të av
apvertentien.
Bultenlandsch Overzicht.
VERGADERING VAN DEN GEMEENTERAAD.
Burgerlijke Stand.
M. P. OOSTERBEEK.
L. OOSTERBEEK—
doch de overigen kregen de pokken. Een hiervan
*tierf, een tweede verloor een oog en stierf kort daaroa,
bet derde alleen genae.
„Met snlke voorbeelden voor oogen bedenkt men
aioh wel tienmaal, voordat men tegen de vaccine gaat
yveren.»
De redactie van bet „Weekblad* (da. Buitendijk)
laat er nog op volgen
Uitnemend. Dat onophoudelijk bekampen der vac-
oinatie beeft o. i. een gevaarlijke i|jde en werkt, eon-
der dat de sckrjjver dit wil, de bekrompenheid en 't
vooroordeel alsof de Christen geen vooreorgen mocht
gebruiken leer in de hand.
Van 12 deser schreef men uit Hellevoetsluis aan de
N. Brielecke Cl.:
„Een ontzettend drama moet in deien nacht op
see hebben plaats gehad. Tegen 4 uren kwam hier
een telegram, dat er een schip op de Bibben zat.
Het woei toen nog een vliegenden storm. De stoom
boot, die misschien iets tot redding bad kunnen be
proeven, lag achter de sluit en kon door bet hooge
water niet schutten. De reddingsboot lag klasr; doch
hoe die naar buiten gekregen zonder stoomboot? In
dien avond zag men van Rockanje in de richting van
de Ribben een vuur, dat vau niets dan een brandend
schip kon afkomstig z|jn.
V Kerst s morgens te 7 '/j uren kon de reddingsboot
nilzeilen, doch kwam nu te laat om redding aan te
brengen. Zjj vond drie ljjken aan boorddaarvan
waren twee geheel gaaf en op den bak vastgesjord; deze
werden in de boot gebracht; het derde l|jk zat roo
beklemd, dat men het niet los kon krjjgen. Verder
scheen het schip in brand te hebben gestuanmis
schien heeft de equipage in den bangen doodstrijd
met met het schip zelf gestakeld, d. i. een noodvuur
ontstoken. Dat kan niemand beslissen. Maar wel
noemt men een toestand, waarbij men zjjn evenmensen
jammerlijk moet laten omkomen, zonder in staat te
wezen eenige poging tot redding.iu het werk te stel
len, diep bedroevend.
„Mare de Zeemeeuw maar bier geweest, riep men
van alle kanteD, dan zou men ten minste nog een
poging lot redding hebben kunnen beproeven. Hij
die de uitstekende zeemanschap van deu gezagvoerder
der Zeemeeuw kent, moet het afwezig zijn van dat
stoomvaartuig diep betreuren. Helaas door den in
vloed van den almachtigen rijksdaalder is dat stoom
schip, dat b|j noodweer zulke uitstekende diensten tot
redding van schipbreukelingen en schepen deed, nn
te Rotterdam gestationneera. Zou dit wel in het
werkel|jk belang vau den handel wezen? Dat men
tooh besefte, hoe zwaar een menschenleven weegt.»
De Fransche Senaat heeft de nieuwe door de Re
geering gevraagde sommen voor de Tonkin-expeditie
met overgroote meerderheid aangenomen. De minis
ter Ferry verklaarde, in den loop der discussie, bet
bericht van de inneming der buitenwerken van Sontay
door de Fransche troepen ontvangen Ie hebben.
Uit Weenfn wordt i, d. 19 Deo. aan de Köln.
