mmm&mi Terstond gevraagd Waterweg AmstercL-Rotterdam. Buitenlandse!! Overzicht. ten tiWeren medaille iyn als le en 2e prijs uitge loofd: lo. voor graanmaaiwerktuigen „zelfbinders®, 80. voor graanmaai werktuigen, 2o. voor graaubiud- werktuigen. Voor inschrijving op de zoo even ge noemde wedstrijden wende men zich tot deu heer P. F. L. van Waldeck, secri-penningmeeater van het Uitvoerend Comité der gemelde Tentoonstelling, te Loosduicen. Een verdieustelyk, jeugdig Nederlander is in den vreemde overleden. De heer A. J. Schellipg, in 1880 te Delft ge diplomeerd als civiel ingenieur, vertrok, na zich te Leiden in de Arabische taal te hebben bekwaamd, in Mei 1881 via Alexandrie naar Arabië, met het voornemen een onderzoekingstocht te ondernemen in het groote middengedeelte van Arabië, waar tot dusver neg geen Europeaan den voet had gezet. Door politieke omstandigheden aanvaukelijk te Djed- dah opgehouden, waar hy de gastvrijheid genoot van onzen consul aldaar, den heer Kruyt, wist hij zich de gunst te verwerven van deu Groot-sherif, den man die allen Europeanen den toegang tot het binnenland ontzegde. Deze namelyk was zóó tevreden over schet9opnarae en teekening, door den Holland- schen ingenieur gemaakt van des slierifs gebouwen te Djeddah, dat hij hem de vereeren.de uitnoodi- giog zond te Taïf te komen, ten einde advies te geven over de waterleiding, die van daaruit Mekka van drinkwater moet voorzien, alsmede over het graven of boren van nieuwe putten, aangezien reeds gedu rende meer dan eeue halve eeuw verschillende per sonen vergeefs haddeu getracht dit groote werk der oudheid weder aan zyn doel te doen beantwoorden. Het advies van Schelling werd hoogst gunstig opgenomen, en hem werd voorloopig gevraagd vanwege de Turksche Regeerihg zijn ontwerp uit te voeren. Aangezien eehter de Turksche schatkist niet in dén besten staat verkeerde, moest hij de opdracht wei geren, totdat de noodige gelden werkelijk beschikbaar zouden zijn. daarop volgende troebelen maakten aan dit plan vooreerst een einde. Inmiddels zag Schelling zich nu den toegang tot het binnenland opengesteld niet alleen, maar was hem zelfs een vrijgeleide van den Grool-sherif beloofd, zoodat hij zijne voorgenomen onderzoekingsrei9 zou hebbeu kunnen volvoeren, ware niet de cholera tus- schenbeiden getreden. Toen deze te Djeddah was uitgebroken, werd de toegang tot het binnenland voorloopig verboden. Schelling vertrok daarop naar Egypte, om daar te wachten tot de cholera van Arabië geweken zou zyn. Na eerst met den heer Insinger, mede een Hol- 1 landsch ingenieur, een reis langs de oevers ran den Nijl te hebben volbracht, zocht en verkreeg hij tij delijk werk te Caïro. In den zomer van 1882 reisde hij naar Port-Saïd, ten einde den heer Krnyt te ontmoeten, die van een uitstapje naar Holland wederkeerde naar Djeddah. Te .Port-Saïd zijnde vernam Schelling van den toe stand te Alexandrië, waarop hij zich onmiddellijk daarheen begaf, om «elf den stand van zaken in oogenschouw te nemen. Van den eersten directeur der waterleiding te Alexan drië vernam hij, hoe al diens Europeesche ambte naren hem hadden verlaten. De heer Cornich zelf had zijne vrouw en kinderen weggezonden, maar bleef op zijn gevaarlijken post. Schelling besloot dadelyk den heer Cornich by te staan, en begaf zich aan land, toec de meeste Europeanenin de vlucht op zee hun heil zochten. Wat Schelling daar met den heer Cornich gedurende eu na het bom bardement gedaan heeft, gaf hem alle aanspraak op lof. Toen de rust weder geheel hersteld was, had Schelling het dan ook aan zijne flinke handelwijze in deze moeielyke tijden te danken, dat hem eene goede betrekking werd opgedragen in Egyptischen staats dienst. Schelling maakte nu