wanneer hg daarmede zjjn beatemmingaplaals had
bereikt, ion hebben achtergelaten, eiachte adv.-gen.
Bjjleveld met het oog op reeda vroegere veroordee
ling van den beach, tot Celstraf van meer dan aea
maanden, thana cellulaire gevangeniaatraf voor den
tjjd van twee jaren.
Mr. Vaillant ooncludeerde tot vrjjspraak daar hij
geen diefatal aanweaig achtte, aubaidiair tot toepas-
aing van een zeer lichte atrafuitapraak.
Beach, ia veroordeeld tot 4 jaar corr. gev. atraf.
Naar men verneemt aonden de beide daders van
de vreeaelyke moorden, gepleegd te HelKoo, gisteren
le Osnabruck zjjn aangehouden. Het zouden, naar men
zegt, Hollanders en twee broeders zjjn. (A. C.)
Er heeft zich te Amsterdam een Comité gevormd
tot ontvangst der Transvaalsche deputatie, waarin allo
richtingenlcn partijschakeeringen vertegenwoordigd zijn.
Staten-Generaal. Tweede Kamek. Zittingen
van 22 en 23 November.
In de Donderdag gehouden zitting heeft de heer
Seret na officieel ingelioht teaijn dat de opening der lgn
GorinchemGeldermalaen op 1 December a. a. zal
geschieden, zjjne interpellatie-aanvrage daaromtrent
ingetrokken. Bjj het voortgezet debat over de In
dische begroeting ia aangenomen een amendement
vau den heer Bastert tot vermindering van 1 ton
voor het personeel der havenwerken to Batavia. De
Minister vermiuderde bovendien den post met 60000
voor opruimingawerken te Merak, welke opruiming
reeda door de Krakatauramp was geschied. De
overige amendementen van den heer Bastert zijn daarop
ingetrokken of verworpen. De Minister maakte bezwaar
om hangende het overleg zgn Atjehplan openbaar te
maken. De Indische begrooting ia verworpen met
43 tegen 36 stemmen.
In de zitting van gisteren vroeg bij den aanvang
der werkzaamheden de heer Heemskerk een wijziging
in de volgorde der werkzaamheden, daar de minister
van Koloniën het .uoodig had gevonden, zijn ontslag
aan den koning te verzoeken, welk verzoek in 's
Koninga handen ia. Dientengevolge zgn eenige kolo
niale zaken ook voorloopig buiten behandeling gelaten,
en ia het debat over het Indisoh budget niet voort
gezet.
Na eenig discusaie ia met 60 tegen 6 stemmen
aangenomen de'goedkeuring van de toetreding van
Nederlnnd tot de .PJyitera-conventie.
Op voorstel van den heer Lieftinck ia besloten, het
adraa-Mooren, lelegraafdireoteur te Kampen, zich
bekïgeude over het verbod tol schrijven in dagbladen
te verzenden aan den minister van Waterstaat, met
verzoek om inlichtingen. Verschillende kleinere ont
werpen zgn aangenomen.
Dinsdag is de Staatsbegrooting aan de orde.
Door de heereu J. Hartsen, T. Sanders, C. P.
Metelerkamp en mr. W. Heineken, die geruimen
tijd geledeu concessie hebben aangevraagd voor een
spoorweg van Amsterdam naar IJmuiden met een
daaraan verbonden binnenhaven in laatstgenoemde
plaats, ia een adres aan de Tweede Kamer gezon
den, waarin zij ernstig klagen over de wijze, waarop
door de „bureaux van Waterstaat» met hnn aan
vrage is gehandeld. Die aanvrage werd steeds slee-
pende gehouden en allerlei bezwaren werden geop„
perdzij verzoeken „ten einde raad en stelselma
tig gedwarsboomd» aan de Kamer haar invloed te
willen aanwenden, om aan de zaak een voor ver
zoekers en het algemeen belang gunstige oplossing
te geven. Bij het adrea zijn tal van bijlagen gevoegd.