Zeitung geseind: Het bezoek van den Duitschen
Kroonprins aan den Paus heeft in onze regeerings-
kringen zeer de aandacht getrokken, vooral om de
hartelijke ontvangst, welke de Duitsche troonopvolger
op het Vaticaan vond, en de kalme houding der
Romeinen, daar men van hen wel eenige manifestaties
wegens de toenadericg van Duitschland tot de Gorie
verwachtte. De groote tevredenheid, daardoor ge
wekt, moet de laatste bedenkingen hebben opgeheven,
welke nog bestonden ten opzichte van het tegen
bezoek van keizer Frans-Jozef aan den koning van
Italië. Gel|jk men weel, was men het oneens over
de plaats van bijeenkomst, omdat men te Rome
aoti-clericale uitingen duchttte. Zoowel door de Re-
geering als door het hof, is thani Rome aangewezen
als de plaats, waar de twee bevriende monarchen
elkander zullen ontmoeten. Tnsscben onzen minister
»an buitenlandsche zaken, graaf Kalnoky, en den
Italiaanschen ambassadeur bij ons Hof z|jn reeds on
derhandelingen aangeknoopt over het tijdstip van het
bezoek en wat daarmede verder in verband staat.
Keizer Frans Jozef zal in elk geval naar Italië ver
trekken, voordat kooing Humbert z|jn tocht naar
Berl|jn aanvaardt.
De K. Z. voegt b|j dit telegram tnsscben tekst
haken de opmerking, dat het bezoek van den Unit-
schen Kroonprins aan den Pans thans eerst blijkt
een gewichtige staatknndige schaakzet te z|jn. Het
doel was, de verstaodhooding tusschen de Oosten-
rjjksche en Italiaansche dynastieën, welke zonder bet
tegenbezoek van Frans-Jozef oog steeds te wensohen
overliet, volkomen te maken, aangezien de stap van
den Duitschen troonsopvolger het Vaticaan vooraf
toegerender stemde, en de bedenkingen van Oosten
rijk aangaande de houding der bëvolking van Rome
ophief. De tocht naar Rome van keizer Frans Jozef
is de wezenlijke aanvniling der reis van den Duit-
schen Kroonprins derwaarts. Beide te zamen genomen
stellen de betrekkingen der behoudende internationale
mogendheden in een nienw licht. Een gevolg van
de reis van den Kroonprins is, dat de brenk tus
schen het Quirinaal en de Curie, en het verzet der
invloedrijke Oosteorjjkeche clericalen niet meer bij
maohte zjjn, het vredelievend doel van het drievoudig
verbond te storen.
Uit Cairo is de tjjding gekomen, dat Baker- pacha
vertrokken is naar Soeakim als opperbevelhebber over
de civiele en militaire macht in gansch Soudao. In
een brief van den khedive aan hem wordt gezegd,
dat het doel der expeditie is in de streek tusschen
Soeakim en Berber de rust te herstellen en zoo moge
lijk de verbinding tusschen beide plaatsen te behouden.
Groote voorzichtigheid zal aoodig zjjn, daar het aan
tal troepen onder Baker's bevel niet voldoende is
doch er is versterking te wachten van blanke troepen
onder bevel van Zobebr-pacha.
Engeland's plannen ten opziobte van Egypte schijnen
nog niet vast te staan, doch naar men weet worden
de garnizoenen weder versterktook hebben eenige
oorlogssohepen last gekregen naar Soeakim te stevenen.
Of er iets van het leger van Hicks-pacha is overge
bleven, weet men nog altjjd niet met zekerheid.
Vrijdag 21 December.
VooriitterMr. A. A. fan Bergen IJzendoorn.
Tegenwoordig ayo 16 leden.
Afwezig ia de beer Prinoe.
De Voorzitter deelt mede, dat de heer Prince
beeft kennis gegeven wegens afwezigheid uit de ge
meente verhinderd te zyn deze vergadering bij te
wonen.
De notulen der vorige vergadering worden voor
gelezen en onveranderd goedgekeurd.
De Voorzitter geeft de vergadering kennii tot
zyn leedwezen een missive ontvangen te hebben van
Mr. D. N. Brouwer waarin deze bericht de benoe
ming tot Lid van de Commissie van toezicht op
het Lager Onderwys niet te kunnen aannemen. De
Commissie zal worden uitgenoodigd een nieuwe
aanbeveling in te dienen, waarna spr. voorstelt de
missive voor kennisgeving aan te nemen.
Aldus besloten.
Ingekomen zyn
1. Een adres van J. de Jong Az. en andere inge
zetenen verzoekende de bestrating der Heerenkade.
In handen van B. en W. om bericht en raad.
2. Een adres van A. Pannevis, dank zeggende
voor het hem toegejftnde pensioen.
3. Een adres vaft H. J. Waard, dank zeggende
voor de op hem uitgebrachte benoeming tot lijkdrager.
4. Een adres van L. Lafeber jr., verzoekende
benoemd te worden tot stads-aanplakker.
5. Een adres van J. C. van der Bruggen en H.
Bouwer, verzoekende dat de raad de betrekking van
stads-aanplakker vereenige met die vnn stads-om-
roeper.
Bovengenoemde adressen worden aangenomen voor
kennisgeving.
Aan de orde is:
Het voorstel tot> wijziging der Gemeentebeeroo-
ting 1883. 6
Wordt zonder discussie en zonder hoof
delijke stemming aangenomen.
Aan de orde is
Het voorstel tot het verleenen van een pensioen,
groot 584, aan den eervol ontslagen Ambtenaar
ter Secretarie B. Vallet.
Wordt zonder hoofdelijke stemming aangeuoraen.
Aan de orde is:
De Ontwerp-verordening op de trambanen.
De Voorzitter vraagt of een der heeren het woord
verlangt over de verordening in het algemeen, waarop
de heer Hoefbamer in overweging geeft daarin een
bepaling op te nemen, dat de tram onmiddelyk
moet stoppen als iemand wil in-of uitstappen. Zon
der een dergelyke bepaling is het publiek overge
leverd aan de willekeor van den conducteur en het
zou kannen aanleiding geven tot uitstappen onder
hef rijden en dit is natuurlijk hoogst gevaarlyk.
De Voorzitter geeft de vergadering in overweging dit
voorstel te behandelen by art. 11, waarbij het 'thuis
behoort, die zich daarmede vereenigt.
De heer van Straaten betoogt daarop dat het hier
een geheel nieuwe zaak geldt, waarvan het gevolg
is dat alle ervaring op dit punt wordt gemist
zoodat het binnen een niet lang tydsverloop te voor
zien is dat herziening dezer verordening noodig is.
Ook het publiek, dat wel verondersteld wordt de
voorschriften te kennen, die het gehouden is na te
leven, kent die feitelyk niet, en in den aanvang
zal het die alzoo onwillekeurig vaak overtreden,
waarom hy hoopt dat men in rden beginne niette
streng zal zijn en niet te veel proces-verbaal opma
ken. De Voorzitter merkt op dat alt de verordening
er eenmaal is, dat dan de ambtenaren, belast met
het vervolgen van heu, die haar overtreden, bezwaarlyk
de oogen dicht kunnen doen, welke opmerking den
beer van Straaten doet toegeven dat het hoogst moeilijk
is doch by vernieuwing drukt spr. de hoop uit dat
men in den beginne wat toegefelijk zal zyn.
Aan de orde is daarop art. 1, dat bepaalt dat in
deze gemeente op de trambanen met geen grooter
snelheid mag worden gereden dan tusschen zonsop-
en ondergang van 15 kilometer in het uur en ius-
schen zonsondergang en opgang van 10 kilometer
in het uur; van de brugwachterswoning aan de
Haastrechtscbe brug tot aan de Tiendewegbrng
van de Kleiwegbrug tot aan het Stat ions-plein van
den Bhynspoorweg en van de oude Gouwebrug tot
aan de remise van den Stoomtram Gonda-Bode-
grave* niet sneller dan van 10 kilometer in
bet uur en binnen de wateren der Stad.singels
en op de bruggen niet sneller dan 5 kilometer in
het uur. Bovendien moet binnen de watereu
der stadssingels en op de bruggen elke locomotief
vooraf worden gegaan van een persoon over dag
voorzien van een ontplooide witte vlag en 's avonds
van een sterk lichtgevende lantaarn; op elke loco
motief een heWerklinkende bel worden geluid; de
locomotieven zóó zjjn ingericht als door B. en' W.
wordt voorgeschreven, geen stoom of rook mag
uit de machine ontsnappen terwijl eindelijk op
marktdagen van des voormiddags 6 tot des na
middags 1 uur geen wagens of locomotieven op
de baan mogeo worden bewogen en ook niet op
tijden, waarop dit door B. en W. is verboden.
Of et dit art. werd een breedvoerige discussie
gevoerd.
üc heer Jager wilde bepalen dat binoen de
stadssingels zich op iedere locomotief een bekwame
machinist én stoker moest bevinden, wat voor de
veiligheid z. i. weuscheljjk was. De heer Strarer
achtte dit zeer bezwarend voor de Maatsohappij en
vond bet ounoodig. De heer Noothoven van Goor
daarentegen vereenigde zich met het gevoelen van
den heer Jager. Eén persoon kon onmogeljjk tegeljjk
stoken, bellen en rondzien of er rijtuigen aan kwamen.
De heer Oudjjk had eeu ander voorstel. Deze
wilde den tram ook op de Singels en de Crabetb-
straat niet sneller doen rijden dan B kilometer in
het uur en ook Béar bedoelden persoon met zjjn
vlag (of lantaarn) doen loopen voél de locomotief.
Immers juist op de singels was zulks noodig om
lieden die van buiten kwamen te waarschuwen. De
Fluweelen singel is trouwens zóé smal dat 't ook
voor de bewoners noodig is, om gevaar te voorkomen.
De heer Kist bestrjjdt én het voorstel van den
heer Jager én dal van den heer Oudyk. Het eerste,
omdat bjj meent dat de locomotieven zóé zyn in
gericht dat daarop slechts één man staan kan. Plaatste
men er nu twee op dan ontstond er gevaar, wat
men juist wilde voorkomen. Het is trouwens ook
geheel onnoodig. Op den stoomtram den Haag—Sehe-
veoingen, waarvan spr. langen tijd aohtereen wekelps
gebruik maakte is ook slechts 1 persoon op de lo
comotief. Met het voorstel van den heer Oudp
kan spr. zich niet vereenigen, bmdat hij die beele
bepaling van dien man loopende voor de locomotief
dwaasheid vindt. Bjj wjjze van proef kan dat er
door, maar spr. vreest als die bepaling geldig blijft, (fat
wjj de risée van heel ons vaderland zullen worden,
wjjl daarmede in alle bladen de spot zal worden gedre
ven. Als die man trouwens struikelt wordt h|j zelfover-
reden. Spr. geeft er de voorkeur aan om op de hoe
ken der straten personen te posteeren, die het publiek
zullen waarschuwen.
De beer Noothoven van Goor is van oordeel dat
de vergelijking van onze stoomtram met die op de
lp 's HageScheveningeu niet opgaat. Laatstge
noemde is meer te beschouwen als 'een locaal spoor
weg. Bovendien wordt daar de locomotief omgezet,
hier niet, wat groot verschil maakt. Ook in Bergen op
Zoom loopt een man véér de locomotief van den tram en
daar werkt dit goed. De IJselstoomtramweg-Maat-
sobappij geeft ook de voorkeur aan zulk een persoon
boven raenschen geposteerd op de hoeken der straten.
Dit laatste is kostbaarder, daar de man, die vooruit
loopt, aan bet station kan medewerken.
De heer Hemsing vraagt naar aanleiding van bet
woord bekwame, betrekking hebbende op den machinist
en stoker of het niet goed zou lp dit woord te ver
vangen door de bepaling dat zjj voorzien moeten zp
van een bewye van toelating van B. en W., doch dit
denkbeeld vindt geen ondersteuning.
De heer Kist zegt niet verder te zullen aandringen
op verandering na hetgeen hjj van den heer van Goor
hoorde dat de Directie de voorkeur geeft aan bedoelden
persoon voor de locomotief, doch aan het artikel de
uitbreiding te geven, die de beer Oudijk wenscht, acht
spr. in geen geval goed.
De heer van Iterson bestrpt het voorstel-Jager.
Hij acht twee personen op de looomotief overbodig,
zpe ervaring op den tram GoudaBodegrave leerde
hem dat op de locomotief zoowel voor als achter
een kruk ia en zoowel voor als achter een bel en
het stookgat opz|j, zoodat de machinist ten allen tpe
vooruit kijkt. Met opzet zp de locomotieven zéé
ingelicht dat zjj door I persoon kunnen worden
bediend. Wat verder het voorstel—Oudjjk betreft
daarin zou spr. kunnen komen zoo er niet in de
Concessie-voorwaarden bepaald was dat er binnen de
stad geen rook of stoom de machine mocht ont
snappen. Het is een onmogelijkheid zoo lang te
rjjden zonder rook of sloom uit te laten. Wil de
vergadering wat de heer Oudp wil, goed, maar dan
moet de geheele verordening worden herzien. De
Commissie voor de strafverordeningen was niet vrjj,
maar gebonden door de Concessie-voorwaarden.
De Voorzitter merkt op dat de Concessie nn
esnmaal verleend is en dan men nu niet met
de eene hand moet terugnemen wat men met de
andere gaf, want handelde men overeenkomstig het
voorstel vau den heer Oudp, dan zou men den af
stand veel spoediger te voet afleggen dan per tram.
Het doel, dat men had zou alzoo worden gemist
en dus is hij tegen genoemd voorstel.
De heer Hoogenboom vraagt hoe snel dat nu
eigenlp is S kilometers in bet uur. Het is hem
onbekend eu bjj oppert het vermoeden dat zulks
ongeveer de snelheid iq van een lijkstatie, waarop
de Voorzitter s»gt dat bedoelde snelheid iets ge
ringer is dan van een voetganger. De heer Sam-
som bestrijdt het voorstel-Jager. 8pr. zag deu tram
meermalen in den Haag en daar gaat het goed
met één persoon op de locomotief. Alzoo ia dn
ook bier voldoende. Ook met het voorstel-Oqpp
kan apr. zich niet vereenigen.
De heer Oudp verdedigt nader zp voorstel.
Geenszins mag men treden in eene vergelijking met den
tram 'a Hage-Scheveniugen. Daar is de weg breed
en bier niet. Wanneer op den Fluweelen singel de
tram rijdt en tevens een rijtuig aankomt, kunnen
de bewoners van dien singel bun deur niet uitko
men zonder vrees voor ongelukken. Als de tram
achter de boomeu kwam te ryden zooals spr. gaarne
bad gezien dan ware het iets anders, maar nu
moet bjj aandringen op aanneming van zp voorstel
om ongelukken te voorkomen.
De heer Strarer, die oorspronkelijk voor het roor-
stel-Oudp was, verklaarde zich naar aanleiding van
hetgeen de beer van Iterson opmeikt, nu ook daar
tegen. De heer Hoefhamer deed deu heer Oadyk
opmerken, dat als 't waar was dat de bewoners
van den Fluweelen singel moeten wachten met uit
huis gaan tot de tram gepasseerd was, zjj zoo die
met een snelheid van 5 kilometer in het uur iu
plaats van 10 reed, noch langer moesten wachten.
Ten slotte wordt het voorstel van den heer Jager
in stemming gebracht en verworpen met 13 tegen S
stemmen, die der*bb. Post Drost, Noothoven van
Goor en Jager, Dat van den heer Oudp werd even
eens verworpen met 13 tegen 3 stemmen, die der hh.
Oudjjk, Jager en Rujjgers.
Art. 1. werd daarop met algemeene stemmen aan-
geuomeo.
Artt. 2S worden zonder discussie en zonder
hoofdelijke stemming aangenomen.
Art. 9, dst bepaalt dat het verboden is in de
personenwagens honden of aodere viervoetige dieren
toe te laten, lokt besprekinc uit.
De Voorzitter zegt dat 't woord „viervoetige» door
de Commissie is geschrapt, waarop de heer v. Iter
son alleen kinderlijk gedierte wil uitsluiten. De
vraag doet zich echter opwat ie hinderlp gedierte?
Zal b. v, vraagt de heer vin Mierop een katje
of schoothondje moeten geweerd De Voorzitter geeft
als reden op van het sohrappen van het woord„vier
voetig", dat dan alle tweevoetige als ganzen, kal
koenen, eenden enz. moesten worden toegelaten. Na
nog eenige discussie wordt besloten alle dieren den
toegang tot bedoelde wagens te verbieden.
Bij art. 11 wordt het bovengenoemd voorstel van
den heer Hoefhamer behandeld.
De heer Kist verklaart zich daartegeo. Op zich-zelf
schijnt bet wel goed dat ieder in of uit wensohende te
stappen den tram kan laten stoppen, maar spr. vreest
dat het publiek daarvan misbruik tal maken. Ook
elders ziet men zulk misbruik. Staat de tram stil
en moet iemand twee huizen verder zp, dan
gaat bjj er «iet uit maar laat liever de tram een
oogenblik later weêr stil honden. Spr. wil het over
laten aan de Maatschappij, wier belang het meébrengt
het publiek ter wille te zp. I>e heer Hoefhamer zegt
niet voor misbruik te vreezen. De heer van Iterson
wpt opnieuw op de bepaling dat geen stoom of
rook mag ontsnappen. Daardoor is het een onrao-
gelpe eisch de tram telkens te doen stoppen. De
heer Oudjjk he-innert dat de concessie oorspronke-
lijk werd gegeven en de voorwaarden vastgesteld
voor een paarden tram. Op verzoek "der Maatschap
pij is dat veranderd, maar dat is geen reden om
van alle voorrechten afstand te doen, die w|j door
den tram zouden krijgan. Op die wyze zon het
publiek weinig gebaat zp met den tram.
Na nog eenige diacusaien wotdt het voorstel van
den heer Hoefhamer in stemming gebracht en ver
worpen met 13 legen 3 stemmen, die der heeren
Hoefhamer, Oudjjk en Jager.
Bij art. 18, dat bepaalt dat in iedereo personen
wagen een afdruk van de verordening op zichtbare
wijze leesbaar moet zjjn opgehangen, stelt de heer
Noothoven van Goor voor dat ook eeo tarief zal moe
ten worden opgehangen, welk voorstel wordt aan
genomen met 11 tegen 5 stemmen, die der heeren
Hemsing, Kist, van Iterson, van Straaten en van Mierop.
De verordening wordt ten slotte met algemeene
stemmen vastgesteld.
Daarop is aan de orde:
Vaststelling van eeoe instructie voor den stads-
aanplakker.
Op voorstel van den Voorzitter wordt eerst be
paald dat het traclement van deo stads-aanplakker zal
bedragen 150 en dat er tal zp: een aanplakker
en een noodhulp-aanplakker. Daarop wordt de in
structie in behandeling genomea. Bjj art. 3, dat
bepaalt dat de aanplakker particulieren zal kunnen
rekenen 10 ets. voor een gewoon vel en B ets. voor
een kleiner vel, stelt de heer Kist voor om ook voor
kleinere vellen 10 ets. te doen berekenen, maar daar
entegen voor biljetten die uit meer dan één vel be
staan 10 ets. voor het le en 5 cis. voor de vol
gende. Dit wordt verworpen met 11 tegen B stem
men, die der heeren Kist, van Mierop, Fortup
Droogleever, van Straaten en Samsom.
Bij art. fdat bepaalt dat bjj wettige verhindering qf
ziekte van den aanplakker de noodhulp-aanplakker wèl
krijgt het salaris van particulieren maar niet dat van de
gemeente, betoogt de heer van Iterson de onbillijkheid
van die bepaling. Immers deaanplakker kan zich alt ziek
opgeven zonder dit te zijn spr.'s ervaring als ge
neesheer leerde hem dat zulks meer voorkomt, dan
men wel zou denken en ontvangt dan tractement
terwijl de noodhulp bet werk doet. Dat zou onbillijk
zjjn. Spr. wil daarom bepalen, dat alt de aanplakker
langer dan 14 daag ziek is, bet stads-tr.ctement ook
den noodhulp ten goede komt.
