mmm&mi
Terstond gevraagd
Waterweg AmstercL-Rotterdam.
Buitenlandse!! Overzicht.
ten tiWeren medaille iyn als le en 2e prijs uitge
loofd: lo. voor graanmaaiwerktuigen „zelfbinders®,
80. voor graanmaai werktuigen, 2o. voor graaubiud-
werktuigen. Voor inschrijving op de zoo even ge
noemde wedstrijden wende men zich tot deu heer
P. F. L. van Waldeck, secri-penningmeeater van het
Uitvoerend Comité der gemelde Tentoonstelling, te
Loosduicen.
Een verdieustelyk, jeugdig Nederlander is in den
vreemde overleden.
De heer A. J. Schellipg, in 1880 te Delft ge
diplomeerd als civiel ingenieur, vertrok, na zich te
Leiden in de Arabische taal te hebben bekwaamd,
in Mei 1881 via Alexandrie naar Arabië, met het
voornemen een onderzoekingstocht te ondernemen
in het groote middengedeelte van Arabië, waar tot
dusver neg geen Europeaan den voet had gezet.
Door politieke omstandigheden aanvaukelijk te Djed-
dah opgehouden, waar hy de gastvrijheid genoot
van onzen consul aldaar, den heer Kruyt, wist hij
zich de gunst te verwerven van deu Groot-sherif,
den man die allen Europeanen den toegang tot het
binnenland ontzegde. Deze namelyk was zóó tevreden
over schet9opnarae en teekening, door den Holland-
schen ingenieur gemaakt van des slierifs gebouwen
te Djeddah, dat hij hem de vereeren.de uitnoodi-
giog zond te Taïf te komen, ten einde advies te
geven over de waterleiding, die van daaruit Mekka
van drinkwater moet voorzien, alsmede over het graven
of boren van nieuwe putten, aangezien reeds gedu
rende meer dan eeue halve eeuw verschillende per
sonen vergeefs haddeu getracht dit groote werk der
oudheid weder aan zyn doel te doen beantwoorden.
Het advies van Schelling werd hoogst gunstig
opgenomen, en hem werd voorloopig gevraagd vanwege
de Turksche Regeerihg zijn ontwerp uit te voeren.
Aangezien eehter de Turksche schatkist niet in dén
besten staat verkeerde, moest hij de opdracht wei
geren, totdat de noodige gelden werkelijk beschikbaar
zouden zijn. daarop volgende troebelen maakten
aan dit plan vooreerst een einde.
Inmiddels zag Schelling zich nu den toegang tot
het binnenland opengesteld niet alleen, maar was hem
zelfs een vrijgeleide van den Grool-sherif beloofd,
zoodat hij zijne voorgenomen onderzoekingsrei9 zou
hebbeu kunnen volvoeren, ware niet de cholera tus-
schenbeiden getreden. Toen deze te Djeddah was
uitgebroken, werd de toegang tot het binnenland
voorloopig verboden.
Schelling vertrok daarop naar Egypte, om daar
te wachten tot de cholera van Arabië geweken
zou zyn.
Na eerst met den heer Insinger, mede een Hol- 1
landsch ingenieur, een reis langs de oevers ran den
Nijl te hebben volbracht, zocht en verkreeg hij tij
delijk werk te Caïro.
In den zomer van 1882 reisde hij naar Port-Saïd,
ten einde den heer Krnyt te ontmoeten, die van
een uitstapje naar Holland wederkeerde naar Djeddah.
Te .Port-Saïd zijnde vernam Schelling van den toe
stand te Alexandrië, waarop hij zich onmiddellijk
daarheen begaf, om «elf den stand van zaken in
oogenschouw te nemen.
