mate
de behoefte zich op elke plaats doet gevoelen,
en alzoo te voorkomen dat de eene gemeente dub
bel geholpen wordt, terw|jl de andere onvoorzien
blijft. Aan giften in geld wordt de voorkeur gegeven
boven die in goederen of levensmiddelen. Onnoo-
dig is 't hieraan iets toe te voegen. De Nederlandsche
liefdadigheid zal zieh ook nu niet verloochenen.
Uit Heusdeu schrijft men dd. 5 Januari: Gisteren
avond ontving de Watersnood-commissie alhier van
de hoofd-commissie uit Amsterdam een prachtige be
zending goederen voor de watersuoodlijdenden, be
staande uit dekens, jassen, broeken, kousen enz. enz.
In het zoogenaamde achterland, bestaande uit de
volgende dorpenHeesbeen, Drongelen, Doveren,
Eethen, Meeuwen, Babylonienbroek en Dussen, staan
de wegen en de landerijen gemiddeld twee a drie
meter onder water.
Hier en daar gaan er stemmen op, dat veel had
kunnen voorkomen worden, bij richtig toezicht
wat hiervan zij, kan ik niet genoeg beoordeelen,
maar zal later wel tot klaarheid worden gebracht.
Van Nieuwkuik en Haarsteeg komen hier nog huis
gezinnen en vee aande eersten worden grooten-
deels in de kazerne geborgen.
Te Babylonienbroek zijn bij de familiëu, welke
het hoogst en droog wonen, menscheu en vee ge
borgen in een gedeelte van de kerk zijn nog 30
menschen waarvan reeds twee huisgezinnen naar Heus
deu zijn vervoerd. Te Meeuwen zijn op het kasteel
15 peisonen, iu de kerk bevinden zich 28, waaronder
oude vrouwen, kinderen en twee zieken. Te Baby-
doniënbroek zijn van de 400 inwoners 220 gevlucht
en allen geborgen.
Zoo even verneem ik, dat zich in de kerk te
Drongelen 7 huisgezinnen bevinden, welke aan alles
behoefte hebben.
Door de doorbraak te Nieuwkuik zijn te Drunen
uit de omliggende plaatsen 860 menschen onder dak
gebracht, terwijl ook ver over de 1*000 stuks vee
alhier eene schuilplaats hebben gevonden. Alhoewel
in de eerste dringende behoeften is voorzien, is de
nood groot.
Terwijl wij hier zacht weder, soms lenteweder had
den, heeft in de O. en Z. staten van N.-Amerika
een sneeuwval plaats gehad, ten gevolge waarvan de
spoorwegen in hunnen dienst gestremd z|jn. De koude
wordt gezegd aldaar ongehoord te zijn op sommige
plaatsen stond de thermometer 25° beneden het vries
punt. Sommigen beweren, dat dit de strengste koude
i
is, die men, met name in het Zuiden, sinds velfr
jaren heeft waargenomen.
Uit 's-Hertogenbosch schrijft men dd. 7 Januari. Het
water is sedert gisteren weder 15 centimeter geval
len, de stand bedraagt heden ochtend 4.98 meter
boven A. P. De heden ontvangen berichten omtrent
den waterstand luiden gunstig. Met het herstel der
dijken wordt overal waar noodig aangevangen. Voor
de dichting der doorbraken onder Oeffeit, Huisseliug
en Neerloon worden de noodige maatregelen genomen.
De Engelsche Economist bevat een artikel over
de Transvaal, waarin een eerlijke politiek en on
billijke beschouwingen op een wonderlijke wijze
dooreengemengd zijn. Aan den eenen kant wordt
het verzet der Boeren een „opstand" en geen „oor
log" genoemd, omdat de Transvalere b|j de annexatie
zonder feitelijk verzet in het verlies hunner onaf
hankelijkheid hébben berust, al is het dat die in
lijving tegen hun ziu was. Aan den anderen kant
erkent het blad dat het verzet der Boereu een
ongerechtvaardigden „opstand" noemt dat er
werkelijk grieven bestaan, die tot het veriet aan
leiding gaven. De voornaamste dier grieven is,
dat de berusting der Boeren in de annexatie het
gevolg der belofte is, dat, als zij de Engelsche vlag
aannamen, hun grondgebied een zelf bestuurde Staat
zou blijven, welke belofte echter nooit is vervuld.
