1885.
N° 3241.
Nieuws- en Advertentieblad ioor Gouda en Omstreken
BINNENLAND.
Vrijdag 29 Net.
De inzending van advertentiën kan geschieden tot
uur des namiddags van den dag der uitgave
GOUDSCHE COURANT.
De uitgave dezer Courant geechiedt ZONDAG
WOENSDAG en VRIJDAG. In de Stad
geschiedt de uitgave in den avond van
DINSDAG, DONDERDAG en ZATER
DAG. De prjjs per drie maanden ie 1.25
franco per poet 1.50.
ADVERTENTIËN worden geplaatst
van 15 regels a 50 Centeniedere regel
meer 10 Centen. GROOTE LETTERS
worden berekend naar plaatsruimte.
Bovendien worden alle Advertentien gratis
opgenomen in het ADVERTENTIEBLAD,
't welk des Maandags verschijnt.
Afzonderlijke Nommers VIJF CENTEN.
GOUDA, 28 Mei 1885.
Bq de acte-eiameos Lager Onderwijs rijn gisteren
geslaagd mej. H. san Creveld, uit Gouda en J. M.
ran Bochoee, uit Moordrecht.
Giaterenaroud hield de Weerbaarheidaeereeniging
„Burgerpligt" hare gewone algemeene vergadering.
Na opening werd door den roorsitter, den heer G.
H. G. de Lange, in herinnering gebracht dat in het
afgaloopen jaar overleden was de heer D. W. Wes-
terbaan, Bere-voorzitter tevens een der oprichters van de
vereeniging. Spr. deelde mede dat het bestuur namens
de vereeniging bij de teraardebestelling een krans op
egn graf had doen leggen als een hulde aan de ver
diensten van den overledene ton opzichte dezer
vereeniging. Namens de familie van den overledene
was een brief van dankbetuiging ingekomen voor dit
huldeblijk.
In deze vergadering werd voorts de rekening nage
zien en onder dankzegging aan den Penningmeester
goedgekeurd. Als Bestuursleden werden herbenoemd ds
hh. H. van Wijngaarden en A. Boonatra, terwijl tot
deelname aan den nationalen schietwedstrijd, door den
bond der rustende schutterij uitgeschreven, zjjn aan
gewezen de hh. Boonstra, van Beedt Dortland, Gejjtel,
de Lange en van Wijngaarden.
Door den heer A. K. van der Garden te Gouda,
Concessionaris voor een stoomtram door den Hork-
achen Waard, is het technische gedeelte van dat werk
opgedragen aan den heer H. Paul te Zevenhuizen.
In de zitting der Rotterdamsche Arr. Rechtbank
van Dinsdagmorgen werden o. a. de volgende per
sonen veroordeeld
A. B. Azn., A. B., C. G. en W. 8, werklieden
te Gouda, bekl. van gewelddadigheid jegens be
dienende beambten aldaar, tijdens het opkomen voor
de Nationale Militie, tot 8 dagen gev. oell. ieder.
A. B., wonende te Gouda, bekl. van hetzelfde feit,
tot 8 dagen gev. oell.
Aanstaanden Zaterdag zullen wjj den stand der
Schaakpartij tegen dep Haag opgeven. De positie
ia voor beide partijen vrjj gelijk eenig voordeel is
nog niet behaald. Het eindspel kan echter hoogst
belangwekkend zijn.
Gisteren middag ten twee ure werd ten Raadhuize
dezer gemeente aanbesteed
1. Het uitdiepen van een gedeelte der rivier de
Gouwe, tussohen de brug in den spoorweg Leiden
Woerden en Gouwsluis. Ingeschreven werd door
W. Noordhoek voor 1959.Joh', de Vaal,
Gouda, voor 1675.—C. Furrer, Gouda, voor
1264.en C. NederhoS, Gouda, voor 930.
2. Het vernieuwen van de vaste houten brug in
den weg naar den Znidpiaspolder bij den Broekweg.
Ingeschreven werd doorW. de Jong Wz., voor
2868.j G. van Otterloo, voor 2555.