Van den eersten directeur der waterleiding te Alexan
drië vernam hij, hoe al diens Europeesche ambte
naren hem hadden verlaten. De heer Cornich zelf
had zijne vrouw en kinderen weggezonden, maar
bleef op zijn gevaarlijken post. Schelling besloot
dadelyk den heer Cornich by te staan, en begaf
zich aan land, toec de meeste Europeanenin de
vlucht op zee hun heil zochten. Wat Schelling daar
met den heer Cornich gedurende eu na het bom
bardement gedaan heeft, gaf hem alle aanspraak op
lof. Toen de rust weder geheel hersteld was, had
Schelling het dan ook aan zijne flinke handelwijze in
deze moeielyke tijden te danken, dat hem eene goede
betrekking werd opgedragen in Egyptischen staats
dienst.
Schelling maakte nu weder nieuwe plannen om
Arabië van noord tot zuid te doorreizeu, doch heeft
daaraan geene uitvoering mogen geven. Bezig zynde
op gouvernemeuts-opdracht een kanaal voor te bereiden
op korten afstand van Caïro, ontzag hij zich niet
genoeg, maar overwerkte zich in het heete klimaat, en
overleed op 28-jarigen leeftyd. (N. Roti. Ct.)
Het hoofdbestuur van het Nederl. Zendinggenoot
schap heeft bestuurders en afdeelingen opgeroepen tot
het bywonen van de 85ste jaarvergadering op 17
Juli te Rotterdam. Het doet dit „niet een bezwaard
gemoed", want de inkomsten zyn i2.100 beueden
die van het vorige jaar gebleven, zoodat er, met wat
er voor de scholen in de Minahassa vereischt wordt
(f 5758), een te kort bestaat van 17.364. De
onderwerpen, welke behalve de gewone huishoudelijke
werkzaamheden behandeld zullen worden, zijnde
beteekecis van onze inzending ter tentoonstelling te
Amsterdam, en wat er gedaan kan worden tot ver
sterking en ooncentratie van onze kracht hier te
lande.
Als voorzitter en redenaar zullen optreden de
hoogleeraren C. P. Hofstede de Groot van Grouingen
en P. D. Chantepie de la Saussaye van Amsterdam.
In eene beschrijving vau de Surinaamsche inboor
lingen te Amsterdam zegt het N. v. d. D.:
„De plantage-neger is nog geheel van by geloof
doortrokken; van een ziekte kan hg zioh geen
juiste voorstelling maken en sohryi} die dan ook ge
woonlijk aan vergiftiging, aan heksery of wel aan
wraak toe. Bij velen bestaat het geloof aan een
hoogste wezen of grooten Geest, die hemel en aarde
bestuurt; de een stelt zich God voor in de gedaaute
van een ster, de ander in die van een boom of dier;
een derde ziet de Godheid in de verschijnselen der
natuur. In de bovenlanden en districten, ja dik
wijls zelfs tot in de nabybeid van Paramaribo, heb
ben meermalen zg. afgoderij-dansen plaats, onder den
een of anderen kankantri-boom, welken zij als heilige
boom beschouwen en als zoodanig groote eer bewijzen.
„Door de Regeering wordt veel gedaan om dit
wangeloof te keer te gaan, maar zij is daartoe niet
altijd bij machte. Ook de Hernhutter-zendelingen
voeren er een grooten strijd tegen. Aau die zende
lingen hebben de plautage-negers veel te danken.
Op de 18 scholen, die zij buiten Paramaribo in de
verschillende districten hebben, wordt aan ongeveer
750 kinderen onderwijs gegeven. Dit getal is eebter
kleiner dan vroeger, daar vele negers de plantages
verlaten en zich hooger op, op zg. grondjes, geves
tigd hebben, waar voor de kinderen de gelegenheid
tot schoolgaan niet bestaat. Dat de negers door zulk
een verplaatsing weer spoedig tot buu onbeschaaf
de» toestand terugkeeren, spreekt van zelf."