In plaats van zelfbestuur te behouden, is de Trans
vaal als kroonkolonie geregeerdde hoogere be
trekkingen zijn alle in hauden van de Eugelschen
en het bestuur berust op de grondslagen, waarvan
de Boereu een afkeer hebben. Daarbij komt, dat
Engelsche kolonisten 'al meer en meer in hei land
komen, hetwelk zij natuurlijk als een Engelsche
kolonie beschouwen, wat de Boereu met leede oogen
moeten aanzien.
De slotsom, waartoe de Economist na deze in
directe beschuldiging van trouweloosheid tegen En
geland komt, is deze, dat de opstand eerst gedempt
moet worden en de Boeren zich moeten onderwérpen,
eer er van onderhandelingen of concessies sprake
kan zijn. Doch bij alle regelingen moet het be
sef op den voorgrond staan, dat de Boeren op zich
zelf niet in staat zijn weerstand te bieden aan
het toekomstig opdringen der barbaarsche noorde
lijke stammen, dat deze volken, eenmaal meester
van de Transvaal, voor de andere Engelsche be
zittingen al te gevaarlijk zouden worden. Doch
naast dien grondslag der politiek tegenover de
Transvaal komt er nog een ander meer speciaal
Engelsch argument om het land niet overhaast aan
de Boeren terug te geven. De uitgebreide landstreek
toch heeft een uitmuntenden bodem, een klimaat,
waarin een Engelschmon kan werken, en belooft
ook veel voor de ontginning van het delfstoffenrijk,
zoodat wel twee millioeu Eugelschen ruim hun be
staan vinden. Met dit laatste argument hangt dan
ook de beschouwing van de Economist samen,
volgens welke het blad een schikking mogelijk acht
waarbij de Boeren als Britsche kolonisten vrij zouden
z|jn om hun eigen staat zelf te besturen onder een
Britachen gouverneur „totdat de nieuwaan-
komende Britsche immigranten werkelijk de meerder
heid zullen uitmaken."
Bij gebr. van Es te Amsterdam is thans ver
schenen het officiëele verslag in de Fransche taal
van de ih September 1880 te Turin gehouden
vergadering van de Association internationale pour
Veau potable
De heèr Jules van Hasselt betoogt in het N. v.
d. D. de noodzakelijkheid der samensmelting van de
versohillende maatschappijen en vcreenigingen van
landbouw tot ééne goed georganiseerde Nederland
sche maatschappij ter bevordering van landbouw, vee
teelt en zuivelbereiding. Deze maatschappij zou zoo
vele afdeelingen door het gtheele rijk moeten heb
ben als slechts even mogel|jk is; zij zou voorts
een eigen orgaan moeten hebben, haar hoofdbestuur
zou uit keskundigen moeten bestaan, flinke, door
tastende mannen, die t|jd, lust en ijver hebben om
zich aan landbouwzaken ken te wijden. De president,
secretaris en penningmeester, die het leeuwenaandeel
hebben in de werkzaamheden, zouden behoorlyk ge
salarieerd ten worden. De gelden, die het hoofd
bestuur in eigen beheer heeft, zouden zooveel mo
gelijk gebruikt moeten worden tot het houden elk
jaar van een nationale vee-en zuiveltentoonsttlling
op groote schaal, liefst te Utrecht, als in het cen
trum des lands gelegenom de 5 jaar zou een groote
internationale tentoonstelling moeten gehouden wor
den; voorts zou de maatschappij zorg moeten dragen,
dat op de internationale tentoonstellingen in den vreem
de de Nederlandsche landbouw, veeteelt en zuivel
bereiding steeds waardig vertegenwoordigd werden.
Aangaande den voorgenomen internationalen Schaat
senrijderswedstrijd in ons land meldt de Berliner
Börsen Zeitung nog| het volgende
l
„De Engelsche nationale schaatsenrijdersclub, waar
van de hertog van Devonshire voorzitter is, heeft
met de voornaamste Nederlandsche vereenigingen een
overeenkomst getroffen, om tusschen (Jtrecbt en Rot
terdam, bij invallende vorst, een groote ijsbaan te
maken. In een onlangs gehouden meeting van de
hoofdclub werd den secretaris opgedragen, zich met
de clubs van het vasteland te verstaan en déze tot
deelneming uit te noodigen. De Great-Eastern-spoor-
weg heeft reeds alle Engelsche heeren, die aan deze
sport denken deel te nemen, een vermindering van
vracht van 50pCJt. voor de reis LondenHarwich
Rotterdam toegezegd. Van de zijde der Duitsche
schaatsenrijders wordt een zeer levendige belangstelling
verwacht."