C. P. W. Dessing, voor 2300.L. van Dorst,
voor ƒ2200.C. J. C. Hoogendjjk, voor 2000.
H. J. Nederhorst, voor 1943.en W. Bokhoven,
voor 1883.
3. Het vernieuwen van de leien daken en de
loodbedekkingen der overdekte vischmarkt en daarbij
zijnde bergplaats. Ingeachresen werd doorG'
van Kooten, Oodewater, ƒ419,Huisman,
Rotterdam, voor 873.J, J. Verdries, Gouda,
voor 264.H. J. Rnbouw, Gouda, voor
260.en J. Graveatejjn, Gouda, voor 254.—.
4. Het veranderen van een gedeelte der onder-
wijzerswoning bij de le Koetelooze School. Inge
schreven werd door W. de Jong Wz., voor/1789.
J. de Jong Wz., voor 1695.D. Amesz, voor
1640.A. Snelleman, voor 1596.j H. J.
ederhorst, voor 1585.E. Sliedrecht, voor
1575.A Grendel Jr, *oor 1530.C.
P. W. Dessing, voor 1500.—-B. Mullaart, voor
1483.— W. Bokhoven, voor 1466.— W. C.
Reuhl, voor 1440 C. J. Koot, voor 1350.
en H. Steenland, voor 1850/—allen te Gouda.
Zaterdagavond verscheen het rapport der commissie
van rapporteurs aan de oommiMie uit de ingezetenen
van Rotterdam tot beoordeeling van het wetsontwerp
tot vereeniging van de gemeenten Rotterdam en
Delfahaven. Door B. en W. «aarden in hun voorstel
tweeërlei belangen op den voorgrond gesteld nl. bet
sanitair en bet handelsbelang.
Wat het eerste betreft, komt het de oommissie
voor, dat het wel wat veel op den voorgrond is
geschoven, niet omdat t|j dit belang van onderge
schikten aard acht, maar omdat zij vreest dat de
resultaten eener vereeniging op sanitair gebied niet
zullen beantwoorden aan de verwachtingen, die zoo
danig vooropstellen van dit belang zouden wettigen.
Wel zal het verergeren van den toestand in zekere
mate door de vereeniging worden tegengegaan, doch
verholpen wordt het gebrek niet door de vereeniging,
wanneer deze niet strekt tot uitgangspnut voor
krachtige maatregelen, waaromtrent echter nog geen
plannen beraamd zjjn.
Van veel verdere strekking in zijn gevolgen achten
de rapporteurs bet handelsbelang. Te dien aanzien
zal de vereeeniging van Delfahaven met Rotterdam
ontegenieggelyk belangrijke er. zeer gunstige resul
taten opleveren, zoowel aan de rivierzijde als wat
betreft de verbinding van Maas en Schie.
Toch mag men niet verheelen zegt het rapport,
dat groote bezwaren daartegenover staan, die
wel verdienen tegen de voordeelen in de weegschaal
te worden gelegd, en noemt als zoodanig een waar
schijnlijke depreciatie van huizen en gronden iu het
oostelijk en noorJeljjk gedeelte van de stad, de
invloed dien de vereeniging zal kunnen uitoefenen
op de gemeente-eigendommen te Fe|jenoord, en de
belangrijke kosten, welke de vereeniging zal na zich
slepen, doch waaromtrent nog niets valt te gissen,
daar de gegevens ontbreken.
Het resultaat waartoe de commissie vaD rapporteurs
gekomen is, is dan dat de vereeniging in haar
gevolgen voor Rotterdam ernstige bezwaren oplevert,
maar dat vooral het handelsbelang desniettegenstaande
de vereeniging wenschel|jk maakt, dat die in latere
t|jden voor Rotterdam zelfs noodzakelijk zonde zijn
en dat het dus met die wetenschap de thans aange
boden gelegenheid niet ongebruikt mag laten voor
bijgaan.
