Bultenlandsch Overzicht.
sXdirnJ::.heer G'mbett-'
VERGADERING VAM GEMEENTERAAD.
It Lb°P h rg" moet dil den indn,k m«ktn
bij hare candidaten voor den Baad vóórop had gesteld
dat zy voorstanders waren van eene waterleiding,
juist de vereeniging was om de algemeene belang
stelling voor deze zaak te winnen en hoogst wen-
sohelijk was het nu door ondubbelzinnige blijken van
sympathie der burgery de slechte informatien te
logenstraffen hier omtreat de zaak gegeven. Op de
vergadering der Goudicke Kiesvereenigingwaar de
zaak behandeld was, was voldoende gebleken dat
men het met dat gevoelen eens was.
Daarop hadden de heer van Geelen en spr. zich
nogmaals gewend tot de Concessionarissen met ver
zoek om nadere inlichtingen, terwijl zy hun hadden
verzocht eeu van beiden in persoon hier op de mee
ting te willen verschijnen om zelf de noodige iu-
lichtingen te verschaffen.
Daarop kwam bij hen in het volgend schrijven,
dat echter confidentieel was. Dit luidde aldus:
Leeuwarden, 21 Juni 1882.
Den WelEd. Heeren E. L. E van Dantzig en
W. van Geelen.
WelEd. Heeren!
In antwoord op uwe geachte letteren, die we
dezer dagen uit Groningeu ontvingen, waarheen ze
abusievelijk waren geadresseerd tegelijk met de Goud-
êcke Courant, heb ik de eer U het vojgende te be
richten. 4
De zaak der waterleiding is thans zoover gevor
derd, dat we bezig zijn de statuten der op te richten
Maatschappij zaraen ie stellen, ten einde die nog deze
week aan de goedkeuring van den Gemeenteraad te
onderwerpen. Na goedkeuring hiervan zal de Maat
schappij tot stand komen; zonder dat de aandeelen
aan de markt worden gebracht, maar enkel onder-
haudsch geplaatst. Om dit nu spoedig en met
vrucht te doen, is het ons natuurlijk niet onver
schillig dat er in Gouda teu sterkste gewerkt wordt
met het verkrijgen van aansluitingen, waardoor de
onbetwistbare levensvatbaarheid der zaak te meer
zal blaken en de geldschieters met te meer vertrouwen
hunne kapitalen er toe zullen beschikbaar stellen.
Hóe eerder dat daarover een goed resultaat zal
verkregen worden, hoe beter, daar wij gaarne de
mak binnen veertien dagen in orde zagen, ten einde
onmiddelijk met de aanbesteding der werken te kun
nen beginnen.
Hartelijk danken wij U voor de vele moeiten,
die U zioh voor de zaak hebt getroost, en bevelen
dit laatste bewijs van belangstelling in de Goud-
sche waterleiding dringend bij U aan, overtuigd als
we zijn, dat bij krachtige medewerking Uwerzijds
thans de zaak niet zal kunnen échoueeren. Van de
resultaten Uwer pogingen ontvangen we dan wel
in tijds bericht.
Met de meeste achting hebben wij de eer te zijn
WelEd. Heeren
UEd. Dv. Dienaren,
Dr. J. E. OUDSCHANS DENTZ.
H. W. WESTER.
Het feit, dat deze brief confidentieel was, maakte
zeide spr. dat zy daaraan niets hadden, waarom
zg zich wederom wendden tot de Concessionarissen,
waarop de volgende missive inkwam:
Leeuwarden, 24 Juni 1882.
WelEd. Heeren
In antwoord op uw gisteren ontvangen schrij
ven diene dat de oorzaak waarom wij ons vorig
schrijven voorloopig confidentieel wenschten beschouwd
te zien, daarin voornamelijk gelegen was, dat wij
niet gaarne wilden er -over de zaak gesproken werd
alvorens Burgemeester en Wethouders de statuten
ter goedkeuring hadden ontvangen, om die aan den
Baad voor te leggen. Daar wij die gisteren heb
ben opgezonden, zien wij erthans geen bezwaar
in ons schrijven openbaar te maken. Wat betreft
het bijwonen der meeting, daarin zien wij geenerlei
noodzakelijkheid, aangezien er toch geene andere
inlichtingen te geven zijn dau omtrent de tarieven
die toch bekend zijn, daar zij in de gedrukte
concessievoorwaarden voorkomen. Intusschen blijft
het van het hoogste belang dat er zooveel mogelijk
toezegging van aansluitiugeu worden verkregen, dit
zal ons de totstandkoming der zaak geheel kunnen
verzekeren.