Het fooienstelsel, dat trouwens in elke handelsplaats
besta at Jtam de Rijksambtenaren bij het lossen en
laden vWgoederen tot meer spoed aan te dringen
en door vele expediteurs en cargadoors gebezigd wordt,
bracht den baas der firma Voigt en Co., expediteurs
te Rotterdam, op het bankje der beschadigden. Bekl.
had namelijk getrachtonder belofte van geldelijke
vergoeding, bij de Rijksambtenaren Brandt en Wie-
nands een colli uitgeklaard te krijgen, hetgeen zjj
weigerden omdat het zonder document aan de stoom
boot Seakone voor Huil bezorgd was. De ambte
naren bevestigden hun verbaal; 3 getuigen adéoharge,
bazen van cargadoors te Rotterdam, verklaarden daar-
entegen dat h. i. het feit zoo erg niet was, want dat
er wel meer aan de ambtenaren douceurs gegeven
worden tot spoediger afwikkeling van zqken.
Het Q. M. eischtè evenwel 14 dagen oelstraf.
De verdediger ooncludeerde tot vrijspraak.
Aan een particulieren brief uit Indië, ontleent het
Vtr. Dagblad het volgende:
Voor-zooverre bekend, zijn er niet minder dan
10,000 •menschen bg de ontzettende-ramp, die een
deel van We»t-Java en de Lamponf^che districten
ter Sumatra's westkust teisterde, omgekSSten, terwijl
ongeveer 12,000 huisgezinnen alles wat zij bezaten,
hebben verloren en alleen het leven gered.
Er is voor millioenen vernietigd door vloedgolven,
lava en vulcanische asch. Gansche landstreken zijn
totaal verwoest.
Gelukkig tracht de openbare liefdadigheid met
milde hand het leed zooveel doenlijk te lenigen.
Er is reeds circa een millioen gulden ontvangen,
waarin Nederland, zooals daukbaar erkend wordt,
geen gering aandeel heeft, maar waaraan ook uit
den vreemde is bijgedragen. De Gouverneur-Gene
raal opende eene inschrijving met f 6000. Door
dit voorbeeld opgewekt teekenden velen voor 1000,
de heer Cameron chef van Maolaine Watson en Co.,
een nobele Schot, voor 6000. De keizer van
Soerakarta en de sultan van Djodjokarta offerden
met hun prinsen meer dan 10,000, Lie Saay.
kapitein der Chioeezen te Padang 6000, en daar
enboven f 20,000, uit een Chioeesch fonds aldaar.
Zoo zjjn er vele giften, niet minder sohitterend, maar
niet alle aan mij bekend. Siogapore gaf circa
76,000, de koning en koningin van Siam 16,000.
Zulke bewijzen van medegevoel zjjn inderdaad be
moedigend en verheffend, en toonen overtuigend, dat
waarachtige menschenmin nog geen ijdele klank is.
In de eerste plaats draagt daartoe onze Opperland-
voogd veel bg, die algemeen bemind is om zijne
humaniteit en weldadigheid en de kiesche en tevens
practische wijze, waarop hg beide weet toe te pas
sen. Zelden zeker heeft Indië voor liefdadige en
nuttige doeleinden ooit middelen uit milder handden
vloeien.
De brief maakt ook melding van een groot gevaar,
waaraan de Gouverneur-Generaal 's-Jaoob gelukkig
ontkomen is. Op een wandelrit is nl. eene hangbrug
over een diep ravijn zonder eenige bekende oorzaak
plotseling ingestort, juist een paar passen vóórdat Z.
Exe. er over zou gaan.
Aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal is door
bestuurderen der vereeniging Vergunning, gevestigd
te Rotterdam en te Amsterdam, een adres gericht,
waarin zij, onder mededeeling van het request aan
de Ministers van binnenlandsohe zaken en justitie,
hun leedwezen betuigen, dat de Commissie van rap
porteurs over de begrooting hunne bezwaren niet
alleen geheel voorbijgaat, maar zelfs strengere toepas
sing van die wet van wege de Regeering vordert.
Zij wenden zich tot de Kamer met het verzoek,
hunne belangen als neringdoenden niet uit heb oog
te verliezen.
