ÜtïeoeeJi' WAARSCHUWING. Buitenlandse!) Overzicht? Laatste Berichten. BESMETTELIJKE ZIEKTEN. POKKEN. r was, hoe Teel hg fan haar ook verwachtte als de are des ge vaars mocht slaan, de tijd aan haar besteed, werd* niet aan de tervalling tan andere plichten ontno men. Op ieder ander gebied van het publieke leteu ontwikkelde hij denzelfden ijver. Aan al wat er goeds wen! voorgenomen of voorbereid was zijne belang stelling verzekerd. Nooit werd te vergeefs een beroep gedaan op zgoe medewerking. Zgn tijd, zgn talent en zoo noodig zijne stoffelyke ondersteuning stelde hy steeds beschikbaar. Zooveel ijver ontwikkelde hg ook in het bijzonder leven. Met zgn geachten broeder aan het hoofd der bloeiende nijverheidszaak geplaatst, voor vele jaren door zijnen Vader hier opgericht, bestuurde hg die met uitstekende bekwaamheid, bevorderde hareu voort- dnrenden bloei eu werkte ook daardoor mede tot ver meerdering der welvaart in onze Gemeente. Wat hij in den vriendenkring was, vraagt dat aan hen, die hier zgu graf omringen. Zy zullen U zeggen: Nooit klopte er trouwer vriendenhart dan het zgne. Voor ieder was hg altgd dienstvaardig. Zoo hij iets tot het genoegen van anderen kon bijdragen of bun geluk bevorderen, was hij steeds gereed, vielen er tranen te droogen, ook dan bleef hg nimmer achter. Voor andereu nuttig te zgu, was zgn voortdurend streven. Hoeveel geluk in huisgezin eu familiekring neemt deze man met zioh in het graf! Nooit wordt de wonde geheeld aan het moederhart geslagen. Hoe diep zgn zijne zuster en broeder, en andere nauwe betrekkingen in bun dierbaarst gevoel getroffen. Wat zal het voor U een leegte en een gemis zgn, waardige broeder van den overledene, wanneer voortaan al de beslommeringen en de zorgen aan uw veelomvattend bedrgf verbonden, op U alleen zullen rusten, wat zult gij hem missen, die U een zoo trouwe steuu en hulp was Vreugdeloos zal het leven zijn der zwaar beproefde vrouw, die den teedersteu liefdeband ziet verscheurd, een band, die beiden bijna van de jeugd af aan omstreugeldé. En dan die kinderen, die hunnen Va der verloren hebben op een leeftgd, wanrop adiriva- derlgke zorg en leiding zoo groote behoefte is. O, als wij dat alles indenken, dan komt ons bgna de" vraag op de Jippeu Waarom hg Waarom diet een ander, die levensmoede verlangend uitziet naar het oogeublik, waarop hij het matte hoofd ter rust kau leggen P Maar de Hoogste Wijsheid antwoordt van hare daden niet Wij zullen, mijne Vrienden, zoo straks deze plaats verlaten om ieder in onzen werkkring de dagelijksche bezigheden te hervatten. Maar ook te midden van het gewoel des levens zal de herinnering aan hem ons bijblijven, en dik wijls *al voor onzen geest het beeld verrijzen van den man,- die ons om zgu karakter en hoedanigheden .in zoo groote mate lief was. En nu, dicpbetreurd'e vfriend, ontvaug mgne laatste groete. Maar vergeten wordt ge niet 1* Opr*Jezen spreker volgde de heer A. Nortier, ka pitein der dd. Sohutterij alhier, die het volgende zeide: „Officieren, Onderofficieren, Korporaals en verder hier aanwezigen. Wat een treffend oogenblik voor ons allen Wij staan hier op dezen anders zoo eenzamen doo- denakker, omringd door eene talrijke schare belang stellenden, rondom een geopend graf, dat zoo even het stoffelijk overschot tot zich heeft genomen van eeu man, die ons allen dierbaar was, dien wij allen hoogachten