1E1T
EEN,
ischilderde
mskerk te
lis der 8t.
ingen,enz.
ijk levens-
jlebroeders
ieth,
ft
BINNENLAND.
Politieke uitzichten.
Vrijdag 5 Juni.
1885.
-Indië,
i die gratie
tent van
voorts by
ITE,
nkt.
itten
Nieuws- en Advertentieblad voor Gouda en Omstreken,
i
de
c
ts.
N,
r-, Scbryf-
iktsoorten
‘ET
IOEDEN,
m.
[{GEN,
v!
GOUDSCHE courant
kt en ver-
Oudewater-
i
le Kunsten
ecteur der
recht.
>en, wordt
ze Inkt is
rer onmis-
jude tegen
jgenaamde
:ht maken en steeds
p het partybelang,
welslagen van een
tegemoetkoming
eerszjjden veronderstelt Indien er niet
j eene verandering komt, zoodat men
elkander kan polsen over de wederzydsche
ikel.
a/d Rijn,
883.
INKMAN
comen
nen direct
GOUDA, 4 Joni 1885.
VERGADERING VAN DEN GEMEENTERAAD.
Vrijdag den 5 Juni 1885, des namiddags ten 1 ure.
Aan de orde
Het voorstel tot wytiging der Verordening op
de invordering van het schoolgeld op de openbare
lagere scholen.
jetermeer.
phen.
attman,
Bodegraven.
Haastrecht.
ius,Woerden
e Gouda.
v. is het jaar 1878, terwjjl
grondbelasting het jaar 18
men is. Wil men met
zaken oordeelen over de vt
van deze wet, dan behoort
overzicht te hebben van di
lastingen in de verschil!,
het laatste jaar. Aan de
ook het verzoek gericht, aan de kamer het
noodige licht te verschaften, doch de heer
Heemskerk verzekerde, dat zulk een overzicht
eenigen tijd zou vorderen en dus niet gereed
zal zyn, als de atdeelingen zich zetten tot het
overwegen van den nieuwen census. Een aan
genaam en vruchtbaar werk dus Gedachte
wisseling over een onderwerp, wanneer voor-
en tegenstanders ongeveer niets weten met
zekerheid, omdat de gegevens ontbreken. De
voorsteller moest, dunkt om, de eerste zijn, die
dergelyke tjjdverspilling en onwaardige behan
deling van een ernstig onderwerp niet begeerde.
Na deze schermutseling'is onze verwachting
op den goeden uitslag van de grondwetsher
ziening er niet op verbeterd. Als wij zien hoe
beide partijen in de kamer elkander te ljjf gaan,
elkanders bedoelingen verd
uitsluitend het oog houden
dan wanhopen wjj aan h(
arbeid, die in de eerste plgfts tegemc
van weerszoden veronderstelt Indie
spoedig eene verandering komt, zoodat
elkander kan polsen over
eischen, dan moet alle hoop worden opgegeven.
Ook aan onze zijde ontbreekt nog te veel eene
algemeene opinie omtrent de vraagstukken, die
4811 ^e orde komen zullen. Wij hebben eenige
en zal zjjn wet alleen werken voor de verkie- I hoop dat de aanstaande vergadering der afge-
o van de Unie ons in dat opzicht iets
zal wel mogen afgehandeld verder brengen zal. De heer Keuchenius heeft
worden door de tegenwoordige kamer, maar de
eindstemming moet geschieden door leden, die
volgens een anderen census zjjn verkozen.
Vreemd inderdaadVolgens onze constitutie
stelt men by de eerste behandeling den tekst
vast; dan kan men amendeeren en nieuwe
artikelen tormuleeren, terwyl na de ontbinding
alleen over de voorstellen en bloc wordt gestemd
en dus het geheel moet worden aangenomen
of verworpen zonder meer.