Ontvang, myne heeren, de verzekering mijner
hoogachting, - UEd. Dv. Dienaar,
Dr. J. E. OUDSCHANS DENTZ.
En zoo is dan nu, ging spr. voort, tot mijn en
zeker tot aller genoegen gebleken dat er personen
tyu gevonden, bereid hunne kapitalen te levereu ten
dienste der Goudsche waterleiding. Het hangt er
nu alleen maar van af, zeide spr., of de burgerij
Naar aanleiding eeuer vraag omtrent het tarief, wor
den medegedeeld art. 11 en 12 der Concessie-voorwaar
den, die aldus luiden
Art. 11. Buiten het geval dat partgen vrijwillig
en by schriftelyke overeenkomst onderling een boo-
geren of lageren prijs of andere bepalingen mochten
hebben vastgesteld, is de Concessionaris verplicht
tegen geeu hooger tarief dan het hierna volgende,
water uit de waterleiding te leveren aan ieder, die
dit verlangt in huizen, gebouwen of op enten tot
op eene hoogte van zestien Meter boven A. P., d«8-
verkiezende tegen vooruitbetaling van het voor ééue
maand verschuldigde. By verschil over dit bedrag
beslissen Burgemeester eu Wethouders.
De Concessionaris maakt den aanleg Van de hoofd
buizen tot binnen de woningen der verbruikers in
den grond, voor zoover hunne perceeleu «au de
hoofd buis gelegen zgn, volgens een door Burgemeester
en Wethouders goed te keuren tarief.
In de verdere leiding door de huizen of erven wordt
door de verbruikers zeiven voorzien.
Art. 12. Het tarief is als volgt:
Aan hen, die het water niet anders dan voor
gewoou huiseljjk gebruik verlangen te bezigen, wordt
het geleverd, berekend naar het geheele aantal kamers,
waaruit de woniug bestaat, onverschillig het aantal
personen, en wel per jaar:
Voor eeue woning met ééne kamer ƒ7.
h h h h twee kamers -11.
nun h drie -15.
n n u u vier -18.
h iT v|jf -21.
n a n zes -24.
En voorts voor elke kamer boven de zes 2.50.
Een keuken wordt als eene kamer berekeud.
Voor woningen van geringer oppervlakte dan dertig
M8. en door ééa gezin bewoond 5.20.
Bovendien wordt betaald
Voor een bad toestelƒ5.—
ii watercloset- 5.
n a paard - b.-r-
n a tweewielsrgtuig -3.
h a vierwielsrijtuig - 5.
De abonnementen worden aangegaan minstens voor
één jaar. Wie zich tusschentijds abonneert, betaalt
naar evenredigheid. De Concessionaris is gerechtigd
de noodige reglementen te maken ter voorkoming
van misbruik, die voor de verbruikers verbindend
zullen z|jn, mits zij door Burgemeester eu Wethouders
zijn goedgekeurd.
Bij verschil van gevoeleu over de beteekenis der
bepalingen van dit Artikel beslissen Burgemeester
en Wethouders.
Daarop werdeu enkele vragen gedaan en enkele
opmerkingen gemaakt door de aanwezigen. Dc heer
de Riet vraagt van w^fr het water voor de leiding
zal komen. De Voorzitter antwoordtuit den IJsel,
volgens de Concessie-voorwaarden waarop de heer
de Riet daarover zijn leedwezen betuigt daar hem
is gebleken dat dit de 3 laatste weken geheel en
al bedorven water is. De Voorzitter meent dat zulks
nu niet aan de orde is en de heer E. L. E. van
Dantzig zegt dat de quaestie van de meerdere of
miudere qualiteit van het iJselwater vroeger is be
handeld, dat het door de Gezondheidscommissie is
onderzocht, die tot de conclusie kwam, dat het op
sommige tijden goed, op andere tijden niet goed was,
maar toch altijd verreweg veel beter dan het water
nu door de burgerij gedronken. Sp. herinnert dat
ook de heer Noothoven van Goor op eigen kosten
het IJselwater deed onderzoeken door de hh. Schalk
wijk en Pennink te Rotterdnm, volgens wie bet IJsel
water zeer goed was te noemen en een leiding van
dat water werkelijk een zeer groote verbetering zou
zgn in vergelijking met het water, thans gebruikt.