De Vereeuigiug „Friesch Rundvee-stamboek" heeft
besloten, na 1 Mei 1684 geen ander dan afstamme
lingen van ingeschreven vee in haar registers op te
nemen. Na genoemden datum zal een hulp-stamboek
worden aangelegd voor uitnemend Friesch vee, aan
leden toebehoorende, ha voorafgaande keuring; af
stammelingen daarvan zullen dan in het Stamboek
kunnen worden opgenomen. De rekening over lö82/83
is, Zaterdag, goedgekeurd met een saldo van ƒ115.50
(uitgaaf 27J0.74Vi)' de p'aal9 fan den heer
W. T. van der Molen, die\bedankte, is de heer H.
van Sta te Sneek tot bestuujalid gekozen.
De Vereeniging „Het Paarden-Stamboek", mede
in Friesland gevestigd, ontwikkelt zich uiterst lang
zaam, maar heeft toch yfeeds aan het houden van
niet-ingeschreven Frieaone hengsten den kop iuge-
knepen. Men hoopt dus op goede resultaten voor
het ra9. De rekeuiug over het afgeloopen jaar
sloot met 390.saldo.
Ergens op de Nassaukade, te Amsterdam, woont,
aldus vertelt het W. v. h. Pechteen persoon, die
zich een tijdlang valechelijk voor veearts heeft uitge-
geveu, maar die zich in betrekking tot de dieren niet
anders heeft doeu kennen, dan door het verwgt, dat
hij de fraaiste bobden steelt, waar hij die krijgen
kan. Hij heeft herhaaldelyk terechtgestaan, zoowel
wegens dit feit als wegens oplichtingen; maar altijd
heeft hy, listig als hy was, door de mazen weten
heen te kruipen. Koopen en uiet betalen is echter
eén zaak, die de wet niet straft, eu hy maakt van
die vrijheid een gretig gebruik. Is bij voor politie
eu justitie onbereikbaar, hij zelf weet zich de be
scherming der politie te verzekeren, die hem steeds
ten dienste staat, wanneer de misleide leveranciers
zioh bij hem vervoegen, om betaling te vragen; dan
wordt er onmiddellyk naar de politie gezonden by
schijnt opzettelijk in de nabijheid van een hurer bu
reau's zich gevestigd te hebbeu en spoedig, dit
is hun plicht, verschijnen een of meerdere agenteu,
die de lastige schuldeischers verwijderen. Toen on-
laugs een misleide leverancier van schoenen om be
taling kwam vragen, verschenen spoedig weder de
agenten, en, toen de leverancier eu twee personen,
die hem vergezelden, zich op last der agenten niet ter
stond verwijderden, werden zij mede naar het politie
bureau genomen, en zoo stonden zij onlangs voor een
onzer kantongerechten terecht wegeus overtreding
van art. 39 van de ^Amsterdamsche politie- verorde
ning, luidende„Zg, aau wie bij samenscholingen
of volksverzamelingen door de politie gelast wordt
uiteen te gaan, zijn verplicht aan dezen last onmid
dellijk te voldoen."
Intusschen luidden de bewoordingen der dagvaar
ding niet in overeenstemming met die vau het ar
tikel; ieder der drie heeren was gedagvaard, niet
omdat hij niet was uiteengegaan, maar omdat hij niet
was heengegaan op last der politie. Dit nu gaf den
verdediger aanleiding om op ontslng van rechtsver
volging voor zijn client aan te dringen. Het niet
heengaan toch was niet strafbaar gesteld, wel het
niet uiteengaanEn nu mocht het al zeer natuur
lijk heeten, dat het O. M. het zijn cliënt uiet euvel
kou duiden, dat deze niet verkoos uiteen te gaan,
dat, en geen ander misdrijf, was bij de politie
verordening strafbaar gesteld; en nu had het O. M.
geen recht om, wnar de Amsterdarasche Gemeente
raad het niet uit elkaar gaan van iemand had straf
baar gesteld, te dagvaarden alsof deze Raad het
niet heengaan op last der politie had strafbaar ge
steld. Intusschen meende de heer kautonreohter,
dat het uiteengaan hier in taalkundigen zin het
zelfde beteekende als heengaan, en veroordeelde ZEA.
den delinquent tot 3.geldboete.
