J Buiteolandsch Overzicht. AFKONDIGING. Gouda, 25 April 1884. Burgerlijke Stand. Het joDgmeosch verscheen ten bestemdeu dage aan het departement, werd beëedigd, trad in functie en bleek ten slotte een zeer goed ambtenaar te zgo. Daarentegen was de werkelijk bedoelde A. B. C. iemand, aan wien het laud weinig, zou gehad hebben. Aldus had in dit geval het toeval de fouten van het protectiestelsel gekeerd. Of misschien was de bode, die de benoeming bezorgen moest^pp grond van bekendheid met de beide gelgknamigen, onge roepen als deus ex machina opgetredeu, om ware verdiensten te doen erkennen en voor de beste be steding van 's lands geld te zorgen. (Arnh. Ct In zekere gemeente zou onlangs gecollecteerd wor den. Om het zich gemakkelgk te maken, platste de burgemeester een bus aan het raadhuis, en liet bekend maken, dat iedereen gedurende een week zijn gave daarin kon storten. Toeu de tgd om was, werd de bus geopend en men vond één cent. Of hieronder ook de gift van den burgemeester begre pen was, wordt niet vermeid. Door den heer P. Schulze te Manchester wordt voor de datnes eene nieuwe, aangename en nuttige bezigheid aangeboden, die in Eégeland veel bijval vindt. Het is een „oostersch tapijt-breiwerk" en bestaat in het vervaardigen van dikke, zware tapij ten en haarkleeden, in alle patronen, en fraai en sterker dan die, welke heeten uit Smyrna te komen. Daartoe heelt men niets anders noodig dan twee stalen breipennen, een hoeveelheid draden en dikke wol van verschillende lengte en een kluw sterk katoenen garen, dat als het waf'e den achtergrond van het tapijtwerk vormt, waarin de korte draden wol gebreid worden met een zeer eenvoudige steek. Deze dradeu zijn van verschillende kleur en worden ingebreid volgens een gedrukt patroon. Zoo kau men een warm, sterk en artistiek haard- of vloerkleed vervaardigen in reepen, die later aaneengenaaid worden. Het werk is niet vermoeiend. Eerstbe- ginuenden kunnen het leeren uit het mode-tijdschrift De Gracieuze, geïllustreerde Aglaja, waarvan in de ntlmmers 9 en 10 eene volledige beschrijving voor komt met verklarende afbeeldingen. Omtrent het ongeluk op den Riju met het zalm schip van den heef Op de Macks, blgkt, na grondig onderzoek, dat in deze hoogstwaarschijnlijk aan kwaadwilligheid valt te denken. Na lichting toch van het schip, dat thans weafr vlot ligt, is aau het pompwerktuig, hetwelk men eerst meende dat aan eéne zijde onklaar was geraakt, niet het minste defect, evenmin als aan eenig ander deel van het vaartuig, te bespeuren was. De eerste pogingen, welke werden geduan om de schuit te lichten, bleven vruchteloos, totdat eindelgk meer en meer hoogte werd gewonueu. Toen ten slotte de normale diepte was verkregen, werd bemerkt, dat een sterk ingedreven houten stop, dienende tot over- tolligen waterafvoer thans gemakkelgk met de hand daaruit kau worden genomen. Voorzeker treurig is het, dat dit 'ongeluk juist deu nacht vóór het loslaten der zalmen moest gebeuren, wijl ettelijke daarbij zijn omgekomen, die verdroogd in elke voeg van het schip zitten. De gunstige uitslag, waarmede de heer M. na jarenlange proefneming met deze, tot heden eenige wijze van zalmkweekerij, zijne moeite en zorgen nu beloond hoopte te zien, had een beter financieel resultaat voor dezen kuu- digen ondernemer meer dan wenschelijk gemaakt. In een levensschets van den dezer dagen te Parijs overleden Bonapartistischen afgevaardigde Haentjens een der weinigen, die indertijd in het Wetge vend Lichaam tegen den oorlog met Pruisen slemden, en die ook tot het yijfial behoorde, welke te midden van het hoongelach van een meerderheid van 733 tegen de formeele afzetting van Napoleon III stemden worden als een bewijs van zgue gehecht heid aan de Bonapartische dynastie, ook na haren val de volgende staaltjes medegedeeld. Na den dood van Napoleon III verspreidde hg o. a. een iniilioeu koperen penningen me$ liet borstbeeld van den keizerlijken Prins. Daar zg veel overeenkomst hadden met de sous, geraakten die penningen ge makkelgk in omloop, en ten slotte liep het zoo erg, dat de Munt ze moest doen intrekken. Als tweede staaltje kan dienen het opkoopen van keizer- Igke postzegels ter waarde van 50,000 fr. Tot het einde van zijn leven gebruikte de trouwe Bona- partist in zijn correspondentie met eenig lid der onttroonde dynastie nooit andere postzegels dan deze. Haentjens was niet minder populair als philan- troop dan als politicus. Toen hij maire van het dorp St.-Corneille was, placht hij aan eiken boer van tgn gemeente, die vader werd van een eerste kind, 25 francs te schenken bg een tweede verdubbelde hg die so®bg een derde, Herde enz. evenzoo. Een zijner stokpaardjes was een belasting te. heffen van vrijgezellen, en de oelasting te verminderen van personen, die meer dan vier kinderen hadden. Wie er tien den kost had te geven, wilde hij geheel vrg van belasting zien. In de Hygiène pratique wordt aanbevolen, om laar zen en schoenen waterdicht te maken, ze gedurende eenige uren in eene sterke zeepoplossing te leggen. Hierdoor ontstaat in het leder eene vetverbindiug, die het voor water ondoordringbaar maakt. Een opmerkelijke verkiezing heeft onlangs in het township Dundee, in Illinois, plaats gehad. Al de gekozen ambtenaren heetea Smith. Tot Supervisor is gekozen Wm. R. Smithvoor Town Clerk, Elmer Smith; voor Assessor, O. H. Smith voor Collector, Daniel Smithvoor Highway commissioner) E. J. Smith; voor School Trustee, J. M. Smith en voor Library Trustees William Smith en J. K. Smith. Na het oordeel der afdeelingen te hebbeu inge- wonuen, heeft het hoofdbestuur van het Ned. Onder wijzersgenootschap aan de Tweede Kamer hare be denkingen bekend gemaakt tegen bet regeeringsoutwerp tot wijziging der wet op het lager onderwgs. De vermindering van het aantal onderwijzers zal, volgens het hoofdbestuur, wel degelgk schade toe brengen aan eischen van voldoend onderwijs. De wet moge nog niet geheel zijn uitgevoerd, maar de ervaring heeft nu reeds geleerd, dat waar art. 24 volledig is toegepast, de toestand van het ouderwijs aanmerkelijk is verbeterd. Goed classicaal onderwijs kan niet worden gegeven, indieu de voorgestelde wij ziging omtrent het aantal leerlingen op iederen ou derwijzer, wet wordt. Wel kau ook volmaakt tucht en orde worden gehandhaafd in klassen van 60 a 80 leerlingen; maar het ouderwijs moet ontwikkelend, opvoedend zijndaarvoor is noodig, dat leerlingen van gelijke kennis en ontwikkeling te zamen wor den geplaatst, en ieder die met de praktijk der school eenigszins bekeud is, zal moeten toestemmen, dat het getal van 40 leerlingen de uiterste grens is, die niet mag worden overschreden, zal het onderwijs voor alle leerlingen ontwikkelend zijn. Het beroep op het buiteulaud geldt uiet; als de toestand daar gebrekkig is, moet die dan hier daar aan gelijk worden? Het is niet de vraaghoe kan men niet al te ver beneden den eisch blijven? maar: hoe kan men het onderwijs zoo volmaakt mogelijk doen zijn? Even verkeerd acht het hoofdbestuur de voorge stelde wijziging omtrent de berekening van het getal benoodigde onderwijzers. De platlelandsscholen, die juist de meeste versterking van onderwijskracht noo dig hebben, zullen daardoor op sommige tgden juist genoeg werkkraoht bezitten, maar een groot deel des jaars te weinig voor het geven van goed ontwikkelend ouderwijs. De beperking der teruggaaf van een deel der kos ten tot de jaarwedden (art. 45) keurt het adres mede af. De dynamiet-patjroueu, veertig in getal, die te Delfshaven in beslag zijn genomen, werden gevonden bij een reizend koopman in lorren en beenderen, die ze hin commissie" had van een slaapstee-houdster in de Peperstraat te Rotterdam. De patronen hadden behoord tot de nalateusohap van een zeeman, die daar overleden is. De koopman wist niet, wat zich in de hulzen bevond en volgens de N. R. Ct. moet nog uitgemaakt worden of het werkelijk dynamiet is dau wel de eene of andere verfstof. In de laatst verschenen aflevering der Revue d'hygiene staat een hoogst belangrijk uitvoerig verslag betreffende de hondsdolheid, uitgebracht door dr. Dujardin-Beanmetz, waaruit o. a. blgkt dat in 1881 in het departement van de Seine een-en-twintig personen door lyssa (dolheid) werden uangetast, tengevolge van den beet van een dollen bond of kat. In 18ö2 bedroeg bet aantal slachtoffers 9, in 1883 slechts 4. In deze 34 gevallen werd de besmetting 31 maal door een dollen hond, en slechts 3 maal door eene kat overgebracht. De meeste verwondingen werden aangebracht in de hand 18, daarna in het gezicht 14, eti slechts 1 maal in het been. Bij een geval van overlijden aan dolheid was de plaats der verwonding onbekend. Dat zoo zelden nadeelige gevolgen van een beet naar de beenen werden waargenomen, wordt toegeschreven aan de beschut tende werking der kleedereu, waarin meesttijds de smetstof schijnt opgenomen te worden, of wel waar door het doordringen van den beet tot de huid werd verhinderd. De verwonding der huid bleek even gevaarlijk als groote bloedende wonden. Geen der personen aan dolheid lijdende, had de noodige voor zorgen in acht genomen. Vele hunner hadden in het geheel geene geneeskundige hulp ingeroepen, sommigen hadden zich met door apothekers ver strekte wasschingen van carbolzuur-oplossing en der- gelijken tevreden gesteld. De duur der incubatie (tijdperk, verhopende tusschen verwonding en optre den der zieke verschijnselen) wisselde af tussoheu 23 dagen en ruim 2 jaar. Bg die gevallen echter, waarin het incubatie-tgdperk bg hooge uitzondering langer dan 141 dagen heeft geduurd, oppert de rap porteur twijfel, of misschien niet later den lijder onbewust de smetstof werd toegevoerd. Van de 34 gevallen, waarover de statistiek loopt, openbaarden zich toch reeds bg 29 gevallen de zidrfHÉuechijn- selen binnen de 4 maanden, bg 21 fl|Hn zelfs biunen de 2 maanden, na de "verwoi»ding.