eu welke die hoogachting teu volle waardig was, getuige de deelnemende onderscheiding, waar mede zijne diepbedroefde Weduwe na zgn afsterven van Hoogerhnnd mocht worden vereerd: onzen ge- rchten Chef, den bekwamep Koinmandant onzer Schutterg, die in de kracht zijns lefens eensklaps van ons is weggenomen. Ik weet geen woorden te vinden, die krachtig genoeg ziju, om uit te drukken wat er in hem, in het algemeen, en inzonderheid door onze Schutterg, io hem .wordt verloren. Van de vele corporatiën, waarmede hg in betrekking stond, en waarvoor hg zoo nuttig werkzaam was, bekleedde de Schutterg voorzeker eene eerste plaats. Gedurende helaas! den korten tijd, dat hg deze zoo hoogst moeielgke betrekking vervulde heeft hg zeer veel goeds tot stand ge bi acht. Door zgne onafhankelijke positie in de Maat schappij, gepaard met een vasten wil heeft h|j de steeds gebrekkige Wet op de Schuttërg weten te handhaven op eene wijze, waarvoor audere krachten zonden te kort schieten. De Schutterg was zijo lust en zgn leven, hij had daar alles voor over, zgu tgd, zijn geld, z|jne moeite; niets was hem te veel wanueer het de be langen der Schutterg gold. Het is mij bekend, er zgn er die zich met zgne handelingen niet konden vereenigen, doch daarover hunne afkeuring te kenneu gaven, maar er is nie mand, die hem ooit van onrechtvaardigheid of par tijdigheid heeft kunnen beschuldigen, neen, hij was voor allen één, rijk of arm, vriend of vijand, hetzij men eenen hoogeren of lageren rang bekleedde hij eisebte slechts van allen hetzelfde: eene nauwgezette plichts vervulling, waarop bij als een goed kommandant ten volle aauspraak mocht maken. Gedurende zijn twintig-jarigen diensttijd (van den 30 April 1862 toen h|j als 2e Luitenant in dienst is getreden) heb ik gel|jk met hem gediend en heeft die dieusttgd zich steeds gekenmeikt door kameraad schappelijke!) omgang en vriendschap. Het verwekte bij velen verwondering dat ik niet- tegenstaanüe mijnen veeftangeren diensttijd, bg zijne benoeming tot Majoor, de gelederen der Sohutterg niet verliet, doch onder hem bleef dienen, ik keude echter den man, ik kende zgu edel karakter en ik was ten volle overtuigd dat hij mijnen meerderen dienst- tijd wel in aanmerking Zoude nemen; ik heb mij in die verwachting niet teleurgesteld gezien, de over ledene heeft mij niet behandeld als een zijner onder geschikten, maar als een wapenbroeder, als een vriend!" Laat ons hiermede voor altijd afscheid nemen van den man, die ons allen zoo dierbaar was, ik houd mij overtuigd dat zijne nagedachtenis bij ons allen in dankbare herinnering zal blijven voor al het goede, dat hij aan de Schutterg heeft bewezen eu dat wij hem allen toewenscheii, dat zijne assche ruste in vrede! Daarop trad de heer A. K. van der Garden namens de vrijmetselaarsloge „de ware Broedertrouw" nanr de gfoeve met een smaakvollen bloemenkraus in de hand eu sprak als volgt „Broeders Wederom staan wij hier geschaard om de laatste hglde te brengeu aan een uit ous midden, aan den helaas! te vroeg ontslapen Br.