Uit het Voorloopig Verslag in zake het wets
ontwerp betr. de onteigening toot het maken ran
eene nieuwe verbinding van den Uollandacber. IJsel
met de Gouwe, blijkt o. a. het volgende
Bij het onderzoek in de afdeelingen verklaarde eer
deel der leden zich er hoogelijk mede ingenomen,
dat er eindelijk een begin zou worden gemaakt
met de reeds lang noodzakelijke verbetering van den
waterweg tussoheo Amsterdam en Botterdam. Men
wees op het groot gewicht van dit vaarwater, dat
in zijn tegenwoordigen hoogst gebrekkigeti toestand
voor de scheepvaart veelvuldige bezwareu oplevert,
doch, wanneer tot verbetering werd overgegaan, aan
verschillende groote belangen kon worden dienstbaar
gemaakt. Tot dusver werd de beteekeuis van dezen
waterweg voor de Amsterdamsche Rijnvaart, hoewel
in 1879 bij de behandeling van de zoogenaamde
kanalenwet duidelijk iu het liobt gesteld, niet al
gemeen erkend. Tegenwoordig schijnt men eebter
althans te Amsterdam op dit punt meer juiste denk
beelden te koesteren, zooala blgkt uitde volgende
zinsnede, voorkomende op blndz. 37 van de brochure
der commissie voor een Rgnvaartkanaal iu ooste
lijke richting, De laatste editie van het Merueie-
kanaal .-
„Op den waterweg van Amsterdam naar Rotter
dam is in dit oplicht de torstand aanmerkelijk
beter. Tussohen Amsterdam en de rivier te Gouda
komt geen enkele sluis voor, die de ontwikkeling
van een goeden en göcdkoopen sleepdienst in den
weg slaat. Zeer te betreuren ia bet dan ook, dat
aau de onvermijdelijke verbetering vau dat vaarwater
niet reeds voor jaren de hand werd geslagen. Daar
mede zou tijdelijk de Amsterdamsche Rijnvaart
spoediger en beter geholpen zijn dan met het Mer-
wede-kanaal, en ware tijd en geld gewonnen voor
den aanleg van het beste definitieve Rijnvaartkanaal.*
Ook voor de landsverdediging heeft het bezit vau
een ruimen en gemakkelgken, voor monitors bevaar
baren waterweg tussohen de beide groote koopsteden
dea Rijks zeer hooge waarde. Zullen de beoogde
werken intnaschen in alle opzichten aau het doel
beantwoorden, dan moeten de behoefteu der aeheep-
vaart daarbij op den voorgrond staan. Vrije scheer
beweging, derhalve afschaffing der hooge tollen, die
thans op de vaart drukken, dient met de verbete
ring van het vaarwater gepaard te gaan, en bij deze
Inatste behoort alleen het scheeptaartbelaug de keare
der nan te nemen riohting te besturen, terwgl, in
dien rechtmatige aanspraken der gemeente Gouda
met (jat belang in strijd mochten zijn, eene aan
die gemeente te verleenen schadeloosstelling de toot,
keur zou verdienen boven de uitvoering van voor de
scheepraart minder gewensohte plannen. De verbe
tering vnu dezen waterweg, zeide men, werd alleen
tegengehouden door de gemeente Gouda, die zich in
de Staten van Zuid-Holland grooten invloed beeft
weten te verwerven; doch de indiening van dit
wetsontwerp zal er toe kunnen leiden, dat deze reeds
le Inug aanhangige quaeslie tot eene gewensohte op
lossing kome.