A Mars noemt in het Hbl. den 1 Januari 1881
een gewichtige dag, een keerpunt in de geschiedenis
van ons krijgswezen. Voor de tweede maal is
aan den generaal Reuther een votum van vertrouwen
geschonken, waardoor een groote verantwoordelijkheid
op de schouders van dien bewindsman is komen te
rusten de tijd van praten is voorbij, het oogenblik
van haudelen is gekomen. Wat de organisatie be
treft, is reeds veel van 's ministers plannen bekend
geworden, doch omtrent de militie- en schutterij-
wetten is slechts een tipje van bet gord|jn opge
licht. Die wetten vormen de alpha en de omega
der regeling van het krijgswezen, en het is voor de
natie van het hoogste belang, dat deze kwestie op
voldoende wijzeopgelost worde. Verkeerd zou het we
zen, te weinig op de eischen der verdediging te letten,
en zulks iu het minder welbegrepen belang der natie
zelve. Een kleine opoffering, zonder doel, drukt zwaar
der dan eene groote opoffering, die dan ook de ge-
wenschte vruchten draagt. Het vergen van diensten,
die geen nut afwerpen, is plagerijhet stellen van
naar billijkheid geregelde eischen, die tot het doel
leiden, is een plicht, welke niet verzaakt mag wor
den. Van tweeën één, schrijft Mars. Flink nu de
handen uit de mouw gestoken, of de banden af
gekapt, om zich als een hulpeloozen man te laten rond
leiden. Voor een tegenstander, die z|jn handen flink
weet te gebruiken, heeft inen eerbied een tegen
stander zonder hauden wekt medelijden op doch een,
die de handen slap laat hangen, heeft slechts op ver
achting te reken. Nederland staat op een keerpunt,
het jaar 188,1 zal ovei onze toekomst beslissen
moge de natie begr|jpen, dat het hier geen parlemen
taire millioeuenstr|jd geldt, doch degewichtigekwes
tie of ons devies mag blijven „Je maintiendrai."
Dr. Schliemann heeft zijne verzameling Trojaausche
antiquiteiten, die geruimen tijd te Londen tentoon
gesteld zijn geweest, aan den Keizer van Duitsch-
laud ten geschenke gegeven. Deze verzameling zal
waarschijnlijk in het Ethuologisch museum te Berl|jn
geplaatst worden. Dr. Schliemann heeft Vrijdag
Londen verlaten om zich over Parijs weder naar
Athene te begeven.
In Kleef zal dit jaar een tentoonstelling van
tuinbouw en jachtartikelen gehoudeu worden, waaraan
dan ook een tentoonstelling van honden, die een
voornaam artikel van de jacht uitmaken, verbonden
zal worden.
Er zal zelfs een jacht gehouden worden en een
tuin gemaakt worden, die niet alleen de liefhebbers
maar ook vele natuurkundigen naar ftleef zal lokken.
Een heir te*'Parijs, die het op Nieuwjaarsdag zeer
lolband ig had met het verzenden van kaartjes, zendt
er ook een aan een heer en een dame, die beiden
betzelfde buis bewonen. Op het kaartje voor den
heer schrijft h|j„Deu heer B., straat te
Parijs", op dat voor de dame schrijft bij echter
„Mevrouw G., aan hetzelfde adres" en nu verwon
dert hij zich nog dat de post dat kaartje niet
aan het adres heeft bezorgd
Het was, meenen wij, goed gezien ditmaal een
blijspel te kiezen voor de abonneraents-voorstelling
van het Nederlandsch Tooneel. Na achtereenvolgens
een drietal Fransche stukken te hebben gezien, was
ons een Duitsch blijspel welkom niet het minst
nu dit was van L'Arronge, wiens Dr. Klaus ook
hier ter stede met grooten bijval werd opgevoerd.