Daarbij komt nog, dat het als vaststaande
wordt beschouwd, dat elke kamer, die in de
kiesbevoegdheid wyzigingen brengt, daarmede
haar eigen doodvonnis teekent. Steeds is daarop
onmiddellijk eene ontbinding gevolgd, daar men
alle moreele gezag ontzeggen moet aan eene
kamer, welke openljjk heeft erkend, dat zij niet
is de zuivere uitdrukking van den volkswil:
verlaging van den census toch heeft geen andere
beteekenis. Eene ontbinding dus te meer en.
dat voor een stelsel, dat volgens den ontwerper
alleen een tydelyk karakter heeft. Van liberale
zyde is duideljjk aangetoond, dat thans de
kamer in alle gevallen monnikenwerk doet
ongeveer gelijktijdig onderzoek van twee uit-
eenloopende stelsels, het eene berustende op
den census en het ander op de huurwaarde,
moet ongetwyfeld dien naam dragen. Wordt
besloten tot censusverlaging, dan is tevens de
gröote drjjfkracht tot grondwetsherziening ver
vallen de hoofdzaak is in de tegenwoordige
omstandigheden de kiesbevoegdheid. Het is
dus zeer te betwyfelen of er dan nog iets van
de zaak terechtkomt.
De kamer heeft nu evenwel anders beslist.
geweest zyn. Overigens zyn wij het ten deele
met den heer Levy eens. Niet met zijn eisch
van openbaarheid quand même; wanneer men
zich onderling beraadt over de nog niet tot
rijpheid gekomen plannen voor den veldtocht,
behoort dit niet te geschieden ten aanhoore
van het publiek, zoodat ook de tegenpartjj er
zyn voordeel mede kon doen. In zoo’n geval
kan geheimhouding plicht of eenvoudig een
eisch van het gezond verstand zyn. Maar voor
zoover de heer Levy wenscht een spoedige
afbakening van de houding, die de liberalen
’ring werd dan zullen aannemen tegenover de grondwetsher-
j- i-i—zieningsplannen en in het byzonder tegenover
j het vraagstuk der kiesbevoegdheid, dan gaan
wjj met hem mede. Het is hoog tijd dat wij
I positie nemen en tot een bepaalde gedragslijn
komen. Wy kunnen ons niet voorstellen, dat
het bestuur der Unie daartoe niet bereid zou
zyn en houden het er voorloopig voor, dat het
I geheele verschil berust op een misverstand,
verergerd door de prikkelbaarheid van den
heer Levy, die gepaard schjjnt te gaan met
een eenigszins overdreven ingenomenheid met
eigen denkbeelden. Hoe het zij, wij hopen
dat de liberalen niet zullen vergeten, dat de
oprichting der Unie juist noodzakelyk is ge
worden door de te ver gedreven zucht naar
individualiteit. Wil men gezamenlijk handelen,
dan moeten sommigen iets van hun overtuiging
ten ofler brengen aan het gemeenschappelijk
belang. Strandt ook deze poging weder op de
klip van het individualisme, dan is er geen
redding mogelijk en kan er voortaan van geen
liberale partij meer sprake zyn.
I Het voorstel Lohman zal, onderzocht worden,
i maar hoe? Aan het eind:van de zitting wees
de heer de Beaufort er op, dat het stelsel van
het ontwerp zeer ingewikkeld is en berust op
verschillende grondslagen.i Voor het patent b.
ivoor personeel en
12 tot basis geno-
eenige kennis van
snoedelyke gevolgen
men een omstandig
opbrengst der be
lde gemeenten over
het schoolgeld op de openbare
Het voorstel tot Wyiiging van het tarief der
verpleegkosieu in het St. Catharina Gasthuis.
Een voorstel tot verhooging van den post voor
de verbouwing der onderwqserswoning bij de le
Kostelooze School.
Het adres van het Bestuur der Gymnastiek-Ver-
eeniging .Excelsior" betreffende het gebruik van
het gymnastieklokaal bij de le Kostelooze School
en van eenige aan de Gemeente toebehoorende
gymnasliek-toestellen voor hare oefeningen.
De adressen van de Directie der Goudsche Machi
nefabriek en van de firma A. Jonker en Zonen
alhier, houdende verzoek om afstand van een stuk
grond aan de Vest.
Het adres van de Directie der Reederjj van der
Garden en Co. om vergunning tot het plaatsen
van een gebouwtje op Gemeentegrond aan het Veerstal
bij de Mallegatsluis
Benoeming van een Lid in de Commissie van
Toezicht op de Stads-Muziekschool.
Wanneer men een blik slaat in den Feeatwyser,
die dezer dagen verscheen bij gelegenheid van het
aanstaand Congres, dan komt men terstond tot de
overtuiging dat ons een feestweek wacht als zelden
in Gouda gevierd werd. Aan muzikaal genot zal
zeker wel het minst gebrek zyn, tal van keurige
uitgezóchte programma’s lachen u tegen; harddraverij
en tentoonstelling lokken u als om stryd, terwyl
voorts een aardige verzameling volksspelen het
bewijs levert hoe de commissie er op uit was
ieder genoegen te geven en allen naar hnn leeftyd
en ontwikkeling te doen genieten.