*. Lulius vau Goor. Mochten wij in den laatsten tgd meermalen samen komen op dezen doodeuakker, om enkele onzer ge liefde broeders naar hunne laatste rustplaats te ge leiden, het gold toen mannen van een meer gevorderde^ leeftgd. Thans helaas! staan wij bij de groeve van iemnud, die in de volle kracht van zgu leven uit ous midden is weggenomen. Evenalveen storm soms eeu krachtigeu eik ontwortelt en neêrvelt, ever. eens is hij iu den vollen bloei, op 40-jarigen leeftijd, door den onverbiddelijke!) dood van ons weggerukt. Wie had 't kunnen deuken toen w|j de laatste maal hier vereenigd waren, dat hij, de altijd zoo krachtige en gezonde man, de eerste zou wezen, wiens verscheiden wij zoo spoedig zouden moeten betreuren. Betreuren, ja, dat doen we hem. Sedert tal van jaren lid onzer orde, toonde hij altgd een waar vtgmelVfcfaar te zijn. Waar zijn hand vermocht te helpen, daar was hg steeds bereid. Waar nood te lenigen viel werd zelden te vergeefs bij hem aangeklopt. IJverig bestuurslid als hij was, zal het gemis van zijne tegenwoordigheid nog langen tgd door ons ge voeld worden. Krachtig hielp hg meê tot opbou wing van den matjonnieken tempel. Al ware het hem ook slechts een betrekkelijk korten tijd vergund hier beneden te arbeiden, z|ju arbeid was degelijk en flink. Moge hg dau ook thans daarvoor, nu hg het Eeuwige Oosten is ingegaan, een welverdieude rust genieten. Zooals in het ma^onnieke, zoo was hij ook in het profane leven. Met kracht en energie vatte hg de zaken aan, welke bij te doen had, en menig Collegie rekende 't zich tot een eer, hem- onder z|jne bestuursleden te mogen tellen. Hoewel hij reeds ge durende zijn geheele leveu nuttig werkzaam was ge weest, hij. had nog zooveel kunnen verrichten! Zijn heengaan was te vroeg. Ja, veel te vroeg! Onverwacht werd hij weggenomen van eene gade, die hg zoo teeder liefhad van zijne kinderen, die hem zoo dierbaar waren. Ja kinderen, uw vader ging te vroeg heen De vreugde, om u eenmaal als degelijke menschen in de maatschappij te zien, is helaasvoor hem niet weggelegd. Houdt het goede wat bij deed, steeds voor oogen, en traoht hem daarin na te volgen. Ongetwijfeld zult ge daarin dan eeuige vergoeding vindtn voor den vaderlijken steun, welken gij thans reeds moet missen. En gij, verdere verwanten van den dierbaren afge storvene, ook voor U is het verlies groot en onher stelbaar, maar bovenal voor U „eenigen broeder, die door uwe werkzaamheden steeds bij hem was. Tusschen U beiden was de broederband dan ook zóó nauw toegehaald, als men' slechts zelden aantreft. Daardoor zal bet gemis van hem voor u met eiken dag grooter en grooter worden. Moogt ge allen de noodige kracht vinden om dit lot u opgelegd te dragen! Rust zacht, van Goor, (en bij deze woorden voegde spr. den krans bij de overigen) neemt dezen bloem krans meê als een bewijs van liefde en gehechtheid van uwe achtergebleven broeders. Vaart wel uw stoffelijk omhulsel is van ons weggenomen uw geest blijft in ons raidden Toen deze spreker had geëindigd nam de heer J. A. Roest van Limburg het woord en sprak aldus: „Een enkel woord moet ik spreken bij het graf van mgn vriend. Ik kan niet scheiden van het stoffelgk omhulsel van hem, dien ik zoo zeer heb liefgehad zonder een afscheidsgroet. Audere hebben zgne maatsohapoelgke deugden geschetst, maar niet daarover wtnsch ik te spreken, de nauwe band der vriendschap, die m|j aau hem verbond, roept mg daartoe. En wanueer ik dan als vriend reeds zoo terneêr- geslagen ben, bij z|jn verlies, wat moeten dan zijne trouwe eohtgenoote, zijne lieve kinderen, zgne moe der, zgn vader en broeder, die hg zoo innig lief had en zijne verdere verwanten niet gevoelen, nu bg is heengegaan. Die smart is te