Zij voeren o. a. aan: dat bg de meeste gemeente
besturen het reoht van vergunning uitsluitend aan
den eigenaar van het huis feileljjk in bezit wordt gegeven,
terwijl door den huutder, de bezitter van de ver
gunning, de lasten waaronder ook het patent- en ver
gunningsrecht worden betaald, en hg bovendien bloot
gesteld wordt aan de op verschillende plaatsen ge
bleken ^willekeur der verhuurders.
De wet is feitelijk gemaakt tot beteugeling van
openbare dronkenschapmag dan die wet ^werken
tot wering van een eerlijk bedrijf, uitgevoerd zonder
de minste aanmerkiog Zij wenschen, dat gelijkheid
voor allen worde toegestaan, zoonis die bij de Grondwet
is gewaarborgd, zoodat een ieder het recht heeft te
beschikken over zijn persoonlijk eigendom, dat door
hem is verkregen en betaald, en waarvan hij dus uit
sluitend eigenaar is: in eaiu„het recht van vergunning.»
Met de achapen, zoo meldt men aan de leideche
Cl., deelt nu eenig jong vee het nog overgebleven
gras in de weiden, terwijl de boer zich genoodzaakt
zag in de eerste plaats zjjne melkkoeien naar stal te
halen. Het vee irapte al het gras weg, dat de altjjd
knabbelende schapen nog wel weten te vinden,^Zoodat
er haast geen spriet overblijft. Hoe spoediger de
boer nog maar besluit bg nattig weer zgn vee binnen
te halen, hoe beter om in de melk te blijven en zgn
weiland niet vertrapt te zien. Vroeg stallen, rede
neert bg, en het scheelt soms wel veertien dagen
dat een zoo zorgzame boer zijn ree vroeger iu de
weide kan brengen dan een, die in 't najaar,' het
onderste uit de kan wou hebben, met zijn gehavend
weiland. Met het voedsel dat de koeien wordt toe
gediend, is het evenzoo gelegen. Aan goed hooi is
geen gebrek, maar die zjjn voorraad wenscht te rekken,
omdat hg bang is voor een langen winter, of graag
veel melk wil hebben, voert ook suikerbieten. Een
rechtgeaard boer, dat er is een, die na zijne vrouw
en kindeien, het meeste van zijn beesten houdt, laat
-de snikerbieten maar over aan de fabrieken om er
suiker uit te persen. Nog erger als men de uitge
perste suikerbieten, zoogenaamde pulp, gebruikt om
er zgn melkvee mee te voeren; de emmer komt wel
boordevol met melk, maar ze is zoo dun als putwater.
Dan zijn er weer andere, d'e koolland hebben en roode
kool hadden geteelt en daar voor de kool dit jaar
niet veel geld te maken is, komt het Stichtsche niet
ktt Engelsche rood, eene beste hoedanigheid van
Icool, ook in aanmerking om aan de koeien te voe
ren. Zulk voedsel met wathooi is in allen geval
heel wat deugdelijker dan al dat suikerbietengerij.
Het ware blijft intusschen ^Uoos nog maar lgnkoek
en dan vooral die van den molen komt, bmdat hij
altgd veel „jeugdiger» is dan die door stoom gesla
gen wordt. Maar de oliemoleus zgn bjjns overal
vervangen door stoomolieslagerijen, omdat deze veel
meer kunnen afleverendaaraan is dus niets te doen
als de lgnkoek nog maat voldoende is om te voeren,
want het gebeurt dat de koeien deu koek niet ver
kiezen omdat er mede geknoeid was. De bedoeling
is echter deugdelijke, echte lijnkoek en hooi, waar
mede men gezond, kraohtig vee behoudt, dat als het
maar even in de weide is en het lentegras geroken
beeft, om zoo te zeggen, dadelijk lekkere, dikke melk
geeft.
De zon komt aan den helderen hemel oper drij
ven lichte wolkjes en het waait niet, de ochtenstond
is bemoedigend; het is echter eene schijnbare rust.
De wind, die naar het n.-westen was geruimd, kromp
andermaal naar het zuiden. De lucht betrekt, het
begint te waaien, storm en regen breken los en de
onrustige barometer voorspelt weder voor den zoo-
veelsten keer eene „depressie», die zich noord of zuid
waarts van ons bevond en hare invloed doet geldeu.
