WmMBBm, NAAISTER, ADVERTENTIËN. DtUÏSTBODE, Ameublementen. o- L. B. van ES, Vacantie-uitstapjes voor zwakke schoolkinderen. POLITIE. Achter de Vischmarkt, JB. HOOGERWAARD, w. van VLIET, W esthaven. bij W. ROBBREGTS, Aanleg van Waterleidingen. hebben op de goede toekomst der lJsel-stoomtram- weg-mutschappy. Dit verslag werd door deo Voorzitter aangevuld met eenige mededeelingen na den tijd waprover het loopt, waaruit het volgende wordt aangestipt De onderhandelingen met het gemeentebestuur van Schoonhoven over aanleg van een lyn Gouda- Schoqnhoven leidden tot toekenning eener subsidie van den kant van de gemeente Schoonhoven van 20.000, eene welwillendheid die ruimschoots opweegt tegeu de weigering van subsidie door de gemeenten Stolwylc en Bergambacht. De opbrengst der lynen was over de eerste vier maanden deies jaars: in Januari f 4776 Februari 4380Maart 4922 en April 4895. Op voorstel van de commissie tot het' onder zoeken der, rekening werd ais bewys van waardeering van de wyfce waarop de twee directeuren, de heeren L. F. Hojel en mr. F. baron van Hogendorp de belangen van aandeelhouders trachten te behartigen, besloten bun tractement te verhoogen, waardoor die bezoldiging in betere verhouding is gebracht tot de wedden van de technische ambtenaren, zullende de verhooging gerekend worden reeds te zijn ingegaan met het vorige jaar. Het hoofdbestuur van de Maatschappij tot bevor dering der toonkunst beeft aan den Ministei* van Binnenlandsche Zaken verzocht, van adspirant-hoofd- onderwijzers kennis der muziek te eischen. De Minister heeft hierop, onder dagteekening van 5 Mei jl., geantwoord, dat aan goed zangonderwijs van regeeringswege hooge waarde wordt gehechtdat echter het bedoelde vak is opgenomen onder die van het onderwyzersexamen van art. 60 der wet, en uit breiding van de eischen ter verkrijging der hoofdon derwijzersakte niet raadzaam voorkomt. Voor de oorrectioneele Kamer der rechtbank te Amsterdam stond Woensdag den 8en Mei terecht J. ,M. M., oud 60 jaar, portier in dienst der Amster- damsche Pypgascompagnie, wonende aan de Weesper- zyde onder Nieuwer-Amstel. Hij was aangeklaagd van den 19 Maart 11. met een Flaubertbuks met scherp eenige malen op een troepje kinderen te hebben geschoten, dat op zijn terrein speelde en zich daarvan niet wilde verwijderen. Een der kleinen zou daardoor aan den schouder zijn verwond, maar de kogel was in de wonde niet gevonden. Beklaagde gaf voor, eerst in de lucht en later in' het zand te hebben geschoten, en alleen met het doel om de kinderen te verschrikken. Hij had volstrekt niet bemerkt dat een zijuer kogels getroffen had, en dat eerst later vernomen. Na het hooren der getuigen en van een deskundige, dr. Westerdijk, die de woud had verzorgd, eischte het Openbaar Minis terie bij monde van ror. Ort eene maand celstraf en 50 boete. ZEd. achtte het raaterieele feit bewezen, maar niet dat er eenige misdadige bedoeling was geweest. Beklaagdes verregaande roekeloosheid stond nagenoeg daarmede gelijk. De verdediger des beklaagden mr. 'Stuart drong op vrijspraak aan wegens gemis aan bewijs, en subsidiair dat de rechtbank alleen een boete zou opleggen. Iu „den laatsten tijd werden de bewoners in de omstreken der gemeente Voorburg verontrust door verschillende baldadigheden op hunne erven, gewoonlijk des nachts bedreven, zonder dat het m&cht gelukken een spoor van de kwaadwilligen te, ontdekken. De vernielingtiucht openbaarde zjch bij voorkeur in het stukwerpen der ruiten van villa's, het afmaken van eenden, het te water werpen van op buiten plaatsen aanwezige voorwerpen, zooals wagens kortom in het toebrengen van schade. Aan den brigadier der rijksveldwacht, gestationeerd