Daar komt nog bg, zegt spr., dat het water door
filtratie op groote sehaal zoodanige zuivering onder
gaat, dat het werkelyk zeer geschikt mag worden
geacht voor drinkwater.
De heer de Riet zegt er bg te blijven dat het
IJselwater nu al drie weken bedorven is en hij
vindt het wat veel gevergd nu in te teekenen voor
deelneming in eene leiding van water, dat bepaald
bedorven is. De Voorzitter merkt op, dat deze ver
gadering niet terug kan komen op een besluit van
den Raad, die eene Concessie voor IJselwater ver
leende, doch ieder, die het water niet goed vindt,
teekene eenvoudig niet.
De heer J. de Jong Az. wil eene afzonderlijke
vereeniging oprichten, die zioh dan zou moeten be-
~,."il?8ten fieelne,ners te werven, wat volgens den heer
door hare deelneming wil toone» inderdaad sympathie E. L. E. van Dantzig met het oog op den korten
te gevoelen voor de zaak. Hoe ruimer de deelne- tijd, die overblijft, niet wenschelyk is De heer
roing is hoe beter zoowel voor Concessionarissen als J. IJpelaar Jzn.^is van oordee! dat de heer de Riet
voor de burgerij zelf, daar men door nu dadelijk volkomen gelgk heeft als hij zegt, dat het IJsel-
deel te nemen voorkomt dat later telkens de straat j water slecht is. Spr. noemt het zelfs „zeer slecht//
moet worden opgebroken om aansluitingen te bewerk- Het eenige doel van eene waterleiding is naarspr's
stelligen. Spr. dringt er daarom ten sterkste op j meeninggoed water te verkrijgen en het IJsel-
aan, dal men van alle zijden zoo spoedig mogelijk water is verre van goed te noemen, het is integen-
zal verklaren in hoeveel huizen men zich verbindt deelslecht.
de waterleiding te doen maken. En hiermede, zegt 0e heer S. W. van Buuren Nzn. zegtdat de
»pr., is zijn taak geëindigd huewei hij tot het 1 heeren, die voor de qualiteit van het IJselwater be
geven van verdere inlichtingen ten volle bereid is. vreesd zijn, gerust kunnen Zijn daar een der artikelen
De vergadering dankt spr. door Iqirl applaus voor der Conci ssie-voorwaarden bepaalt i den graad vau
het gesprokene en daarop stelt de Voorzitter da gelegen- j zuiverheid die het water moet hebben, eu in geval
heid open lot het vragen van nadere inlichtingen. die graad niet bereikt wordt, dan hebben B.enW
het reoht zoodanige maatregelen te nemen als noo-
dig zullen worden geacht.
De heer M. van Dantzig wil, ofschoon de saak
eigenljjk niet aan de orde is, de heeren, die het
IJselwater niet goedvindeu voor eeu leiding, alleen
vragen: komt ditzelfde water nu niet in de stad be
zwangerd met de oplossing van allerlei vuile stoffen
en wordt dit nu niet zóó gedronken? Dau spreekt
het toch wel van zelf dat het, gezuiverd zónde
in allen geval verre te verkiezen zal ign boven het
geen tegenwoordig gebruikt wordt. Prófereeren die
heeren het ongezuiverd boven bet gezuiverd water
welnu laten zg hun gang gaan en niet aan de wi.
terleiding deelnemen.
De heer I. van Dantzig voert ten bewijze, dat het
IJselwater toch wel goetl is, aan dat de schippers
dat dan toch raenscheu zgn, die „water" kunnen
beoordeelen als zij naar Arasterdam of naar Fries
land varen bg Korteuoord den noodigen voorraad IJsel
water scheppen, juist omdat zg dat de voorkeur
geven boven ander water.
De heer J. IJpelaar Jz. zegt dat dit feit juist tegen
het IJselwater nabg deze gemeente pleit. Die schip,
pers scheppen dat water juist bg Kortenoord, omdat
het dóór goed is, maar hier staat het IJselwater bijna
stil, bij deze gemeente is eigenlgk geen eb en vloed.