weder nieuwe plannen om Arabië van noord tot zuid te doorreizeu, doch heeft daaraan geene uitvoering mogen geven. Bezig zynde op gouvernemeuts-opdracht een kanaal voor te bereiden op korten afstand van Caïro, ontzag hij zich niet genoeg, maar overwerkte zich in het heete klimaat, en overleed op 28-jarigen leeftyd. (N. Roti. Ct.) Het hoofdbestuur van het Nederl. Zendinggenoot schap heeft bestuurders en afdeelingen opgeroepen tot het bywonen van de 85ste jaarvergadering op 17 Juli te Rotterdam. Het doet dit „niet een bezwaard gemoed", want de inkomsten zyn i2.100 beueden die van het vorige jaar gebleven, zoodat er, met wat er voor de scholen in de Minahassa vereischt wordt (f 5758), een te kort bestaat van 17.364. De onderwerpen, welke behalve de gewone huishoudelijke werkzaamheden behandeld zullen worden, zijnde beteekecis van onze inzending ter tentoonstelling te Amsterdam, en wat er gedaan kan worden tot ver sterking en ooncentratie van onze kracht hier te lande. Als voorzitter en redenaar zullen optreden de hoogleeraren C. P. Hofstede de Groot van Grouingen en P. D. Chantepie de la Saussaye van Amsterdam. In eene beschrijving vau de Surinaamsche inboor lingen te Amsterdam zegt het N. v. d. D.: „De plantage-neger is nog geheel van by geloof doortrokken; van een ziekte kan hg zioh geen juiste voorstelling maken en sohryi} die dan ook ge woonlijk aan vergiftiging, aan heksery of wel aan wraak toe. Bij velen bestaat het geloof aan een hoogste wezen of grooten Geest, die hemel en aarde bestuurt; de een stelt zich God voor in de gedaaute van een ster, de ander in die van een boom of dier; een derde ziet de Godheid in de verschijnselen der natuur. In de bovenlanden en districten, ja dik wijls zelfs tot in de nabybeid van Paramaribo, heb ben meermalen zg. afgoderij-dansen plaats, onder den een of anderen kankantri-boom, welken zij als heilige boom beschouwen en als zoodanig groote eer bewijzen. „Door de Regeering wordt veel gedaan om dit wangeloof te keer te gaan, maar zij is daartoe niet altijd bij machte. Ook de Hernhutter-zendelingen voeren er een grooten strijd tegen. Aau die zende lingen hebben de plautage-negers veel te danken. Op de 18 scholen, die zij buiten Paramaribo in de verschillende districten hebben, wordt aan ongeveer 750 kinderen onderwijs gegeven. Dit getal is eebter kleiner dan vroeger, daar vele negers de plantages verlaten en zich hooger op, op zg. grondjes, geves tigd hebben, waar voor de kinderen de gelegenheid tot schoolgaan niet bestaat. Dat de negers door zulk een verplaatsing weer spoedig tot buu onbeschaaf de» toestand terugkeeren, spreekt van zelf." De Vereeuigiug „Friesch Rundvee-stamboek" heeft besloten, na 1 Mei 1684 geen ander dan afstamme lingen van ingeschreven vee in haar registers op te nemen. Na genoemden datum zal een hulp-stamboek worden aangelegd voor uitnemend Friesch vee, aan leden toebehoorende, ha voorafgaande keuring; af stammelingen daarvan zullen dan in het Stamboek kunnen worden opgenomen. De rekening over lö82/83 is, Zaterdag, goedgekeurd met een saldo van ƒ115.50 (uitgaaf 27J0.74Vi)' de p'aal9 fan den heer W. T. van der Molen, die\bedankte, is de heer H. van Sta te Sneek tot bestuujalid gekozen. De Vereeniging „Het Paarden-Stamboek", mede in Friesland gevestigd, ontwikkelt zich uiterst lang zaam, maar heeft toch yfeeds aan het houden van niet-ingeschreven Frieaone hengsten den kop iuge- knepen. Men hoopt dus op goede resultaten voor het ra9. De rekeuiug over het afgeloopen jaar sloot met 390.saldo. Ergens op de Nassaukade, te Amsterdam, woont, aldus vertelt het W. v. h. Pechteen persoon, die zich een tijdlang valechelijk voor veearts heeft uitge- geveu, maar die zich in betrekking tot de