groot om zich in woorden uit te drukken, manr op den vriend rust de moeielgke plicht om door uiting te geven aan de vriend schappelijke gevoelens, die hem bezielen, kan het zijn, troost te schenken aan die Igdende harten. Gg waart zoo edel en goed, m|jn vriend streng was uw gevoel van plicht, maar liefdergk was uw hart. Gij vreesdet zoo zeer voor de wereld zwak te schgnen en daarom toondet gij niet aan een iegelijk hoe racht gij van natuur waart. Maar uwe vrienden, z|j wisten het en hadden u daarom dubbel lief. Zoou van mijn vriend, volg het voetspoor van uweu vader. Zie, het is hard voor u, voor uwe goede moeder en zusters hem nu reeds te moeten missen, muar voor hem is het schoou zoo bemind heeu tc gaan, na zoo getrouw zgu plicht vervnld te hebben. Zeg het aan uwe treureude moeder eu zusters, dat er zoovelcn treuren om het verlies van uwen braven vader. Vader, zeg het aan uwe dochter, dat er zoovele lijden om het heengaan van haar edelen man. Broeder, zeg het aan uwe moeder, dat wij beseffeu wat zg verliest in zulk een zoou. Broeder, u kan ik niet troosten, meer dan broeder waart gij de beste vriend van dezen doode eu g|j weet het, ook ik was zgn vriend, dus kan ik begrijpen wat er iu uwe ziele moet omgaan, maar ook weet ik dat in li het zélfde plichtsgevoel leeft als bg uwen braven broeder en al kunnen wg de raadselen de* levens niet verklaren, wij weten dat het plicht is: te berusten iu Gods altgd wijzen wil. Vaarwel mijn vrieud Deez' bloemen, ze zijn ver gankelijk als het stoffelgk omhulsel, waarin uwe reine, sterke geest eens woonde, maar even als bij iedere nieuwe leute de bloeroen weer ontluiken met nieuwe frissche levenskracht, zoo is ook uwe geest onsterfelijk en stijgt hij op uit dit somber graf. Wij, uwe vrienden, wij zullen u nooit vergeten, vaarwel mijn vriend, voor Eet laatst vaarwel!" Daarop nam de heer Wenlzel, kapitein bg het Re giment Grenadiers en Jagers te 's-Oravenhage het woord en herdacht den overledene eveneens als vriend. Het lag niet op zgn weg, zeide spr. de maat schappelijke deugden te bespreken, die de overledene had geopenbaard, maar hij wenschte een woord te wijden aau diens nagedachtenis als man van karakter, op wien men in alle omstandigheden kon rekenen. Ten slotte spmk\ de heer A. Kok, nog het vol gende „Ik acht U allen die hier vergaderd zijn, al was het maar alleen dat g|j met mij den overledene, m|jn vriend, of laat ik liever nog maar eens zeggen mijn Patroon en Vriend de laatste eer wilt bewgzen. Wel gewoon voor het publiek, doch niet in het publiek te spreken mag ik deze gelegenheid toch uiet zonder te spreken laten voorbijgaan. Slechts weinigen onzer is het gegeven een hoogen ouderdom te bereiken, ook voor dezen mettsch, dien wij de laatste eer bewijzen werd zulks niet wegge legd; in de volle kracht van zijn werkzaam leven werd hijf van ons weggerukt. Alhoewel ik Eet recht vermeen te hebben over zgn leven te spreken, acht ik zulks overbodig, daar zgne werken het voor mij doen. Dat ik mg de vrijheid verootloof bij deze gelegen heid enkele woorden te spreken, is alleen uit een gevoel van innige daukbaarheid jegens hem, dien wij hier een laatst vaarwel, een „rust in vrede!" toeroepen. Veel, zeer veel heb ik verloren en voeg er met volle overtuiging bij Zeer velen met mij. God sterke zijne familie en sterke ook ous. In zonderheid voor z|jn eenig overgebleven