*Slechts bij 2 gevallen wordt het iucubatie-tijdperk als boven de 141 dagen aangegeven, waarvan 1 geval bg een persoon voortdurend met honden in aanraking. De rapporteur geeft daarna een overzicht der vreesbRjke verschijnselen vau overprikkeling, angsten benauwJheid bij de verschillende lijders waargenomen, en van de onderzoekingen door Galtier in 1880, Maurice Rag- naud en Lannelouque en Pasteur in 1881, en van de laatste beslissende experimenten van Pasteur o. s. in 1882 in het werk gesteld, waaruit achtereen volgens bleek, dat niet zoo zeer het bloed en het speeksel der dolle honden, voorheen bovenal als woekerplaats en depots der smetstof aangezien, de tot omwikkeling der smetstof meest geschikte media zijn, dan wel bovenal het zenuwweefsel. Dat bleek o. a. uit de verrassende resultaten, door Pasteur verkregen met overdracht der herseuzelfstandigheid van aau hondsdolheid lijdende dieren op hersenzelf- standigheid van gezonde honden, die spoedig daarna door hondsdolheid iu hevigen graad werden aange tast. Te recht dringt de rapporteur er op aan, dat men toch nooit verzuime, zoo spoedig mogelijk, ook in twijfelachtige gevallen, de bu'p van een geneesheer in te roepen, en is die niet onraiddelgk te verkrijgen, door het gloeiend gier, onder welken vorm dan ook, gloeiende pook of wat van dien aard bg de haud is, aan te wenden tot verii|j£tiging der bacterie die de dolheid 7an dier op mensch overbrengt. Iets over de Hoenders. In het geheele Oude Tes tament wordt nergens over hoenders gesproken. De Semietiscbe volken keuden derhalve waarschijnlijk het hoendergeslacht nog uiet. Ook op Egyptische muur schilderingen, die ons voor het overige in *alle bij zonderheden van het openbaar en huiselijk, leven der toenmalige bewoners van het lano der Pharo's in wijden, is haan noch hen te ontdekken. Men vindt daarop wel kudden ganzen afgebeeld, die van de weide naar huis gedreven worden, doch nergens hoenders. De huishaan is uit Indië afkomstig. Zijn voorvader is de Bankivahaan,* die op den hui- digen dag nog in Achter-Indië en op de Indische eilanden tot nabg Kaschmir leeft. Eerst met de Medisch-Perzische veroveringstochten verbreidde zich het hoendergeslacht verder naar het westen, en de eerste beriehten omtrent de aanwezigheid van haan en hen in Europa, gaf de Griekscbe dichter Theognis iu de tweede helft van de zesde eeuw voor Christus. Spoedig na hun verschijning in Griekenland, werden de gevleugelde huisdieren over zee naar Sicilië en Beneden-Italië vervoerd. Toen zg van daar naar Rome waren overgebracht, kregen de diereu een bijzondere godsdienstige beteekeuis. De oud-Romein- sche priesters, de Augurs, die uit de vlucht en het geluid des vogels de toekomst onthulden, gebruik ten ze om den afloop vau een ondernomen krijg te voorspellen. Daar zij zelveu de gevaren van den veldtocht ontweken, gaven zg den uittrekkenden legers hoenders in kooien mede en vermaanden de veldbeeren op de bewegingen der dieren nauwkeurig acht te geven. Atcu de hoenders zoo gulzig, dat brokken van bet voorgezette voedsel uit hun bek op den grond vielen, dan was dit een goed teeken en zou de onderne ming slagen. In het tegenovergestelde geval moest men zich als gewaarschuwd, beschouwen en den tocht als ongeraden staken. Het goochelspel der priesters bestond in den zeer eenvoudigen kunstgreep, 'van de dieren te laten honger lijden of ze zoo sterk te voeden, dat zg weinig trek hadden om meer te vreten. De beroemde redeuaar Cicero, steekt dan ook in zijn geschriften dapper den draak met het hoender orakel, en de sohrijver Plinius merkt bijtend op, dat de beslissende veldslagen door hoenders werden geleid en de wereldbeheerschers niets uitrichtten, wanneer haan en hen hun niet te hulp kwamen. Evenals de Romeinen hebben ook de Grieken zeer spoedig na de invoering dier dieren, het voordeel van de hoenderteelt iugezien en daaraan ernstige zor gen gewgd. Dit bewijzen talrgke plaatsen in de