Liefdadige Dames is in denzelfden trant geschre
ven als het zooeven genoemde bl|jspel en bevat
meer dan eene rol, welke aan eene uit Dr. Klaus
do^t denken. Het breugt het publiek al spoedig
in eene vroolijke stemming en bevat aardig gesohetste
tooueeiijes, die de hand van een behendig schrijver
verraden. Het is waar, de humor in dit stuk is
niet van zeer verheven soort, bier en daar zelfs
laag by den grond, maar het bevat tevens verschei
dene werkel|jk komische scènes, die enkele flauwi
teiten gaarne over het hoofd doen zien. Bovendien
geeft het hier en daar „flinke zetten" aan het
adres van die liefdadigheid, welke het meer te doen
is om bevrediging van eigen ydelheid en eerzucht
dan om de hoofdzaak, waarop het eigenlijk aan
komt. Het stuk verdient o. i. alzoo den bijval, die
het alom ondervindt.
Hoewel het spel ook thans, als gewoonlijk, ver
dienstelijk was, kwam het ons voor, dat niet de
noodige voorbereiding was voorafgegaan. Hier en
daar scheen het spel te „hokken" en niet spoedig
genoeg volgde soms**de repliek.
Het laatste bedrijf voldeed minder dan de vorige.
Bij vele toeschouwers moest de gedachte opkomen,
dat er iets uitgelaten was en vergissen wij ons niet,
dan z|jn uit dat bedrijf ook werkelyk een paar
tooneeltjes weggelaten, die wei in de vertaling zijn
overgenomen en elders ook werden gespeeld. Daar
juist die tooDeeltje9 veel moesten bijbrengen tot het
succes is die weglating te bejammeren. Wat mocht
de reden daarvan zyp
Het best voldeed ons Donderdag de heer Morin.
H|j was geheel en al de man, dien hij moest wezen,
de eerlijke, goedhartige, eenigzins driftige majoor,
die verontwaardigd over de zoogenaamde liefdadig
heid zijner zuster, zelf onroiddelijk iu den zak tast, I
waar hulp noodig is. Zyn spel was zeer verdienstelijk.
Mevr. de Vries vervulde de rol van mevr. Mossel
met haar gewoon talent, hoewel het wenschel|jk was
geweest, dat zij soms iets duidelijker had gesproken, j
Meer dan een der toehoorders zal slechts met moeite
hebben kunnen hooren wat mevr. Mossel bij hare
eerste visite aan mevr. von Prasz vertelde.
Mevr. Stoetz deed het bare om veie tooneeltjes j
tot hun recht te doen komen en de dame9 van
Biene en Chr. Poolman kweten zich eveneens ver
dienstelijk van hun taak. De laatste is echter wel
wat eentonig en weet niet altijd genoeg uitdruk
king iu haar spel te leggeu.
De rol van den heer Mossel was toevertrouwd
aan den beer Spoor, in wiens handen zij echter
volstrekt niet paste. Zijn spel is veelal kleurloos
en had iemand als b. v. de heer Tourniaire
haar gehad, de aardigheden waren veel meer tot
hun recht gekomen en het tooneel tusschen Mossel
en von Rodeck had veel in komische kracht gewon
nen. Het tot driemaal toe herhaalde presenteeren
aan „eene dame", bet verzoek om een ridderorde
enz, was ons dan zeker veel geestiger voorgekomen
dan thans het geval was.
De heer Jacques de Boer bracht zeker het meeste
bij tot de algemeene vroolijkheid, die onder
het publiek beerschte, door de komische wijze,
waarop bij de rol van Hubert vertolkte. Telkens
lokte zijn spel een daverend applaus uit eu velen
zullen hem gaarne spoedig wéér eens in ons mid
den zien optreden.
Ook Jongej. Spoor, die de rol van Julius ver
vulde, verdient een woord van lof voor de aardige
w|jze, waarop zij speelde. Het ging haar zeer na
tuurlijk af en baar eenvoudige voordracht viel zeer
in den smaak.
De rollen van Emile en Hans werden eveneens
naar behooren vertolkt.
W|j twijfelen niet, of de toeschouwers van Don-
derdag-avond, die in zeer grooten getale waren
opgekomen hebben zich best geamuseerd.