dieren niet anders heeft doeu kennen, dan door het verwgt, dat hij de fraaiste bobden steelt, waar hij die krijgen kan. Hij heeft herhaaldelyk terechtgestaan, zoowel wegens dit feit als wegens oplichtingen; maar altijd heeft hy, listig als hy was, door de mazen weten heen te kruipen. Koopen en uiet betalen is echter eén zaak, die de wet niet straft, eu hy maakt van die vrijheid een gretig gebruik. Is bij voor politie eu justitie onbereikbaar, hij zelf weet zich de be scherming der politie te verzekeren, die hem steeds ten dienste staat, wanneer de misleide leveranciers zioh bij hem vervoegen, om betaling te vragen; dan wordt er onmiddellyk naar de politie gezonden by schijnt opzettelijk in de nabijheid van een hurer bu reau's zich gevestigd te hebbeu en spoedig, dit is hun plicht, verschijnen een of meerdere agenteu, die de lastige schuldeischers verwijderen. Toen on- laugs een misleide leverancier van schoenen om be taling kwam vragen, verschenen spoedig weder de agenten, en, toen de leverancier eu twee personen, die hem vergezelden, zich op last der agenten niet ter stond verwijderden, werden zij mede naar het politie bureau genomen, en zoo stonden zij onlangs voor een onzer kantongerechten terecht wegeus overtreding van art. 39 van de ^Amsterdamsche politie- verorde ning, luidende„Zg, aau wie bij samenscholingen of volksverzamelingen door de politie gelast wordt uiteen te gaan, zijn verplicht aan dezen last onmid dellijk te voldoen." Intusschen luidden de bewoordingen der dagvaar ding niet in overeenstemming met die vau het ar tikel; ieder der drie heeren was gedagvaard, niet omdat hij niet was uiteengegaan, maar omdat hij niet was heengegaan op last der politie. Dit nu gaf den verdediger aanleiding om op ontslng van rechtsver volging voor zijn client aan te dringen. Het niet heengaan toch was niet strafbaar gesteld, wel het niet uiteengaanEn nu mocht het al zeer natuur lijk heeten, dat het O. M. het zijn cliënt uiet euvel kou duiden, dat deze niet verkoos uiteen te gaan, dat, en geen ander misdrijf, was bij de politie verordening strafbaar gesteld; en nu had het O. M. geen recht om, wnar de Amsterdarasche Gemeente raad het niet uit elkaar gaan van iemand had straf baar gesteld, te dagvaarden alsof deze Raad het niet heengaan op last der politie had strafbaar ge steld. Intusschen meende de heer kautonreohter, dat het uiteengaan hier in taalkundigen zin het zelfde beteekende als heengaan, en veroordeelde ZEA. den delinquent tot 3.geldboete. Uit het Voorloopig Verslag in zake het wets ontwerp betr. de onteigening toot het maken ran eene nieuwe verbinding van den Uollandacber. IJsel met de Gouwe, blijkt o. a. het volgende Bij het onderzoek in de afdeelingen verklaarde eer deel der leden zich er hoogelijk mede ingenomen, dat er eindelijk een begin zou worden gemaakt met de reeds lang noodzakelijke verbetering van den waterweg tussoheo Amsterdam en Botterdam. Men wees op het groot gewicht van dit vaarwater, dat in zijn tegenwoordigen hoogst gebrekkigeti toestand voor de scheepvaart veelvuldige bezwareu oplevert, doch, wanneer tot verbetering werd overgegaan, aan verschillende groote belangen kon worden dienstbaar gemaakt. Tot dusver werd de beteekeuis van dezen waterweg voor de Amsterdamsche Rijnvaart, hoewel in 1879 bij de behandeling van de zoogenaamde kanalenwet duidelijk iu het liobt gesteld, niet al gemeen erkend. Tegenwoordig schijnt men eebter althans te Amsterdam op dit punt meer juiste denk beelden te koesteren, zooala blgkt uitde volgende zinsnede, voorkomende op blndz. 37 van de brochure der commissie voor een Rgnvaartkanaal iu ooste lijke richting, De laatste editie van het Merueie- kanaal .