Het prachtige weer, dat wy dezer dagen hebben,
belooft gunstig mede te werken, en daar onge
twijfeld ran verre en van nabij vreemdelingen ons
de ontbinding volgen zal. De vaardigden
in dit debat gelegenheid gevonden om onze
jeugdige instelling ter sprake te brengen. Met
zjjne gewone lieflijkheid noemde hjj de Liberale
Unie veen kind van Joodschen vader en bei-
densche moeder, thans door dien vader Ismen
kreupel geslagen.» Wie de Joodsche vader is,
zal voor geen onzer lezers een geheim zyn,
maar wie de heidensche moeder mag wezen,
wil ons maar niet recht duidelyk worden
waarschijnlijk treedt die vreemde dame alleen
ten tooneele bij wjjze van tegenstelling. Met
meer recht zou men des heeren Keuchenius'
christendom zoo kunnen betitelen. Maar of
de Joodsche vader, in casu de heer Levy, nu
juist de liberale Unie kreupel en lam geslagen
heeft, is nog zeer de vraag. Zeker is het te
betreuren, dat reeds zoo spoedig verschil van
inzicht zich in het bestuur geopenbaard heeft,
maar of daarmede de kracht van de vereeniging
is gebroken, mag met reden worden betwjjfeld.
De Unie behoort haar levenssappen te trekken
uit de over het gansche land verspreide geljjk-
gezinden en niet afhankeljjk te zjjn van enkele
hoofden of raddraaiers, die haar als hun werk
tuig beschouwen. Wjj vreezen, dat de heer
Levy in die richting wel eenigszins gezondigd
heeft. Althans zyn luidruchtig en overhaast
uittreden is niet geschikt om de sympathie te
wekken der bedaarde partjjgenooten. Hjj had
dunkt ons wel de algemeene vergadering kun
nen afwachten en zjjne denkbeelden daar ver
dedigen, zooals hjj nu voornemens is te doen
in zyne qualiteit als afgevaardigde van Burger
plicht. Met denzelfden jjver en wat minder
drukte naar buiten, zou de zaak zelve gebaat
II. I
Het laatste politieke debat in de Tweede
Kamer, dat nameljjk orer de motie-Cremers
heeft weder bewezen, hoezeer de beslissingen
in onze volksvertegenwoordiging afhankelyk zyn
van allerlei toevalligheden. De motie werd
verworpen, omdat drie liberale leden (Attema,
De Jong en W. van Dedem) ziek waren en er
eene vacature is (Roozeboom). Anders ware
met behulp van den heer Corver Hooft het
resultaat anders geweest.
Het gold, zooals onze lezers weten, de vraag
of het pas ingediende voorstel van Mr. Lobman
ter verlaging van den census al of niet dade
lijk in de afdeelingen zou onderzocht worden.
Terecht waren de liberalen van meening, dat
dit wetsvoorstel de behandeling der grondwets
herziening niet mocht vertragen, maar dat het
in petto moest worden gehouden voor het ge
val er van de voorgestelde herziening niets
komt. De heer Lobman beweert wel, dat ver
traging niet in zyne bedoeling ligt en dat deze
ook niet het gevolg zou zyn van zyn ontwerp,
maar voor ieder onpartjjdige is dat zoo klaar
als de dag. Op het oogenblik, dat men gereed
staat de kiesbevoegdheid te regelen op andere
grondslagen dan den census, heeft het geen
zin nog even met een censusverlaging te komen
aandragen. Het is bekend, dat deze tactiek
afkomstig is van de Standaard, die steeds heeft
volgehouden, dat de tegenwoordige Kamer niet
genoeg de uitdrukking is van den volksgeest
om tot het groote werk het vereischte moreel
gezag te hebben. Indien men dus de inge
diende voorstellen tot grondwetswijziging ter
zyde schoof en de censusverlaging op den
voorgrond plaatste, dan ware er iets voor te
zeggen. Maar dat wil de heer Lohman niet.
Volgens hem kan de kamer gerust voortgaan
zing, die op
hoofdzaak dus
worden door de tegenwoordige kamer, maar de
anderen
zjjn verkozen.