De heer H. C van Staveren zegt op den Baam te'
wonen en hij is er van overtuigd, dat al is het wa
ter in den IJsel stilstaand water en al beantwoordt dit
niet aan alle eischen, het zeker verre te verkiezen is
boven dat in den Raam, waar de vuiligheid van de
Siroopfabriek het water verpest. Nadat de Voorzit
ter er nog op gewezen heeft, dat een waterleiding wel
vooroamelgk ten doel heeft„goed drinkwater" te
verschaffen, maar tooh ook uit een oogpunt van gemak
alle aanbeveling verdient en IJselwater voor onze ge
meente het eenig bereikbare moet worden geacht,
stelt de heer E. L. E. van Dantzig.de volgende
motie voor
„De vergadering van ingezetenen dezer gemeente,
gehouden 28 Juni 1882, overtuigd zijnde (1st een
spoedige totstandkoming van gefiltreerd IJselwater
in deze gemeente hoogst noodzakelijk ia, uit den
wenscb, dat de gemeenteraad een spoedig beslnit
moge nemeu omtrent de aan hare goedkeuring ou
derworpen statuten en daarbij de meeste insohikke-
Igkheitl jegens den Concessionaris aan den dag moge
leggen.»
Deze motie wordt met algem. slemmeu aangenomen.
De heer van Buuren geelt daarop in overweging
deze motie ter kennis te brengen van den gemeen
teraad, waartoe het Bestuur, volgens raededeeliug
van den Voorzitter, reeds het voornemen had.
Daarop werd den aanwezigen een lijst aangeboden
Ier teekening, die aldus luidt:
„De ondergeteekenden, allen wonende te Gouda,
verklaren bg het. eventueel tot stand komen der leiding
van gefiltreerd IJielwater in deze gemeente, zich
gaarne voor het achter hunne namen geplaatste aan
tal huizen met daarbg vermeld getal kamers aan te
sluiten tegen het tarief, voorkomende in de Concessie
voorwaarden, vastgesteld door den Raad der Gemeente
Gouda den vijftienden October achttien honderd
tachtig.»
Verscheidene der aanwezigen toonden zich aanstonds
bereid op die lijst te teekenen, terwgl ook verder
ieder in de gelegenheid zal worden gesteld dit alsnog
te doen.
Na dankbetuiging van den Voorzitter aan den
heer E. L. E. van Dantzig voor de moeite, die
hij zich in 't belang der zaak getroost had, werd
de vergadering gesloten.
Sommige Engelsche bladen, zooals de Timee en
de Daily Neme, Inten niet onduitlelgk doorschemeren,
dat Engelaud zich van de pverige mogendheden, ook
van Frankrijk, zou behooren af te scheiden, om voor
taan slechts naar eigen goedvinden en uitsluitend
met het oog op zgne eigene belangen in Egypte te
handelen. Het is de vraag of deze stetqming der
Eugelsohe pers voor het oogenblik met tie inzichten
van het Kabinet strookt. Evenwel mag niet onop
gemerkt blijven (lat zekere militaire toebereidselen te
Chatham en Portsmouth gemaakt worden. De ge
ruchten, welke dieuaaugaande in omloop zijn, kunnen
slechts aan geloofwaardigheid wiuneu door de wei
gering van den minister van oorlog, den heer Chil-
ders, otn op een deswege in het Lagerhuis tot hem
gerichte vraag te antwoorden. De voorname zorg
der Engelsche regeering soliijnt het veilige Verkeer
op het Suez-kanaal te zgn eu naar men verzekert
zou zij, zoo noodig, troepen uit Engclsch-Indie der
waarts zenden.
Engelands belang bg het kauaal van Suez bepaalt
hoofdzakelijk zgne houding in de Egyptische quaestie.
Vóór het kanaal gegraven werd, ontstond in Groot-
Brittaunië een strgd der meeningen, uiet ongelijk
aan die welke thans over den onderzeeschen tunnel
onder het Kanaal wordt gevoerd. Lord Palmerston
zag allerlei schrikbeelden. Hij was bezorgd dat de
aanleg, door Fransche ingenieurs en Fransch kapi
taal, het beheer over het kanaal aan Frankrijk
zou in handen spelen, en stelde zich de mogelijk
heid voor van eene militaire bewaking door Fran
sche troepen. Ook zweefde hem de kans voor den
geest, dit een nieuwe dictator de planneu van Napo
leon I weer sou opvatten en een aanval op Iudië wagen.