broeder bid den wij van den Allerhoogsten kracht af, voor de nieuwe zorgen op zijne schouderen jjelegd. De overledene heeft dertig jaren achtereen gear beid aan den Lauwerkrans, die in mij ie, en die nooit zal verwelken maar den naam van m|jn yriend Lulius van Goor in eere zal houden. Ik heb gezegd." De broeder van den ontslapene, de heer J. M. Noothoven van Goor trad ten slotte tot de groeve eu sprak namens de familie een woord vnn har- telgken dank voor de bewgzen van belangstelling en deelneming heden betoond, waarbij h|j de hoop uitsprak, dat de aanwezigen nog lang gespaard mochten blijven voor een zoo g]jj?en^ 'eet^» spr. en zijn familie thans onder? Daarmede wa» de droeve plechtigheid geëindigd, nog onder den indruk ging iedereen huiswaarts en voorzeker zal de nagedachtenis van de» overledene nog lang in eere blijven! Hoe diep beproefd de treurende weduwe achterblijft, het kan haar »*et anders dan goed doet dat van zoovele zijden innige declueiniug werd getoond iu hare groote smart. Van hooggeplautsten en nede- rigen ontving zij ondubbelzinnige bewijzén van be langstellingen hoe hoog haar echigenoot alom in aanzien stond blijkt o. a. uit eene missive van den Minister van Biuneul. Zaken, waarvan wij inzage mochten nemen en die wij gelooven zonder indiscreet te zijn hier een plaats verleenen als een bewijs hoe men van hoogerhand over Lulius van Goor dacht: De missive luidt aldus Mevrouw de Weduwe D. Lulius van Goor geb. Romeijn. Den Haag 6 Mei 1882. In het besef, dat elk woord van hulde, Uwen ont slapen echtgenoot thans gebracht, Uwe smart des te grieven der moei maken, outhoud ik mij er van, wat anders eeu plioht jegens zijue nagedachtenis zijn zou, de uitnemende hoedanigheden in het licht te stellen, door hem aan den dag gelegd, in de ambtsbetrek king, welke herrt aau mijn Departement verbond. Thans worde U slechts de welgemeende verzekering vau m|jne deelneming in Uw bitter verlies aangeboden, w. g. De Minister van Biiraenlandsche Zaken C. Pijnacker Hordijk. En hiermede is ons verslag der sombere plech tigheid van gisteren geëindigd. De 8e Mei 1882 zal een droeve herinnerings-dag zgu voör velen; moge onze gemeente langen tijd bewaard blijven voor verliezen als wij in het begin dezer Meimaand moes ten lgden! Zondag middag omstreeks 4 uur is zekere Boer, potteuUtoher, behebt met toevallen, door eeu toeval io het Vreter yan den Groeneweg gevallen inanr ge lukkig gered door zekeren van Leeuwen, die zich daar toe te water heeft gegeven. Volgens Sieb. is de heer dr. J. C. C. VV. van Nooten, te Buitenzorg, door het Fransche gouverne ment benoemd tot pfficier d'académie. Den 17 dezer Jiaaud, des moryens teu 11 ure, zal in het Gebouw voor Kuusteu *u Wetenschappen te Utrecht de 7e vergadering gehouden worden van Weesvaders. Door den heer E. de Jong o. a. zal de vraag wordeu gedaan: Mag het ontslag vau verpleeg den in de weeshuizen afhaokelgk worden gesteld var. een zekeren bereikten leeftgd? De heer T. Talma van Deventer zal spreken over de opvoediug der Weezen in 't Weeehuis en 't huisgezin; de heer T. Heusg van Kampen: over kookscholen in gestichten. Daarna sullen de Men door het bestuur uitge nood igd worden om op eene volgende vergadering de hiernevens vermelde onderwerpen in te leideu: lo. de licht- eu schaduwzijden van feestvieringen in de weeshuizen; 2o. voor welke kinderen is de verplegiug