Op deze gronden geeft het rapport aan de com
missie in overweging, op het voorstel tot vereeniging
van Delfshaven met Rotterdam gunstig te adviseereu.
Het heeft de aandaoht getrokken, zoo schrijft de
Haagsche oorrespondent der N. Or. Ct„ dat er in
den laatsteu tijd zoovele belangrijke benoemingen
en bevorderingen bg de departementen van al
gemeen bestnnr hebben plaats gehad. Hoe het
daarbij soms toegaat, kan nit het volgend staaltje
blijken
Er moesten bij 't Departement van Koloniën
drie vacatures worden vervuld. Teneinde door de
benoeming van twee zeer kundige mannen buiten
't personeel tot referendaris, anderen niet te kwet
sen, benoemde de Minister vier referendarissen.
Br moest bij het Ministerie vau Waterstaat één
referendaris zijn; de Minister stelde er drie aan,
om de gevoeligheid zijner ambtenaren te ontzien.
En een dier benoemingen had zelfs plaats tenge
volge van een bedreiging van den benoemde roet
ontslag-aanvraag. Nadat de Minister den ambtenaar
in quaestie, die op hoogen toon zich kwam beklagen
en zijn plan aankondigde om het departement te
verlaten, had verzocht zich nog eens te bedenken,
en nadat de ambtenaar had verklaard te volharden
bij zijn besluit, bood de Minister hem zgn benoe
ming tot referendaris (zij 't ook alleen in naam)
aan en de Minister nam de eonditie daarbij aan,
dat de benoeming nog den avond van de toezegging
moest worden voorgedragen.
De N. R. Ct. kenschetst de thans ingediende
herziening der grondwet als eene, die het volk de
koude kleeren niet raakt, omdat de grondslagen
onveranderd blijven en de gevaarlijke punten (on
derwijs en godsdienst) worden vermeden. Toch gaat
zij niet mede met hen, die daarom deze herziening
maar liefst op de lange baan zagen geschoven.
Is bet wel zoo zeker, dat er vau deze grondwets
herziening niets zal terecht komen Het is waar,
er zgn donkere stippen, maar bg de iV. R. Ct. wil
het er maar niet in, dat de kerkelijke partgen
noodige verbeteringen (ook in hunne schatting) zouden
verhinderen, omdat eene andere verbetering, waarop
zy hoogeren prijs zouden stellen, niet te verkrijgen
was. Aan den onwil, om het goede tot stand
te helpen, omdat op andere punten de gewenschte
verbetering moet uitblyven, sullen wg niet gelooven
zóólang daarvan door daden niet gebleken is. Overi
gens zou het wel eens kunnen blyken, dat voor
eene grond wets-herziening als deze, Heemskerk de
rechte man was.
Eindelyk wil de N. R. Ct. gevraagd hebben, of
men, Heemskerk's ontwerpen alle politieke beteekenis
ontzeggende, niet uit het oog vertiest, dat in die
ontwerpen dan toch een nieuw stelsel van kiesrecht
is opgenomen, en dat van elke grond wets-herziening
in dezeu tijd daar bet zwaartepunt ligt.
Onder voorzitterschap van deu heer W. C. Hojel,
afgetreden presideut-commissaris, werd gisteren te
's Hage eene vergadering gehouden van aandeel
houders in de IJsel Stoom tram weg-maatschappy.
Door deu heer mr. F. baron van Hogendorp werd
daarin verslag uitgebracht omtrent den toestand der
onderneming in 1884.
Waren er van de 10,000 aandeelen a 250 ver
leden jaar 6290 aandeelen geplaatst, ondanks de
ongunstige tijdsomstandigheden werd in het afge-
loopen jaar nog voor 400 aandeelen a pari inge
schreven, zoodat er 6690 aandeelen zgn geplaatst.
Dank zij die eerste inschryvers, zal binnenkort
de lgn Leiden's Gravenhage zgn voltooid en de
treinen der maatschappy *op het gunstigste tydstip
van het jaar de hofstad kunnen biunenrgden. Met
ingenomenheid wordt in het verslag hierop gewezen,