Het kanaal werd echter gemaakt, eu sedert zgne
opening in November 1869 is meermalen de vraag
opgeworpen, of Turkge dau wel Egypte reoht zoude
hebben om het op een gegeven oogenblik te slui
ten. De raad van beheer der veuuootschap schreef
in haar kauaalreglement, dat de doortocht aan oor
logsschepen was ontzegd, doch begreep dat zulk
eene bepaling van gering practisch gevolg zou zijn,
indien de mogeudhedeu daaraan hare goedkeuriug
niet hadden geheoht. Deze werd dus gevraagd, doch
Engeland antwoordde bg depêche van 16 Mei 1877,
dat deze voorslag onaannemelijk was dat de Eugel-
johe regeering nimmer zou dulden dat het kanaal
tot bet tooneel van gevechten of krijgsoperaliën
zou worden gemaakt maar dat Groot-Brittannië,
wegens zijne binuentandschc eu'"Indische belangen,
iedere poging om het kanaal te blokkeeren of de
scheepvaart daarop en in de naburige wateren te
stremmen, als eene bedreiging tegen Indië en als
een drukkend nadeel voor den wereldhandel zou be
schouwen, Iedere stap van dien aard zou onver-
eenigbaar zijn met bet behoud der neutraliteit van
Engeland.
De Parte maakte geen bezwaar tegeu die verkla
ring; Engeland was in 1877 haar vgaud niet; doch
zg behield zich voor om aan vijandclgke schepen
den toegang tot het kanaal te weigeren, wgl bet
een deel van het Turksche rgk is, dat nimmer
neutraal territoir ia verklaatd.
Een jaar later, in het voorjaar van 1878, toen
Engeland van Rusland de wijziging van het tractaat
van San Slephano eischte, kwamen in 12 stoom-
boolen en IS reilschepen 7000 man Indische troe
pt! door het Suez-kanaal van Bombay naar Malfa,
waardoor Engeland feitelijk bewees dat de verzekering
van het vorige jaar ernstig was gemeend.
De internationale rechtstoestand van het Suez-
kanaal is dus vrij onzeker, en de Porie is niet tegen
gesproken, toen zg aeide, dat zg caeu quo het kauaal
voor vijandige schepen zou sluiteu. Stel dus dat
de Porte in oorlog kwam met Engeland, dan zou
de Porte het kanaal kunnen aluiten voor de mo
gendheid die vier vijfden vau het verkeer levert
en tevens de grootste aandeelhouder is in het kanaal,
sedert Ismaël pacha in 1875 zgne aandeelen aan
Engeland verkocht. Het schjjut mogelijk, dat uit de
ontwikkeling der tegenwoordige crisis in Egypte
ook eene regeling voortspruit vau den rechtstoestand
van het kanaal. Niet onwaarschgulgk is het dat
de Duitsche regeering den stoot in die richting geven zal.
Voor het oogenblik sohgnt bet kanaal volkomen
veilig te zgn. D« heer De Lesseps heeft per tele
graaf tot de Egyptische regeering het verzoek gericht
om te zorgen voor een veilig en ouafgebroken ver
ier over den waterweg, en vau Ragheb p„cha
het antwoord ontvangeu, dat de regeering den
plicht erkent om overal in Egypte en voornamelijk
in de nabuurschap van het kanaal de rust te be
waren. Te Port Said schrijft men de opgeschroefde
ongerustheid in Engeland aangaande het kanaal toe
aan beursmanoeuvres.
Het schijnt dat zoowel Frankrijk als Engeland
deu weg tot verzoening willen openhouden. De
beide consuls-generaal dier landen zijn van hun post
ontlast. Sir Edw. Malet is met verlof naar Venetië
gegaan en de heer Sinkiewioz heeft om gezond
heidsredenen verlof aangevraagd. Hunne personen
zgn te veel in den strgd gemengd geweest, zn heb
ben in den aanvang een te hoog woord gevoerd
om nu geschikte werktuigen voor de verzoening te zijn.