Andere leden, ofsohoon ineile van de noodzakelijk
heid der verbetering van den waterweg tusschen
Amsterdam en Rotterdam doordrongen, hadden ernstige
bedenkiugen tegen de wgze, waarop de Regeering
dit werk schijnt te willen tot «tand brengen. De
Regerring eikent dat de ontworpen nieuwe sluis met
verbindiugsknnaal van dan Hollandsohen IJsel naar
de Gouwe als een begin van uitvoering van de ver
betering van den geheelen vaarweg kan worden be
schouwd. Maar ilie verbetering ia een werk van
zooveel belaifg en "van zoo grooten omvang, dat tg
naar onze beginselen van stnatsbestuur alleen bij eens
het gehcele werk omvniteude wet kan worden be
volen. De Staten-Generaal behooren in de gelegenheid
te zijn geweest, over de noodzakelijkheid der verbete
ring van dezen waterweg ook in verband met den
nauleg van het Merwede-kananl, over de daarvoor
ontworpeu plannen eu geraamde koaten te oordeelen,
alvorens met de uilvoering zelfs ook maar gedeeltelijk
worde begonnen. Nemen zij dit wetsontwerp aan
dan geven zij dit hun recht feitelijk uit handen, daar
alsdan, zonder dat zjj het geheel hebben kunnen
overzien, een belangrijk middengedeelte van het
groote werk wordt uitgevoerd en het In den aard
der zaak ligt, dat de overige gedeelten van zelf zullen
volgen. Daarbij komt, dat de noodige samenwerking
met de Staten van Noord-en Zuid-Holland tot dusver
nie, is verkregen, en het volstrekt niet zeker is,
dat die Staten de door hen voorwaardelijk toegezegde
bijdragen in de kosten van aanleg en onderhoud
zullen uilkeeren, wanneer de Regeering aan de thans
door haar voorgeataue richting van het kanaal bij
Gouda blijft vasthouden.
Rene derde categorie van leden deelde niet alleen
in de reeds vermelde^ bedenkingen, maar wae boven
dien van oordeel, dat het plan der Regeering de be
langen van Gouda op onbillgke wgze benadeelde.
Die gemeente heeft indertjjd drie plannen tot verbin
ding van den Hollandsehen IJael met de Gouwe doen
ontwerpen, waarvan het zoogenaamde plan G door de
Staten van Zuid-Holland is goedgekeurd. Tegen dit
ontwerp bestaat als vaarweg geen bezwaar, zelfs niet
bij den ontwerper van het plan van 1878, destijds
belast met den waterstaatsdienat in Noord-Holland.
De richting van het Regeeringnontwerp die in Gouda's
nadeel is, omdat het kanaal zich te ver van de kom
der gemeente verwijdert, en deze zich niet voldoende
daarheen zal kunnen nitbreiden, is echter, naar men
meende, gekozen om de stedelijke tollen te ontgaan.
Hiertegen nu kwam men op. De Amsterdamsche handel,
zeide men, wil vrije vaart, en terechtdoch het is de
vraag, of die tolvrijheid niet even goed te verkrijgen
is tonder om de tollen jieeb te varen, wanneer men
Gouda namelijk voor Jdt gemis dezer heffingen scha
deloos stelt.
Men vroeg ook we ke zienewijze de Regeering ten
aanzien der Goudsdhe tollen was toegedaan, en of
het in hare bedoeling lag in geval van aanneming
van dit wetsontwerp, de gemeente Gouda ten deze
schadeloos te stellen.
Onafhankelijk van de Goudsche tollen, erkenden deze
leden dat de richting, thans door de Regeering voor
gesteld, niet slechter en zelfs 1 kilometer korter is dan
het plan C der gemeente Gouda, dat bovendien door
onteigening vau gronden bijv. van de begraafplaats
iets duurder zal worden. Deze voordeden, zeide men
wegen echter niet op tegen het nadeel, dat Gouda
geïsoleerd wordt, en zullen bjj de Regeering ook wel
niet veel gewicht in de schaal leggen, wanneer de
tolquaestie slechts eerst is geregeld.