in het gesticht, voor welke die iu het huisgezin wensoheljjk Het afdeelingsonderzoek van het wetsontwerp be treffende de registratie-belasting gaf aanleiding tot zeer uiteenloopende beschouwingen. Terwijl meu in écne afdeeliug van meening was dat de voorgestelde wgzigiugen wel hadden kunneu wachten tot eene wensohelgke aigemeene herziening der registratiewet, ook vooral omdat die herziening zoodoende op den achtergroud wordt geschoven, vond men in eene andere afdeeling juist de voor gestelde wijziging eene geschikte voorbereiding voor de in art. 21 wel uitdrukkelijk voorgeschreven aige meene herziening, men hoopte dat dit de Regeeriog niet zonde terughouden om vóór den gestelden termiju nog zoodanige partieele wijzigingen voor te dragen als wenschel|jk moohteu blijken. Dat die algemeeue herziening op dit oogenblik minder geschikt had kunnen worden ondernomen kan alleen worden toegegeven met het oog bp de herziening van de belastbare opbrengst der ongebouwde eigendommen, en ook daarom gaf men nu reeds in mesrdere afdeeelingeu den wensoh te kennen dat geene verlenging vau den gestelden termijn noodig ul zgn. Hoezeer het uiet onopgemerkt bleef dat van dit wetsontwerp vermindering vau inkomsten en misschien nog wel in grootere mate dan de Regeering aangeeft, *an wordeu verwacht, terwijl juist vermeerderiug V«R inkomsten dringend noodig is, waartoe meu met verlangen de toegezegde voorstellen van den Minister tegemoetziet, werd ?r|j algemeen de voor gestelde afschnffing van het obligatie- en overbedee- hugsrecht eeu heilzame maatregel gevondenin ééne afdeeling echter werd het afgekeurd dat he* overbe- deelingsreoht wat geheel past in het systeem der ugistraliewet en waarin niets onbillijks te vinden is bg deze wijziging, zonder dat het systeem wordt veranderd, uit de wet wordt gelicht terwijl de last tot duiverre alleen op den codivident drukkende, wien meer dan zijn aandeel in het aigemeene onroerend goed wordt toegescheideo, nu over alle codividenten gel ij kt lij Ir wordt verdeeld, en dus op allen en in alle gevallen ul drukken. Dat juist het aequi»alent in eet» verhoogd recht op de scheidingen wordt gezocht, vond in meerdere afdeelingen afkeuring. Ook de wijze van procedeeren i» registratiezaken kwam ter sprake. Met nadruk werden de bezwaren aau de tegenwoordige regeling verboudeu iu het licht gesteld en de weusch te kennen gegeven, dat bij eene volgende herziening de gewone procedure ook tot registratiezaken mogen worden uitgebreid. Het Nederlandsch Panopticum te Amsterdam zal den 18 Juni, Waterloo-dag, voor het publiek geo pend worden. J Graaf Spencer, de nieuwe onderkoning, met zijn gevolg en lord Frederick Cavendish, de eerste secret taris voor Ierland, zgu Zaterdag in Dubliu aange- komeu en dienzelfden dag zijn lord Frederick Caveu- dish en eeu ander ambteiuutr, de heer Thomas H. Burlfe, ondersecretaris voor Ierlaud, op de gruwelijkste w|jze vermoord. Omtrent de naaste aanleiding tot <l*i- misdaad ver neemt men nog geen nadere bijzonderheden. Ook de' daders schijnt men nog niet te kenneu. Er zijn echter eeuige aaiiwijziugen. De heer Burke behoort niet tot de nieuwbenoem- den. Hij was reeds oudersecretaris en ouder het vroegere stelsel gold hij voor den eigenlijken onder koning. Men weet, dat de beuoeming van lord Frederick Cavendish met ontevredenheid was vernomen. Ook de Daily New* gaf daarover in een zijner laatste urs. leedwezen en zelfs verbazing te kennen, niet omdat hei blad zijne bekwaamheden voorbijzag, „maar dewijl de gelegenheid zoo schoou was iemand te benoemen, wiens naam alleen reeds zou bewezen hebben, dat bet der Regeeriug inet eene nieuwe en stoute poging om in Ierlaud vrede en vertrouwen te herstellen, diepe ernst was." Met de benoeming van lord Caven dish, zegt het blad, was dit niet 't geval en daarom achtte het die k^euze niet gelukkig. De Britsche ministerraad kwam Zondag namiddag iu buileugewoue zitting bgeeu. Behalve den mar kies van Hartiugtou, broeder van deu vermoordeu lord Caveudishr w.ren alle iniuisters tegenwoordig. Ook de voornaamste ledsu vau het vorige con servatieve kabinet bielden gislereunaraiddag eene ver- gaderiug en besloten aan dé Regoering de verzekering te geven van huune sympathie eu van hunne be reidwilligheid, om baar met al hunne kracht te on dersteunen in de ouderdrukking vau het stelsel rnn moord, dat thaos iu Ierland gevolgd wordt, indien zij de politiek vau repressie aannam. Voor deze bij eenkomst had sir Stafford Northcote eeu onderhoud inet deu heer Gladstone. De Land League heeft een manifest openbaar ge maakt, dat door Parnell, Dillon en Michael Davitt onderleekend en aan het Iers-che volk gericht is. In dit stuk komt o. a. het volgende voor: „Juist op bet oogenblik dat wij dachten eene gelukkige toe komst te gemoct te gaan, heeft het noodlot, dat Ierland sedert eeuwen vervolgt, onze hoop in rook doen vervliegen en ons een vrceselijkeu slag toe gebracht. Het Boud betuigt z|jue innige sympathie voor het Iersche volk en voor hen, die ten laatste de politiek van verzoening aangenomen hebben. Het hoopt, dat de geheele Iersche bevolking door hare houding ral toonen, hoe grooten atschuw zij voor misdaad en moord heeft, en door alle mogelijke mid delen het bewijs zal leveren, dat het zulke afgrij selijkheden afkeurt en sympathie gevoelt voor de in rouw gedompelde betrekkinge# der vermoorden. De naam van Ierlaud als liet der gastvrijheid is door eene daad van lafhartigheid bezoedeld en zal dit blgven, totdat de moordenaars aau het gerecht overgeleverd z|ju." De heer Gladstone en lord Granville zullen heden avond, als bewijs van achting voor de vermoorden, de verdaging der zittingeu vaB beide Parlementshuisen voorstellen. De leiders der oppositie zullen dit voor stel ondersteunen. De heer Forster heeft dei Regeering z|jne diensten in Ierland aangeboden. Volgens de Standard zal de post van eersten se cretaris voor Ierland den heer Cfiamberlaiu aangeboden worden. t De telegraaf maakt, ook van andere uitspattingen f in Ierland melding. Ter gelegenheid der invrgheid- stelling van Iersche verdachten ontstond te Ballina eene botsing tusschen de politie en de volksmenigte. Eeislgenoemde maakte van hare vuurvvapeuen ge bruik, waardoor zeven personen ernstig gewond werden. De Fransche begrooting vau oorlog voor het dienst jaar 1883 bedraagt ruim 587 millioen fr., of ruim 15'/g millioen meer dan over het vorige dienstjaar. Deze vermeerdering vindt voor een deel haren oor- sprong in verhooging van het effectief aan man schappen en paarden, zoomede in belangrijke ver beteringen. welke in den laatsten tgd tot stand gebracht zijn. Zoo is bij de wet van 13 Juni 1880 het personeel der administratie met 17 intendanten, 60 officieren, 1290 onderofficieren en