te Voorburg, is 't, met opoffering van menig uur zijner nachtrust, thans mogen gelukken, een van de vermoedelijke daders aan de justitie over te leveren, te weten den 18jarigen B., uit Leidschendam, die zich indertijd vermaakte met het lichten der lampen uit de straatlantaarns in zijne woonplaats, welke hij' vervolgens door de ruiten van de eerste de beste woning smeet. Twee zynër kameraden, wellicht niet geheel vreemd aan de nachtelyke eipeditiëli, zijn als getuigen in de zaak betrokken. Jhr. mr. A. F, de Savornin Lobman, lid der staatscommissie voor de grondwetsherziening, azet in de Stand., naar aanleiding van de bedenkingen door het anti-revolutionair orgaan daartegen inge bracht, het stelsel van kiesrechtregeling, doors de commissie voorgesteld, aldus uiteen Het stelsel der commissie komt hierop neer "Elk meerderjarig Nederlander van het mannelijk geslacht, in het volle bezit var. zyne burgerlijke reckleu, is kiesbevoegd, zoodra hij er eene afzonder lijke woning op nahoudt, mits hy niet, met het oog op zijn financieelen toestand, vau een deel der ge wone belasting is vrggesteld, m. a. w. vau staats wege, indirect bedeeld wordt. z/Ieder zelfstandige bewoner zal dus kiesbevoegd zyn, naar het stelsel der commissie. Niet iedere be lastingbetaler. Niet de eigenaar, maar de huurder, de bewoner. tfMaar zoodra een gezin tóÓ hulpbehoevend is, dat de wetgever zelfs afziet van de mogelijkheid, om de gewone belasting te innen, en dan maar liever ge- heele of gedeeltelyke vrijstelling geeft van de ver plichting, om by te dragen tot die gewone belas ting, vervalt ook het recht van het hoofd van zoodanig gezin mede te kiezen. Die geen //taxpayer* is, moet ook geen /,taxlayer* zyn. Alzoo wordt /,raet het bezit wel gerekend als factor, maar zoo, dat het bezit onderschikt blyft aan een hooger bedoelen. Niet het stomme geld rekent mee, maar het middel tot levensonderhoud voor den kiezer en de zijnen.* //Gevolg van dit stelsel zal dan ook zijn, dat in Amsterdam en Rotterdam zullen uitgesloten zijn niet zij, die huizen beneden de 100 bewonen. Alzoo zal /;een groot deel van den werkmansstand* en geheel,/ de kleine burgerij* kiesbevoegd zijn. Het aantal kiezers zal niet verdubbeld, maar vervierdub- beid worden, en naar ik meen 3 a 400,000 bedragen.* Omtrent den overlooper Cohen, die geruimen tijd onder de Atjehers heeft doorgebracht, maar onlangs door eenigen hnnner is uitgeleverd, schrijft de At- jehsche oorrespondent van het Hbt het volgende „Den 6en Maart had ik hef genoegen den vroeger van Lepong-arra gedeserteerdeu eu reeds dood ge- waanden Europ. fuselier Cohen, geboortig uit Rotter dam, met den trein te zien aankomen. Zooals u wellicht weet, heette bg bij de Atjehers na zyn overgang bij het MohammedanismeToekoe Alie en had bg bij Kengkoe di Tiroh, die hg zijn vriend noemde, veel in de melk te brokken. Dat bij echter niet altijd gebruikt werd om te vechten blijkt daaruit dat hij in den laatsten tijd kains (sarongs) verkocht eu zich te Ajer Leboe ophield, ver van het oorlogs gewoel. „Meenende een wandelend skelet voor mg te zul len zien, werd ik daarin zeer bedrogen, daar Coben er flink en robust uitzag, zoodat zijn tweejarig ver blijf hem eerder goed dan kwahd heeft gedaan. Toen hg vertrok, was hij toch een gèraamte gelijk. De wgze, waarop hij verder in onze handen is gekomen, zal ik u thans mededeelen. Het was den controleur der Oostkust door spionnen namelijk bekend, dat Cohen en Vriezekolk (een oprechte Haarlemmer) zich te Ajer Leboe, een aan ons gezag onderworpen en rijk kustplaatsje, schuil hielden. De controleur ge lastte daarop den radja van die streek die menschen, de Europeanen, uit*li leyeren, wilde hg niet