werken van die diohters, die niet lang na Teognis optraden: Aeschyius, Pindarus en hun tijdgenooten. Bij de meeste Grieksche dichters wordt de haan steeds de Perzische vogel genoemd. Hij kreeg echter, zooals bg de Romeinen, ook in Griekenland, zeer spoedig een zekere godsdienstige waarde, en werd in het bij zonder den god des lichts gewijd, terwijl de herstelde kranken den god der geneeskunde een haan offerden. De Grieksche geschiedschrijver Pausanias verhaalt, dat men op de wijnbergen den haan gebruikte als een toovermiddel. Om den nadeeligen invloed van den ruwen wind op den wijnstok tegen te gaan sne den twee mannen een haan in tweën en liepen elk met een helft van het dier van tegenovergestelde kanten den wgnberg om en begroeven het op de plek, waar zg elkander ontmoeten. De invoering van de hoenders in Duitscbland moet, blijkens de laatste nasporingen, iu de vgfde eeuw voor Christus geschied zijn. De verspreiding voJgt echter veel langzamer den bij de hoogbeschaafde vol- kfe'n iïi Zuidelijk Europa, want in het toen barbaarsche noorden" dierven de bewoners lang een vaste woon- nlaats en leidden een zwervend leven. ^Zeer eigenaardig is nog de omstandigheid dat de naam van onze populairste huisdieren reeds bij de oude GermaneD dezelfde was als nog bg ous, hun nakomelingen. In het oud-Gothisch heet die vogel namelgk Huna, en de vrouwelijke Hoon. H Zoodra de Pransche Kamer van afgevaardigden hare werkzaamheden hervat heeft, zal de Minister twee kredietaanvragen indienen de eene betreft Ma dagascar, de andere Tonkin. Ter bestrijding van de kosten der expeditie tegen Madagascar gedurende bet loopende jaar zijn nog fr. 4,700,000 noodig. Thans liggen elf oorlogsschepen bij het eiland, en bet effectief van het expeditiekorps zal tot 3100 man gebracht worden. Het ontwerp van wet voor Tonkin is nog niet gereed. De in November 1883 ver leende kredieten bedragen twintig millioen, en hier mede kan in al de uitgaveu voorzien worden tot I Juli a. s., zoodat de aanvrage niet spoedeischend is. In Irankrijk werd de zitting der algemeeue of departementale raden geopend, drie uitgezonderd Seine, Corsica en Algerië. Deze zitting is de minst belangrijke van de twee welke ieder jaar gehouden worden, eu mag niet langer dan veertien dagen duren; in de meeste departementen loopt zg in vgf of zes dagen af. Van de 90 algemecne raden heb ben thans 79 republikeinsche bureaux; iu slechts II is de meerderheid bonapartistisch, en derhalve behooreu ook de leden der bureaux tot deze partg. De beer Gladstone heeft in het Britsche Lager huis eenige mededeelingen gedaan over Egypte. Hij verklaarde o. a. dat de gemeenschap met Shendy is afgebroken, dat voor de insluiting van Berber vrees bestaat, en dnt Khartoem door vgaoden omringd is, hoewel generaal Gordon voor 't oogenblik n-og met in gevaar verkeert. Ten opziohte van de finan- eteele regeling kon hij nog niet naders berichten. De Pali Mall Gazette verklaarde dat zij réden heeft om het bericht, betreffende het plan tot het houden van eene Europeesche conferentie, te beschouwen als op waarheid gegrond. Indien wg er bijvoegen (zegt het blad) dat men de beraadslagingen dezer confe rentie strikteigk tot financieele aangelegenheden hoopt te bepalen, dan zal dit strekken om de bedenkiugen te veronzijdigen, welke het plan aan vela zijden sou kunnen doen rgzen. Wij zgn nog niet in staat mee te deeleu of al de onderteekenaals van het liquidatie-tractaat tot deelneming zulleu worden uit- genoodigd, of dat de conferentie zal beperkt worden tot de vertegenwoordigers der groote Mogendheden. Mocht er tot bet laatste besloten worden, dan zal het natuurlgk niet gemakkelijk vallen de discussiën binnen de voorgeschreven grenzen te beperken. Volgens de Ternes is er goede grond om te onder stellen dat, hoewel er geen bepaalde stappen nog genomen zgn, de Regeering bezig is de meening der andere mogendheden in te winnen omtreut de beste wijze van onderling overleg, hetzg door middel van eene conferentie, of anderszins. De regeeriug zou echter het overleg willen beperken tot louter finan cieele •aangelegenheden; en dan rgst er tegen eene conferentie het ernstige bezwaar, dat zulk eene bij eenkomst zioh moeielijk geheel van politieke beschou wingen onthouden kan. De Daily News acht Londen voor eene eventueele conferentie de gesohiktste plaats. De Standard wil, zoo er eene conferentie plaats mocht vinden, haar zonder omwegen doen weten dat er aau Engeland carte blanche moet gegeven worden om in Egypte te doen wat het noodig oordeelt. In de Pruisische bladen duurt de bespreking van den nieuwen Staatsraad voort; Bismarck zou den wettig nog bestaanden maar in onbruik geraakten Staatsraad willen aanvullen met niet-bureaucratische personen, zoodat er oiet eens een nieuwe wet voor noodig zou zgn. Sommigen willen weteq, dat niet de Kroonprins, maar Bismarck president van den Staatsraad zou zgn. De Duitsche Rijksdag en de Pruisisohe Landdag komen weder bijeen. Waarsohgolgk zal de Land dag 's voormiddags, de Rgksdag 's namiddags zitting houden om elkander niet in de wielen te rgden. Verder hoopt men, dat de zitting van den Landdag niet lang meer zal duren, daar er van de nieuwe belastingontwerpen toch niets komt. De socialistenwet zal waarschijnlijk op het laatst van de volgende week in deu Rijksdag aan de orde komen. Het centrum blijft blijkens de clericale bladen aandringen op een wgziging van de wethet is f voornamelijk te doen om den kleinen staat van beleg uit de wet te nemen, ten# einde de verdrijving van de socialisten te verhinderen. De nationaal-libe- rale bladen maken de opmerking, dat de Regeering in het geheel niet dien eisch kan toestaanhet is hel meest praktische wapen van de wet, en wanneer men de ontwikkeling van het socialisme nagaat, dat in den laatsten tgd den moord verdedigt en het vooral op het vermoorden van bankiers voorzien beeft om aan geld te komen, dan is er geen reden om de wet te verzwakken. Men houdt zich te Berlijn dan ook overtuigd, dat de Regeering blijver, zal bg ja of neen. In het Noorweegsche Christiania heeft zich een liberale vereeniging gevormd, die zich ten doel stelt, als middelpartg tusschen de radicalen en de conser vatieven op te treden. Deze vereeuiging telde bij de oprichting reeds meer dan 3000 leden. Het voornemen bestaat ook in andere plaatsen van het rgk dergelijke Vereenigingen te stichten, die zich aau de centrale vereeniging van de hoofdstad zullen aansluiten. Het voorbereidende verkiezingswerk in Spanje heeft plaats gehad, namelijk het samenstellen van de stem- bureaux, dat aan de kiescolleges wordt overgelaten. Te Madrid heeft de regeering in al de wijken de meerderheid gekregen, alsook in de provinciën, in zoover de berichten daarvan reeds bekend waren. Verwondering kan dit niet wekken, als men in aanmerking neemt, dat de bovendrijvende partij in Spanje steeds meester van het terrein weet té bljjven. Intusschen hebben de dyuastische liberale partij en de republikeinen van de richting van Castelar op vele plaatsen eeoe niet onaauzienlijke minderheid verkregen. Het Italiaansche kabinet moet zich op een uiterst heftigen strgd voorbereiden. Een uieuwe „Opposi tie-club" is gevormd en deze hield ji. Zondag hare eerste vergadering te Napels. Behalve ,24 afgevaar digden waren zeer veel leden opgekomen. De her tog De San-Donato presideerde voorloopig, doch met algetneene stemmen werd het voorzitterschap aan Crispi opgedragendeze was niet tegenwoordig, maar had schriftelijk zijne toetreding te kennen gegeven. Cafroli, Baccarini en Nicotera waren de voornaamste sprekers; zg verklaarden, dat hunne partij in het Parlement vooral drie wetsontwerpen ten sterkste moet bestrijden, nl. dat tot vermeerde ring van het getal ministerieele departementen, dat betreffende de spoorwegetrred dat betreffende de her vorming der Bank. BURGEMEESTER en WETHOUDERS ran Gouda; Geeien het besluit van den Heer Commissaris des Konings in de Provincie Zuid-Holland van den 6 Maart 1884, A. No. 225/1, 3e Afd. (Prov. Blad No. 19) betreffende de beschrijving voor de Personeele Belasting dienstjaar 1884/85 doen te weten: lo. Dat de Ontvanger der Directe Belastingen, aan de woningen der ingezeteuen, op Donderdag den 8 Mei aanstaande en volgende dagen, ter invulling tal doen bezorgen een Beschrijvingsbiljetinhou dende eene korte .chet. van de grond.lagen der voornoemde belasting, hetwelk acht dagen na de uitreiking, door of van wege dien ontvanger zal worden afgehaald, terwijl zij, welke by de be schrijving geen biljet zullen hebben ontvangeo, gehouden zyn om de vereiachte, behoorlijk inge vulde verklaringen vóór of uiterlyk op deo 3 laten Mei dezes jaars in te dienen ten kantore van den Ontvanger, alwaar de biljetten ter invulling steeds verkrijgbaar zullen zyn. 2o. Dat t»t tegenschatters zyn aangesteld de Heeren P. M. ROOSENDAAL, P. A. BURGHOUT, H. J. NEDERHORST en G. van GENT. Wordende de belanghebbenden voorts in het bij zonder aandachtig gemaakt lo. Op de wyzigingeu welke by de wet van 9 April 1868 Staatsblad no. 59) en in de wet van 29 Maart 1833 Staatsblad no. 4) zyn ge bracht, als a. aan art. 17 der wet van 1833 is toegevoegd de volgende bepaling ii Wegens Vroüwelyke dienstboden, die op den «ln Mei des jaars, waarover de belasting loopt, «ouder dan 18 eu jonger dan 21 jaren zijn, «bedraagt de belasting f 5.00. zonder toepassing «van het opklimmend tarief." b. art. 19 lett. g. en k. dier wet, aangevuld by «art. 10 der wet van 1843 wordt gelezen als „volgt „Dienst- en werkboden in gebouwen, insttllingen, „gestiohten of inrichtingen, vermeld onder lett. „c. en d van art. 5 2, voor zooveel zy geen „belastbare diensten verrichten, rechtstreeks ten „behoeve van hen, die aldaar in eenige betrekking „of als leden werkzaam zyn. De eenige vrouwelijke „bediende, overigens naar de eerste, derde of „vierde klasse belastbaar, in dienst van den be lastingplichtige, welke geene andere bedienden „houdt en vier of meer, eigen of aangehuwde „kinderen, kindskinderen, of pupillen by zich „heeft inwonen, die op den In Mei dea jaars, „waarover de belasting loopt, jonger dan 21 jaren «zijn.» c. De twee eerste paragraphen van art. 27 der wet van 29 Maart 1833 Staatsblad no. 4) zijn ge- wyzigd als volgt: 1. Die na den 15n Mei een perceel in gebrnik neemt, is voor dit perceel de belasting naar de vier eerste grondslagen voor den tyd des dienstjaars, die dan nog over is, verschuldigd. 2. Aan den belastingplichtige, die in den loop des dienstjaars een perceel verlaat, zonder daarin eenige roerende goederen of iemand in zijn dienst achter te laten, wordt onthefHog verleend van zijn aanslag naar de vier eerste grondslagen voor (lén tijd des dienstjaars, die dan nog over is, indien daarvan door hem, binnen den tijd van eene maand, volgende op dien waarin hij het perceel verliet, tegen bewijs, schriftelijke aangifte is gedaan ten kantore des Ontvangers, op een aldaar kosteloos verkrijgbaar biljet. „De ontheffing wordt ook verleend over het drie- „maandelijksche tijdvak, waarin het perceel werd „verlaten, indien de belastingplichtige daarna, doch „in den loop van datzelfde tijdvak een ander „perceel, waarvoor hij belastingplichtig is, in ge- „bruik neemt." „Bij overlijden van den belastingplichtige treden „zyne erfgenamen in dezelfde rechten en ver- „plichtingen." „De aangifte, volgens het le en 3e lid inge- „diend, worden als gewone bezwaarschriften aan gemerkt en behandeld.» d. Aan 1 van art. 28 der bovengenoemde wet van 1883, zijn de navolgende bepalingen toege voegd „Ten aanzien van den eersten grondslag kunnen, „behalve de jaarlijksche onzuivere huurwaarde, ook „maand- of weekburen worden aangegeven. Andere „aangiften worden aangemerkt als niet gedaan.» „Voor zoover de belastingplichtige de aangegeven „maand- of weekhuren niet zelf tot jaarhuren heeft „herleid, wordt de eerste door vermenigvuldiging „met tien en de laatste door vermenigvuldiging „met drie en dertig tot jaarhuur herleid en alzoo „herleid, als de aangegeven jaarlijksche onzuivere „huurwaarde aangemerkt." 2. Op de verplichting, om bij hunne bezwaarschriften, ingevolge art. 1 der wet van den 4n April 1870 (iStaatsblad no. 60) over te leggen een duplicaat van hun aanslagbiljet, tegen betaling van 5 cents by den Ontvanger der Directe Belasting verkrijgbaar gesteld. Gouda, den 22 April 1884. Burgemeester en Wethouders voornoemd, VAN BERGEN 1JZENDOORN. De secretaris, BROUWER. UASEIfiERlCHTEN. De, eenigzins willigere stemming van de Rotter- damsche markt, deed hier weinig invloed gelden; bij lustelooze stemming bleven prijzen slsvoren. De beste ZeeutWcbe iarwe 8.90 a 9.40. Gewone en goede polder 8.50 a 9.Mindere naar kwa liteit. Rogge nominaal 6.60 a 600, Gerst 5.25 a f 6.Chevalier tot 7.50. Haver ƒ3.76 a 4.40, Mail 6.90 a 6.20. Erwten en boonen verlaten. Zaden zonder handel. De veemarkt met goeden aanvoer, hoewel de pryzen enorm hoog waren was echter de handel traag, vette varkens 23 a 26 ots., varkens voor Londen 19 a 21 ct. per half kilo, magere varkens en biggen vlug, biggen 0.90 a 1.80 per week, schapen vlug. Aangevoerd 91 partyen kaas, eerste kwaliteit 24.a f 26.2de idem f 21.a 24.— Noordhollandsche 28.a 37. Goeboter 1.20 a 1.30. Weiboter f 1.a 1.10. GEBOREN21 April. Tont Pstroaells, ouders A. de Jong en C. M. Schaap. 22. Aagje, ouders A. Hornis en A. Verwey- Carel, ouders A. Wieaer en D. Myngaard. Joauoes Wilhelmus, ouders C'. P. W. Dessiug en C. M. Wennekers. 28. Hermauus, ouders C. van den Heuvel en A. M. Marks. Johannes, ouders A. Wynboff en M. Koretaar. 24. Cornelia Hendrik, ouders H. Wiezer en H. van der Kleij. OVERLEDEN: 22 April. S. W. Hooimeijer, 2 m. M. E. de Brnin, 6 j. 21. M. van der Steen, wed. C. A. Simons, 81 j. B. J. van der Ree, 3 m.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1884 | | pagina 2