Iumtddels toont de sultan dat hjj voor Europa niet
bang is. Terwgl de conferentie tegen zijn zin in
zgne etgeue hoofdstad ie bijeengekomen, beantwoordt
Arahl b.vT J/»»«iigheid door aan
"«Ij'duf-vrde van de le klasse toe te
dat Arabt s handelingen de volle goedkeuring des
rirhTi T* In clk moet Abdul Haraid
zich sterk gevoelen tegeu Europa, nu hjj de mogend-
Met f0°, !i" .h""d,oh°«n voor de voeten werpt,
snreken Ude(?,'de,,n* d« Gambettis.ische bladen,
spreken zelfs de organen, die tot dusver de houding
h l" ™lnl*!er;pre"'de"t freyoiuet ten opzichte
ovër het ®?,yP,'8°te ?r4"*,tok bestreden, afkeurend
stsatsbeb-id thans medegedeelde stukken gebleken
Fransche Kamer nam met 443 tegen 46
ten en platen.VerP 8a" °"lcdd^ *^rif-
bliire»Te^!"inKeU, 'T de" P'bi'i'chen Landdag
«totr b",0hteD Uil B^"' Wp«ld op
berinneren dat wij niet in Areadië leren. „De Rus
sische regeering laat 30 kannonueerbooten bouwen",
seinde men Zaterdag ait Petersburg.
half October.
betV°vr.n,lLo'!Tri,e P3li"'ek Europa wordt
Duilsohlaud m n ge"Ch' <Ut de ke'M" 'au
zullen outran.t "u 7!lrlJk elkfl|tder dit jaar weer
i« aesnroie, e? K ?e'. "'''"b-Oostenrgksch verbond
ven 1878 Pr'i r.° Vre<le' ,m bet congres
inwendige' hz,,t raet boofd vol
Hij koos dLm T'*8'' ""1'" e" bflfi vrede noodig.
bond tuashoén dn l middpl
en zoolang dit niet" ,Mldl en:EuroPee9ohe "«ten,
bet vertrouwen ön 0^", WiJft in Eur°P'
dan echter knmi den/rede bestaan. Zoo nu
«bier komt een of andere krgg,toerusting
>a
nu en
ons
DINSDAG 27 JUNI 1882.
Voorzitter: Mr. A. A. van Bergen lJzendoorn.
Tegenwoordig zijn de heeren Kist, Oudijk, Hem-
sing, van Iteisou, Hoogeuboom, de Rotte, Straver,
Sarnsom, Post Drost, van Straaten, Fortuijii Droog-
leever, en Noothoven van Goor.
Afwezig zgn de heeren Luijten en Kranenburg.
De Voorzitter deelt mede dat de heer Luijten
beeft kennis gegeven door bezigheden verhinderd te
zijn deze vergadering b§ te wonen.
De notulen der vorige vergadering worden voor
gelezen en goedgekeurd.
De Voorzitter geeft aan de Vergadering kennis,
dat Gedeputeerde Staten de raadsbesluiten van 12
en 23 Mei jl. tot wgziging der Gemeen te-begrooting
1881 en 1882 hebben goed^keurd eu evenzeer het
raadsbeslnit van 6 Juui jl. tot uitgifte vau gerio-
leerden grond aan G. C. Fortugn Droogleever.
Deze mededeeling wordt voor keunisgev. aangenomen.
Ingekomen zijn
1. De geloofsbrieven der nieuw benoemde raads
leden de hb. C. C. H. Prince en H. Jager.
Deze worden gesteld in handen eener Commissie,
bestaande uit de hh. Nooihoveu vao Goor, For-
tuijn Droogleever en Post Dros», waarop de ver
gadering voor eenige oogeublikken wordt geschorst.
Na heropening deelt de Commissie, bij monde
van den heer Noothoven van Goor, mede dat de
geloofsbrieven in orde zgn bevonden, waarom zg
voorstelt tot toelating der beeren Priuce en Jager
te besloiten.
Op voorstel van den Voorzitter besluit de ver
gadering overeenkomstig bet voorstel der Commissie.
2. Hat rapport der Raadscommissie, in witr
handen zgn gesteld de rekeningen der gesubsidieerde
instellingen van weldadigheid, voorstellende die goed
te keuren. Ter visie.
3. De rekeuing vau den Kassier der Stedelijke
Beleenbank. Ter visie.
4. Ken voorstel van B. en W. tot uitbreiding
van bet onderwijzend personeel aan de le burger
school voor meisjes. Ter visie.
5. Ken aanbeveling ter benoeming van twee
leerareu aan het pro-gymnasium.
Voor leeraar iu de oude talen worden aanbe-
«olen de hb. L. A. Kesper te Leiden en H. J.