Zoolang de wind zich aan deu westelijken hoek be
vindt is er geen bestendig weer te verwachten. De
winter zal aan al die ontstuimigheid een einde maken,
namelijk als bet gaat vriezen uit het oosten.
Men schrijft uit Baaro aan de N. R. Cl.:
In de vorige week hebben eenige jongelieden uit
Utrecht men kon het hen niet aanzien of het
leden of niet-ledeu van het studenteukorps waren,
maar alle redenen bestaan er om te gelooven dat
het de eersten waren hier eeus op eigenaardige
wjjze huis gehouden. Als een aardig pendant van
het geval op het Muusterkerkhof te Utrecht, hebben
de heeren hier eens een aanval gedaan op de jonge
juffrouwen-kostschool vsn mej. Heringa Kuiper, en
dat nog wel op klaarlichten dag. Zij drongen met
geweld de woning van genoemde juffrouw binnen,
maakten zich meester van het klavier, en sprongen
op het uur dat bestemd wus voor ernstige weten
schappelijke studie lastig met de jonge dames door
de schoollokalen rond.
De kostschoolhouderes in haar angst trok aan
dc brandklok, wanrop tal van boeren en boerinnen
zich naar het schoolgebouw spoedden. Deze werden
daar door de „jongelui» uit Utrecht minder aangenaam
ontvangen dan hun jjver om ter bnlpe te snellen wel
verdiende. Een der buitenlieden liet zich echter die
onaangename bejegening niet welgevallen en sneed er
duchtig met zjjn snoeimes op los, tengevolge waarvin
thans, als men de geruchten gelooven mag, twee der
belhamels vrij ernstig gekwetst in bet ziekenhuis te
Utrecht verpleegd worden. Moge dit vooral den
studenten tot leering strekkeo, dat ook zjj eens an
ders eigendom hebben te ontzien, en zich niet straf
feloos mogen vermeten in het huis van anderen door
te dringen, al gesohiedt dit ook niet altgd met het
doel daar handelingen te plegen waartoe zjj even
wel dikwijls onwillens door de omstandigheden ge
leid worden.
VRIJDAG 23 NOVEMBER
VoorzitterMr. A. A. van Bergen IJzendoorn.
Tegenwoordig zijn de heeren Kist, van Mierop,
floogenboom, Prince, Straver, Oudjjk, Hemsing, van
Iterson, Ruijgers, Jager, Samsom, Post Drost, van
Straaten en Noothoven van Goor.
Afwezig zjjn de heeren Heefharaer en Portuijn
Droogleever.
De notulen der vorige vergadering worden voor
gelezen en onveranderd goedgekeurd.
Ingekomen zjfn
1. Eene missive van het Collegie van Curatoren
van het Progymnasium, inzendende eene aanbeveling
voor een lid in dat collegie, wgarop voorkomen
1. Dr. P. H. G. van Iterson.
2. Dr. A. Romejjn.
Ter visie.
2. Eene missive van het Burgerljjk Armbestuur,
inzendende eene aanbeveling voor een lid in dat
bestuur, waarop voorkomen
1. H. W. G. Koning.
2. Dr. H. IJssel de Schepper.
Ter visie.
8. Eene missive van de Commissie van Toezioht
op het Lager Onderwjjs, inzendende eene aanbeve
ling voor een Lid in die Commissie, waarop voor
komen
1. H. P. N. Koemans.
2. Mr. D. N. Brouwer.
Ter visie.
4. Eene missive van de Commissie van Toezicht
over de Stads-Muziekschool, inzendendeeene aan
beveling voor een lid in die Commissie, waarop
voorkomen s
1. D. Hoogenboom.
2. A. van Reedt Dortland.
Ter visie.
5. Eene missive van de Commissie van toezioht
over de stads-mnziekschool, mededeelende dat het
jaarljjksche examen zal plaats hebben 17 Decem
ber e.k. des avonds ten 6'/, nre in de zaal „Knnstmin'
met uitnoodiging aan de raadsleden dat bjj te wonen.
De Voorzitter zegt niet te twijfelen of de heeren
zullen daarvan gaarne gebruik maken, waarna hjj
voorstelt de missive voor kennisgeving aan Ie nemen.