De heer Fortuijn Droogleever zegt zulks hard te
vinden voor den aanplakker, in geval deze werkelp
ziek is. De noodhulp zal toch altjjd het salaris van
particulieren krjjgen en dus niet gratis werken.
De heer Kist ir de meening van den heer van
Iterson toegedaan. Spr. acht het zeer goed mo-
ogeljjk dot bedoelde beambte bv. 'o morgens zich
ziek zal houden, dan moet de noodhulp gratis
het stadswerk doen en 's middags is Je eerste weêr
beter en neemt zelf het werk voor particulieren op
zich. De noodhulp werkt dan voor niets. De Voor
zitter merkt op dat de gemeenteraad een aauplakker,
die zéé handelde, niet op die wjjze zou laten voort
gaan. Het voorstel van den heer van Iterson wordt
ten slotte verworpen met 10 tegtm 6 stemmen, die
der hh. Oudp, Hemsing, Kist, van Iterson, Sam
som en Hoogenboom.
De instructie wordt daarop in haar geheel in
stemming gebracht en met algemeene stemmen vast
gesteld.
Daarop worden benoemd tot
Regent der beide gasthuizen de heer J.' F. M.
Temmiuck.
Regentes der beide gasthuizen Mevr. Haverkamp
Begeman nCald emeijer
Regent van het Wees- en JElemoesenierebuie de
heer L. P. Hoogendp.
Regentes van het Wees- eu .Elemoeseniershuis
Mevr. G. W. van ZejjlenSchenk.
Regent van het Bestedelinghuis de beer T. A. G.
van Deth.
Regentes van het Beatedeliughnis Mevr. de Wed.
J. A. Lunenburg—Gabrjj.
Lid der Commissie over het Museum van Oud
heden de hav Dr. F. H. G. van Iterson.
Aan de orde is:
De benoeming van een Lid der Commissie van
Toezicht op het Middelbaar Onderwijs.
Daarvoor worden aanbevolen de hh. Mr. P. P. P.
Kist en J. H. Becking.
De heer Kist vraagt het woord en verzoekt de
vergadering hem niet te herkiezen. Gedurende 20
jaar nam spr. die betrekking waar en eeu gedeelte
van de werkzaamheden daaraan verbonden, kwamen
spr. steeds ongelegen.
De Voorzitter zegt dat de raad zeker zeer tal waar-
deeren hetgeen de heet Kist deed in die betrekking
en hjj hoopt dat de vergadering hem opnieuw zal be
noemen. In geen geval mag het raadslid Kist hier het
woord voeren als Lid der Commissie van Toezicht op
het Midd. onderwys en van zijn bedanken kan dus
de vergadering z. i. geen notitie nemen.
Daarop wordt de heer Kist als lid der bedoelde
Commissie herbenoemd met 11 stemmen tegen B st.
op den heer Becking.
Aan de oide isde benoeming van 3 marktmees
ters, een waagmeester en een brugwachter-gaarder
aan de Haastrechtsche brug.
De Voorzitter stelt voor die beambten, welke tot
nog toe steeds voor 3 jaren benoemd werden, nu
doorloopend te benoemen, evenals andere ambte
naren der gemeente. De heer Hoogenboom ver
klaart zich daartegen. Het feit dat z|j herbenoemd
moeten worden is een prikkel tot plichtsbetrachting.
Spr. zou het niet kwaad vinden als ook alle andere
ambtenaren zich telkens aan eene herbenoeming
moesten onderwerpen en aftreden evenals de raads
leden.
Het voorstel van den Voorzitter wordt aangeno
men met 11 tegen B stemmen, die der hh. Ou
djjk, Hoogenboom, Hemsing, van Iterson en Samsom.
Daarop worden herbenoemd tot:
Marktmeester: L. Binnendijk, T. Kruisheer en C.
Barneveld.
Waagmeester D. L. Cats.
Brugwachter-Gaarder van de Haastrechtsche brug
H. Sluyter.
Aan de orde isde benoeming tot stads-aanplakker.
Eerste stemming. J. de Jong B, B. H. Maaskant
4, J. P. van Beuzekom 2 en Arkenbout, Versluis,
v. Gorseleo, Blazer en de Mooij ieder 1 stem.
Tweede stemming. B. H. Maaskant 8, J. de Jong
5, Groenendal en van Beuzekom ieder 1 stem, ter
wijl nog 1 stem was uitgebracht op de Jong (zon
der voorletters) terwyl meer dan één persoon, de
Jong heetende, voor de betrekking solliciteerde.
Daar de gemeentewet voorschrijft dat de te benoe
men personen duidelijk moeten zijn aangewezen stelt
de Voorzitter, overeenkomstig het gevoelen' van het
stembureau, voor die stem als niet geldig te be
schouwen. Er zyn dan slechts 1B. stemmen uitge- 1
bracht, en Maaskant alzoo is benoemd.
Dit voorstel wordt in stemming gebracht en aan
genomen met 11 legen B stemmen, die der hh. Stra-
ver, Oudjjk, Hemsing, van Iterson en van Mierop.
Tot noodhulp-aanplakker wordt daarop benoemd
J. de Jong met 9 st. tegen 3 op Versluis en 1 op
van Beuzekom, P. A. Lafeber en Groenendal.
Tot noodhulp-lijkdrager wordt vervolgens benoemd
P. Bosman met 14 st. tegen 2 op I. Broere.
De vergadering besluit vervolgens, op voorstel
van den Voorzitter, in de volgende vergadering
over te gaan tot de benoeming van een noodhulp-
aanspreker.
Niets meer aan de orde zjjnde,- wordt daarop
de vergadering door den Voorzitter gesloten.
CORRESPONDENTIE
Het verslag der KantoDgerechtsitting vsn Woensdag 19
December 11. moet wegens plaatsgebrek tot een volgend nr.
worden uitgesteld*
GEBOREN2D Dec. Cornelia Bertha Berdina, onders B.
W. van de Pavoordt en H. van der Wolf 20 Geesje,
oudere I. Broere en M. Meppelink. 20 Johanna, onders
M. de Quant en P. Danens. 21 Adrians Cornelia, ouders
C. Smits en P. Adriaaosen.
OVERLEPEN: 19 Dec M. J. Zaodijk hoiavr. van P. J.
van Wittenboer, «2 j. 19. H. van den Berg, 4 m.
20 G. vao Ewijk, 5 j. 11 m. 22 C. B. B. van da Pa
voordt. 2 d.
ONDERTROEWD: 21 Dec. J. Zandvoort, 58 j. en D. v.
Vliet, 54, j. J. B. Cohen, te Amsterdam, 48 j. «nJ. M.San
ders, 46 j P. deo Haag, 26 j. en D. Rijnhout, 26 j.
Heden overleed tot ons leedwezen ona
jongste Dochtertje MARIA CORNELIA, in
den jengdigen leeftijd van zeven maanden.
Gouda22 December 1883. Overheen.'
V Voor de talrijke bewjjzen van deelne
ming, ondervonden bij het overlijden van mijne
geliefde Echtgenoot», betuig ik bjj deze mijnen
harteljjken dank.
H. P. SCHIM van dek LOEFP.
Gouda22 Dec. 1883.
Voor betoonde belangstelling onzen
hartelnken dank.
L. BEUL.
A. H. BEIJL,
geb. van den Heuvel
Gouda, 22 Dec. 1883.
Hartelijke dank voor de talrjjke bewij
zen van deelneming ons dezer dagen te beurt
gevallen.
A. DAM.
W. J. DAM—v. d. Brink.
een flink BURGERWOONHUIS met open
Plaat8 en voorzien van vele gemakken, op de
Karnemelksloot alhier, voor een civielen prjja.
Te bevragen bjj J. BULK, Karnemelksloot
te Gouda.