Reijnders te Amsterdam.
Voor leeraar in de Engelsche taal worden aanbe
volen de hh. J. H. van der Voort te Goes en C.
J.. Voortman te DoeabuMjL
Het advies van den Inspecteur voor de gym-
nasiën ligt ter inzage voor de raadsleden.
Ter visie eu benoeming in de volgende vergedeiing.
6. Voordrachten voor onderwijzer en onderwg-
zeres aan de Tusschenschool.
Daarop komen voor
1. o. de beer R. G. Peletier te Schoonhoven.
b. G. Heg te Gouda.
2. o. Mej. W. Montebau te Deorue.
b. H. Veenstra te Voorst.
c. G. Hulstegu te Scbageu.
Ter visie en benoeming in de volgende
vergadering.
7. Een adres van C. J. de Gidts, betreffende
demping eeuer sloot in de 3e kade.
In handen van B. eu W. om bericht en raad.
8. Edtadres van P. van Vledder Pzn. te Ambt-
Almelo, wfrzoekende ontslag als leerasr aan de
Burgeravondschool tegen 1 September e. k.
B. en W. stellen voor dit ontslag eervol te rer-
leenen, doch dasr adressant 1 Mei jl. de gemeente
reeds verlaten heeft niet tegen 1 St-pt., maar ge
rekend iu te gaan 1 Mei jl.
De heer van Itersou segt aan dat voorstel zgn
stem uiet te kunnen geven. Als lid van de Com
missie van toezicht over het M. O. is hg bekend
met deze zaak en hg zou een ontslag, als B. eu W.
hem willen geven, onbillgk achten. De beer van
Vledder gaf toch al de uren les, die hij moest
geven, daar de cursus geëindigd is eu nu zou hg
het uiet goed achten hem te beknibbelen in zgn
salaris tooral niet daar de heer van Vledder
steeds zeer ijverig en een hoogst verdienstelgk
leeraar was.
De Voorzitter merkt op dat het tractement voor
leerareu aan de Burgeravondschool is een jaarlyktch
tractement, dat per 3 maanden betaald wordt er.
nu is er geen enkele reden den heer van Vledder, die
1 Mei de gemeente verliet, tot 1 Sept. te honoreeren.
Een voorstel van dtn heer van Iterson, om het
ontslag tegeu 1 Sept. te verleentn, wordt uiet onder-
steuud en het voorstel van B. en W. wordt in rond
vraag gebracht en aangenomen met 11 tegen 2 stem
men die der hh. van Iterson en Heinsing.
Het ontslag is dus eervol verleend eu gerekeud inge
gaan te zijn 1 Mei jl.
9. Een adres van W. F. Keizer, ontslag ver
zoekende als onderwijzer nair de 2e Burgerschool voor
jougens tegen 6 Augustus e. k.
Wordt eervol verleend.
De Voorzitter deelt daarop mede, dat B. en W.
eene missive hebben ontvangen van Dr. S. E. Oud-
schans Dentz, die kennis gaf voornemens te zijn
de Concessie tot aanleg en exploitatie van een
ater eidmg alhier over te dragen aan een naam-
looze vennootschap, waartoe hij de noodige mach
tiging verzocht onder overlegging der Concept-sta
tuten. r
Dit verzoek wordt ter visie gelegd.
De Raad vcreenigt zich daarop zonder discussie
en zonder hoofdelijke stemming met de voorstellen
van B. en W. tot
der Rekening der dd. Schutterij
over 1881. J
2. Wgziging der Gem^ente-begrooting dienst 1882
iu verband mtt de uitvoering van eenige werken
aan het gebouw der Rijks Hoogere Burgerschool.
r A>l ^eEde be8chikkinR op een adres van
J. D hug, die ontslag verzoekt als onderwijzeres tegen
15 Augustus m plaats van tegen 1 Augustus, zooals
haar verleend was.
Aan de orde is:
Een adres .an G. IJsselstijn, A. Dortlaud en 362
andere onderteekenaren betrekkelgk eene verlaoino
ean bruggen bij de Blauwstrant.
B. en W. stellen roor de brug bij het huis vsn
den heer Terbrugge te rerlagen, doeh die tegenorer
de vrouweusteeg niet te rerlagen, daar luiks strijdig
zou zijn met de belangen der scheepvaart, welke te
bevorderen juist de bedoeling was van den heer
Prince met zijn bekend voorstel.