- „Op den waterweg van Amsterdam naar Rotter dam is in dit oplicht de torstand aanmerkelijk beter. Tussohen Amsterdam en de rivier te Gouda komt geen enkele sluis voor, die de ontwikkeling van een goeden en göcdkoopen sleepdienst in den weg slaat. Zeer te betreuren ia bet dan ook, dat aau de onvermijdelijke verbetering vau dat vaarwater niet reeds voor jaren de hand werd geslagen. Daar mede zou tijdelijk de Amsterdamsche Rijnvaart spoediger en beter geholpen zijn dan met het Mer- wede-kanaal, en ware tijd en geld gewonnen voor den aanleg van het beste definitieve Rijnvaartkanaal.* Ook voor de landsverdediging heeft het bezit vau een ruimen en gemakkelgken, voor monitors bevaar baren waterweg tussohen de beide groote koopsteden dea Rijks zeer hooge waarde. Zullen de beoogde werken intnaschen in alle opzichten aau het doel beantwoorden, dan moeten de behoefteu der aeheep- vaart daarbij op den voorgrond staan. Vrije scheer beweging, derhalve afschaffing der hooge tollen, die thans op de vaart drukken, dient met de verbete ring van het vaarwater gepaard te gaan, en bij deze Inatste behoort alleen het scheeptaartbelaug de keare der nan te nemen riohting te besturen, terwgl, in dien rechtmatige aanspraken der gemeente Gouda met (jat belang in strijd mochten zijn, eene aan die gemeente te verleenen schadeloosstelling de toot, keur zou verdienen boven de uitvoering van voor de scheepraart minder gewensohte plannen. De verbe tering vnu dezen waterweg, zeide men, werd alleen tegengehouden door de gemeente Gouda, die zich in de Staten van Zuid-Holland grooten invloed beeft weten te verwerven; doch de indiening van dit wetsontwerp zal er toe kunnen leiden, dat deze reeds le Inug aanhangige quaeslie tot eene gewensohte op lossing kome. Andere leden, ofsohoon ineile van de noodzakelijk heid der verbetering van den waterweg tusschen Amsterdam en Rotterdam doordrongen, hadden ernstige bedenkiugen tegen de wgze, waarop de Regeering dit werk schijnt te willen tot «tand brengen. De Regerring eikent dat de ontworpen nieuwe sluis met verbindiugsknnaal van dan Hollandsohen IJsel naar de Gouwe als een begin van uitvoering van de ver betering van den geheelen vaarweg kan worden be schouwd. Maar ilie verbetering ia een werk van zooveel belaifg en "van zoo grooten omvang, dat tg naar onze beginselen van stnatsbestuur alleen bij eens het gehcele werk omvniteude wet kan worden be volen. De Staten-Generaal behooren in de gelegenheid te zijn geweest, over de noodzakelijkheid der verbete ring van dezen waterweg ook in verband met den nauleg van het Merwede-kananl, over de daarvoor ontworpeu plannen eu geraamde koaten te oordeelen, alvorens met de uilvoering zelfs ook maar gedeeltelijk worde begonnen. Nemen zij dit wetsontwerp aan dan geven zij dit hun recht feitelijk uit handen, daar alsdan, zonder dat zjj het geheel hebben kunnen overzien, een belangrijk middengedeelte van het groote werk wordt uitgevoerd en het In den aard der zaak ligt, dat de overige gedeelten van zelf zullen volgen. Daarbij komt, dat de noodige samenwerking met de Staten van Noord-en Zuid-Holland tot dusver nie, is verkregen, en het volstrekt niet zeker is, dat die Staten de door hen voorwaardelijk toegezegde bijdragen in de kosten van aanleg en onderhoud zullen uilkeeren, wanneer de Regeering aan de thans door haar voorgeataue richting van het kanaal bij Gouda blijft vasthouden. Rene derde categorie van leden deelde niet alleen in de reeds vermelde^ bedenkingen, maar wae boven dien van oordeel, dat het plan der Regeering de be langen van Gouda op onbillgke wgze benadeelde. Die gemeente heeft indertjjd drie plannen tot verbin ding van den Hollandsehen IJael met de Gouwe doen ontwerpen, waarvan het zoogenaamde plan G door de Staten