even als eene vroegere maal, wederom eenige honderden dollars boete betalen en zien, dat thans zgn kampong werd getnohtigd. „De Radja, die qp dit dreigement angstig werd voor de uitvoering, voorts begeerig was om de 1000 dollars belooning te ontvangen voor de uitlevering en het ook lang niet prettig vond, dat de beide Eu ropeanen zich hg hem ophielden, beloofde den con troleur hunne uitlevering. Ziet hier hoe hg dit aan legde. Op den bewusien avond dan zaten Cohen, Vriezekolk en eenige Atjehers in een rapahzaal en beraadslaagden het een en ander, toen er een Atje- her kwam en vroeg, of zij ook cognac wilden heb ben, daar dit door een schuitje op den wal was ge zet. Begeerig naar dien nectar, zeiden zij gaarne hier iets v»n te willen hebben, waarop de Atjeher hen uitnoodigde naar den wal te gaan. Cohen ging vooruit in de duisternis (het was pl. m. 6I/S uur in den avond) en viel onder het gaan over een over den weg gespannen touw, dat zy met opzet hadden gedaan. Nauwelijks gevallen, vlogen er tien Atjehers op hem af en bonden hem in een oogwenk, waarna hij aan de zee ward gebracht en overgenomen werd door onze marine, die klaar lag om hem in ontvangst te nemen. Coben verweerde zich wanhopig en smeekte den Atjehers om hem met de klewang af te^ maken, liever dan hem over te leveren ifn handen der com pagnie waar hem de strop wacht. Vriezekolk scheen lont geroken te hebben eo verdween in de richting der bergen, zoodat die nog altyd daar rondloopt. Den 6de daarop kwam Cohen, stevig geboeid eu door mariniers geëscorteerd per trein van Oleh-leh en werd hij op de meest onaangename wijze door zyn eigen makkers ontvangen. Men hoorde ten minste niets auders dan ploert, overlooper, batig hem op, geef hem maar aan ons, den hond en dergelijke lie felijke uitdrukkingen meer. Hij was gekleed in een zijden Atjehsche broek met bloot bovenlijf, op bloote voeten en met een At jehsche muts op. Hg had het uiterlyk van een echten ploert en zoo hij veroordeeld wordt tot den strop, dan heeft hg zgn verdiende loon. Onmidde- lijk na zijn aankomst bij den kolonel en den gouver neur gebracht, bleef hij daar ruim *2 uren, waarna hij achter het slot werd gezet. Sedert is hem een vel papier gegeven met een potlood om dat, wat hem te brnnen mocht schieten, op papier te zetten en het den kolonel in te leveren. Hij beweert natuur- lyk steeds in het belang van het gouvernement te hebben gehandeld ee nimmer eenige vijandelijkheid tegen ons te hebbeu gepleegd. Mocht ik in de vol gende dagen iets van bem en zijne omzwervingen te weten komen, dAn zal ik niet nalaten dit u melden. De ondernemende Italiaan Francesco Cirio ook in Nederland geen vreemdeling heeft het plan opgevat, een tegelijkertyd landbouwkundige en industrieele inrichting in het leven te roepen, eu tot doel deu handenarbeid te gebruiken van de straf kolonie van Ca8tinda8, op het eiland Sardinië. Cirio vraagt aan het Italiaansche gouvernement de con cessie, op eigen risico en voor een tijdperk van 30 jaren, van genoemde strafkolonie, op voorwaarde dat hem jaarlyks een som wordt uitgekeerd equi- valeerer.de met het bedrag der uitgaven, die de Staat gedurende bet laatste jaar vóór de,poncessie zal heb ben gedaau. Het gebeele personeel zou behouden blijven met zijn traktementen en salarisseude ge vangenen zouden gevoed en gekleed worden als tot dusver, maar op kosten van den ondernemer. De Staat zou ontheven worden van den last der inrichting, zou geen andere kosten hebben dan deze nu heeft hij zou slechts het recht van toezicht en controle behouden. Wat Cirio uit die gronden al niet halen en op die gronden al niet oprichten wil grenst aan het ongelooflyke. Bovendien moet zgn plan ook de veefokkerij in het groot omvatten kortom, als de concessie toegestaan en het plan verwezenlijkt wordt, zal het eiland Sardinië, dat, hoewel vracht- baar door zgn ongezondheid tot dnsver veroordeeld was tot isolement en werkeloosheid, van lieverlede een geheele gedaanteverwisseling ondergaan. *mmm*BBËSBSSBBSSSËËBBBSSS Ouder dit opschrift berstte een drietal «eken ge leden Hel Vaderland een artikel ron beroegde hand, dat reler aandacht trok en naar on. 