Aldus besloten.
6. Een adres van A. Pannevis, stads-aanplakktr,
verzoekende ontslag uit zjjn betrekking na bijna
41-jarigen dienst, terwjjl hem een pensioen aange
naam zou zijn.
Het ontslag wordt eervol verleend tegen 81 De
cember e. Ir., terwjjl het verzoek om pensioen wordt
gesteld in handen van B. en W. om bericht en raad.
7. Adressen van H. J. Waard en P. Bosman,
verzoekeude benoemd te worden tot ljjkdrager en
van V. de Keizer, verzoekende benoemd te worden
tot noodhnlp-ljjkdtager. Ter visie.
8. Een adres van T. de Ruwe en 18 anderen tot
ondersteuning van het adres der IJsel-stoomtramweg-
Mastscbappij om verlaging der Borstclbrug.
Aangenomen voor kennisgeving.
De heer Fortujjn Droogleever komt ter vergadering.
9. Een adres van j. van Kleef, schipper van
Gouda op Amsterdam, verzoekende naar aanleiding
van het vroeger ingekomen verzoek van den heer
Goedewaagen, in gebruik te mogen nemen de aan
legplaats op de Gouwe vóór den hjjsohpaal.
In handen van B. en W. om bericht en raad.
10. Een missive van het Bestuur der werkin
richting mededeelende dat het voornemens is een
contraot aan te gaan tot aansluiting aan de Wa
terleiding en verzoekende de leiding van gemeente
wege te doen maken.
Wordt aangehouden tot de behandeling van bet
voorstel van B. en W. betr. dc aansluiting van
gemeentegebouwen aan de Waterleiding.
Aan de orde is:
Het suppletoir kohier der plaatseljjke directe be
lasting op de inkomsteo, dienst 1883.
De heer van Mierop vraagt of de som, waarvoor
de heer H. Pol is aangeslagen, juist zjjn tractemeut
is, welke vraag de Voorzitter bevestigend beant
woordt.
Het snppletoir kohier wordt daarop met 14 stem
men vastgesteld, terwjjl de heeren Kist en Portnijn
Droogleever buiten stemming bljjven.
Aan de orde is:
Het adres van de IJsel-Stoomtramweg-Maatschap-
pij betreffende eene verlaging der Borslelbrug.
Het rapport van B. en W. op dat adres is vau
deze strekking: B. en W. zjjn van gevoelen dat de
beslissing op dit adres niet behoort bjj den ge
meenteraad, maar bjj B. en W. daar art. 1794 der
gemeentewet bepaalt, dat B. en W. belast zjjn met de
instandhouding en veiligheid der wegen, bruggen enz.
tot algemeene dienst bestemd, zoodat, in een geval
als dit, waar de raad geen geld heeft toe te staan,
hjj daarover geene beslissing heeft.
Zjj stellen daarom voor dit adres te renvoieeren naar
B. en W. ten einde daarop een beschikking te ne
men. Zjj deelen intusscheo als hunne meening mede,
dat bet verzoek niet kan worden toegestaan daar
bjj verlaging der brug bet vaarwater zou zjjn af
gesloten, terwjjl op andere wjjze evengoed in 't be
zwaar kan worden voorzien, nl. door de straat een
weinig te verhoogen.
Over deze zaak wordt door verschillende ledett
het woord geroerd.
De heer van Straaten vraagt of de huizen nabij
die brug dan dieper in den grond cnllen kómen te
liggen, welke vraag de Voorzitter bevestigend beant
woordt, hoewel hjj meent dat zulks niet veel zal zjjn.
Het zal wel eenig ongerief teweegbrengen voor de
bewoners van bedoelde huizen, maar de belemmering
voor de vaart zou bij verlaging der brug nog meer
ongerief veroorzaken, daar men niet moet vergeten
dat dè zeepziederjj, azjjnmakerjj en broodfabriek te
water slechts door deze brug kunnen worden bereikt.