van Zuid-Holland is goedgekeurd. Tegen dit ontwerp bestaat als vaarweg geen bezwaar, zelfs niet bij den ontwerper van het plan van 1878, destijds belast met den waterstaatsdienat in Noord-Holland. De richting van het Regeeringnontwerp die in Gouda's nadeel is, omdat het kanaal zich te ver van de kom der gemeente verwijdert, en deze zich niet voldoende daarheen zal kunnen nitbreiden, is echter, naar men meende, gekozen om de stedelijke tollen te ontgaan. Hiertegen nu kwam men op. De Amsterdamsche handel, zeide men, wil vrije vaart, en terechtdoch het is de vraag, of die tolvrijheid niet even goed te verkrijgen is tonder om de tollen jieeb te varen, wanneer men Gouda namelijk voor Jdt gemis dezer heffingen scha deloos stelt. Men vroeg ook we ke zienewijze de Regeering ten aanzien der Goudsdhe tollen was toegedaan, en of het in hare bedoeling lag in geval van aanneming van dit wetsontwerp, de gemeente Gouda ten deze schadeloos te stellen. Onafhankelijk van de Goudsche tollen, erkenden deze leden dat de richting, thans door de Regeering voor gesteld, niet slechter en zelfs 1 kilometer korter is dan het plan C der gemeente Gouda, dat bovendien door onteigening vau gronden bijv. van de begraafplaats iets duurder zal worden. Deze voordeden, zeide men wegen echter niet op tegen het nadeel, dat Gouda geïsoleerd wordt, en zullen bjj de Regeering ook wel niet veel gewicht in de schaal leggen, wanneer de tolquaestie slechts eerst is geregeld. Naar aanleiding van de beslissing, ten aanzien vau de verbetering van den waterweg tusschen Amsterdam en Rotterdam genomen in de zitting der Slalen vnn Zuid-Holland van den lOn Maart 1683, en dus nadat bet onderzoek van dit wetsoutwerp in de af deelingen had plaats gehad, acht de Commissie van Rapporteurs zicb verplicht aan de mededeeling van het bovenstaande alsnog de beide volgende vragen toe te voegen 1. Blijft de Regeering, nu over de verbetering van den waterweg van Amsterdam naar Rotterdam nog geene overeenkomst tussohen het Rijk en de provin ciën Zuid- en Noord-Holland is totstandgebracht, en na de in de zitting der Staten van Znid-Holland van den lOden Maart 1883 over deze zaak gevallen be slissing, bij de door haar voorgestelde richting der verbinding van den Hollandschen IJsel met de Gouwe volharden 2. Zoo ja, ia dan de Regeering zeker, dat de Staten van Zuid-Holland alsnog tot uitkeering der door hen vooiwaardelgk toegezegde bijdragen in de kosten van verbetering en onderhoud van den waterweg tusschen Amsterdam en Rotterdam bereid zullen worden be vonden indien door het Byk tot die verbetering wordt overgegaan? Het Engelsche lagerhuis heeft wederom zgne zit tingen hervat. Wjj tjju gewend bg dergelgke gele genheden steeds te hooren, dat de wetgevende ver gadering, versterkt door de ruat, den verloren tgd gaat inhalen en met spoed aan den arbeid tijgt. Hieromtrent is het publiek evenwel een weinig scep tisch geworden, en het stelt zioh heden de vraag of het buit aan het einde der tegenwoordige zitting, dus over twee maanden ongeveer, veel verder zal zijn dan thans. Voor het doorzetten van den arbeid i» zeker noodig dat de regeering de conservatieve oppositie dwingt om hare taktiek van tegenwerking le laten varen; verder dat geen nieuwe crisis in Ierland het parlement noopt zich uitsluitend met dat land bezig te houden; en eindelijk dat de meerderheid hare eenheid herstelle. Wellicht is de periode, die nu aanvangt, gelukkiger dan de vorige; spoedig reeds kan het huia zioh bezig houden met een zeer be langrijken maatregelna de begrooting de agrarische hervorming voor ÈDgelond en voor Schotland. In tie liberale partij wordt de bill bjjna eenstemmig goedgekeurd. Overigens zal de vergadering niet aan stonds