Naar aanleiding van de beslissing, ten aanzien vau
de verbetering van den waterweg tusschen Amsterdam
en Rotterdam genomen in de zitting der Slalen
vnn Zuid-Holland van den lOn Maart 1683, en dus
nadat bet onderzoek van dit wetsoutwerp in de af
deelingen had plaats gehad, acht de Commissie van
Rapporteurs zicb verplicht aan de mededeeling van
het bovenstaande alsnog de beide volgende vragen
toe te voegen
1. Blijft de Regeering, nu over de verbetering van
den waterweg van Amsterdam naar Rotterdam nog
geene overeenkomst tussohen het Rijk en de provin
ciën Zuid- en Noord-Holland is totstandgebracht, en
na de in de zitting der Staten van Znid-Holland van
den lOden Maart 1883 over deze zaak gevallen be
slissing, bij de door haar voorgestelde richting der
verbinding van den Hollandschen IJsel met de Gouwe
volharden
2. Zoo ja, ia dan de Regeering zeker, dat de Staten
van Zuid-Holland alsnog tot uitkeering der door hen
vooiwaardelgk toegezegde bijdragen in de kosten van
verbetering en onderhoud van den waterweg tusschen
Amsterdam en Rotterdam bereid zullen worden be
vonden indien door het Byk tot die verbetering
wordt overgegaan?
Het Engelsche lagerhuis heeft wederom zgne zit
tingen hervat. Wjj tjju gewend bg dergelgke gele
genheden steeds te hooren, dat de wetgevende ver
gadering, versterkt door de ruat, den verloren tgd
gaat inhalen en met spoed aan den arbeid tijgt.
Hieromtrent is het publiek evenwel een weinig scep
tisch geworden, en het stelt zioh heden de vraag
of het buit aan het einde der tegenwoordige zitting,
dus over twee maanden ongeveer, veel verder zal
zijn dan thans. Voor het doorzetten van den arbeid
i» zeker noodig dat de regeering de conservatieve
oppositie dwingt om hare taktiek van tegenwerking
le laten varen; verder dat geen nieuwe crisis in Ierland
het parlement noopt zich uitsluitend met dat land
bezig te houden; en eindelijk dat de meerderheid
hare eenheid herstelle. Wellicht is de periode, die
nu aanvangt, gelukkiger dan de vorige; spoedig reeds
kan het huia zioh bezig houden met een zeer be
langrijken maatregelna de begrooting de agrarische
hervorming voor ÈDgelond en voor Schotland. In
tie liberale partij wordt de bill bjjna eenstemmig
goedgekeurd. Overigens zal de vergadering niet aan
stonds gestoord worden door dequaestie-Brsdlaugh.
Uit eene rrdovoeriug toch, door den afgevaardigde
vanbNorthampton in de Halt of Science uitgesproken,
blijkt, dat hg eerst in de laatste dagen der zitting,
dus in de eerste dagen van Augustus, opnieuw zal
trachten zijn zetel iu te nemen. Intusschen znl deze
moedige vrijdenker op vele plaatsen van het bind
meetings beleggen en redevoeringen uitspreken om
riju goed recht te bepleiten.
De Paus is, indien wjj den correspondent van de
Standard magen gelooven, zeer ontstemd over de
houding van de steeds geloovig geachte Ieren en
zou voornemen» zijn met kerkelijke straffen te drei
gen, indien niet meer eerbied en onderworpenheid
wordt getoond aan het onfeilbaar woord. Het ia
eebter de vraag, of genoemde correspondent juist is
ingelicht; immers het is altijd de tactiek san Rome
geweest om te geven en te nemen, en de neder
lagen zooveel mogelijk te bedekken; bottingen met
zoogenaamde nationale gevoelens zijn niet zonder
gevaar; bovendien werkt de Curie door den strijd
met de Ieren al te streng aan te binden, het Pro-
testautsche Engeland iu de hand, dat de Iersche
quaestie als een woudeplek steeds meedraagt.