De heer van Iterson meent dat de Verordening op
het bouwen bepaalt dat nieuwe huizen 1 palm boven
den grond moeten worden gebouwd, om welke reden
bjj het inconsequent aoht de huizen op den Tiendeweg
tn de diepte te brengen, waardoor zij san vooht zullen
te ljjden hebben, dat voor de gezondheid natuurljjk
nadeelig is. Bovendien wordt de vaart z. i. niet zoozeer
belemmerd door verlaging der brug. Vooreerst wordt er
van dat vaarwater weinig gebruik gemankt en voorts
kunnen de enkele schuiten, die op de Spieringstraat
moeten Wezen, dpar komen langs de kerk. Is dat'
water te smal op enisle.punteft, dan kan het worden
verwyd. Spr. is er voor, op het heden ingekomen
adres van ingezetenen gunstig te besohikken en de
brug te verlagen. Gewoonlijk is spr. niet ingenomen
met dergeljjke adressen maar waar iets gevraagd wordt
in het belang van de gezondheid, daar wil hjj zulks
toestaan.
De Voorzitter merkt op dat bedoelde adressanten
bun verzoek niet deden in bet bejang van hun
gezondheid, Wjjseljjk hebben zjj dat argument niet
t-
gebruikt, zegt spr. want het is een feit dat in Rot
terdam en Amsterdam de straten juist worden op-
gëhoogd in het belang van de algemeene gezond
heid. Het door den heer van Iterson bedoelde
vaarwater is volgens spr. 's gevoelen veel te smal,
wjjl de schuiten daai onmogelijk door kunnen. De
heer Oudijk vraagt of de Directie der IJsel-stoom-
tramweg-Maatschappij de helling van bedoelde brug
gevaarljjk acht, waarop de Voorzitter mededeelt, dat
bedoelde Directie daarin geen bezwaar ziet, maar
dat B. en W. die gevaarlijk achten voor rijtuigen.
De heer Oudjjk is er voor het verzoek toe te staan
en de heer Straver betoogt de wenschelijkheid om
de brug gedeeltelijk te verlagen en de straat gedeel
telijk te verhoogen. Dan is z. i. tegemoet gekomen
aan beide bezwaren. De Voorzitter meent echter
dat de brng niet kan verlaagd dan ten nadeele
van de eobeepvaart. Begint men die te verlagen,
dan kan men even goed het gebeele verzoek toestaan.
De heer Samsom verklaart zieh voor verlaging
der brug. Spr. woont aan de Zevenstraat en hij
is van oordeel dat de scheepvaart daar luttel is.
Noch de zeepziederij noch de bierbrouwerij vordert
z. i. daar een onbelemmerde daortocht, wjjl er niets
door komt dan eeu enkele vuilnis-, bagger- en turf-
schuit. De Voorzitter wjjst nog op het huis van
deo heer de Goederen, die vreest dat zjjn woning bjj
verlaging der brug allen steuu zal verliezen, ter
wjjl zjjn boterkelder, noodig voor de uitoefening
vau zjjn bedrijf, zal verloren gaan. De heer Straver
is van oordeel dat de heer de Goederen den toestand
van zjjn huis te zwart heeft geschilderd, doch de
Voorzitter zegt dat de heer de Goederen hem mede
deelde dat als de stoep wordt verlaagd zijn kelder
werkeljjk gevaar loopt.
Het voorstel van B. en W. wordt ten slotte aan
genomen met 13 tegen 3 stemmen, die der hh. Sam
som, Rujjgers en Hoogenboom.
Aan de orde is
Het voorstel van Burgemeester en Wethouders be
trekkelijk het beschikbaar stellen van water aan de
standpjjpen op de waterleiding.
Dit strekt om bedoeld water alleen voor min
vermogenden verkrijgbaar te stellen en dan kosteloos,
terwjjl het tegen betaling niet verkrijgbaar zal zjjn.
De heer van Iterson gehoord hebbende, dat de
tonnen met zezuiverd water na de in werking treding
der Waterleidiog worden opgeruimd, vraagt of B. en
W. het advies van de Gezondheids-Commissie daar
omtrent hebben ingewonnen. Is dat niet het geval
dan wenscht hg dat dit alsnog geschiedt, daar spr.
bet hoogst onaangenaam vindt voor dergelijke Com
missie om in zulk een gewichtige zaak niet te worden
gekend.