gestoord worden door dequaestie-Brsdlaugh. Uit eene rrdovoeriug toch, door den afgevaardigde vanbNorthampton in de Halt of Science uitgesproken, blijkt, dat hg eerst in de laatste dagen der zitting, dus in de eerste dagen van Augustus, opnieuw zal trachten zijn zetel iu te nemen. Intusschen znl deze moedige vrijdenker op vele plaatsen van het bind meetings beleggen en redevoeringen uitspreken om riju goed recht te bepleiten. De Paus is, indien wjj den correspondent van de Standard magen gelooven, zeer ontstemd over de houding van de steeds geloovig geachte Ieren en zou voornemen» zijn met kerkelijke straffen te drei gen, indien niet meer eerbied en onderworpenheid wordt getoond aan het onfeilbaar woord. Het ia eebter de vraag, of genoemde correspondent juist is ingelicht; immers het is altijd de tactiek san Rome geweest om te geven en te nemen, en de neder lagen zooveel mogelijk te bedekken; bottingen met zoogenaamde nationale gevoelens zijn niet zonder gevaar; bovendien werkt de Curie door den strijd met de Ieren al te streng aan te binden, het Pro- testautsche Engeland iu de hand, dat de Iersche quaestie als een woudeplek steeds meedraagt. In Duifschland houdt men zicb drnlt bezig met den stand der onderhandelingen net het vaticaan, die niet voortgaan naar deu zin der elericalen. Som mige hunner bladen oonstateeren zelfa het échec san den beer Sehloezer. Ea dit is er niet minder zeker om. Het Pruisische gouvernement had het Vaticaan aangeboden om de vrije uitoefening der kerkelijke bedieningen (mis en sacramenten) te bekrachtigen, op voorwaarde dat de paus de Anzeigepflicht zoude erkennen, namelijk het reoht van veto der wereld- lijke overheid bg benoemingen, die door de bis schoppen gedaan zgn. De curie schijnt dit voor stel niet te hebben aangenomen, daar zij blijft aandringen op de herziening der Meiwetten. De intocht van den Keizer en de Keizerin van Rutland in de oude hoofdstad was zeer schitterend en werd door prachtig weder begunstigd. De Keizer reed in generaals uniform op een wit paard, de Keizerin was gezeten iu een rijtuig, bespannen met acht paarden; naast de Keizerin zat de vijfjarige princee Xenia, die het jubelend volk voortdurend kushandjes toewierp. Bg de Wosskressenskje-poort veriieteu de Keizer en de Keizerin voor een oogenblik den stoet om ia de Iberische kapel hnn gebeden te doen. De geestdrift van het volk was onbeschrijfelijk. De Keiter zal niet in het Kremlin rerblgf honden maar tot den dag der kroning het Alexandiowskipaleis be trekken. De Spaansche Senaat heeft het wetsontwerp, be treffende bet invoeren der jury bij criisineele pro cessen, aangenomen. In de Cortes beeft de minister van baitenlandscbe taken, ifi zijn antwoord op eeu interpellatie van deu heer Carvajal, verklaard dat de regeering van Marokko bereid ia Santa-Cruz over te geven aan de Spaauache commissarissen, die zich reeds sedert 2 Mei te Mogador bevinden, om in overleg met de Marokkaauache gedelegeerden deu toeaiaud der Spaansohe kolonie op de kostte regelen. De mi nister voegde er bij, dat bjj geen reden had om eenigerlei verwikkelingen in het noorden van Borneo te vreezen. Zaterdag beeft de heer Moret, aftredend president der Spaansche begrootingscommissie, zgn voorstellen betreffende een vermindering der Staatsuitgaven, de herziening der belastingen en den verkoop van na tionale goederen verdedigd. De heer Moret hield vol, dat het niet mogelgk was, iu de behoefte der beide begrootingen te voor- zieu door de gewone belastingen. Deze brengen slechts 802 millioen op, terwgl het gewone budget 801 m bet buitengewone 78 millioen vereisehen. De minister van financiën, zonder de vermeerde ring der staatsuitgaven te bestrijden, handhaafde de