'inzien ten rolle «aard is ook in deze gemeente gelezen te «or den. Immers, erenzeer ais elders «orden ook in Gouda zwakke schoolkinderen uit den behoeftigen stand aan getroffen, voor wie een uitstapje zeer heilzeam zou zjju, doch waaraan in hunne omstandigheden thans niet te denken ralt. Wie «eet of eronder de burgers ran Gouda, «aaronder zoo reien, die reeds dikwijls op ondubbel zinnige wijze toonden iets orer te hebben roor een goed doel, niet enkele zgn, die na de lezing ran de rol- gende regelen sympathie opralten roor de zaak en po gingen aanwenden om ook eenige Goudsche kinderen in de gelegenheid te stellen een dergelijk heilzaam uit stapje te maken. Wij meenen in allen geral dat de zaak alle orerwegiog rerdient. De schrgrer zegt in genoemd artikel o.a. het rol- gende Velen ran ben, die dit lezen, hebben waarsohgnlgk «el eena iets rernomen ran de zoogenaamde .kinder koloniën in de zomerracantie". Zij «eten, dat men in Duitschland dien naam gegeren heeft aan groepjes kinderen uit de achterbuurten der groote sleden, die men op de stadsscholen uit de meeat tengere had uit gezocht om hunne bleeke, fletse, luchthongerige ge zichtjes, en in den zomer drie of rier «eken had doeo doorbrengen in een gezonde streek, onder het genot ran de vrije natuur, ran frissehe lucht en degelijk roedsel. De eerste die aan zulke groepen ran kinderen, al. hier bedoeld «orden, die weldaad rerachafte, «as eau Zwitaersch geestelijke, Bion genaamd, die jarenlang in het kanton Appenzell had gewoond en bjj zjjn ver-' plaatsing naar Ziirtch daar juist het ongezondste, nauwste, armste gedeelte der stad onder zgn toezicht kreeg. Daar trof hem levendighet slappe, ziekelijke 'uiterlijk ran rele kinderen en bg dachtkon ik die kinderen maar eens, al ware het roor korten tgd, brengen naar mgn rorige standplaats in de bergen, in dê frissehe lucht. Kent gijl lezer, en rooral gij, lezeres, de achter buurten onzer groote steden P Hebt gij die «el eens bezocht biet het doel om te z i e n, om die buurten te leeren kennen P De straat is ruil en ries en dik wijls smal. De .stadsreiniging" doet daar haar werk niekjnet reel zorg. Er is ook geen epr mee te be halen, want de straat is de groote ruilnisbak ran de bewoners. In die straat rindt ge om de huif of wat een zoogenaamd „hofje", dat wil zeggen een rerzameling ran twintig of dertig woningen, met toegang aan de straat, die somtijds nog niet 70 centimeters breed is.' Er zgn er ln Den Haag, die maar 60 centimeters breed zijn en waar-sommigen uwer zich slechts met moeite, of zelfs in het geheel niet zouden kunnen doorheen werken, Die toegang is orer een groot deel zij ner lengti, of ook wel ge heel, orerdekt en de kleine opqjjBuimte, waarheen hjj a roert en die met woningjes is volgebouwd, zoo rol als bet kan, is aan alle kanten door hobge bnizen, uwe huizen misschien, ingesloten. Elke wo ning is zoo groot als uw huiskamer. Neen, de meeste zgn reel kleiner. Daarin huizen rader, moeder en somt 6 of 8 kinderen, die bij groepjes ran 3 of 4 in éen bed slapen. Daar worden alle huiselijke bezigheden rerriohtdaar wordt de lucht nooit flink rerrerscht, deels omdat men niet weet wat dat is en er geen behoefte aan roeit, deels ook omdat het raam ran ouderdom uiet open kon, de eigenaar het stak lood had gespaard, uoodig om het in erenwicht te houden. En men houdt ook wat te beprgpen is in ons liefelijk klimaat de zoo dikwgls gure buitenlucht maar zooreel mogelijk buiteo, want als bet mar niet meer noodig is om het eten klaar te maken, of het warm te houden roor rader, die zoo als gewoonlijk op zich laat wachten omdat hg op weg naar huis eerst nog in het roorbggaan een slokje neemt, dan wordt er niet gestookt, om de rolkomen geldige reden dat er geen brandstof is. In dat hofje rindt gij roor elk half dozgn woningen, soms ook wel roor alle twintig tegelijk, een pomp met slecht, dikwgls stinkend water, dat blijkbaar onder den grond intime kennis beeft gemaakt met hetgeen sijpelt uit het door rerrotte planken halfgedekte riool, dat de poort in haar geheele lengte doorloopt. Daar rindt gij ook een of twee priraten, roor al gemeen gebruik, voorzien van tonnen, die het niet helpen kuunen dal zij zoo dikwgls overloopen, omdat zij niet dikwijls genoeg verwisseld wordeneen pri vaat dat niemand reinigt, omdat het voor allen dient en iedere bewoonster op hare beurt u verzekert, dat niet haar gezin, maar dat van die vuile buurvrouw het onrein maakt. Ginds in een hoek is nog een mestvaalt, waar al het vuil opgehoopt wordt, totdat het aan de beurt is om er een beetje van weg te ruimen. In zulke woningen, in zulk een omgeving, leeft een deel kinderen, die onze stadsscholen bevolken, zonder andere versche lucht dan die de wandeling geeft van eenige minuten, van het hofje naar de school in de buurt en van daar weer naar het hoije, vier malen op een dag en nog niet eens eiken dag langs onfrissehe straten en onze stinkende grachten. Die kinderen ontmoet gij niet in Voor hout of Maliebaan, niet in het bosch of aan het strand. Ze zijn daarvoor te schamel gekleedals ze niet op school zijn, zijn ze thuis, of worden ze hoogstens de deur uitgezonden om op het hofje of op de straat, waaraan het ligt, met buurkinderen te spelen zonder speelgoed, Bedenk daarbij dat het voedsel bgna enkel bestaat uit brood, aardappelen en rijst en de drauk uit slappe koflie en slecht water. Is het vreemd, dat vele van die kinderen tenger zjjn en bleek, flets en lusteloos Zoo is het in den Haag, zoo is het in vele steden en zoo vond de menschenvriend Bion bet in Zurich. Kon ik, dacht hij, die stumperde maar eens een paar weken brengen in de rrjje natuur, in de frissehe lucht, dan zou er wel wat meer stevigheid komen in die slappe spieren, wat meer kleur op die bleeke wangetjes, wat meer leven en levenslust in die flauwe oogen. En hg ging aan het werk. Een oproeping in een dagblad verschafte hem het noodige geld. Voor goede zaken ia altgd wel geld te krijgen. In Juli 1876 kon hg 34 jongens en 30 meisjes, en in 1877 39 jongens en 55 meisjes onder toezicht van de noodige onderwijzers en onderwijzeressen, telkens voor veertien dagen, naar de door bem uitgezochte plaats zenden, waar hij de menschen kende en wist, dat de kinderen het goed zouden hebben. Zelfs in Zoo korten tijd waren de gevolgen toch zeer gelukkig.(lJ Spoedig werd het voorbeeld van Zurich in Duitsch- land nagevolgd. Het eerst door dr. Varrentrapp in Frankfort a. M., die opzettelijk naar Zurich was gegaan om zich nauwkeurig de ondervinding te laten mededeelen, die Bion had opgedaan, vooral betref fende de voeding, de uitrusting en het toezicht. Te,Frankfort teruggekomen ging hij aan het werk en de proefneming had plaats. De uitkomst van deze eerste proefneming'was zeer gelukkig. De kinderen, die voor hun vertrek en na hunne terugkomst gewogen werden, hadden in de 25 dagen van hun verblijf buiten eenige malen (de jongste kinderen zelfs zeven malen 