manschappen vermeerderd. De beraadslaging over het tabaksmonopolie zal waarschijnlijk heden in den Duitschen Rijksdag aau de orde komen. Bismarck zal dan present zijn, naar men verzekert. De Pruisische Landdag zal wellicht worden verdaagd tot 15 dezer, of worden geslotende meerderheid der afgevaardigden heeft geen lust om de strnftaak, door Bismarck opgelegd, af te werken. Parijs, 8 Mei. De Kamer heeft het herstel der echtscheiding aangenomen met 334 tegen 124 stem men na een weinig levendig debat. Daarna is de zitting opgeheven. Londen, 8 Mei. Lagerhuis. Gladstone stelt verdaging voor uit eerbied voor de nagedachtenis van Cavendish en Burke, op wie hij een warme lofrede uitspreekt. Hij zegt, dat het gouvernement tljn pro gramma van politiek in Ierland moet herzien en hervormen. Donderdag zal het een maatregel aan het Huis voorleggen, strekkeud om de misdaden in Ierland te onderdrukken; later zal het een wet vocr- stelleu betrekkelijk de kwijtschelding der achterstal lige pachten. Northcote ondersteunt de regeering en belooft de hulp der conservatieven tot maatregelen om de orde te handhaven en de misdaden te on derdrukken. Parnell betreurt de misdaad en erkent de noodzakelijkheid van repressieve maatregelen. Hoogerhuis. Lord Granville stelt een gelijklui dende resolutie voor en legt gelijkluidende verklarin gen at Lord Salisbury schenkt hem zijn steuo. De BURGEMEESTER van Gouda, Gezien art. 21 der Wet vnn 4 December 1872 houdende voorzieningen tegen Besmettelijke Ziekten (SttiSjfolad No. 134), ^«pibregeude dat de POKKEN iu deze Gemeente enwmwsch voorkomen, «fikt bekend, dat geduret de de week van 29 April tot 6 Mei 1882 door die ziekte zijn aange tast 2 personen en daaraan 2 personen zijn overleden. /Gouda, den 6 Mei 1882. De Burgemeester voornoemd, VAN BERGEN IJZENDOORN. BURGEMEESTER en WETHOUDEXS van Gouda, Gezien de Verordening op de Wgken en het doen van aangifte tot het bijhouden der Bevolking- Registers, Herinneren belanghebbenden, dat volgens die Ver ordening Ifder, die naar eene andere woning binnen de Gemeente VERHUIST, daarvan zoodra mogelijk (alt|jd binnen drie dagen) aangifte moet doen bg de betrokken Wijkmeesters en ter plaatselijke Secre tarie (Bureau Bevolking) en de Hoofden der huis gezinnen alsmede afzonderlijk wonende personen ge lijke aangifte behonren te doen wanneer zij Dienstboden of andere personen in hunne woning opnemen, en dat voorts volgens bedoelde Verordering alle eigenaren van gebouwen of besloten erven verplicht zijn te zorgen voor eene behoorlijke Nummering hunner panden, welke Nummering eveneens moet geschieden op Afschuttingen bij verbouwing of ver- timmeriug, terwijl zij mede gehouden z|jn om binnen acht dagen na eene splitsing of vereeniging hunner perceelen daarvan ter Plaatselijke Secretarie kennis te geven, opdat de vereischte wijziging iu de huis nummers kunne worden gebracht. Geschiedende deze waarschuwing ter voorkoming van VERVOLGING en BESTRAFFING overeen komstig de bepaliugen der bovengenoemde Verordening. Gouda, den 6 Mei 1882. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Van BERGEN IJZENDOORN. ,rv De Secretaris, j BROUWER. CORRESPONDENTIE. De Effecten-beurs heden door bijzondere omstandigheden niet ontvangen Het ingezonden stok van J kan niet worden geplaatst. de Redactie.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1882 | | pagina 2