In Duifschland houdt men zicb drnlt bezig met
den stand der onderhandelingen net het vaticaan,
die niet voortgaan naar deu zin der elericalen. Som
mige hunner bladen oonstateeren zelfa het échec san
den beer Sehloezer. Ea dit is er niet minder zeker
om. Het Pruisische gouvernement had het Vaticaan
aangeboden om de vrije uitoefening der kerkelijke
bedieningen (mis en sacramenten) te bekrachtigen,
op voorwaarde dat de paus de Anzeigepflicht zoude
erkennen, namelijk het reoht van veto der wereld-
lijke overheid bg benoemingen, die door de bis
schoppen gedaan zgn. De curie schijnt dit voor
stel niet te hebben aangenomen, daar zij blijft
aandringen op de herziening der Meiwetten.
De intocht van den Keizer en de Keizerin van
Rutland in de oude hoofdstad was zeer schitterend
en werd door prachtig weder begunstigd. De Keizer
reed in generaals uniform op een wit paard, de
Keizerin was gezeten iu een rijtuig, bespannen met
acht paarden; naast de Keizerin zat de vijfjarige princee
Xenia, die het jubelend volk voortdurend kushandjes
toewierp. Bg de Wosskressenskje-poort veriieteu de
Keizer en de Keizerin voor een oogenblik den stoet
om ia de Iberische kapel hnn gebeden te doen.
De geestdrift van het volk was onbeschrijfelijk. De
Keiter zal niet in het Kremlin rerblgf honden maar
tot den dag der kroning het Alexandiowskipaleis be
trekken.
De Spaansche Senaat heeft het wetsontwerp, be
treffende bet invoeren der jury bij criisineele pro
cessen, aangenomen.
In de Cortes beeft de minister van baitenlandscbe
taken, ifi zijn antwoord op eeu interpellatie van
deu heer Carvajal, verklaard dat de regeering van
Marokko bereid ia Santa-Cruz over te geven aan
de Spaauache commissarissen, die zich reeds sedert
2 Mei te Mogador bevinden, om in overleg met
de Marokkaauache gedelegeerden deu toeaiaud der
Spaansohe kolonie op de kostte regelen. De mi
nister voegde er bij, dat bjj geen reden had om
eenigerlei verwikkelingen in het noorden van Borneo
te vreezen.
Zaterdag beeft de heer Moret, aftredend president
der Spaansche begrootingscommissie, zgn voorstellen
betreffende een vermindering der Staatsuitgaven, de
herziening der belastingen en den verkoop van na
tionale goederen verdedigd.
De heer Moret hield vol, dat het niet mogelgk
was, iu de behoefte der beide begrootingen te voor-
zieu door de gewone belastingen. Deze brengen
slechts 802 millioen op, terwgl het gewone budget
801 m bet buitengewone 78 millioen vereisehen.
De minister van financiën, zonder de vermeerde
ring der staatsuitgaven te bestrijden, handhaafde de
voorstellen van het kabinet, strekkende om even
wicht in beide begrootingen te brengen door het
saldo van de conversie der Openbare Schuld en
door deu verkoop van nationale goederen. De Ka-
mei verwierp" de voorstellen van den heer Morel.
RECLAME.
Eene goede tijding voor oDze lezers en lezeressen.
Eindelgk is aan de verloting vab de Internationale
Tentoonstelling te Amsterdam door Koninklgk Be
sluit vergunning verleend hare biljetten te plaatsen.
Wat de voorwaarde betreft, verwgzen wij onze lezers
naar de advertenties.
De uitgever van de Oawego Sun zegt: „Mjjne
„moeder raakte door het Hop-Bitter benijd van hare
„verlnmmming en aangeziohtspgn*. Wanneer men
zioh dof en loom gevoeltzgn dat de voorlaopera
van ziekten welke slechts door het Hop-Bitter zul
len verdreven worden.
MARKTBERICHTEN.
Gouda, 24 Mei 1883.