1) zooveel in ge wicht gewonnen als bij kinderen van hunnen leeftijd het normale is en zij zagen er voortreffelijk uit. Hier zij nog vermeld, dat de geheele kosten, voor 97 jongens en 8 onderwijzers, bedroegen 5373.20 Mark, dat is 3223,98. De goede uitkomst van deze eerste proeven, die de verwachting nog overtrof, had tengevolge dat de „vacantie-kolouiën" thaus niet alleen tot de vaste instellingen v^n Frankfort behooren en. de Ver- eeniging die deze regelt jaarlijks een verslag daar omtrent bekend maakt f)> maar dat ook in vele 1 Mvq vindt een nadere beacKVijving in het Correapondenz- blatt f. Schweizer-AeAte, 1877, p. 400 en 1878. p. 311. 2 De lezer, die nader met het onderwerp wenl$ht kennia te maken, zij verwezen naar het aangehaalde opstel io "De Gezondheid," en vooral naar he „Deutsche Viertelj. achr. f. offend. Gesundhtapfl.,» 1878, p. 735, 1883, p. 37. steden van Zwitserland en Duitschland jaarlijks troepen arme kinderen gedurende drie of vier weken naar buiten worden gezonden. Het spreekt wel vanzelf dat wat in Duitschland met zoo uitnemenden uitslag geschiedde spoedig ook in Nederland de aandacht trok. In het tijdschrift „De Gezondheid" (deel III, blz. 353) verscheen in 1881 een opstel getiteld „Kinderkoloniën in de zomervacantie", waarin een overzioht werd gegeven van hetgéen tot dien lijd in deze zaak was gedaan en van de daarmede verkregen uitkomsten. Het orgaan van de „Vereeniging tot bevordering van het Volksonderwijs", het „Volksblad», gaf daar omtrent ook kleine mededeelingen en al spoedig vernam men, dat men in Amsterdam het plan had gevormd, het goede voorbeeld na te volgen. Dit .is in den vorigen zomer geschied. Het „Volksblad» van 5 Augustus 1883 vermeldde hoe den 27n Juli twintig kinderen van 9 tot 11 jaar van Amsterdam vertrokken naar „de Pyramide van Ansterlitz», een logement aan den straatweg tusschen Zeisten Woudenberg, om daaronder het genot van bosch- en heidelucht, bij goede voeding en onder vertrouwd toezicht drie weken door te brengen, en deelde eenjen ander mede omtrent de wijze waarop de zaak voorbereid en haar welslagen zooveel mogelijk verzekerd werd. En reeds het „Volksblad» van 25 Augustus bracht ons, met deo rechtmatigen triomfkreet „goed geslaagd" als opschrift, het bericht van de terugkomst der kinderen en de verzekering van hen, die de zaak hadden tot stand gebracht, dat de proef goed was gelukt. „Het verblijf gedurende 22 dagen van deze twintig „Amsterdamsche kinderen in de bosschen en op de „heide van Austerlitz (zegt het verslag) heeft aan de „verwachting beantwoord. Vooreerst met betrekking „tot hetgeen bij het ontwerpen van het plan op den „voorgrond stondde bevordering van der kinderen „lichamelijk welzijn. Hoe ongezond was Hun ge- „laatbkleur, hoe slap voelden hun spieren, hoe droeg „hun gansche wezen te teekenen van een verarmd „gestel, toen de tocht werd aahvaardEn hoe „gansch antlers was der meesten uiterlijk, hoeveel „krachtiger eu flinker waren zij geworden, toen „zij te Amsterdam weder uit den trein stapten 1 „Doch al was het gezondheidsmotief voor 'hen, die „de zaak ter hand hadden genomen, de hoofdzaak (zoo gaat de verslaggever voort), „het een en het „alles was het voor hen toch niet. Nog iets anders „stelden zij zich voorook de hoop op gunstigen „invloed uit een opvoedkundig oogpunt dreef hen „tot de poging, waarvan zij ook in dit opzicht geen „berouw behoeven te hebben. En geen wonder. „Denk aan het samenleven van den vroegen ochtend „tot den laten arondeen leerschool om, ook „buiten den kleinen kring van bet huisgezin, insohik- „kelijkheid voor anderer wenschen te betrachten, al „komen eigen begeerten daarmede in strijd. Denk „aan de maatregelen