LIJST tan BRIEVES, geadresseerd aao onbe
kenden gedurende de le helft der maand November
1880.
Degen, 2 stake, mej. Verkerk, H. Slüter, Amster
dam 0. de Bruin, Driebergen; mej. de Bruin,
's-Öravenbage -v M. Leenuer, Rotterdam.
Uit Reeuwijk.
M. Sander, Oudewater.
Zevenhuizen.
J. de Joug, Gouda.
De Directeur vau het Postkantoor te Gouda,
SIMONS.
Ondertrouwd:
RENGERT SEGERS,
van Lisse,
en
HENDRIKA CAROLINA HORNES,
van Gouda.
Receptie te Gouda 10 Januari.
Lisse 14
De WERKLIEDEN der STEARINE KAAR
SENFABRIEK «GOUDA» te Gouda brengen
hunnen hartelijken dank aan HH. Directenren
voor het extra WEEKLOON hun dit jaar an
dermaal geschonken en beloven ook weder door
ijver en achting zulks waardig te toonen.
De ondergeteekende, dankbaar voor het ver
trouwen, hem en zjjne Echtgenoote, de Wed.
BOUMAN, gedurende zoovele jaren geschon
ken, maakt bekend, dat hij het
van Waddinxveen en Boskoop op Rotterdam,
vice versa, te rekenen van den 1" Januari 1881
heeft OVERGEDAAN aan den Heer JACOB
van LEEUWEN, die hjj ten zeerste aan
beveelt.
Waddi.nx.-een, 4 Jan. '81.
GEVONDEN en aan het Bureau van Politie gede
poneerd Een KNIPJE met eenig geld, een gouden
OORBELLETJE gevonden op den 2n Kersdag.
GEËOKEN4 Jan. Cornelia Maria, ouders C. Okkerse en
G Verkly. 7. Antoinette Elisabeth, ouders H. L. Klingen
en P. J. H. Knils.
OVERLEDEN. 6 Jan. M.H.Blok, 5 m. A. vanOuds-
hoorn, 4 j. 9 ra. A. Caboot, 6 m. R. J,okum, 56 j.
7 C. E. Schnitger, 19 j. J. B. Jansen, 48 j.
ONDERTROUWD. 7 Jan. L. A. Jansen, 24 j. en P.
Donw, 20 j. R. üegers, te Lisse, 32 j. en H. C. Hornes, 18 j.
De Heer en Mevrouw IJSSEL be
SCHEPPERBussemaker betuigen hunnen
dank voor de bewjjzen van belangstelling, bij
de geboorte van hunnen Zoon ondervonden.
Gouda, 8 Januari 1881.
De ondergeteekende, JACOB van LEEU
WEN, Marktschipper van Waddinxveen en Bos
koop op Rotterdam, vice versa, zich refererende
aan bovenstaande annonce, beveelt zich ten
zeerste aan, hopende hij door eene accurate en
ijverige bediening van bedoeld veer, en de spoe
dige uitvoering der hem op te dragen commis-
siën, zich spoedig de gnnst van het publiek te
verwerven.
Waddinxveen, 4 Jan. '81.
ANTWERPSCHE
Snipper-, Sucade-
en Boterhanimenkoek.
bij opbod DING8DAG 11 en bjj afslag
DINGSDAG 18 JANUARI 1881, telkens des
voormiddags ten elf ure, in het Kofljjhuis »de
Hakmonte" aa'n de Markt aldaar, van:
Een HUIS, GEBOUW én ERF aan de Kar-
uemelksloot te Gouda, Wijk R, No. 289, waar
in drie goede Kamers, een mime Kelder en 't
geen verder tot een gemakkelijk ingericht Woon
huis behoort.
Eene BOU WMANSWONING met STALLING
Wijk R, No. 287 en 288, ERF en een perceel
TUIN en WEILAN D daarachter groot 29 Aren
80 Centiaren, staande en liggende als voren.
En een perceel WEILAND en een SCHUUR
liggende als voren, groot 1 Hectare 95 Aren
80 Centiaren.
De Landerijen zjjn terstond en de Gebouwen
1 Mei 1881 te aanvaarden.
Nadere inlichtingen zjjn te bekomen ten
kantore van den Notaris W. J. FORT DIJN
DROOGLEEVER te Gouda.