Granen prgshondend. Beste tarwe komt zeldzaam
voor en wordt betaald met 6.75 a 10.25, enkele
daarboven: Goede poldertarwe 9.25 a ƒ9.75;
afwgkende 8.75 a a 9.Rogge ƒ6.60 a 7
Gerst 4.90 4 5.50 de ligte en 5.25 a 6,—
de zwanrdere; Chevalier ƒ7.4 7.50. Haver
3.75 5 ƒ4,25. Maïs 6.40 a 6.60. Erwten
en boonenflauw. Overigens weinig verandering.
De veemarkt met gewonen aanvoer, alle soorten
zoowel vaarkoeien als kalf koeien werden tot hooge
Ondertrouwd
prijzen vlug verkocht, varkens voor Londen van 20
4 23 cl., vette varkens 24 4 26 et. per half kilog.,
magere varken» en biggen traag, biggen 0.25
a 1.40 per week, schapen en lammeren tot zeer
hooge prijzen ving verkocht.
Kaas aangevoerd 90 partgen, eerste qnaliteit ƒ28.—
5 31.—, tweede qnaliteit 26.a 27.Noord-
Hollandsche 32.a 36.
Goeboter 1.30 a 1.40..
Weiboter 1.10 4 ƒ1.201
CORRESPONDENTIE
A. H. Alhier.
Voordat wij een besluit nemen .aangaande de plaatsing van
uw stok, wenschen wy kennis te nemen van het bedoelde
artikel in het door u genoemde blad, dat wij n alzoo ver
zoeken ons te zenden.
De Rbüactie.
Burgerlijke Stand.
GEBOREN 21 Mei. Cornelia Adriaoa, ouders P. J. Schoen
makers en 1. C. Morie. 22. Johanna, ouders G. Reparon
en J- Kruijt. Maria, ouders J. van Erk en J. C. Kisman.
Adrian os Cornell's, ouders C. Vos en J. de Bas. Pieter
Anthonios, ouders G. N Veerman en W. A. Haas. 23
Cornelia, ouders M W. Schouten en E. de Groi).
OVERLEDEN 22 Mei. D. J. van Straateo, lm. 23.
A. Cathel, 12 w.
GEHUDWD: 23 Mei. B. Brouwer en J. IJ. Hoodijk
R. van den Oever en J. C. Verkerk C. C. W. Loges en
C. E. van Gelder
GERARDUS JOANNES rar JONG,
Telegrafist 2' kl. bij de Rijkstelegraaf,
EN
JOSINE MESSEMAKER.
Gouda, 24 Mei 1883.
Receptie 27 Mei.
Geboren
MARGARETHA ARENDINA,
Dochter van P. van der KAAIJ en
M. van der KAAIJGroenendijk..
Gouda, 24 Mei 1883. r
Heden beviel mijne geliefde Echtgenoote
ADRIANA SOPHIA van der STA AL, van een
welgeschapen Zoon.
H. de VRIJER.
Rotterdam, 22 Mei 1§83.
Voor de vele bewijzen van deelneming
ontvangen bij het overlijden van mijn gelief
den Echtgenoot, den Heer E. van de WEIJER,
betuig ik ook namens wederzijdsche Familie,
mjjn hartelijken dank.
Wed. E. van de WEIJÉR—
van Sakk.
Die iets te vórderen hebben van- of ver
schuldigd zijn aan den boedel van Mejuffrouw
M. I. de VISSCHER, overleden alhier op den
5n MEI jl„ worden verzocht daarvan vóór of
uiterljjk op den 15n JUNI e. k., opgave te
doen aati den ondergeteekende.
A. J. B. van der DOES.
Gouda, den 24 Mei 1883.
Loon f 90,Loon 90,
te Amsterdam in een Fatsoenlijk Burgergezin
een knappe DIENSTBODE, P. G.
AdresFluweelert Singel, R 553, Gouda.
Men vraagt ten spoedigste een ZEILMA
KERSKNECHT goed met binnenwerk bekend;
tegen vast werk, winter en zomer.
Adrès met franco brieven onder letter Z. aan
het Advertentie-Bureau van A. KOK Comp.,
Boekhandelaren te Gouda.