in het belang der reinheid „tweemaal 's weeks een bad, dagelijks gebruik van „spons en haarborstel, van tabden- en nagelschuier „hier werd een beschavende behoefte gewekt, den „meesten vroeger volslagen vreemd, io het begin „geenszins maar allengs in klimmende mate met kin derlijke ingenomenheid gewaardeerd. Denk aan den „onafgebroken omgang met de volwassen geleiders, „wier toewijding den kinderen een practische levens- „les gaf, wier gesprekken en aauwijziugen hun oog „openden voor de beteekenis van zooveel om hen heen. „Denk aan het gevoel van zedelijke verademing, dat „ook ons bevoorrechte stedelingen vervult, wanneer "wij het genot van het buiten zijn deelachtig worden, „en dat deze kinderschaar, aan den nog zooveel „beperkter horizon der grootsteedsche achterbuurt „gewend, te sterker treffen moest. Denk aan die velerlei „indrukken van al het vreemde dat hen omgaf. Denk „eindelij It aan de winst voor het ontvankelijke kinderge- „moed, nu vreemden liefdevol heu verzorgden, nu een „ieder, die met hen in aanraking kwam, een vrien- „delijkeu blik en een vriendelijk woord voor hén had. „Zie, wy weten wei, dat bevordering der gezondheid „van misdeelde kinderen in onze samenleving de leus „dezer vacantiekolonies zijn en bjijveu moet. Maar „wij vertrouwen tevens, dat zij opvoedkundig heil- „zaam werken. Dat vertrouwen heeft de ervaiing „van dit drietal weken versterkt." Wat dunkt u, lezers, van het bovenstaande? Wekt het niet tot navojging op P Juist toen dit stukje geschreven was, vermeldden de dagbladen uit Amsterdam, dat de commissie, die daar voorleden jaar de zaak ter hand nam, zooreel steun vond, dat zij in dezen zomer een honderd- zestigtal kinderen, hetzij naar de zee, hetzij naar de heide hoopt te kunnen zehden. Zon men niet in den nu naderenden zomer al ware het maar voor een twaalftal magere, bleeke stadge- nootjes ook iets dergelijks kunnen doen Eenige Rozenkransen en R. C. Kerkboekjes, een Breikous, een,Portemonuaie met 56 cents, een Por- temounai met 3,50, een goud Oorbelletje met bloedkoraaltjes, een fantasie Armband, een zwart Sobort, een Lorguet, een Knipmesje, een paarsch Jak, een Sleutel, een Kinderzakje waarin een Zak doek en Roozenkrans, eeu Handschoen, een zilveren Sigarenpijp met bouten mondstuk. WILLEM SLIEDRECHT EN CATHARINA JANSSEN. V Gouda, 9 Mei 1884. Gevonden voorwerpen aan bureau van politie ge deponeerd en nog niet afgeknald. Hartelijken dank aan allen die ons 4 Mei bewijzen van belangstelling toonden. J. 8. KAMP O en Kchtgenoote. v De Heer en Mevrouw NOOTHOVEN van GOORRoest van Limbdbg en Mejufvrouw S, C. ROEST van LIMBURG betuigen hunnen dank voor de blijken van belangstelling bjj het overigden van hunne Tante, Mejufvrouw P.Q. H. van des MEER van KUFFELER te Moor drecht. De ondergeteekende B. HOOGERWAARD, Mr. Timmerman te Gouda, maakt zgne geachte begunstigers bekend, dat hg VERHUIST naar wgk I No. 132. Minzaam aanbevelende voor alles wat tot het vak behoort, belovende eene nette en flinke bediening. Achtend Mr. Timmerman, Gouda. Er biedt zich aan een fatsoenlijke P. G., tegen half Juni voor KEUKENMEID of MEID-ALLEEN. Adres franco brieven onder No. 969, aan het Bureau dezer Courant. BEKLEEDING van alle soorten van MEU BELS, onverschillig in welke stijl, solide be werkt, bij Stoffeerder en Behanger. EENE FATSOENLIJKE nog eenige dagen disponibel hebbende, zag zich gaarne geplaatst. Adres onder No. 968, aan het Bureau dezer Courant. Ten spoedigste gevraagd een- bekwame Gouwe te Gouda. Reparatie van STOOM- en andere Werktuigen. Reparatie van Naaimachines, lJzer- en Koper-draaiwerken spoedig, accuraat b i 11 jj k.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1884 | | pagina 2