Daarop ,volgt eeu uitvoerige discussie, waaraan
de meeste leden deelneraeu. De heer Straver is er
voor beide bruggen te verlagen vooral met het oog
op het gevaar voor de leerlingen der nieuwe school.
De heer Oudgk zou er wel iu kunnen komen die
tweede brng geheel weg te laten doch wenscht in
tlleu geval nader op de hoogte te worden gesteld
omtrent de kosteu. De heer Samsom vereenigt
zich met het gevoelen van den heer Straver en wil
het verzoek van udressanten volledig toestaan.
De heer van Itersou was indertijd vóór de dem-.
ping ook met het oog om het aantal bruggen te
verminderen, aizoo is het nu moeilgk voor hem
over de nieuwe bruggen te spreken, maar hij zal
trachten zich op een neutraal standpunt te plaatsen
Ook hg wenscht dat de nieuwe brug niet te hoog
zal worden gemaakt. Er is over scheepyaart gespro-
keu, maar die bettaat op dit punt vau de stad z. i.
niet eu dat nu op de Marktdageu de schuiten wat
dichter bij de Hoogstraat zouden komen te leggen
is uiet van zoo'u belang, om daarom deze brug
hooger te maken. De heer van Straaten is tegen
een trapptnbrug en wijst op het denkbeeld dat
hg vroeger aangafeen loopbrug midden op de
Turfmarkt.
Sommige sprekers twijfelden er aan of de heer
Prince wel de kosten der brug voor zgn rekening
zal willen nemen als dit wordteen lage brug.
De heer Hoogeuboom meent dat bet voorstel-Prince
voornamelijk geschiedde om de demping tegen te
houden, ïoodat de heer Prince ook in geval etn
lage brug wordt gemaakt zgne belofte wel gestand zal
doen. De heer Fortugn Droogleever meent dat de
heer Prince zijn voorstel deed ter bevordering der
belangen van handel eu nijverheid, waarom hg vol
strekt niet gehouden is zgn belofte na te komen zco
er een brug komt, die iii strijd is met genoemde
belaugen.
De heer Kist is ran oordeel, dat er geen kans
is een andere brug op de bedoelde plaats te krijgen
dan juist die, welke door B. en VV. wordt voorge
steld. De heer de Rotte wil iulichtingen inwinnen
bjj den gemeente» irchitect of een lage brug al dag
niet mogelgk is. De heer Samsom wil een brug
maken in den geest als die achter de Waag, dus
een brug, die aan de eene zijde bijv. één trede, en
aan de andere zyde byv. vier treden heeft. De Voor
zitter meent dat een brug, als door B. eu W. wordt
voorgesteld de eeuige wenschelgke is, daar een lage
brug de scheepvaart-belangen bepaald moet benadeelen.
De heer Oudijk wil hen die het adres indienden,
vragen wat zg eigenlijk verlangen, daar de Raad
hieromtreut in onzekerheid verkeert, zoodat hij gaarne
zou zien dat adressanten nadere inlichtingen inzonden.
De heer Noothoven van Goor acht dit denkbeeld
van den heer Oudijk wel nieuw, maar niet aanbe
velenswaardig, daar de 364 onderteekenaars van
het adres moeilgk door den Raad naar hun gevoden
iu deze kan worden gevraagd. De Voorzitter imrkt
op, dat als het verzoek vau adressanten wordt aan
genomen, de Raad tot 3 zakeri aanleiding geeft:
1. dat de Blauwstraat voor marktschuiten wordt
afgesloten.
2. dat het aanbod vau den heer Priiioe wordt
afgewezen.
3. dat de brug tegenover de Vrouwensteeg dan
weder in een toestand komt, als die welke aanleiding
gaf tot het vroeger genomen besluit haar af te brektn.
De heer Hoogenboom wil voorloopig alleen be
sluiten tot verlaging der brug bij het huis van den
heer Terbrugge, daar men dan een beter gezioht
7,al hebben over het geheel en dus beter zal kunnen
beoordeelen hoe ten opzichte der nndere brug moet
gehandeld worden. Verscheidene heeren spreken daarop
nog over de vraag wat de eigenlijke beooeliug was
van den heer Prince met zgn aanbod, waarop de
Voorzitter ten laatste voorstelt te besluiten: