3EN, i
schilderde
Lira
E,
N? 3134.
Zondag 21 September.
.25.
1884.
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken.
DPEN
RT.
A.
BINNENLAND.
ENT”
Hei parlementaire Nieuwjaar.
Brieven
EROP,
CHE
tSv
e zeer net
goudsche courant
I
j.i.
abat.
f
1
NBOOM
a. 8. eene
ecair ver-
muïteiten.
1000.-,
de4»/,»/^
:e gewaar-
«len kapi-
EKEN
145.
t Nickel
met punt-
t kwastje,
mimen,
van bh.
minstens
zoo ook
i stuks.
/3-
- 1.25
- 2.50
- 2.50
- 2.75
- 2.50
- 6.25
t hooger.
8 dagen
tegenwoordiging, omtrent wier gezindheid niets
bekend is.
Intusschen zijn de beide Kamers-geconstitueerd.
De Eerste had niets te doen en is op reces
gescheiden. De Tweede heeft haar vorigen Voor
zitter terng. De heer Cremers heeft zijne
waardigheid reeds aanvaard. Met hem stonden
op de voordracht vertegenwoordigers der beide
andere groote partijen, de antirevolutionaire
heer A. Mackay en de katholieke heer Borret.
Als deze beschouwing ter kennis onzer lezers
komt, is de staatsbegrooting reeds ingediend en
zullen wjj meer weten van de financieele voorstel
len der regeering. Wij hopen daarop later terug
te komen.
GOUDA, 20 September 1884.
Gisterenmiddag werd ten Raadhuize alhier aanbe
steed: het vernieuwen van het westelijk leijendak
en de loodbekleeding der lijsigoot aan het Raadhuis.
Ingeschreven werd door: J. Gravestejjn te Gouda voor
1600.I. Seijffers te Dordrecht voor 1361.
P. P. Soos te Gouda voor 1247.H. Koning te
Haarlem voor 1033.—, H. van Berkel te Gouda
voor 989.en I. Huisman te Rotterdam voor
844.—
Worden er, gelijk bekend is, op allerlei gebied
wedstrijden, uitgescbreven en mocht ook iu deze
gemeente er meer dan een plaats hebben, thans wordt
iets nieuws aangekondigd ul. een vlieger-wedstrijd.
Deae wordt gehouden Zaterdag 27 September e. k.
des namiddags ten 2 uur, op het land aan de
Kleikade bij „de Kap", waaraan jongens beneden
de 16 jaren mogen deelnemen. Verschillende prijzen
zijn te behalen en bij ruime deelneming ook nog
premiëu.
Welnu, aan deelneming zal het wel niet ontbreken,
de Goudsche jongens zuilen zich zeker haasten van
de aangeboden gelegenheid gebruik te maken eu
het terrein zal een recht levendig, vroolijk gezicht
opleveren, dat vele volwassenen een wandeling zal
doen ondernemen uaar „de Kleikade."
Er zullen voortaan recbtstreeksche biljetten en retour*
biljetten worden ingevoerd tusschen Haarlem en Gouda
v. v. over Amsterdam.
Door de leden van het Nut te Haastrecht, is
besloten, het 100—jarig bestaan der maatschappij te
viereu op 10 November a. s. Ds. Paré zal uiige*
uoodigd worden dien avond eene feestrede te houden.
prins is tamelijk koel uitgedrukthet bezoek
van onzen Koning aan België, dat wel eenige
vermelding verdiende, schittert door zijne afwe
zigheid gelukkig dat Zondagavond nog even
de invrijheidstelling der Tenomsche schipbreu
kelingen kon worden ingelascht. De meeste
aandacht was gevestigd op de grondwetsher
ziening en de financiën. Omtrent het laatste
punt vindt men eene weinig zeggende verklaring.
«De toestand der geldmiddelen zal op uwe
belangstelling weder in ruime mate aanspraak
maken. Zeker is het krediet van den staat wel
gevestigd en het tekort, in vergelijking van het
vorige dienstjaar, verminderd, maar de regeering
meent niet te mogen rusten in het streven om,
door bezuiniging binnen de grenzen der moge
lijkheid eenerzjjds en door verbetering van
middelen in Nederland en in Indië anderzijds,
hét noodige evenwicht tusschen uitgaven en
inkomsten te naderen en eindelijk te bereiken.»
De Voorzitter der Eerste Kamer heeft daarin
meenen te lezen, dat wjj op den goeden weg
zijn en uitte de verwachting dat wij de moei
lijkheden zouden te boven komen. Het is ons
niet gelukt uit deze zinsneden iets dergelijks
op te makende plannen der regeering liggen
nog geheel in het duister en. zullen wel niet
het licht zien vóór de aanbieding der staats
begrooting. Omtrent de grondwetsherziening
was de regeering duidelijker. De voorstellen
tot (algemeene) herziening zjjn genoeg gevor
derd om te verwachten, dat zij weldra in be
handeling komen. Maar vóór alles stelt de
regeering prijs op onverwijlde behandeling van
haar voorstel omtrent art. 198. Dit beteekent
natuurlijk, dat zjj zich niet verantwoord acht,
met het oog op den gezondheidstoestand des
Konings, als er gedraald wordt met het weg
nemen der bepalingep, welke eene grondwets
herziening gedurende een regentschap ónmo
gelijk zouden maken. Na deze verklaring zien
wjj en alle voorstanders eener ruimere herzie
ning af van verderen aandrang en wjj mogen
h^’achten, dat de Kamers zich bereid zullen
verklaren aan dezen wensch gehoor te geven,
al spreekt misschien een enkel lid door aanne
ming vijn dit ontwerp zjjn eigen doodvonnis
Uit. Het komt ons, ter verzekering van een
geregelden gang van zaken, iu deze omstan
digheden wenscheljjk voor, dat de kiezers de
aanstaande ontbinding eenvoudig beschouwen
als eene formaliteit. Laten wjj eenvoudig de
aftredende leden herkiezen zonder strijd. Vol
gens de vei zekering der regeering komen toch
binnen kort de voorstellen in tot ruimer grond
wetsherziening en dan kunnen bij de 2e ont
binding de politieke vraagstukken aan de orde
gesteld worden. Waarschijnlijk zullen deze
algemeene verkiezingen samenvallen met de
gewone aftreding in Juni 85. Mocht dit denk
beeld worden uitgevoerd, dan verspilt men niet
onpoodig zjjhe krachten, want óver art. 198
alleen kan geen strjjd aan de stembus gevoerd
worden. Hoe spoediger het aanhangige voorstel
thans zjjn beslag krijgt, hoe meer tijd erover-
bljjft voor de begroeting en de invoering van
het nieuwe strafwetboek. Hoe het zjj, nu het
bljjkt dat herziening van art. 198 bepaald
noodig is, gelooven wjj dat het zaak is, dat
allen daartoe medewerken; wjj zouden niet
gaarne gevaar loopen, dat het verwezenlijken
der plannen tót ruimer wjjziging der grondwet
onverwachts onmogeljjk werd gemaakt door het
onverhoopte overlijden des Konings.
Na deze regeeringsmededeeling was sober
heid in het doen van beloften voor de toekomst
in de openingsrede alleszins verklaafbaar. De
Kamers gaan heen en bij haar -plannen zal de
regeering moeten rekenen met de nieuwe ver-
1N.KMAN
omen
Bskerk te f
is der St.
ingen,enz.
jk levens-
lebroeden
eth,
Zonder veel vertoon en zonder den omhaal
van adressen van antwoord op de troonrede,
waarvan het nut ons steeds zeer twjjfelachtig
is voorgekomen, is ditmaal de gewone zitting
der kamers geopend. De Koning bleef afwezig,
vandaar geen troonrede. Toch werden wij ver
gast op een paar toespraken van den minister
van binnenl. zaken, welker lengte niet in ver
houding staat tot haar belangrjjkheidde ge
wone parlementaire oudejaarsavond- en nieuw-
jaarspreeken. Vooral de sluitingsrede van
Zaterdag is een meesterstuk in haar soort. Met
woordenrijke wjjdloopigheid wordt uitgeweid
over allerlei onbeduidende ontwerpen en maat
regelen, die in de vorige zitting tot stand zjjn
gekomen, zoodat de oningewjjde uit de verte
den indruk krjjgt, dat er heel wat afgehandeld
is en het parlement zich zeer verdienstelijk
gemaakt heeft jegens het vaderland. Wie zich
aan de zaken des lands gelegen laten liggen
en dat getal wordt steeds kleiner, dank zjj
ook de houding der 2e Kamer vooral weten
beter. De waarheid is, dat, er al een zeer
schrale oogst geweest is in dat tjjdsverloop,
hetgeen grootendeels was toe te schrjjven aan
de verdeeldheid der liberale partjj, zooal wjj
meermalen hebben aangetoond. Het gebeele
zittingjaar levert een onverkwikkelijk schouw
spel op, zoodat het publiek deels de belang
stelling in politieke zaken verliest, deels van
niets anders heil verwacht dan van vernieuwing
van het kiezerspersoneel, waardoor Verbetering
in den bestaanden toestand gewacht kan worden.
De aangroeiende beweging^ ten voordeele van
het algemeen sterilTecht is daarvan een nieuw
bewjjs. Schoon geen voorstanders vgn dat
recht, in den algetneenen zin die er doop het
spraakgebruik aan gehecht wordt, kunnen\wqj
niet ontkennen, dat dit streven in den laatsten,
tijd aan kracht heeft gewonnen, hetgeen wjj
vooral toeschrjjven aan de kibbelpartijen op het
Binnenhof en de gebleken machteloosheid der
tegenwoordige 2e Kamer om iets degelijks tót
stand te brengen.
De zinsnede, welke in die slotrede het meest
de aandacht trekt, is die, waarin de financieele
quaestie wordt aangeroerd. Deze paragraaf is,
in tegenstelling met de rest, bjjzonder schraal.
De terechtwijzing aan de 2e Kamer* had wel
wat scherper kunnen luiden, hoewel erkend
moet worden, dat de redenaar zich ook richtte
tot de Eerste Kamer, die in dit opzicht geen
schuld heeft. Men herinnert zich, dat de re
geering herhaaldeljjk voorstellen gedaan heeft
om in den steeds klimmenden financieelen nood
te voorziendat met name de inkomsten- of
zoogenaamde klassenbelasting met ingenomen
heid buiten de Kamer werd begroet als de beste
oplossing van het netelige vraagstuk der tekor
ten doch dat alles is afgestuit op den onwil en het
gemis aan samenwerking bjj de Tweede Kamer.
Vergeljjkt men hiermede het tamme paragraafje
«’s Lands financiën vereischten in hooge mate
uwe aandacht. Eene nieuwe geldleening werd
door u goedgekeurd, en op niet onvoordeelige
wjjze gesloten met de verbetering van enkele
belastingen, die tot stand kwam, werd niet
veel meer verkregen dan de rente en aflossing
van,die geldleening zuilen eischen», dan is
verwondering over zóóveel kalme berusting
aan de zjjde der regeering niet misplaatst.
,De tweede toespraak, die het gemis der
troonrede vergoeden moest en daarvan 'alle
allures heeft, behelst weinigf beloften voor het
nieuwe zittingjaar. Ook de gebruikelijke toe
spelingen op den politieken toestand zijn schraal.
De herinnering aan den dood van dén krooü-
Tot noodheemraden vau de Krimpenerwaard, voor
den winter 1884/86, zjjn benoemd de heeren: L.
Koojj, te Krimpen a/d IJsel, A. Berkouwer en A.
Breed veld, te Lekkerkerk, en C. Oskam Az. te Berg-
Ambaoht.
Tot hoofdingelanden ran de Krimpenerwaard, tlju
verkozen in het le district de heer C. Oskam Az, te
Berg-Ambaoht, in plaats van den tot hoogheemraad
verkozen heer P. J. Smits aldaar; in het 2e district
de heer L. de Jong, te Gouderak, iu plaats van wjjlen
den heer J. J. de Jong.
Omtrent den gezondheidstoestand van onzen
Koning ontvangt bet „Rott. Nbl." van het Loo de
meest geruststellende berichten. Z. M. wandelt bijna
dageljjks, niet slechts in het Park, maar ook langs
den publieken weg door het dorp, met de Koningin,
of wel met zijn gasten, en de Koning heeft zelf de
plannen voor een aanstaande groote jacht geregeld.
Z. M. ziet er uitstekend uit en schijnt van geeu
vermoeienis te welen de kleine princes is met haar
gouvernante nagenoeg den geheelen dag op de been
eu heeft vooral vermaak, wanneer de openbare school
van meester Ravenhorst hitgaat en de kinderen mee*
rendeels op hun klompje, onder luid getier, naar
buiten stormen om te spelen, nuffig is de kleine nipt,
men ziet het haar aan dat zij graag zou meespelen.