voorstellen van het kabinet, strekkende om even wicht in beide begrootingen te brengen door het saldo van de conversie der Openbare Schuld en door deu verkoop van nationale goederen. De Ka- mei verwierp" de voorstellen van den heer Morel. RECLAME. Eene goede tijding voor oDze lezers en lezeressen. Eindelgk is aan de verloting vab de Internationale Tentoonstelling te Amsterdam door Koninklgk Be sluit vergunning verleend hare biljetten te plaatsen. Wat de voorwaarde betreft, verwgzen wij onze lezers naar de advertenties. De uitgever van de Oawego Sun zegt: „Mjjne „moeder raakte door het Hop-Bitter benijd van hare „verlnmmming en aangeziohtspgn*. Wanneer men zioh dof en loom gevoeltzgn dat de voorlaopera van ziekten welke slechts door het Hop-Bitter zul len verdreven worden. MARKTBERICHTEN. Gouda, 24 Mei 1883. Granen prgshondend. Beste tarwe komt zeldzaam voor en wordt betaald met 6.75 a 10.25, enkele daarboven: Goede poldertarwe 9.25 a ƒ9.75; afwgkende 8.75 a a 9.Rogge ƒ6.60 a 7 Gerst 4.90 4 5.50 de ligte en 5.25 a 6,— de zwanrdere; Chevalier ƒ7.4 7.50. Haver 3.75 5 ƒ4,25. Maïs 6.40 a 6.60. Erwten en boonenflauw. Overigens weinig verandering. De veemarkt met gewonen aanvoer, alle soorten zoowel vaarkoeien als kalf koeien werden tot hooge Ondertrouwd prijzen vlug verkocht, varkens voor Londen van 20 4 23 cl., vette varkens 24 4 26 et. per half kilog., magere varken» en biggen traag, biggen 0.25 a 1.40 per week, schapen en lammeren tot zeer hooge prijzen ving verkocht. Kaas aangevoerd 90 partgen, eerste qnaliteit ƒ28.— 5 31.—, tweede qnaliteit 26.a 27.Noord- Hollandsche 32.a 36. Goeboter 1.30 a 1.40.. Weiboter 1.10 4 ƒ1.201 CORRESPONDENTIE A. H. Alhier. Voordat wij een besluit nemen .aangaande de plaatsing van uw stok, wenschen wy kennis te nemen van het bedoelde artikel in het door u genoemde blad, dat wij n alzoo ver zoeken ons te zenden. De Rbüactie. Burgerlijke Stand. GEBOREN 21 Mei. Cornelia Adriaoa, ouders P. J. Schoen makers en 1. C. Morie. 22. Johanna, ouders G. Reparon en J- Kruijt. Maria, ouders J. van Erk en J. C. Kisman. Adrian os Cornell's, ouders C. Vos en J. de Bas. Pieter Anthonios, ouders G. N Veerman en W. A. Haas. 23 Cornelia, ouders M W. Schouten en E. de Groi). OVERLEDEN 22 Mei. D. J. van Straateo, lm. 23. A. Cathel, 12 w. GEHUDWD: 23 Mei. B. Brouwer en J. IJ. Hoodijk R. van den Oever en J. C. Verkerk C. C. W. Loges en C. E. van Gelder GERARDUS JOANNES rar JONG, Telegrafist 2' kl. bij de Rijkstelegraaf, EN JOSINE MESSEMAKER. Gouda, 24 Mei 1883. Receptie 27 Mei. Geboren MARGARETHA ARENDINA, Dochter van P. van der KAAIJ en M. van der KAAIJGroenendijk.. Gouda, 24 Mei 1883. r Heden beviel mijne geliefde Echtgenoote ADRIANA SOPHIA van der STA AL, van een welgeschapen Zoon. H. de VRIJER. Rotterdam, 22 Mei 1§83. Voor de vele bewijzen van deelneming ontvangen bij het overlijden van mijn gelief den Echtgenoot, den Heer E. van de WEIJER, betuig ik ook namens wederzijdsche Familie, mjjn hartelijken dank. Wed. E. van de WEIJÉR— van Sakk. Die iets te vórderen hebben van- of ver schuldigd zijn aan den boedel van Mejuffrouw M. I. de VISSCHER, overleden alhier op den 5n MEI jl„ worden verzocht daarvan vóór of uiterljjk op den 15n JUNI e. k., opgave te doen aati den ondergeteekende. A. J. B. van der DOES. Gouda, den 24 Mei 1883. Loon f 90,Loon 90, te Amsterdam in een Fatsoenlijk Burgergezin een knappe DIENSTBODE, P. G. AdresFluweelert Singel, R 553, Gouda. Men vraagt ten spoedigste een ZEILMA KERSKNECHT goed met binnenwerk bekend; tegen vast werk, winter en zomer. Adrès met franco brieven onder letter Z. aan het Advertentie-Bureau van A. KOK Comp., Boekhandelaren te Gouda.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1883 | | pagina 2