De Voorzitter deelt mede dat het gevoelen, der
Gezondheids-Commissie is gevraagd in zaw het
stellen der standpjjpen, terwjjl haar is kennis gêgeven
van het wegruimen der watertonnen. Trouwens al wilde
de Gezondheids-Commissie die behouden, dat zou
wëinig baten daar ingevolge de bepalingen der con
cessie dc gemeente verplicht is die weg te nemen.
Tot geruststelling van den heer van Iterson kan spr.
echter mededeelen dat de Directie der Waterleiding met
hare gewone welwillendheid er in heeft toegestemd die
tonnen voorloopig in gebruik te doen bljjven. De
heer van Iterson zegt dit met genoegen te vernemen,
hoewel de gemeente iij de in werking treding der
leiding die tonnen niet behoeft te laten vervallen,
daar eerst moet gebleken zjjn dat het water uit de
leiding vdldoet aan de eischen bjj de concessie gesteld.
De heer Jager zegt daarop zich zeer goed Ie kun
nen vereenigen met het voorstel van B. en W.
Hjj wenscht eohter het water kosteloos verkrjjg-
baar te stellen voor minvermogenden zonder beper
kende bepaling. Controle acht hjj moeiljjk en eerst
dan zal het water door den onvermogende algemeen
gebruikt worden als het voor hem verkrjjgbaar is
uls thans het water uit de tonnen.
De heer Kist rereeuigt zich geheel met het voor
stel vau B. en W. Het komt hem voor dat de
gemeente met het oog op het contract het water
niet mag verkoopen nit de standpjjpen. Dit staat wel
niet met zoovele woorden daarin omschreven, maar het
bljjkt er z. i. duidelijk uit dat dit de bedoeling is.
De heer Straver is het niet met den heer Jager
eens, dat het water uit de standpjjpen algemeen moet
worden verkrijgbaar gesteld, het is in 't algemeen be
lang der zaak dat er zooveel mogeljjk wouingen zioh
aansluiten bjj de Waterleiding. De Maatschappij
self heeft daarbjj voor het oogenblik geen direct voor-
deel, met het oog op de garantie der gemeente. Spr.
kan mededeelen, dat alle water- en vunrwinkels' het
water zoowel gekookt als ongekookt zullen kunnen
verkoopen.
De heer Fortujjn Droogleever is er voor het kos
teloos verstrekken van het water uit de standpjjpen
zooveel mogeljjk te beperken. Wanneer 't waar is
dat de Waterleiding op den gezondheidstoestand
gunstig zal werken dan moeten alle eigenaren van
huizen als 't ware genoodzaakt worden eene san-
sluiting te nemen bjj de Waterleiding.
De Voorzitter zegt dat het de bedoeling is van
B. en W. het gratis verstrekken van water alleen
tot hen te beperken, die bepaald onvermogend zjjn
waarop de heer Droogleever zegt zeer voor mis
bruik te vreezen daar de controle hoogst moeiljjk is.
De heer van Mierop is vóór het voorstel van B. en
W. doch betoogt de weusoheljjkheid dat B. en W.
het recht aan zich behouden in lijden van epidemiën
het water meer algemeen kosteloos verkrjjgbaar te
stellen, hetgeen den Voorzitter doet opmerken dat
de raad dit recht reeds heeft.
De heer Oudjjk zegt met genoegen te hebben
vernomen dat de tonnen met gezuiverd water nog
niet zullen verdwjjnen. De Concessionarissen zou
den dat ook niet kunnen eischen, daar eerst be
wezen moet zij11 dat het water goed is. Spr. is er
voorts tegen om het water kosteloos te verstrekken,
wijl, daarin, naar hij vreest, dan handel zal worden
gedreven. Voorts waardeeren de menschen meer wat
zij betalen dan wat zij gratis ontvangen. Zjj zullen
dan meer belangstellen in het water als zij daarvoor
een kleinigheid betalen moeten." Weinig lieden zijn
zóó arm dat zij geen cent voor goed drinkwater
zonden kunnen betalen. Spr. stelt daarom voor het
water uit de standpijpen te verkoopen.
De heer van Straaten zon gaarne willen weten
hoe het elders gesteld is. De tgd was voor hem
te kort om dienaangaande informatiën in te winnen.
Hij vraagt daarom: wordt in andere plaatsen dat
water uit de Btandpjjpen verkocht of kosteloos ge
geven Het doet hem in allen geval genoegen,
dat de tonnen vooreerst nog niet zullen weggaan.
De heer Samsom is het geheel eens met den heer
Oudijk, het water kosteloos te geven acht hij ver
keerd. In Rotterdam heeft men dat ook een tjjd-
lang gedaan, doch is daarmede opgehouden. Hjj
voorziet dat daarvan misbruik zal worden gemaakt.
Niemand is zoo arm of hjj kan wel 1 ceut voor de 30
liter betalen.
De heer Prince bestrijdt het gevoelen van den heer
Oudijk. Wil die spr. het water gedurende den
ganschen dag verkoopen of op bepaalde uren De
kosten van de beambten, met den verkoop belast,
zullen, naar spr. vreest, zoo hoog loopen, dat de op
brengst weinig te beteekenen zal hebben.
De heer van Iterson zegt dat het een moeilijke
quaestie is, welke de raad thans te beslissen heeft
Alles hangt in deze af van het standpunt dat men
inneemt en of men de zaak beschouwt uit een ge
zondheids- of uit een ander oogpunt. Spr. zou B.ecW.
willen machtigen op eommige punten der stad stand
pjjpen te plaatsen om het water aan minvermo
genden kosteloos te verstrekken, wat b. v. wenscheljjk
zou zjjn in de „Korte Akkeren» in de nabjjheid
der begraafplaats, welke ongunstigeh invloed uitoefent
op het water in de slooten. Bjj bet kiezen der
plaatsen waar die standpjjpen werdeo opgericht zou
dan de Gezondheids-Commissie kunnen worden ge
raadpleegd. De heer Kist vreest, dat als het voor
stel van den heer Oudjjk wordt aangenomen, de nit-
werking heel anders zal zjjn dan men zioh voorstelt.
Wat zal hel gevolg zijn van den maatregel het water
alleen tegen betaling verkrjjgbaar te stellen? Dat
velen als van onds bet water uit de grachten zullen
gaan drinken en dit moet voorkomen worden. Spr.
stelt ten slotte voor in het voorstel van B. en W.
deze wjjziging te brengen dat de bedoelde maatregel
alleen „voorloopig' genomen wordt.
Nadat nog de Voorzitter den heer van Straaten
heeft geantwoord dat op sommige plaatsen het water
gratis, op anderen tegen betaling wordt verstrekt en
de heer van [tersou heeft betoogd dat het water nit
de leiding gedurende de eerste weken van de in wer
king treding niet drinkbaar zal zijn en' nog enkele
sprekers hun gevoelen nader hebben toegelicht, waarbjj
de heer Jager zeide de bedoeling te hebben gehad
het water uit de standpijpen alleen voor minvermo
genden verkrijgbaar te willen stellen, de heer Hoo
genboom de wensohelijkheid betoogde van ieder min
vermogende vooral geen te groote hoeveelheid water
te geven en de heer Ruijgers de hoop uitsprak dat aan
de verschillende diaconieën een staat zou worden ge
vraagd door het Burgerl. Armbestuur met vermel
ding der namen van onvermogeudeu, daar anders de
noodige controle zou worden gemist, deelde de heer
Oudjjk mede dat hij met het oog op het voorstel
vau den heer Kist zjjn voorstel introk, waarop B.
en W. eerstgenoemd voorstel overnamen.
Het voorstel van B. en W., aldus gewijgigd, werd
daarop met algemeene stemmen aangenomen.
Aan de orde was daarop: ff
Een voorstel van Burgemeester en Wethouders be
treffende de aansluiting van Gemeente-gebouwen aan
de wuterleiding.
Dit strekt om B. en W. te machtigeb Óm a. in de
verschillende gebouwen aan de Gemeente toebehoo-
rende waar zulks vereischt wordt de noodige buislei
ding ten dienste der aansluiting aarte Waterteiding
te doen aanleggen en b. de noodja contracten te
sluiten met de Waterleiding-MaaVhappij vdor de
levering van water in bet Raadhuis, Arti-Legi, de